(hen de deuren" 1
Voor de Jeugd
Vrouwenrubriek.
DE C3E10NNE HUISJAPON.
flgftUdijk.
ia, Voorb.
idijk.
st, nam. 7 Ds
zonder preek,
i" preek van pagt
ege altaar tema
26—24.
in kap. Van Hou
den Heer". Hic
van past. Vai
in en niets zijn
tienst, nam. 6,a
taard
jenema.
D. J3. ffouma,
s. Bouma, Dank
Ds. v.d. Mart
ier
26 J
JGEND1JK.
105 ton.
195
'220
156
229
347 u
1252
ihten
NTEjMARKT.
tsche muizen 6.4
deine 1.1.10,
,60.
tsche muizen 6.-
kleine 1.10
tsche muizen
700 stuks bloen
:0.
>tsche 'muizen 6.
320 stuks bloa
50.
!4 Juni.
Drielingen 41
2e s. 4.o0.
ippeiun 130 stul
25 Juni.
Drielingen 3:
ar dapperen,
tation, 23 Juni.
hotsche 3.20—
voer IöüOO b,
4.90, 2e 4.o0-:
t.
20'
den 180—225.
oeien 220410,
re kalveren 1'
overhouders
0 magere varke
:t. 75 biggen
ntjes 0.15—1
P. Kg.
[PORTVEILINI
oonen 7.2012
lkn 35—42, 0'
16.30, alles P
2.90, bloemM
11.80, kropsla
dies per 100 s
rber 6.80—14
oonen 0.80—0'
lies per Kg
409 Kg. Febrlel
merk 36.50, W
aas kleine m
m. merk 42.
Iranen-
hl. tarwe fl':fl
srst chev. 11—
hi. boonen- -
en f 24, duive"'
11 hl. kanarie2
grauwe erwten -
tation), 25/2
1.65—4.15, SchoJ
ronde 2.55 P
bloemkool ?-°
soort 1.50—2.*°
stuks-
door CATH M, v. dl HAAR.
^rat is het, dat een mooie vacantiedag, hoe
,t hij ook moge zijq, zóó" vronlijk maakt Dat
<hit le deuren worden geopend van ons kunst-
ag bestaan, dat wij' worden bevnjd uit 'de
Remmende omgeving van vier muren,
yeuren 1 Zij. zijn verwant aan gevangenschap.
suuten de groote, wijde, schoone, wondèriijKe
Ld uuiten, en sluiten de ailedaagsche wereidi
welke op haar voordeeligst, soipnjds benau
wd, verveiend en ontlruagiij* wordlt.
heureu: Zij sluiten het kind op met zijn school-
jhj zij sluiten de moeder op hij haar dageiijk-
w pliciiten; zij sluiten de vader, de broeder,
,.2uster op in iaoneic, warenhuis of kantoor...
ilaii komt de laugverbeide vacantiedag laat
zeggen BiuKstcr. De stevig-geaioten deuren
egeu piotseiing open en presto! gij en
groot en kiein, qud en jong, druilen met gre-
ra teugftfe van de lrusche nuitehiucnt.' Wij zijh
hierna rtï, die staat op een frissche heuvel-
die wandelt langs steile rotswanden, due zich
aan het zonnige strand, die zien ver
min de zee of die fas„ig zit in de schadjiw
boomen, kan lang in twijfel blijven omtrent
natuurlijke omgeviug van den mensch. Geen
nder dus, dat de historie ons het eerste men-
leupaar in een tuin toont.
God maakte de natuur, de menschen maakten
stad'', zingt de dichter, en hij zingt waar-
De stad, met haar ontelbare deuren, haar
sleten, verzegelde, getraliede deuren... en diaar-
j«nover de natuur, het open veld met Jiaar
ar regen gezuiverde atmosieer en haar door
uw bevochtigd gras; het koele woud met zijn
ior dansende zonnestralen bevlekte paden... het
ad, met zijn vfljheid, vrede en rust.
Onze beschaving, waarop de menschen zich be
amen, wordt meer en meer een zaak van deuren,
tike met ontstellende regelmatigheid geopend
gesloten worden. Het streven van de laatste
jftig jaar is geweest om ze wat vaker te ope
nen aan een óeetje langer en een beetje wijder!
Immers, in deze dagen van grootestadsleven en
terialisme moet de innerlijke drang, de be-
lefte naar geestelijke ontspanning en zïelsver-
ffing, noodzakelijkerwijze grooter en sterker
in dan ooit het geval zou kunnen zijn, waa
ralle menschen gedurende het geheele jaar
de onmiddellijke nabijheid der vrije natuur
wka vertoe
Ea zoo komen wij tot het eindoordeel, dat het
or u eu ieder ander noodig en goed is op tijd
„deuren te openen". De vacantie moet u Lui-
i zien, in de vrije patuur. En als daardoor
ea ontroering in uw hart verwekt wordt cn
uw longeu er uiet beter en regelmatiger door
aken dan ligt de schuld bij de vacantie, die
niet zóóveel goed deed als waartoe zij in staat
Dat is dau de ongewoonte van de „open deü-
en het beste Is er zoo spoedig mogelijk een
reede vacantie op te laten volgen weer tn
vrije natuur! Nogmaals: de deuren open!
(Nadruk verboden).
GEORGE STEPHENSON
Als een voorbeeld van hetgeen met ijver te
oord gewezen op George Stephenson, die zich
Bereiken valt, hebben we al eens mót oen enkel
uit dea uederigsten stand ontwikkeld heeft tot1
een practised wetenschappelijk man, wiens uit
vindingen tot rijken zegen voor de maatschappij
zijn geworden.
Hij werd' te Wylam, een dorpje in de nabijheid)
van Newcastle (Engeland) geboren, in het jaar
1781. Zijn' vader was arueider in de kolenmijnen,
die slecnts weioig verdiende om in het ondjernoud
der zijnen te kunnen voorzien. "Van schoolbezoek
was dan ook geen sprake; zoodra de jeugdige
George maar even de hauden uit de mouwen hon
steken, moest hij met zijn vader mee afdalen in
de mijnen en daar werk vèrriciiten, vaak ver bo
ven zijn krachten.
Tot zijn 18e jaar bleef hij werkzaam in de
mijn van Wylam eu vestigde zich toen als mijn
werker te Küliugworth, waar hij in het huwelijk
tr„d met een even krm meisje. Uit dit huwelijk
werd een eenige zoon geboren, 3ie later een be
roemd ingenieur werd.
Toen Stephenson te Killrógworth woonde, open
baarde zich zijae neiging voor de werktuigkunde.
Zijn hormge was gebroken en met Veel moeite ge
lukte het iiém het wefer in orde te brengen. Dit
•was al spoedig iu het dorp beaend en niemand had
een uurwerz, waaraan iets haperde, of hij bëgaf
zich daarmee naar den mijnwerker, die nu in zijne
vrije uren voortdurend bezig was met het repa-
reèren van klokken en horloges.
Op zekeren dag ontstond er een gebrek aan de
machine) die het overtollige water uit de mijn
moest pompen en Tiaar dienst geheel weigerde.
Tevergeefs bepröelde men haar weer *.a gang \e
brengen. Eenigè werktuigkundigen werden ont
boden, maar al' de wijsheid dier heeren baatte
niet; de machine "bleef stilstaan. Ten laatste ver
zocht Stephenson verlof om de machine te on
derzoeken; 'dit werd hem toegestaan en het ge
lukte hem uiet alleen de fout te herstellen, maar
bovendien nog eenige verbeteringen aan te bren
gen, waardoor de machine veel gemakkelijker en
lichter werate dan vroeger.
Van nu af aan werd Stephenson belast met het
opzicht over al de machines en hem den titel
verleend van werktuigkundige. Hij had nu iif
overvloed tijd om zich verder aan de werktuig
kunde te wijden en dat dit niet zonder Vrucht was,
bleek al heel spoedig, toen hij bijna gelijktijdig
met Humpry Davy een veiligheidslamp uitvorid,
waardoor de gevaren voor ontploffingen, aan het
werk in de mijnen verlonden, voor een groot deel
weggenomen werdeu. Deze uitvinding bezorgde
hem een gift van 1000 pond sterling, die bij in
schrijving verkregen werd.
Maar een nog" grootere uitvinding was voor
den eenvoudigen man bewaard. In dien tijd hield
men' zich druk bezig om de stoomkracht toe te
passen op Voertuigen, met andere woorden een wa
gen te vervaardigen, die door dve kracht van den
stoom zich voortbewoog en nog andere wagens
zou kunnen trekken. De heeren Trevethik en
Vivian bezaten zulk een machine, maar deze was
nog zeer onvolkomen; Stephenson vervaardigde er
in 1814 één, die voor de kolenmijnen van Kil-
lingworiji dienst deed. Dit was echter nog maar
eeo. proeï. Tien jaren lang werkte hij aan de ver
betering van dez emachine en ten laatste'gelukte
het hem een stoofaiwagen of locomotief te vervaar
digen, vrij wel naar denzelfden grondslag gebouwd,
.als die, waarvan men zich thans nog bedient.
Te Newcastle richtte hij nu met de heeren 'Pease,
Longridge en Zn. een groote fabriek op voor
stoomwerktuigen, welke al zeer spoedig een on-
gekenden bloei bereikte. In deze fabriek werd
de eerste machine vervaardigd, die bestemd was
om reizigers eu koopwaren langs ijzeren staven
te vervoeren.
FEUILLETON
De Wenteltrap
iffrouw
ordt
H.
me
let
oor
Het is hier waarempel een eeuwigdurende
ïch.merrie"viel Haisey uit. ,,Ik he o net een
voer ot we drie vreemden zijn, die betaald
bben voor het voorrecht om jn dit spookhuis,
nijgen blijv m en dat we er toch buireu
3an. We zitten om zoo te zeggen op'een dak.
en tóe krijg: n we een glimp van wat er daar.
innen gebeurt, maar echt meespelen doen
niet."
.Denk je", vroeg Gertrude, „dat die deken
ede,ijk voor Thomas bestemd was?"
Thomas stond haast dien magnoliastruik",
Nooidde Halsey, Jtocn ik juftrouw Watson
dterna liep. Het komt hier op neer, tante
[iy. Het mandje v; n Rosie en de deken van,
Watson kunnen maar één ding be-
n in: er houdt zich iemand verborgen of
verborgen gehouden in de portierswo-
Het zou me niets verbazen als we daar;
sleutel voor het tweede geheim vomden. In
!der geval ga ik er heen om een onderzoek;
te stellen,"
Bertrude wilde mee gaan, maar ze vag er
0 fkcht uit, dat ik er op stond, dat ze thuis
u blijven. Ik riep Liddy om haar naar bed te
j^gen en toen gingen Halsey en ik op weg.
gras was zwaar bedauwd en echt iets.
een man, koos Halsey den kortsten wegi
er het grasveld. Halverwege bleef hij echter
staan.
i.' moesten maar liever op het pad blij-
1 zei hij. „Dit is ge: m grasveld, het lijkt
een weiland. Wat voert de tuinman tegen-
°°r<3ig uit?"
ik r hebben er geen", zei ik. Op 'i jögen-
iibf, we a' dankbaar dat we op tijd-te eten
,1^'" es* dat de kamers gedaan worden. De
■jflfn, die hier hoort, werkt nu op de club".
It"delp mij morgen onthouden dat ik iemand
e stad hierheen stuur. Ik weet er een,
die buitengewoon geschikt is."
Dit schijnbaar onbelangrijke gesprek moet
ik'even herUakn, omdat de tuinman, die Hal
sey ons den vo.genden dag stuurde een zeer
be.angrijke rol speelde bij de gebeurtenissen
die zoó eigenaardig waren, dat het heele land-
er behang ji steide. Maar op dat oogenblik
had ik de grootste moeite mijn rokken dro, gl
te houden in ik schonk weinig of geen aan
dacht aan wat mij toen een zeer onbeduidende
opmerking toescheen.
Ik wees Halsey, waar ik Rosie's mandje had
gevonden ipet de scherven van mijn mooiste
poi-ce^ein er in. Hij was er nogal sceptisch
over.
..Waarschijnlijk is het Warner geweest", zei
hij to-en ik klaar was. „Hij zal Le. begonnen
zijn om Rosie aan 't schrikken te maken en
i toen de gebruk n stukken van den weg opge-
i raapt hebben, omdat hij wist, dat zij de banden
van de auto zouden vernielen." Waaruit al
weer .blijkt hoe dicht een mensch bij de waar
heid kan komen ep er toch heelemaal naast
kan zijn.
Bij de portierswoning was alles rustig. Be
neden in de zitkamer brandde licht en boven
in een van de kamers zagen we een vaag)
schijnsel van een andere lamp. Halsey bleef
j staan en bekeek het huisje eens goed.
.Ik weet het niet, tante Ray", zei hij wei
felend, „het lijkt me dat u als vrouw er zich
maar buiten moest houden. Als er soms een
vechtpartij van mocht komen, moet u in den
tuin vluchten."
„Ik blijf hier", zei ik terwijl ik de kleine
veranda opliep en op de deur klopte.
Thomas deed zelf open, hij was volladig
aangekleed cn maakte een volkomen gezonden
indruk. Ik had de deken over mijn arm.
„Hier breng ik je deken, Thomas", zei ik.
I „Het spijt me, dat je zoo ziek bent."
De oude man staarde eerst naar mij en toen
naar de dek^n. Onder andere omstandigheden
zoii zijn verlegenheid belachelijk geweest zijn.
„Wat! Niet ziek?" zei Halsey achter mij.
„Thomas, ik vrees, dat je ons voor den gekj
I hebt gehouden."
Sfephenson'e roem was evenwel eerst geves
tigd na de voltooiing van den spoorweg van Li
verpool naar Manchester, zijn naam klonk door
de gansche beschaafde wereld en hij werd belast
met de vervaardiging van de voornaamste spoor
wegen, zoowei in als buiten zijn vaderland,
bij dat alles evénwel een nederig hart bleef be
houden. Den 12en Augustus 1848 overleed hij,
ruim 67 jaar oud.
Stephenson werd een rijk en geëerd man, die
Het lot en het geloof.
•De groot erampen des levens: aardbevingen,
epidemiën, maar ook -de gewone dagelijksche be
proevingen en teleurstellingen plaatsen ons altijd
weer voor de vraag: „Hoe dit alles te rijmen is
met het geloof in een Goddelijke Voorzienigheid
Smartelijke ervaringen hebben bij velen het
geloof doen wankelen. Toen in het begin van de
19e eeuw Lissabon onverwacht door een gewel
digen vloed, meters hoog uit zee aanstormende,
werd ver/.wolgeh en vele duizenden daarbij het
leven vemren, klaagde een groot man:, „Lissa
bon is ver&öest' en hij liet er op volgen: „Eu
men danst te Parijs'en zijn geloof had van dat
oogenblik af aan een onherstelbaren schok ge
kregen.
D»it is êén voorbeeld uit velen.
De tegenstellingen in het leven zijn geweldig.
Telkens staan wij voor contrasten, die bange
vragen oproepen in het binnenste: knechten te
paard en vorsten ais knechten te voet gaande,
rijkdom, die o verzadigd is en armoede, die hun
kert naar li-rood, heldenmoed, die het offer brengt
van het leven en oppervlakkige levenslust, die
danst over Se gravten.
„Gods wegen zijn hooger dan onze gedachten
en Gods wegen zijn hooger dan onze wegen, ja
gelijk de hemelen hooger zijn dan de aarde zijn
Godsgodachten hooger dan onze gedachten en
Gods wegen dan onze wegen". De oude profeet
wist het reeds. Het begrip van een goddelijke
liefde gaat ver uit boven dat van een mensche-
lijke liefde. De liefde Gods is bekleed met een
Majesteit, die wij niet begrijpen kunnen, doch
waarvoor wij ons in het stof hebben te buigen.
„De Heer is zijn heiligdom, zwijg voor Zijn aan
gezicht, gij gansche aarde".
IMossolini contra de straatmuzikanten.
De 1'taJiaansche regeering weigeit tegenwoordig
passen voor het buitenland te geven aan draaior-
gelspeiers en berenleiders, omdat naar Mussolini's
meening deze den goeden naam van bet fascis
tisch Italië.schade doen. In Londen beklaagt men
zich er over, dat dientengevolge *de schilderach
tige véfschijding van den Italiaan met de speel
doos van de straat verdwenen is. Voor den oorlog
telde men' in Londen 800 Italiaansche orgeldraai
ers. Men ziet hen thans bijna nimmer meer en de
berenleiders zijn geheel uitgestorven.
NA DUIZEND JAAR
In vroeger jaren dachten de menschen dat de aarde
vlak was. Als men tot dient bij het kantje liep,
zo urnen er af kunnen vallen, dacht men. Nu is
dat allemaal anders, want wij weten dat de aarde
rond is. Dat hebben wij in de afgeloopen duizend
jaren geleerd en vastgesteld.
Thomas scheen iets met zichzelf overlegd
te hebben. Nu kwam hij buiten op de veranua
en deed de deur zacht achter zich dicht
„U moest maar binnen komen", zei hij fluis
terend. „Het is nu zoo ver, dat ik niet meer
weet wat ik doen moet en den een of anderen
dag komt het toch uit."
'toen maakte hij de deur weer open en ik
ging naar binnen.. Halsey vak achter mij aan.
In de zitkamer wendde de oude neger zich
vol waardigheid tot Halsey.
„Gaat u h.er maar zitien, menrer", zei hij.
„Hier is meer vrouwenwerk te doen."
Hei ging wel heel anders dan Halsey ver
wacht had. Hij gaig aan f.e tafel zitten mot
zijn handen in zijn zakken en keek naar mij
terwijl ik achter Thomas aan de smalle trap;
op bep. Bovenaan de trap stond een vrouw en
even later zag ik dat het Rosie was. Ze schrok
merkbaar, maar ik zei niets. En toen wees
Thomas naar een deur die gedeeltelijk open
stond on ik ging naar binnen.
In net huisje waren boven drie slaapkamer*
»die allemaal goed gemeubeld waren. In deze*
de grootste, en mooiste, -brandde een nacht
licht en bij het schijnsel daarvan kon- ik een
wit ijzeren ledikant onderscheiden. Er lag een
meisje in te slap- n of misschien was ze helf
bewusteloos, want af en toe hoorde ik haar'
wat mompelen. Rosie had weer moed gevat
en was de kamer binnen gekomen om het licht
op te draaien. Toen zag ik het pas goed. In
het bed lag Louise Armstrong, blijkbaar ziek,
met hodge koorts.
Ik keek stomverbaasd naar haar, Louise hier,
verstopt in de portierswoning, ziek en alleen!
Rosie lióp naar het bed en streek het dek glad.
„Ik vrees dat ze erger is vanavond",- bracht;
ze er eindelijk uit. Ik legde mijn hand op het
voorhoofd van het zieke m isje. Het was gloei
end van koorts en ik keerde me naar Thomas
die op het portaal was blijven staan.
„Wil je mijn e- ns vertellen wat het betee-
kient, Thomas Johnson, dat je mij dit niet
eeider gezegd hebt?" vroeg ik verontwaardigd.
Thomas keek verlegen.
„Juffrouw Louise wou het niet hebben", zei
Wat zullen wij weten als éir weer duidend
jaren om zijn Zullen wij dan misschien kannen
zeggen waarom de aarde rond is en waar zij
ons brengt? Zullen wij dan misschien weten
waarom alles is zooals het is? De wetenschap
heeft ontzettende en overweldigende geheimen
vour dé menschheid. Misschien leeren wij er nog
enkele kennen vóór ook dit jaar ten einde is. jVij
weten pas zoo weinig I
Een van de aardigste eu prettigste stoffen voor
eeu japon voor ie-deren dag is wel cretonne. Het
ziet er altijd frisch uit en is buitengewoon sterk
in het dragen. Doch deze stof leent zioh niet
alleen voor een huisjapon; ook voor de vacantie-
dagen en voor sport is zulk een japon -onmisbaar.
De meeste vrouwen en meisjes, die het hierbij
afgebeelde molletje zien, zullen zich onmiddel
lijk zulk een toiletje laten maken of zelf ver
vaardigen, hetgeen uiet de minste moêite zal op
leveren met behulp van het knippatroon. Wan
neer men bij vodrbeeld cretonne neemt met een
licht, Saksisch blauwe ondergrond, waarop groote
rose bloemen of patronen, en deze stof garneert
met rooi linnen, dan zal men een heel aardig
a'fTéct bereiken. De roede kleur moet natuurlijk
in overeenstemming zijn met de donkerste tint
depJfpse bloemen of patronen.
De japon is gemaakt met een aparten rok en
blouse, welke aan elkaar zijn gezet nadat ze
bedden afzonderlijk waren afgewerkt. De rok
heeft een stolpplooi van voren en de blouse heeft
korte, ingezette mouwen. Het patroon bestaat
uit een voorpand, een rugpand, een mouw, een
kraag met- rever aan een stuk en een manchet
Voor de blouse en een 'half voorpand voor het
rokje. Het rugpand van het rokje is gelijk aan
het voorpand. i
Een knippatroon is verkrijgbaar onder No.
385B in de maten 42, 44, 46 en 48; kosten sööt
hij op ernstigen toon. „Ik wilde het wel doen.
Er liad al daae-ijtc e-n dokter bij moeten komen
j den avoind dat ze hier kwam, maar ze wou
er niet vain hooren. Is ze is. ze erg ziek,
I juffrouw inines?"
I „Erg genoeg", zei ik koel. „Stuur maneer
-lunea naar Doven."
I Halsey kwam langzaam de trap op. Hij zet-
I te een gezicht of hij verwachtte dat hij iets;
vermake.ijks zou vinden boven. Het eerste
oogenblik kon hij niet veel onderscheiden in
de kamer; hij bleef staan, keek naar Rosie en
mij en Toen viel zijn blik op het rustelooze hoofd
1 op het kussen. Ik geloof dat hij nog mcep
voeide wie het was, dan dat hij het zag, met
een paar passun was hij de kamer door en boog,
ztch ovet het bed.
I Louise," zei hij zachtjes, maar ze gaf geen
antwoord en er kwam geen blik van herken
ning m haar oogen. Halsey was nog jong eni
iiad bijna nooit zieke menschen gezien. Lang-'
j zaam richtte hij zich op en greep mij bij mijn,
aim, terwijl hij naar haar bleef kijken.
t,Ze sterlt tante Rayl" zei hij met heesche
stem. „Ze sterft! Ze kent mij niet eensl"
„Onz.n!" snauwde ik ik word altijd hef
tig als ik bang ben dat ik te sentimenteel zal
worden. „Daar is geen sprake van.en knijp
me niet zoo in mijn arm. Als ja wat te doen wil
hebben, geef Thomas dan maar eens een flink'
pak slaag."
Maar net op dat oogenblik kwam Louise bij
uit haar verdooving en begon te hoesten; toerii
Rosie haar na de hoestbui weer voorzichtig)
(neerlegde, herkende ze ons. Dat was alle^
wat Halsey verlangde. Voor hem beteekenda
bewustzijn herstel. Hij viel op zijn knieën naast;
het bed neer en probeerde haar te vertellen,
dat ze liet best maakte en dat we zouden'
zjorgen, dat ze heel gauw weer de oude was
en hoe mooi ze was maar hij raakte heele
maal overstuur en kon geen woord meer uit
brengen. Dat gaf mij mijn gezonde verstand
terug en ik stuurde hem de kamer uit.
(Wordt vervolgd).