Van één stam
bij
Ma
gee
pri
eon
woi
den
kan
van
I
van
reg<
ten
D
is 1
gele
age
ïeer
1).
eh<
leek
•roil
D«
;ask
e ki
De
5, W
De
lake
ruil
OU 1
Van:
13.
koo]
er I
foor
an
let i
De
ude
De
iens<
echt
e m
D.e
SUMMIUELB ÜII GflOEHTENLAHD
We zijn mg in de z.g. hondsdagen, en die,
vallen samen met den bekenden komkommer
tijd voor de „krantenmenschen".
't Menschdom in de steden in op stap. De
treinen zijn vol. Er gebeurt niet zoo heei veel..
De Kamers zijn op reces, de scholen gesloten,
en dan is net voor de nieuwsaanbramger een
slechte tijd. Stel u eens voor, dat Frankrijk
geen misère beleefd met zijn betaalmiddel, dat
't in de Balkan niet wat meer rookte dan ge
woonlijk, hoe kreeg men ter wereld de cou
rant vol.
Blijkbaar zit het bekende dagblad „Het
Voik" ook met den komkommertijd. Heeft 't ge-'
brek aan copie. We zijn tot die veronderstelling,
gekomen naar aanleiding van 'n berichtje in
genoemd orgaan. Daar is me oen verslaggever
van dit ultra democratische blad aan 't kuieren,
geweest, of op de fiets uitgegaan en kwam in,
de Haarlemmermeer terecht. Daar heeft die
man groote ongerechtigheden ontdekt, en wel
bij de groenteboeren. Hij heeft met eigep,
oogen gezien, dat gezegde tuinders n.b. de
ontoelaatbare handeling pleegden om groenten
in slootwater te wasschen. Zulks is vies, onsma
kelijk, niet hygiënisch.
'Nu is er in 't couranten vak ook concurrentie.,
De redacteuren neuzen eikaars epistels na, omi
„bij' te blijven. Dat is nu een echt komkom
mertijd-bericht, daar zit copie in. En 't H.bl.
liet er geen gras over groeien, en zond er ook
een verslaggever op af, die een serieus onder
zoek heeft ingesteld bij de tuinders om en
bij Sloten, onder de rook van Amsterdam.
't Is me ook een zaak van beteekenis. Im:-,
mers die groente dient tot voeding van onze,
Hoofdstadmenschen, en nu zoo'n behandeling,
met slootwater, je reinste aanslag op de ge
zondheid van dfi', Amsterdammers. Sloten be
hoort nu tot Groot-Amsterdam, al ziet 't er,
hcelemaal niet steëdsch uit. Het heeft nog
geen waterleiding, en dat in Amsterdam. Wel'
rijden er de gemeentelijke autobussen, Sloten!
is uitzijn isolement verlost en de belasting
biljetten worden, naar uw weten, eveneens
prompt thuisbezorgd. Het Volk kan met die
ergerlijke dingen geen vrede nemen, daar moet
de gemeente voor zorgen en de noodige af-
weermaatregelen treffen. Zelfs mag niet ge
wacht worden tot het Provinciale Waterlei
dingsbedrijf de zaak heeft aangepakt, vanwege
de groote gevaren voor de Amsterdammers.
't Handelsblad is ditmaal erg voorzichtig ge
weest, schrijft niets over de dure groenten,
maar bepaalt zich tot het onderwerp, het
wasschen met slootwater. Zie je - schrijft
het blad hoofdzakelijk wasschen de boe
ren wortels en bieten. Eni dat kan geen
kwaad, want we eten geen rauwe wortels,
maar we koken ze en een emikele kwajongep/
eet wei eens rauwe op, maar schraapt deze
toch eerst. Ook bieten worden gekookt en dain|
zijn alle ongerechtigheden als bacteriën, mk
croben enz. toch dood.
En welke huismoeder zal nalaten de groenten:
over te wasschen. Ja, als Het Volk zijn zin-
kreeg, dan kregen we nog een gemeentelijke
groenten wasschersbedrijf, vrees ik.
Als je ^dit alles leest, loopt je een koude'
rilling over je lijf, bij de gedachte alleen, dat
't Volk en 't Handelsblad eens een onderzoek!
instellen naar het wasschen van groenten
aan de Langendijk, speciaal van de wortels.'
Ja, als we dit eens op 'n stemmingmakende,
wijze gingen belichten, de toestanden eens
schetste, geen Amsterdammer kocht ooit meer
een bosje Langendijker wortelen, al was ze
prima gesorteerd, alle grut er uit en 40 aan
een bos.
En bij ons hebben we toch de waterlek
ding, een enkeling dan uitgezonderd, die nog
meent 't met onhygiënisch regenwater te mo
gen doen. Langetndijkers slaat ook u de schrikl
nog niet om 't hart.
Zou liet nu niet op den weg liggen van dej
I.. G. C. en van de N. M. B. zoo'n wasscherij!
in te riehten? De De wo. .elenakkers kiezen \vk
dan voor 't gemak kort bij de wasscherij, dat'
FEUILLETON
is practisch. Misschien was het wel erg ge-,
wenscht enkele perceelen, allen óij elkaar ge
legen uitsluitend voor wortels te bestemmen.
Dat zou rationeel wezen, je hadt dan niet zoo.
veel tijdverlies, alles bij mekaar; we nament
er nog een waschbaas bij, een bacterioloog*
kon ook geen kwaad en we konden gerust sla-,
pen in 't besef de Hoofdstedelingen ziekte-
kiem vrije wortels te Leveren.
Als we dit eens „voor mekaar" hebben ge
bokst, kunnen we later eens onze aandacht! j
wijden aan ziektekiehi vrije kool en bloemkool, j
Aan de veilingen is 't 'nog niets veranderd!
bij de vorige week. We kunnen nog elkenj
dag het niet alledaagsch tafereel aanschouwen,
dat de z.g. werkwilligen onder politiegeleidet
naar en van de laadplaatsen gaan. In 't dorp.
't aller onaangenaamst gezicht van arbeiders, 1
die ('k ben er vast \an overtuigd) er naar. i
hunkeren aan den arbeid te gaan en in eeirr.
onaangenaam parket zich bevinden. We kun
nen ons zeer goed in hun geestesgesteldheid
indenken; wie dat met ons doet, oordeelt niet
te hard over hetgeen in de afgeloopen weel^
gebeurde. We twijfelen niet, of zullen straks;
velen zijn, die de plaats gehad hebbende on
geregeldheden streng afkeuren, aiet alleen om|
dc gevolgen, maar ook om de daad zelf. Er;
zal op dit gebied nog al wat te vergeten noo-,
dig zijn.
Weinigen zullen met opgewektheid hun be
zigheden in de afgeloopen week hebben ver-;
richt. De bouwers niet, vanwege de aller-
naarste prijzen voor de vroege kool, waarvan!
partijen verkocht zijn voor den spotprijs van;
60 ct. per 100 K.G., wat gelijk staat met waar
deloosheid van het product.
De bloemkool houdt ondanks de hondsdagen!
goed prijs, maar dat is ook het eeriige artikel j
dat thans een redelijken prijs opbrengt. W4
hebben zoo de indruk, dat vele Broeker bou
wers 't niet zoo druk hebben. Je ziet de lui.
overal, ze gaan op reis. Heden troffen we „eenl
stel" met het plan naar Zuid-Limburg te trek
ken, veien gaan naar Bergen, als heel gewone
dagjesmenschen. Er is veel belangstelling voor
't feit van den dag, de staking, en alles watt
daarmee verband houdt. Zoo hebben wij, on
danks komkommertijd nog volop stof tot
schrijven, en zoeken geen copie bij geb)rek;
aan gegevens om de krant vol te krijgen. v
16)
- Ik vind je broer een vreemde man, Huib,
erg teruggetrokken. Hij wordt alleen leven
dig als hij over jou begint, dat is het eenige
goede dat ik in hem opmerk. En waarom
wil hij niet weten, dat hij ziek is? Hij ziet
er slecht uit.
Er kwam een schaduw over Huib's gezicht.
Ook hem was, bij al de frissche, gezonde ge
laatstinten van dezen kring, Wolfgang's ver
vallen uiterlijk meer in 't oog gevallen.
Och, je jveet niet, hoe stroef ën in zichzelf
gekeerd het leven hem gemaakt heeft. Zijn
jeugd is nog eenzamer geweest dan de mijne.
Ik heb nog enkele liefelijke herinneringen' aan
mijne moeder, hij geen enkele aan de zijne,
wantzij stierf bij zijne geboorte. En wat is
mijn stille vader, die schier geen voet zette
uit zijn studeerkamer, voor hem, voor mij ge
weest? Ik heb nog een huiselijk liefhebbend
familieleven gehad bij je ouders, hij ging uit
ons somber huis naar Indië en bleef daar,
vóór ik kwam, weer twaalf jaar alleen, zonder
een enkelen band die hem het leven veraann
genaamde. Hoe wilt ge dat zoo iemand luch-
hartig en vroolijk wordt. Ik heb mij altijdl
juist door mijn opgeruimdheid, voor een ver
basterden Van Maldeghem gehouden; trou
wens korc voor zij ndood zeide mijn vader tot
mij, dal ik den aard van mijn moeder had en
dat dit het beste erfdeel was, wat zij mij had
nagelaten. De echte Van Maldeghem's zijn
stroef; denk aan onze beide vaders, en Wolf
gang is het echte type.
Als hij maar niet verbasterd op een an
dere manier, zeide Lize, met denzelfden blik,
Nieuwstijdingen
Smokkelarij te Camperduin.
Omtrent deze zaak lezen wij in het „Hd'bkL"
Op zekeren dag in het voorjaar kreeg de
jeugdige E. Schermerhorn te Bergen, een
brief van een koopman te Bremen, Michelsen
geheeten, waarin deze hem verzocht inlichting
gen te willen geven over de gesteldheid van)
de kust en de min of meer geriefelijkheid van(
landing met een schip. Schermerhom sprak er
met zijn kameraad G. C. Verweij over te Aker
sloot woonachtig, een avontuurlijk jongmensch,
die wegens smokkelarij reeds eenige maanden!
gewangenisstraf had ondergaan. Het resultaat
hunner beraadslagingen was, dat zij den Bres.
merschen koopman ongunstige inlichtingen ga-
gunstige inlichtingen gaven over een eventueele^.
landing in de buurt van Camperduin. Nadat
gedu reende eenigen tijd niets meer van den|
Duitschen koopman, gehoord was, kwam hij,
er dit voorjaaf op terug en naar aanleiding hier
van werd een reis naar Bremen gemaakt om
nadere besprekingen te houden. Het gevolg,
hiervan was, dat Schermerhom en Verweij bei-,
den betrokken werden in een smokkelaffaire,
die hun nadeelig is geworden en bovendien)
eerstgenoemde ,die zich financieel bij den op-,
zet interesseerde, 2500 Mark heeft gekost. Te
Bremen werden in het smokkelschip „Storm
vogel" 198 kisten ieder met 2 bussen spiritus
van 10 liter inhoud ingeladen en onder leiding
van kapitein Max Gordes zee gekozen in de,
richting der Nederlandsche kust met Verweij
als passagier. Te voren had Schermerhom zich.
bezig gehouden met de organisatie van den
landdienst, zooals de president der rechtbank
het uitdrukte en alle mogelijke maatregelen ge-
die Wolfgang zoo gehinderd had en ook Huib
zoo peinlijk trof, zoodat hij nu smeekend en
dringend riep: „O Lize, wees daarom vriens
delijk tegen hem, laat hij zich bij u allen ge
voelen als een verkleumde vogel, teruggekeerd
in een warm behagelijk nest.
En terwijl Lize hem hartelijk antwoordde,
begreep ze den angst, de droefheid niet, die
zijne vroolijke oogen verduisterden. Zij kreeg
medelijden met Wolfgang, al ware het alleen
ter wille van zijn broeder. Zij liet hare ne
ven niet vertrekken zonder ook van Wolfgang
de uitdrukkelijke belofte ontvangen te heb
ben, dat zij er den volgenden avond zoudeml
komen doorbrengen.
Wel, zeide Huib, toen zij beiden de Ave-
neu afliepen, in de riAitinig van de Champs
Èlysée: „En hoe vindt je Lize".
Ik ga daar niet meer heen, barstte Wolf-'
gang uit, een kreec met zoo iets wanhopig^
in den toon, dat Huib onthutst opkeek. 1
- Je hebt toch je woord gegeven voor
morgenavond?
Ik kon er niet buiten. Maar ik wil er niet)
meer komeil, nooit. Zeg jij maar dat ik ziek
ben dat gelooven ze toch reeds. t
Daar was zooveel gejaagdheid en bitterheid
tevens in zijki stem ,dat- Huib slechts zacht
durfde opperen: Ik wil heel gaarne elke re
den geven voor je wegblijven, alleendentó
ik, dat je morgen niet van de invitatie*afkomt.
Waarom niet? Ik ga er stellig niet meer
heen.
Lize vertelde me in ons tète-a-tète, dat zij;
morgen oom Huibert en hare zuster Hilde ver
wachtte, die bij haar komen logeeren. Tante
eii de jongste dochter zijn alvast van uit Brus
sel, waar de familie de laatste jaren woonde,'
omdat Hilde er het conservatoire bezocht en
Sofie er op school lag, naar den Haag gegaan
om liet huis in het Bezuidenhout in orde te
nomen om een landing te Camperduin mogelijk' j
te maken en de spiritus fraudeleus in te voeren.
Zoo werd een „poster" in den arm genomen
en met den caféhouder Vriendjes te Camper
duin een afspraak gemaakt, dat hij op den
der landing 'het licht van zijn café zou laten
branden, dat als een baken dienst moest doen.
Schermerhorn begaf zich op den bewusten
avond naar het strand te Camperduin en gaf
lichtseinen aan zijn makker Verweij, die zich
op „De Stormvogel' 'bevond, dat de landing
kon plaats vinden. Verweij begaf zich met een:
vlet van boord naar het strand en beiden spra-, j
ken daar met elkaar. De kisten spiritus wer-,
den inmiddels in zee geploft en door de bran
ding naar het strand gebracht en alles zou.
een goed en wel verloop hebben gehad, als de,
heer J. Kolderhof, inspecteur der Rijksbelasting
en de mannen van de Rijksveldwacht er niet j
„de lucht" er van gekregen hadden, dat er on- j
gerechtigheden op de kust zouden plaats vin
den waarbij 's Rijks schatkist zou worden bena-.
deeld. De heeren van de belasting en de Rijks-,
politie waren dus op hun hoede en hadden op;
den' avond van 18 Mei, waarop de landing te
Camperduin plaats vond, op verschillende,
plaatsen in het duin posten uitgezet tenèindq
op het hun geschikt voorkomend moment in te
grijpen en de smokkelaars te pakken te krijn
gen. Het geluk was hun gunstig en nadat zij
het geven van lichtsignalen geconstateerd en
waargenomen hadden, dat van het schip
..Stormvogel", dat op 150 M. afstand van de
kust lag, kisten aan land waren gebracht, wer
den schoten gelost en jacht op .de smokkelaars
gemaakt. 'Gepakt werden de „poster" Eduard
die overigens niets met de zaak te maken had,,
en den smokkelaar Verweij, terwijl Schermer
horn met een auto wist te ontkomen. De in
spectie van de belastingen en de rijkspolitie
vondep de kisten spiritus in de nabijheid van
het huis van den caféhouder Vriendjes te
Camperduin, denen alles verzegelen en naar
Alkmaar transporteeren.
Deze smokkelaars Schermerhorn en Verweij
stonden Dinsdag voor de Alkmaarsche recht
bank terecht en hoorden door. den Rijksad
vocaat, mr. Asser, ieder 6 imaanden gevangenis
straf tegen zich eischen benevens betaling
eener geldboete van het vijfvoud van het be
drag van den ontdoken accijns, zijnde f 25358
met verbeurd verklaring van de spiritus.
D everdediger van Schermerhorn, mr. H.
Judell uit Bergen pleitte voorwaardelijke ver
oordeeling voor zijn cliënten noemde den,
Bremenschen koopman Michelsen den feite--
ken „aanlegger" van deze smokkelaf faire, die
hij ais dom van opzet kwalificeerde; de daad-
van zijn cliënt was een gevolg van bet bekende
„ledigheid is des duivels oorkussen". De jon
ge man stamde n.l. uit een familie waar geld
geen rol speelt en had niets om handen. Daar-
trok hem dit avontuur aan, dat hem noodlottig,
werd. Ook Verweij verzocht een voorwaarde
lijke veroordeeling.
Uitspraak 24 Augustus.
os* Huis en Hof
In den bloementuin.
De Dahlia's worden dikwijls bezocht door
oorwormen, die de bloemen en knoppen beschadi
gen. Het eenig middel om daarvan verlost te wor
den is vervangen. Dioch d'e beestjes zijn licht)
seliuw, zocdat men ze overdag moeilijk kan vin
den. Om ze nu ^och te verschalken en maohtig te
worden, kunnen we met goed gevolg gebruik
maken van kleine potjes, gevuld met hooi en
stroo, en die we omgekeerd op de stokken han
gen,, waaraan de planten gebonden zijn. De oor
wormen matsen dankbaar gebruik van de aange
boden schuilplaats en 's morgens, bij het nazien
der potjes, zullen we er verscheidene kunnen
vangen en dood-en.
Verschillende soorten van vaste planten, die
in den voorzomer gezaaid zijn en later verspeend
worden, kunnen nu op bedden worden uitgeplant,
of op die plaatsen waar men ze het volgende jaar
in bloei wenscht te zien. De plantjes kunnen
zich dan vóór het najaar nog' krachtig ontwikke
len en worden sterk genoeg om de wisselvallig
heden van den winter te weerstaan.
'tis nu ook tijd te denken aan het oogsten
van z.g. stxoobloemen of inmortellen, waaronder
brengen, want de geheele familie schijnt vam,
d-en zomer bij elkander te komenj
Een prettige lach verhelderde het gelaat
van den jongsten bij dit vooruitzicht.
Bedenk eens, de geheele familie zal ik
in Den Haag ontmoeten. Dit is een thuiskomst'
hoven bidden en wenschen. Eert blik op hef
stroeve gelaat naast hem deed echter zijn op-,
gewondenheid bedaren en hij vervolgde kalm:
Nu zijn oom en Hilde zoolang hier, om de
drukte wan het verhuizen te ontgaan. Dus'
nu oom er is, kan je moeilijk van het bezoek,
af, Wolf. Bedenkt, hij heeft al die jaren onze-
zaken behartigd, hij is nog tot van den;
zomer mijn voogd.
Wolfgang protesteerde niet meer, dat was
reeds zoo goed als een toestemming. Eetn slim!
lachje kwam! om Huib's mond. Hij wist zoo
goed zijn oudsten broeder over te halen. En,
hij vond' het zoo'n uitmuntend geneesmiddel,
voor Wolf, veel om te gaan met „de nichtjes".
Nu zijn eerste poging om hem meer in gezel
schap te brengen, bijna mislukte, trok hij
partij van Wolfgang's conscientieuse opvat
ting van uiterlijke vormen.
Hij wist dat Wolfgang -een bezoek bij den,
eenigen broeder van hun vader niet verzui-,
men zou en was nu zeker van diens komst,
in de Avenue de l'Alma den volgenden avond.'
De ongduldige Huibert zette groote oogen.
op. toen hij den volgenden avond in de anti
chambre van Van Werden's woning bemerkte
dat niet Wolfgang zooals gewoonlijk op hem,
maar hij op Wolfgang wachten moest.
Dat vreemde talmen vhn zijn broeder niet
begrijpende, keek; hij om en zag hem bezig
met een keurig net rood marokijnen étui, daar
uit een kammetje en een spiegeltje te voor
schijn kwamen, waarmede zijne dunne haren,
zorgvuldig in orde werden gebracht. Als,
Wolf bij deze operatie niet zulk een onver-
men verstaat verschillende planten, wier bloei
üe eigenaardigheid bezitten, ook in geidroog
toestand langen tijd goed te blijven en hare i
sche kleur te behouden. We plukken de bloe,
in de volle zon, als ze goed droog en geheel'
zijn. De onderste bladen worden van de stelen
gestroopt en in bundeltjes gebonden hangea
ze op een luchtige en droge plaats tot ze
droog zijn.
Heizelfde kunneu we doen met verschil^
siergrassoorten, die zich in 't algemeen tij;
der goed leenen voor zulk een behandeling,
bloem-aren of pluimen worden afgesneden
zij har evclkom'en rijpheid hebben bereikt
een donkere, maar droge en luchtige plaats
gehangen om te drogen.
Met deze stroobloeraen en siergrassen kun
moqie Mackart-bouquetten gemaakt worden
w.z. bouquetten van gedroogd materiaal, die
groote duurzaamqheid bezitten. In de bloem
winkels ziet men zulke bouquetten menigm
uitgestald en zijn ze steeds verkrijgbaar.
toevoeging van geprepareerde bladen en vrueh
takken worden zulke bouquetten soms zeer
baar en verkrijgen eene hooge mate van sier
heid én kunstwaarde, zoodat ze zelfs in d<
ste salons niet misplaatst zijn. E.n al zal
aan het levende materiaal de voorkeur ge
boven het doode, toch zijn zulke bouquettne,
lang zij in de natuqurlijke kleuren gehou
worden uit een sehoonheirlsoogpunt volstrekt
verwerpelijk.
Anders staat de zaak, wanneer dit mater
in allerlei schrille tinten wordt geverfd, w
door een bont en onnatuurlijk kleurehmea
wordt verkregen, dat ieder, met eenig gevoel
natuurschoon en kleurenharmonie bedeeld,
lijk treft.
In den Moestuin.
Nu er eens weer wat zonneschijn -in oa
tuin kwam, wordt het tijd zoo spoedig
gelijk het onkruid te doen verdwijnen.
Schoffel, hak en hark moeten de eerste
gen de hoofdrol spelen en niet' alleen
wille van de netheid, maar tevens voor'
ontwikkeling van onze gewassen dienen
de reinheid te betrachten.
't Onkruid neemt voedsel weg, doch
lemmert tevens de planten in haar ontwil
ling. De grond wordt door deze groote scho
maak tevens losgemaakt, wardoor het ind
gen van lucht in de hand wordt gewerk
Tevens gaan we voort met op vrij g,
men plaatsen nog wat andijvie en hoeren!
te planten om op die wijze onze wintervooi
te vergrooten.
De groote tuinboonenoogst is voorbij,
welk ete dik geworden zijn, laten wij zi:
omdat ze onsmakelijk zijn, waarna we
plant uittrekken en te drogen hangen,
dikke boonen kunnen oins zaad geven
't volgend jaar,#mits we alleen de goed
groeide peulen daarvoor houden.
Op vrijgekomen bedden kunnen we
langzamerhand met de teelt van andere
wassen beginnen. Eerst flink omspitten;
de mest in voorraad, dan nog maar een k
je er over, waarna het zaad weer aan
grond kan worden toevertrouwd.
Zoo kunnen w emu de winterpostelein
zaaien.
Men zal van dit zaaisel reeds in Octo
kunnen profiteeren. Mem smijdt de groen
opnieuw af, en opnieuw zal hetblad g
doorgroeien, zoodat men 'in Februari-Ma
een tweede oogst kan verkrijgen.
Gelijkende op zuring, kan patiente of
zelfde wijze gekweekt worden. Ook nu
kunnen we deze groente uitzaaien op ri
die 20 c.M. uit elkaar liggen. Zijn de plan
opgekomen, dan dunt men ze tot op 10
onderlingen afstand uit en de jonge blade
kunnen nog voor den winter gebruikt wor<
't Is een aangename groente en verdient
kelijk aanbeveling.
EÈaarbij is zij winterhard, zoodat in 't
jaar uit de stëngelvoeten opnieuw jonge
deren te voorschijn komen.
Blijft 't weer gunstig, dan kunnen we
Oct. of begin "Nov. d eresultaten van
laats-et zaaiing gebruiken. Mocht de vorst vr
invallen, dan kunnen wij door eenvoudig
ken meït rietmatten de kropsla nog langen
goed houden.
biddelijk stroef! en ernstig gezicht getrol
had, zou de jongste zeker in een lach
.geschoten zijn over de ijdelheid van zijn
ste broeder, even fonkelnieuw als het i
étuitje.
Maar hij was verlangend in het salon
komen, en nog had Wolfgang het kamn
niet geborgen of Huib volgde met groote s
pen den groom, die een deur voor hem opf
aan de andere zijde van deim corridor.
Dag oom, beste oom, hoe gaat het
Wolfgang hoorde die woorden nog voor
binnentreden en zag hoe Huib ointstuiniig
hand drukte van een oud mager heer,
scherpe trekken, nu echter door een gl®
verhelderd.
Mijn goede Huibert, nog altijd even let
dig, geloof ik.
Huib lachte, minder om die woorden,
omdat hij zich zoo tevreden gestemd gev<*
(Waar is nommer twee nu zij
geduldig, de kamer rondziende.
Hilde is nog op haar kamer, zei L«
toen met zacht verwijt: Maar Huib, je
Dat behoeft niet, nichtje, ant
Wolfgang goedmoedig; de eerste in<^rl? 'u.
dit intérieur hem gaf was weer zoo W
lijk; ik ben er al zoo aan gewend ver®
loosd te worden, bij al dat gelukkige weo
van mijn vertroeteld broertje, dat ik ree
mij zonder adjudant te behelpen. En
met die onnavolgbare, waardige, on
1111' i"l-'n
hoffelijkheid, die in hem den mihta®
ried en die zijn jongere broeder, tot
spijt, door zijne gVoqte levendigheid, m®
van hem kon leeren, zich wendend tot
d-en heer, zei hij: Oom Huibert, mag
in uwe "herinnering terugroepen. Ik ben
gang van Maldeghem.
(Wordt verv0*