Van één stam bij Ma gee pri eon woi den kan van I van reg< ten D is 1 gele age ïeer 1). eh< leek •roil D« ;ask e ki De 5, W De lake ruil OU 1 Van: 13. koo] er I foor an let i De ude De iens< echt e m D.e SUMMIUELB ÜII GflOEHTENLAHD We zijn mg in de z.g. hondsdagen, en die, vallen samen met den bekenden komkommer tijd voor de „krantenmenschen". 't Menschdom in de steden in op stap. De treinen zijn vol. Er gebeurt niet zoo heei veel.. De Kamers zijn op reces, de scholen gesloten, en dan is net voor de nieuwsaanbramger een slechte tijd. Stel u eens voor, dat Frankrijk geen misère beleefd met zijn betaalmiddel, dat 't in de Balkan niet wat meer rookte dan ge woonlijk, hoe kreeg men ter wereld de cou rant vol. Blijkbaar zit het bekende dagblad „Het Voik" ook met den komkommertijd. Heeft 't ge-' brek aan copie. We zijn tot die veronderstelling, gekomen naar aanleiding van 'n berichtje in genoemd orgaan. Daar is me oen verslaggever van dit ultra democratische blad aan 't kuieren, geweest, of op de fiets uitgegaan en kwam in, de Haarlemmermeer terecht. Daar heeft die man groote ongerechtigheden ontdekt, en wel bij de groenteboeren. Hij heeft met eigep, oogen gezien, dat gezegde tuinders n.b. de ontoelaatbare handeling pleegden om groenten in slootwater te wasschen. Zulks is vies, onsma kelijk, niet hygiënisch. 'Nu is er in 't couranten vak ook concurrentie., De redacteuren neuzen eikaars epistels na, omi „bij' te blijven. Dat is nu een echt komkom mertijd-bericht, daar zit copie in. En 't H.bl. liet er geen gras over groeien, en zond er ook een verslaggever op af, die een serieus onder zoek heeft ingesteld bij de tuinders om en bij Sloten, onder de rook van Amsterdam. 't Is me ook een zaak van beteekenis. Im:-, mers die groente dient tot voeding van onze, Hoofdstadmenschen, en nu zoo'n behandeling, met slootwater, je reinste aanslag op de ge zondheid van dfi', Amsterdammers. Sloten be hoort nu tot Groot-Amsterdam, al ziet 't er, hcelemaal niet steëdsch uit. Het heeft nog geen waterleiding, en dat in Amsterdam. Wel' rijden er de gemeentelijke autobussen, Sloten! is uitzijn isolement verlost en de belasting biljetten worden, naar uw weten, eveneens prompt thuisbezorgd. Het Volk kan met die ergerlijke dingen geen vrede nemen, daar moet de gemeente voor zorgen en de noodige af- weermaatregelen treffen. Zelfs mag niet ge wacht worden tot het Provinciale Waterlei dingsbedrijf de zaak heeft aangepakt, vanwege de groote gevaren voor de Amsterdammers. 't Handelsblad is ditmaal erg voorzichtig ge weest, schrijft niets over de dure groenten, maar bepaalt zich tot het onderwerp, het wasschen met slootwater. Zie je - schrijft het blad hoofdzakelijk wasschen de boe ren wortels en bieten. Eni dat kan geen kwaad, want we eten geen rauwe wortels, maar we koken ze en een emikele kwajongep/ eet wei eens rauwe op, maar schraapt deze toch eerst. Ook bieten worden gekookt en dain| zijn alle ongerechtigheden als bacteriën, mk croben enz. toch dood. En welke huismoeder zal nalaten de groenten: over te wasschen. Ja, als Het Volk zijn zin- kreeg, dan kregen we nog een gemeentelijke groenten wasschersbedrijf, vrees ik. Als je ^dit alles leest, loopt je een koude' rilling over je lijf, bij de gedachte alleen, dat 't Volk en 't Handelsblad eens een onderzoek! instellen naar het wasschen van groenten aan de Langendijk, speciaal van de wortels.' Ja, als we dit eens op 'n stemmingmakende, wijze gingen belichten, de toestanden eens schetste, geen Amsterdammer kocht ooit meer een bosje Langendijker wortelen, al was ze prima gesorteerd, alle grut er uit en 40 aan een bos. En bij ons hebben we toch de waterlek ding, een enkeling dan uitgezonderd, die nog meent 't met onhygiënisch regenwater te mo gen doen. Langetndijkers slaat ook u de schrikl nog niet om 't hart. Zou liet nu niet op den weg liggen van dej I.. G. C. en van de N. M. B. zoo'n wasscherij! in te riehten? De De wo. .elenakkers kiezen \vk dan voor 't gemak kort bij de wasscherij, dat' FEUILLETON is practisch. Misschien was het wel erg ge-, wenscht enkele perceelen, allen óij elkaar ge legen uitsluitend voor wortels te bestemmen. Dat zou rationeel wezen, je hadt dan niet zoo. veel tijdverlies, alles bij mekaar; we nament er nog een waschbaas bij, een bacterioloog* kon ook geen kwaad en we konden gerust sla-, pen in 't besef de Hoofdstedelingen ziekte- kiem vrije wortels te Leveren. Als we dit eens „voor mekaar" hebben ge bokst, kunnen we later eens onze aandacht! j wijden aan ziektekiehi vrije kool en bloemkool, j Aan de veilingen is 't 'nog niets veranderd! bij de vorige week. We kunnen nog elkenj dag het niet alledaagsch tafereel aanschouwen, dat de z.g. werkwilligen onder politiegeleidet naar en van de laadplaatsen gaan. In 't dorp. 't aller onaangenaamst gezicht van arbeiders, 1 die ('k ben er vast \an overtuigd) er naar. i hunkeren aan den arbeid te gaan en in eeirr. onaangenaam parket zich bevinden. We kun nen ons zeer goed in hun geestesgesteldheid indenken; wie dat met ons doet, oordeelt niet te hard over hetgeen in de afgeloopen weel^ gebeurde. We twijfelen niet, of zullen straks; velen zijn, die de plaats gehad hebbende on geregeldheden streng afkeuren, aiet alleen om| dc gevolgen, maar ook om de daad zelf. Er; zal op dit gebied nog al wat te vergeten noo-, dig zijn. Weinigen zullen met opgewektheid hun be zigheden in de afgeloopen week hebben ver-; richt. De bouwers niet, vanwege de aller- naarste prijzen voor de vroege kool, waarvan! partijen verkocht zijn voor den spotprijs van; 60 ct. per 100 K.G., wat gelijk staat met waar deloosheid van het product. De bloemkool houdt ondanks de hondsdagen! goed prijs, maar dat is ook het eeriige artikel j dat thans een redelijken prijs opbrengt. W4 hebben zoo de indruk, dat vele Broeker bou wers 't niet zoo druk hebben. Je ziet de lui. overal, ze gaan op reis. Heden troffen we „eenl stel" met het plan naar Zuid-Limburg te trek ken, veien gaan naar Bergen, als heel gewone dagjesmenschen. Er is veel belangstelling voor 't feit van den dag, de staking, en alles watt daarmee verband houdt. Zoo hebben wij, on danks komkommertijd nog volop stof tot schrijven, en zoeken geen copie bij geb)rek; aan gegevens om de krant vol te krijgen. v 16) - Ik vind je broer een vreemde man, Huib, erg teruggetrokken. Hij wordt alleen leven dig als hij over jou begint, dat is het eenige goede dat ik in hem opmerk. En waarom wil hij niet weten, dat hij ziek is? Hij ziet er slecht uit. Er kwam een schaduw over Huib's gezicht. Ook hem was, bij al de frissche, gezonde ge laatstinten van dezen kring, Wolfgang's ver vallen uiterlijk meer in 't oog gevallen. Och, je jveet niet, hoe stroef ën in zichzelf gekeerd het leven hem gemaakt heeft. Zijn jeugd is nog eenzamer geweest dan de mijne. Ik heb nog enkele liefelijke herinneringen' aan mijne moeder, hij geen enkele aan de zijne, wantzij stierf bij zijne geboorte. En wat is mijn stille vader, die schier geen voet zette uit zijn studeerkamer, voor hem, voor mij ge weest? Ik heb nog een huiselijk liefhebbend familieleven gehad bij je ouders, hij ging uit ons somber huis naar Indië en bleef daar, vóór ik kwam, weer twaalf jaar alleen, zonder een enkelen band die hem het leven veraann genaamde. Hoe wilt ge dat zoo iemand luch- hartig en vroolijk wordt. Ik heb mij altijdl juist door mijn opgeruimdheid, voor een ver basterden Van Maldeghem gehouden; trou wens korc voor zij ndood zeide mijn vader tot mij, dal ik den aard van mijn moeder had en dat dit het beste erfdeel was, wat zij mij had nagelaten. De echte Van Maldeghem's zijn stroef; denk aan onze beide vaders, en Wolf gang is het echte type. Als hij maar niet verbasterd op een an dere manier, zeide Lize, met denzelfden blik, Nieuwstijdingen Smokkelarij te Camperduin. Omtrent deze zaak lezen wij in het „Hd'bkL" Op zekeren dag in het voorjaar kreeg de jeugdige E. Schermerhorn te Bergen, een brief van een koopman te Bremen, Michelsen geheeten, waarin deze hem verzocht inlichting gen te willen geven over de gesteldheid van) de kust en de min of meer geriefelijkheid van( landing met een schip. Schermerhom sprak er met zijn kameraad G. C. Verweij over te Aker sloot woonachtig, een avontuurlijk jongmensch, die wegens smokkelarij reeds eenige maanden! gewangenisstraf had ondergaan. Het resultaat hunner beraadslagingen was, dat zij den Bres. merschen koopman ongunstige inlichtingen ga- gunstige inlichtingen gaven over een eventueele^. landing in de buurt van Camperduin. Nadat gedu reende eenigen tijd niets meer van den| Duitschen koopman, gehoord was, kwam hij, er dit voorjaaf op terug en naar aanleiding hier van werd een reis naar Bremen gemaakt om nadere besprekingen te houden. Het gevolg, hiervan was, dat Schermerhom en Verweij bei-, den betrokken werden in een smokkelaffaire, die hun nadeelig is geworden en bovendien) eerstgenoemde ,die zich financieel bij den op-, zet interesseerde, 2500 Mark heeft gekost. Te Bremen werden in het smokkelschip „Storm vogel" 198 kisten ieder met 2 bussen spiritus van 10 liter inhoud ingeladen en onder leiding van kapitein Max Gordes zee gekozen in de, richting der Nederlandsche kust met Verweij als passagier. Te voren had Schermerhom zich. bezig gehouden met de organisatie van den landdienst, zooals de president der rechtbank het uitdrukte en alle mogelijke maatregelen ge- die Wolfgang zoo gehinderd had en ook Huib zoo peinlijk trof, zoodat hij nu smeekend en dringend riep: „O Lize, wees daarom vriens delijk tegen hem, laat hij zich bij u allen ge voelen als een verkleumde vogel, teruggekeerd in een warm behagelijk nest. En terwijl Lize hem hartelijk antwoordde, begreep ze den angst, de droefheid niet, die zijne vroolijke oogen verduisterden. Zij kreeg medelijden met Wolfgang, al ware het alleen ter wille van zijn broeder. Zij liet hare ne ven niet vertrekken zonder ook van Wolfgang de uitdrukkelijke belofte ontvangen te heb ben, dat zij er den volgenden avond zoudeml komen doorbrengen. Wel, zeide Huib, toen zij beiden de Ave- neu afliepen, in de riAitinig van de Champs Èlysée: „En hoe vindt je Lize". Ik ga daar niet meer heen, barstte Wolf-' gang uit, een kreec met zoo iets wanhopig^ in den toon, dat Huib onthutst opkeek. 1 - Je hebt toch je woord gegeven voor morgenavond? Ik kon er niet buiten. Maar ik wil er niet) meer komeil, nooit. Zeg jij maar dat ik ziek ben dat gelooven ze toch reeds. t Daar was zooveel gejaagdheid en bitterheid tevens in zijki stem ,dat- Huib slechts zacht durfde opperen: Ik wil heel gaarne elke re den geven voor je wegblijven, alleendentó ik, dat je morgen niet van de invitatie*afkomt. Waarom niet? Ik ga er stellig niet meer heen. Lize vertelde me in ons tète-a-tète, dat zij; morgen oom Huibert en hare zuster Hilde ver wachtte, die bij haar komen logeeren. Tante eii de jongste dochter zijn alvast van uit Brus sel, waar de familie de laatste jaren woonde,' omdat Hilde er het conservatoire bezocht en Sofie er op school lag, naar den Haag gegaan om liet huis in het Bezuidenhout in orde te nomen om een landing te Camperduin mogelijk' j te maken en de spiritus fraudeleus in te voeren. Zoo werd een „poster" in den arm genomen en met den caféhouder Vriendjes te Camper duin een afspraak gemaakt, dat hij op den der landing 'het licht van zijn café zou laten branden, dat als een baken dienst moest doen. Schermerhorn begaf zich op den bewusten avond naar het strand te Camperduin en gaf lichtseinen aan zijn makker Verweij, die zich op „De Stormvogel' 'bevond, dat de landing kon plaats vinden. Verweij begaf zich met een: vlet van boord naar het strand en beiden spra-, j ken daar met elkaar. De kisten spiritus wer-, den inmiddels in zee geploft en door de bran ding naar het strand gebracht en alles zou. een goed en wel verloop hebben gehad, als de, heer J. Kolderhof, inspecteur der Rijksbelasting en de mannen van de Rijksveldwacht er niet j „de lucht" er van gekregen hadden, dat er on- j gerechtigheden op de kust zouden plaats vin den waarbij 's Rijks schatkist zou worden bena-. deeld. De heeren van de belasting en de Rijks-, politie waren dus op hun hoede en hadden op; den' avond van 18 Mei, waarop de landing te Camperduin plaats vond, op verschillende, plaatsen in het duin posten uitgezet tenèindq op het hun geschikt voorkomend moment in te grijpen en de smokkelaars te pakken te krijn gen. Het geluk was hun gunstig en nadat zij het geven van lichtsignalen geconstateerd en waargenomen hadden, dat van het schip ..Stormvogel", dat op 150 M. afstand van de kust lag, kisten aan land waren gebracht, wer den schoten gelost en jacht op .de smokkelaars gemaakt. 'Gepakt werden de „poster" Eduard die overigens niets met de zaak te maken had,, en den smokkelaar Verweij, terwijl Schermer horn met een auto wist te ontkomen. De in spectie van de belastingen en de rijkspolitie vondep de kisten spiritus in de nabijheid van het huis van den caféhouder Vriendjes te Camperduin, denen alles verzegelen en naar Alkmaar transporteeren. Deze smokkelaars Schermerhorn en Verweij stonden Dinsdag voor de Alkmaarsche recht bank terecht en hoorden door. den Rijksad vocaat, mr. Asser, ieder 6 imaanden gevangenis straf tegen zich eischen benevens betaling eener geldboete van het vijfvoud van het be drag van den ontdoken accijns, zijnde f 25358 met verbeurd verklaring van de spiritus. D everdediger van Schermerhorn, mr. H. Judell uit Bergen pleitte voorwaardelijke ver oordeeling voor zijn cliënten noemde den, Bremenschen koopman Michelsen den feite-- ken „aanlegger" van deze smokkelaf faire, die hij ais dom van opzet kwalificeerde; de daad- van zijn cliënt was een gevolg van bet bekende „ledigheid is des duivels oorkussen". De jon ge man stamde n.l. uit een familie waar geld geen rol speelt en had niets om handen. Daar- trok hem dit avontuur aan, dat hem noodlottig, werd. Ook Verweij verzocht een voorwaarde lijke veroordeeling. Uitspraak 24 Augustus. os* Huis en Hof In den bloementuin. De Dahlia's worden dikwijls bezocht door oorwormen, die de bloemen en knoppen beschadi gen. Het eenig middel om daarvan verlost te wor den is vervangen. Dioch d'e beestjes zijn licht) seliuw, zocdat men ze overdag moeilijk kan vin den. Om ze nu ^och te verschalken en maohtig te worden, kunnen we met goed gevolg gebruik maken van kleine potjes, gevuld met hooi en stroo, en die we omgekeerd op de stokken han gen,, waaraan de planten gebonden zijn. De oor wormen matsen dankbaar gebruik van de aange boden schuilplaats en 's morgens, bij het nazien der potjes, zullen we er verscheidene kunnen vangen en dood-en. Verschillende soorten van vaste planten, die in den voorzomer gezaaid zijn en later verspeend worden, kunnen nu op bedden worden uitgeplant, of op die plaatsen waar men ze het volgende jaar in bloei wenscht te zien. De plantjes kunnen zich dan vóór het najaar nog' krachtig ontwikke len en worden sterk genoeg om de wisselvallig heden van den winter te weerstaan. 'tis nu ook tijd te denken aan het oogsten van z.g. stxoobloemen of inmortellen, waaronder brengen, want de geheele familie schijnt vam, d-en zomer bij elkander te komenj Een prettige lach verhelderde het gelaat van den jongsten bij dit vooruitzicht. Bedenk eens, de geheele familie zal ik in Den Haag ontmoeten. Dit is een thuiskomst' hoven bidden en wenschen. Eert blik op hef stroeve gelaat naast hem deed echter zijn op-, gewondenheid bedaren en hij vervolgde kalm: Nu zijn oom en Hilde zoolang hier, om de drukte wan het verhuizen te ontgaan. Dus' nu oom er is, kan je moeilijk van het bezoek, af, Wolf. Bedenkt, hij heeft al die jaren onze- zaken behartigd, hij is nog tot van den; zomer mijn voogd. Wolfgang protesteerde niet meer, dat was reeds zoo goed als een toestemming. Eetn slim! lachje kwam! om Huib's mond. Hij wist zoo goed zijn oudsten broeder over te halen. En, hij vond' het zoo'n uitmuntend geneesmiddel, voor Wolf, veel om te gaan met „de nichtjes". Nu zijn eerste poging om hem meer in gezel schap te brengen, bijna mislukte, trok hij partij van Wolfgang's conscientieuse opvat ting van uiterlijke vormen. Hij wist dat Wolfgang -een bezoek bij den, eenigen broeder van hun vader niet verzui-, men zou en was nu zeker van diens komst, in de Avenue de l'Alma den volgenden avond.' De ongduldige Huibert zette groote oogen. op. toen hij den volgenden avond in de anti chambre van Van Werden's woning bemerkte dat niet Wolfgang zooals gewoonlijk op hem, maar hij op Wolfgang wachten moest. Dat vreemde talmen vhn zijn broeder niet begrijpende, keek; hij om en zag hem bezig met een keurig net rood marokijnen étui, daar uit een kammetje en een spiegeltje te voor schijn kwamen, waarmede zijne dunne haren, zorgvuldig in orde werden gebracht. Als, Wolf bij deze operatie niet zulk een onver- men verstaat verschillende planten, wier bloei üe eigenaardigheid bezitten, ook in geidroog toestand langen tijd goed te blijven en hare i sche kleur te behouden. We plukken de bloe, in de volle zon, als ze goed droog en geheel' zijn. De onderste bladen worden van de stelen gestroopt en in bundeltjes gebonden hangea ze op een luchtige en droge plaats tot ze droog zijn. Heizelfde kunneu we doen met verschil^ siergrassoorten, die zich in 't algemeen tij; der goed leenen voor zulk een behandeling, bloem-aren of pluimen worden afgesneden zij har evclkom'en rijpheid hebben bereikt een donkere, maar droge en luchtige plaats gehangen om te drogen. Met deze stroobloeraen en siergrassen kun moqie Mackart-bouquetten gemaakt worden w.z. bouquetten van gedroogd materiaal, die groote duurzaamqheid bezitten. In de bloem winkels ziet men zulke bouquetten menigm uitgestald en zijn ze steeds verkrijgbaar. toevoeging van geprepareerde bladen en vrueh takken worden zulke bouquetten soms zeer baar en verkrijgen eene hooge mate van sier heid én kunstwaarde, zoodat ze zelfs in d< ste salons niet misplaatst zijn. E.n al zal aan het levende materiaal de voorkeur ge boven het doode, toch zijn zulke bouquettne, lang zij in de natuqurlijke kleuren gehou worden uit een sehoonheirlsoogpunt volstrekt verwerpelijk. Anders staat de zaak, wanneer dit mater in allerlei schrille tinten wordt geverfd, w door een bont en onnatuurlijk kleurehmea wordt verkregen, dat ieder, met eenig gevoel natuurschoon en kleurenharmonie bedeeld, lijk treft. In den Moestuin. Nu er eens weer wat zonneschijn -in oa tuin kwam, wordt het tijd zoo spoedig gelijk het onkruid te doen verdwijnen. Schoffel, hak en hark moeten de eerste gen de hoofdrol spelen en niet' alleen wille van de netheid, maar tevens voor' ontwikkeling van onze gewassen dienen de reinheid te betrachten. 't Onkruid neemt voedsel weg, doch lemmert tevens de planten in haar ontwil ling. De grond wordt door deze groote scho maak tevens losgemaakt, wardoor het ind gen van lucht in de hand wordt gewerk Tevens gaan we voort met op vrij g, men plaatsen nog wat andijvie en hoeren! te planten om op die wijze onze wintervooi te vergrooten. De groote tuinboonenoogst is voorbij, welk ete dik geworden zijn, laten wij zi: omdat ze onsmakelijk zijn, waarna we plant uittrekken en te drogen hangen, dikke boonen kunnen oins zaad geven 't volgend jaar,#mits we alleen de goed groeide peulen daarvoor houden. Op vrijgekomen bedden kunnen we langzamerhand met de teelt van andere wassen beginnen. Eerst flink omspitten; de mest in voorraad, dan nog maar een k je er over, waarna het zaad weer aan grond kan worden toevertrouwd. Zoo kunnen w emu de winterpostelein zaaien. Men zal van dit zaaisel reeds in Octo kunnen profiteeren. Mem smijdt de groen opnieuw af, en opnieuw zal hetblad g doorgroeien, zoodat men 'in Februari-Ma een tweede oogst kan verkrijgen. Gelijkende op zuring, kan patiente of zelfde wijze gekweekt worden. Ook nu kunnen we deze groente uitzaaien op ri die 20 c.M. uit elkaar liggen. Zijn de plan opgekomen, dan dunt men ze tot op 10 onderlingen afstand uit en de jonge blade kunnen nog voor den winter gebruikt wor< 't Is een aangename groente en verdient kelijk aanbeveling. EÈaarbij is zij winterhard, zoodat in 't jaar uit de stëngelvoeten opnieuw jonge deren te voorschijn komen. Blijft 't weer gunstig, dan kunnen we Oct. of begin "Nov. d eresultaten van laats-et zaaiing gebruiken. Mocht de vorst vr invallen, dan kunnen wij door eenvoudig ken meït rietmatten de kropsla nog langen goed houden. biddelijk stroef! en ernstig gezicht getrol had, zou de jongste zeker in een lach .geschoten zijn over de ijdelheid van zijn ste broeder, even fonkelnieuw als het i étuitje. Maar hij was verlangend in het salon komen, en nog had Wolfgang het kamn niet geborgen of Huib volgde met groote s pen den groom, die een deur voor hem opf aan de andere zijde van deim corridor. Dag oom, beste oom, hoe gaat het Wolfgang hoorde die woorden nog voor binnentreden en zag hoe Huib ointstuiniig hand drukte van een oud mager heer, scherpe trekken, nu echter door een gl® verhelderd. Mijn goede Huibert, nog altijd even let dig, geloof ik. Huib lachte, minder om die woorden, omdat hij zich zoo tevreden gestemd gev<* (Waar is nommer twee nu zij geduldig, de kamer rondziende. Hilde is nog op haar kamer, zei L« toen met zacht verwijt: Maar Huib, je Dat behoeft niet, nichtje, ant Wolfgang goedmoedig; de eerste in<^rl? 'u. dit intérieur hem gaf was weer zoo W lijk; ik ben er al zoo aan gewend ver® loosd te worden, bij al dat gelukkige weo van mijn vertroeteld broertje, dat ik ree mij zonder adjudant te behelpen. En met die onnavolgbare, waardige, on 1111' i"l-'n hoffelijkheid, die in hem den mihta® ried en die zijn jongere broeder, tot spijt, door zijne gVoqte levendigheid, m® van hem kon leeren, zich wendend tot d-en heer, zei hij: Oom Huibert, mag in uwe "herinnering terugroepen. Ik ben gang van Maldeghem. (Wordt verv0*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 4