Tweede Blad
Gemeenteraad Zuidscharwoude
Zaterdag 11 September 1926
De werkzaamheden namens het Uitvoer Controle
Bureau door zii'n ambtenaren in Noord-Holland verricht.
We verzochten een ambtenaar van het U.C.B.
ons eens ia te lichten over de werking' van het
instituut. Met genoegen heeft deze hieraan vol
daan, waarvoor we hem onzen dank betuigen.
We bevelen de lezing, van het volgende onzen
lezers aan, vertrouwend dat het artikel de be
langstelling onzer lezers heeft.
DE AARDAPPELCAMPAGNE 1926.
.1
Nu we aan 't. eind van de vroege aardappelcam
pagne zijn, meenen we goed te doen hieromtrent
even 't één en ander te memoreeren. Liet het
zich in April aanzien dat de aardappelen buiten
gewoon vroeg klaar zouden zijn, de koude maandi
Mei bracht hierin echter verandering. Van vroeg
was dan ook geen sprake meer. 't Was zelfs in
begin Juni zeer moeilijk lekkere aardappelen te
bekomen.
Wel waren de aardappelen mooi, glad, in te
genstelling met vorig jaar, toen we zoo met pok
kige knollen hadden te kampen.
'tGing met de prijzen maar ma)tig, bijna dade
lijk een lagen prijs. In den aanvang veel oon-
eurrentie van oude aardappelen, nieuwe Italiaan-
sche, malta's enz
De uitvoer naar de verschillende landen kon
weer plaats hebben, echter onder verschillende
beperkende bepalingen en allerlei voorschriften.
Duitschland heeft, zooals bekend, o.m. voor
aardappelen invoerrechten en wel tot 31 Juli
Mark 1.50 per 100 K.G. is pl.m. -f90 per wagton
(10000 K.G.). Ofschoon dit niet buitengewoon
hoog is, vormde het bij de goedkoop© aard|-
appelprijzeti een belangrijk percentage. De ver
houding van invoerrecht tot inkoopwaarde was
veel gunstiger dan momenteel bij uitvoer van
roode en gele kool. Toch zal het zeer zeker zijn
invloed op den prijs hebben gehad.
We hadden wear noodig gezondheidscertifica
ten, afgegeven door den Plantenziektenkundigen
Dienst. Om deze oertificaten te verkrijgen moes
ten de aardappelen han bepaalde eischen voldoen.
Voor Duitschland en Frankrijk was dit nogal
eenvoudig, omdat daarvoor uitsluitend op wrat
ziekte moest worden onderzocht en deze ziekte
in N.-Holland gelukkig niet voorkomt.
Voor andere landen moesten de aardappelen
op alle ziekten.of beschadigingen worden onder
zocht.
Voor Denemarken, Finland en Tsjecho-Slowa-
kije bovendien nog bepaalde voorschriften betref
fende de verpakking.
Ten slotte nog enkele landen waarheen geen
aardappelen mochten worden uitgevoerd.
Het nakomen van alle voorschriften werd uit
voerbaar gemaakt, doordat de veilingleiders en
veilingskeurmeesters werden aangesteld tot tijde
lijk controleur bij den P. Dienst.
Wat'de controle op het artikel, betreft, gecon
troleerd door .vaste controleurs van het Uitvoer
Controle Bureau en wat de administratie, afgeven
van iuspectiebiljetten, oertificaten enz. aangaat'
tevens gecontroleerd door de vaste ambte
naren van den P. D. Zoo kon de zaak dus mar-
Maar nu zijn we er nog niet. Door het Uitvoer
Controle Bureau wordt een merk (oontrolemerk)
afgegeven. Hiervoor is in verschillende landen
reclame gemaakt en mede door de ervaring, de
behaalde goede resultaten wordt zoo'n merk door
den handel gevraagd, verlangd.
Het Uitvoer Controle Bureau (U.C.B.)' heeft
ter verkrijging van haar merk voor vroege aard
appelen de volgende eischen vastgesteld
Aardappel en.
Deze moeten zijn vrij van ziek, practisch vrij
van zand óf klei; vrij van groen met een mini
mum doorsnede (in 't volle seizoen) van 33 m.M.
voor grooten en 26 m.M. voor poters. Voor wit-
vleezige aardappelen later 40 m.M. voor grooten.
Hierover een kleine opmerking. 'tViel ons n.L
op dat bijna algemeen door den handiel werd ge
klaagd over te kleine maat (26 m.M.) voor de
poters (drielingen).
Gelukkig dat de Oostelijke veilingen in Noord-
Holland het vrij algemeen aanhielden op z.g.
guldensrol (28 m.M,).
Nu de moeilijkheden "welke zich soms voordeden
om aan bovengenoemde U.C.B.-eischen te vol-
dloen. Door het aanhoudend natte weer kregen
we moeite met één dier eischen, n.l. „practisch]
vrij van zand of klei". Teveel modder dus. Voor
al op zwaardere gronden kostte dit heel veel
moeite, terwijl zelfs dikwijls met de uiterste zorg
't nog moeilijk gelukte de aardappelen toonbaar
te maken.
De meeningen van aanvoerders, koopers en U.
C.B.-controleurs, liepen hierover nog al eens uit
een. We hoorden een keer terecht door een be
trokkene zeggen: 't Is ,nu eenmaal zoo, de aard-
appel groeit helaas niet aan den boom.
Toen door wat droger weer betreffende te veel
zand of klei, de ergste pijn wat geleden was, werd)
bier en daar melding gemaakt 'van bet uitbreken
van de zoo gevreesde aardappelziekte. In de meest
vatbare soorten werd ze natuurlijk 't eerst aan
getroffen.
Vooral de soort Ninety fold had het geducht
te kwaad, zóó zelfs, dat het U.C.B. weigerde tijde
lijk het merk voor deze soort af te geven.
Ofschoon het zich ernstig liet aanzien is het
toch met de ziekte nog vrij goed losgeloopen-
Nu nog iets anders: door de* strenge keur op
ziek ,van de zijde der exporteurs zoowel als
door U.C.B. en Plantenz. Dienst kwamen meer
malen groene aardappelen voor den dag. 'tKwam
dus voor dat partijen geen ziekte vertoonden,
werden goedgekeurd maar op groen moesten wor
den afgekeurd of opnieuw uitgezocht.
Toen dit dank zij de nauwkeurige controle in
orde was ep goed functioneerde, kregen we weer
iets nieuw* (iets leelijks).
Op een gegeven moment werd n.l. gemerkt dat
in de soort „Ideaal" holle exemplaren voorkwa
men, vooral in de groote, wat meermalen ook "bij
andere soorten grove aardappelen voorkomt, nu
echter sommigen met vocht of zelfs geheel ver
rot van binnen. Vorig jaar hadlden we met deze
soort aardappelen te kampen met het barsten,
dus ieder jaar een bizondere, dloch niet goede
eigenschap.
Als zijnde geen le klas gezonde aardappel meer,
achtte het U.C.B. zich verplicht hiervoor geen
label (U.C.B.-merk) meer beschikbaar te stellen:
Ook de P. D. maakte bezwaar om voor sommige
landen hiervoor certificaat af te geven. Mocht
't meer in den aanvang van 't seizoen zijn voorge
komen ,dan zou misschien een oplossing te vinden
zijn geweest n.l. eorteeren en voor de grofste geen
merk afgeven.
In 't nu zoo ver gevorderde seizoen zou 't
moeite nauwelijks hebben beloond.
Verder nog iets over een lateren aardappel, de
„Wilde duke", een prachtige witvleezige aardap
pel, deze scheen het ook van binnen te'pakken
te hebben, echter weer heel iets anders, ook al
weer in de grootste het ergst en wel een bruine
roestkleurige streep middenin, gedeeltelijk of ook
wel over de geheele lengte.
De meeste partijen gering, enkele weer erger
't Schijnt echter dat er als de aardappelen ge
kookt zijn niets meer van is te bespeuren.
Zoo hebben we dus weer een vroege aardappe
len-campagne met variaties 'gehad.
Vorig jaar kwamen in de aardappelen ook ver
schillende gebreken voor o.a.. pokkige, groene en
ook te kleine en werden deze afwijkende partijen
vaak tegen gereduoeerden prijs in ontvangst ge
nomen en zonder U.C.B.-merk verzonden.
'tZal zeer zeker sommigen uwer opgevallen
zijn dat dit nu sporadisch voorkwam, ja dat
zelfs bijna alle partijen welke hiervoor in aan
merking kwamen, van liet U.C.B.-merk voorzien
zijn geworden, 't Is wel sterk veranderd; zóó
zelfs dat van een wending ten gunste van de
geheele aardappelexport kan worden gesproken.
Opvallend' was dat, vorigen zomer, zoodra voor
aardappelen wegens kwaliteitsafwijking het U.C
B.-merk werd geweigerd, door den kooper vaak
werd' aangedrongen om deze voor minderen prijs
toch te ontvangen en dan zonder U.C.B.-merk te
exporteeren. In tegenstelling hiermee wordt, in
dien momenteel aan 'een bepaalde partij wegens
afwijking het U.C.B.-merk niet wordt verstrekt,
bijna zonder uitzondering gezegd: dan moet ik
ze niet hebben, kan ze niet gebruiken, tenzij die
partij opnieuw wordt nagezocht en gesorteerd.
Groote aardappel-exporteurs verzekerden ons,
dat het moeilijk Wordt, aardappelen niet voorzien
van het U.C.B.-merk te verkoopen. We spraken
verschillende Duitsche importeurs die er hoogen
prijs op stellen. Recht wit wordt beweerd dat wa
gonladingen aardappelen, voorzien van bedoeld
merk, zóó, zonder meer worden van de hand) ge
daan. terwijl daarentegen van andere zendingen
zonder merk, het grootste gedeelte der balen
wordt geopend omdat het niet wordt vertrouwd.
Het artikel aardappelen, voorzien van het U.
C.B.-merk, kan zeer zeker voor liet Uitvoer Con
trole Bureau als een volledig succes worden be
schouwd.
Laat het ook eenmaal zoover komen met onze
andere artikelen als kool, uien, wortelen enz-
'tMoet kunnen worden vertrouwd omdat het is
zooals het moet zijn.
Dit niet ten gerieve en nutte van tonze omge
ving -Noord-Holland ma,ar in het belang
va.n den geheielen Nederlandschen Tuinbouw en
Handel.
MIJNHARDT's
Hoofdpijn Tabletten 60 ct.
Laxeer-Tabletten 60 ct.
Zenuw Tabletten 75 et.
Sitaal-Ta bief ten 90 ct.
Maag-Tabletten 75 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
Vrijdagavond half acht vergaderde de Raad
dezer gemeente, tem Raadhuize.
Voorzitter den Edelachtb. Heer Jhr. Van'
Spengler, burgemeester
Secretaris de heer Kunnen.
Afwezig zijn de heeren C. Kramer en Dijk
huizen
De voorzitter opent de vergadering en vraagt
of een der leden op- of aanmerkingen heteft
op de notulen der vorige vergadering.
Daar zulks niet het geval is, worden deze,-
vastgesteld.
Ingekomen is een schrijven van de Nederl.
Spoorwegen volgens art. 3, waarbij de toezen
ding der rekening omtrent den personendienst
bepaald is betreffende de; lijn genaamd het'
„Broeker Spoortje".
Het nadeelig saldo bedraagt over den dienst
1 Mei 1925. tot 30 April 1926 f 6240.88.
B. en W. stellen voor dit stuk voor kennis
geving aan te nemen.
Aldus wordt besloten.
Van den commissaris der Koningin is be
richt ingekomen met de medeideeling dat de
heer J. Rutsen geplaatst vop de voordracht alsj
no. 2 in de vacature als zetter als zoodanig,
niet in aanmerking komt, vanwege zijn, functiei
als gemeente ambtenaar he,tgeen bij de wet.
niet toelaatbaar is.
B. en W. dragien voor den heer P. Bierkhout"
ou d-gemieenteraadslid
Aldus wordt besloten.
Ingekomen is het volgende adres van de.
heeren Du Burck en Dijkhuizen:
Onclergeteekenden stellen den Raad voor: ,,Het
Reglement van orde voor de vergaderingen van den
R, ad der gemeente Zuidscharwoude aan te vullen
mei de volgende wijzigingen:
i. De vergaderingen van den Raad worden bij
vöoikeur gehouden op een Donderdag. Zij vangen
«au des namiddags half acht.
2 De Voorzitter regelt in de oproepingsbrie
ven de volgorde, waarin de onderwerpen worden
behandeld. Bij voorstellen, niet uitgaande van B.
en W, brengen B. en W. schriftelijk praeadvies
uit. In de oproepingsbrieven of in een daarbij be-
hoorende bijlage, worden de voorstellen zoodanig
toegelicht, dat de raadsleden in hoofdzaak op de
hoogte zijn van aard en omvang der voorstellen.
Bij benoemingen wordt de voordracht of de aan
beveling in de oproepingsbrief vermeld, alsmede
(le namen der aftredenden.
3. Geen onderwerpen, tot de competentie van
den raad behoorende, en die een uitgaaf van f 100
cf meer vorderen, kunnen een onderwerp van be
handeling uitmaken, tenzij zij in den oproepings
brief zijn vermeld.
.Ter toelichting zeggen de voorstellers:
Ad. 1. Voor elk raadslid is het van belang te
weten op welken dag de raadsvergaderingen in den
rege." worden gehouden, opdat hijl speciaal dien
„dag daarvoor kan beschikbaar houden. Zeker in alle
steden en in vele andere gemeenten komt een der
gelijke bepaling in het reglement van orde dan
nok voor.
Ad. 2. De leden van den Raad van Zuidschar-,
woude moeten ware wondermenschen zijn: Alle
voorstellen, ook de ingewikkeldste en meest in
grijpende worden in de raadsvergaderingen bii
monde van den Voorzitter medegedeeld en toege
licht, zoodat onmiddellijk de raadsleden een oor
deel over die voorstellen moeten vormen en uit
spreken. Van ernstige overweging is dan ook geen
sprake. Bij de benoemingen wordén nóch in de
oproepingsbrieven, nóch bij de raadsstukken de af
tredenden vermeld, nóch de namen van de voor
gedragen of aanbevolen personen. De raadsleden
komen dus wel beslagen ter vergadering 1 Zij we
ten dan nog zoo wat niets 'Overtuigd als wij zijn,
dat elk raadslid dit anders zal wenscpen, ver
trouwen wij, dat allen zullen medewerken, om
aan dien onhoudbaren toestand een einde te maken.
Ad 3. Ten einde te voorkomen dat besluiten
bij verrassing worden genomen, die belangrijke
uitgaven medebrengen, achten wij een dergelijke
bepaling nuttig.
1
B. en W. prae-adviseeren het adres voor)
kennisgeving aan te nemen.
De heer Du Burck meent dat het prae
advies eigenlijk al voldoende zegt om <de|
voorstellen aan te nemein. Volgens spreker ge
tuigt het van weinig differenties van de Raads
leden. Spreker meent, dat als 2 raadsleden
een voorstel doen, dat zij dan ook hiervoor,
reden hebben en indien B. em W. elenige
welwillendheid betrachten het zeer gemakke
lijk is punt 1. als zoodanig goed 6e keuren,
daar ieder lid dan rekening kan -houden met
zijne werkzaamheden als vooruit bepaald is
welke dag de raadszitting zal plaats hebben,
terwijl de leden thans zulks moeten afwachten.
Het verwondert spreker teln zeerste dat een
dergelijk prae-advies is uitgebracht.
Wat betreft art. 2 voert spreker aan, dat
de laden vaak onbeslagen teti ijs komen om
dat bij de oproeping nimmer een schriftelijk
prae-advies bijgevoegd is. Spreker haalt als
voorbeeld aan de vermenigvuldigingsfactor,
waarvan niets bekend was. Spreker kan over
zuik een onderwerp niet diretct een oordeel vel
len, wellicht, zegt spreker, zijn ar onder de
leden snuggerder dan sprekeir is, die zulks
gehee) overzien.
Spreker pleit voor een schriftelijk prae-ad
vies van B. en W„ hetgeen volgeéis spreker
ten zeerste in het belang der gemeente is.
Hetgeen punt 3 betreft ajcht spreker het wen-
schelijk dat de raad bij bedragen van "belang,
medezeggenschap heeft. Spreker is thans be
ter op de hoogte als bij de inzending van hielt
acires. daar bij het nazien der Gemelentere'ke-
ning enkele posten de begroeting ver hebben
overschreden.
De voorzitter maakt den heer Du Burck
er op attent dat zülke aanmerkingen bij de
behandeling der begrooting gemaakt kunnêh
worden en dat hij zich bepalen moet bij heit
adres.
De heer Du Burck wenscht die opmerking
alleen te maken frer verduidelijking.
Spreker had gehoopt dat de voorzitter het,
waardeeren zou dat zulks toegelicht werd. Spr.
zegt dat de leden goeld zullen doen dp vopr-<
stellen goed te kennein.
De heer Zeeman we|nscht wiel iets te zeg
gen, doch niet zoolang de voorsteller,. die|
heer Dijkhuizen niet aanwezig is. Spreker
meent, dat de Raad verplicht is, het stuk aan
te houden totdat de heer Dijkhuizen aanwe
zig is, zulks ter wille van de waardigheid der,
raadsleden.
De voorzitter antwoordt dat de raadszitting j
om half acht aanvangt en indien een der raads- i
leden belang stelt in het onderwerp, moet.
hij zorg dragen op tijd aanwezig te zijn.
De voorzitter ontraadt den 'heer Ze'eman
een voorstel als zoodanig in 'te dienten, daar
hierdoor precedenten wordten geschept, welke
moeilijkheden kunnen brengen;.
De heer Zeeman zegt, dat hij den heer Dijk-
'huizen te goed kent dat "zoo het mogelijk ware,,
hij zeer zeker op tijd aanwezig had geweest.
Spreker wil zich niet dringen in de leiding
der vergadering doch daar geen bericht van
verhindering van den heer Dijkhuizen is ont
vangen zal deze zeer zeker ter vergadering
komen. Het zou spreker spijten indien de uit
slag omtrent de stemming van de voorstel
len zou vallen en de heielr Dijkhuizen kort
daarop zou komen. Spreker zou daarom in
dit geval eerst enkele andere punten behandeld
zien.
De voorzitter zegt in het algemeen zeer veel
te gevoelen voor beleefdheidsvormen, doch
deze kunnen niet altijd toegepast worden. De
agenda vermeldt volgens spreker nog meer
gewichtige punten.
De heer Du Burck zegt dat de heer Dijk
huizen niet eerder dan acht uur ter vergade
ring kan komen. Spreker is het met den
voorzitter eens, dat er precedenten geschept
zullen worden, doch is er misschien in dit ge
val eenige aanleiding, om den heer Dijkhui
zen af te wachten.
De voorzitter vraagt of het voorstel var.
den heer Zc.man wordt gesteund.
De beer Du Burck antwoordt bevestigend.
De voorzitter merkt op indien bet verzoek
om de zaak te behandelen in tegenwoordig
heid van de voorstellers schriftelijk ingediend
was voor den aanvang der vergadering, het
wellicht zou zijn toegestaan volgens de bur
gerlijke beleefdheid.
De voorzitter brengt het voorstel in stem
ming en wordt verworpen met 3 tegen 2 st.
Tegen stemden de beide wethouders en de
heer Groen.
Hierna wordt het woord verleend aan den
heer- Groen betreffende het adres.
De beer Groen zegt, dat het hem onaange
naam heeft aangedaan niet te hebben verno
men -hetgeen B. en W. tegien het voorstel
hebben. Voor spreker is het van belang te
weten of er werkelijk iets tegen is. Spreker
zegt, dat er wel iets uit het adres over te
nemen is en stelt de vraag of B. -en W. wer
kelijk overwegende bezwaren hebben. Spreker
zou die gaarne vernemen, daar hij zich met
voorbehoud vereenigt met punt 2.
Punt 1 vindt spreker te vergaand en vindt
het niet zoo overwegend. Spreker hoopt, al
thans nog iets te vernemen van B. en W,
De voorzitter deelt mede op grond van wat,
naar voren gebracht is in het adres, dat zulks
getuigt van onwellevendheid en gemis aan
vertrouwen; vooral punt 3 getuigt van weinig
vertrouwen in den Raad, wethouders en voor
zitter. Spreker stelt de vraag wat of de heeren
er wel van zouden zeggen indien spreker de
raadsvergaderingen op Woensdagavonden zou
bepalen. Spreker weet zeker dat 2/7 gedeelte
der leden niet aanwezig zou zijn en zou zulk
een besluit een onwellevendheid mijnerzijds,
zijn om alleen met mijzelf rekening te houden.
Spreker wil nog niet eens noemen hetgeen 'ip
het adres in strijd met de wet zou zijn. Om
trent cie agenda zou eventueel in overweging
genomen kunnen worden. Spreker zegt, "dat
het B. en W. den moed en lust ontbreekt om
dergelijke voorstellen met ernst te be stud ee ren..
Spreker 'kan zich niet begrijpen dat in dezen
absoluut geen overleg gepleegd is, juist zoo
iets van de jongste Raadsleden moet uitgaan,
destijds zijn de vergaderingen ter wille van hen
ook al op de avonden bepaalt.
Ook omtrent punt 2 zegt spreker zingt ieder
vogeltje zooals bet gebekt is.
De voorzitter zegt, dat grootendeels de pun
ten in strijd met de wet zijn.
De heer Du Burck meent zich echter te.
herinneren, dat de heer Dijkhuizen op eien
vorige vergadering welke de heer Kroon pre
sideerde een dusdanig verzoek om een bepaal
den dag voor vergadering heeft gedaan, de
heer Kroon zou het verzoek, aldus spreker,
aan den voorzitter overbrengen. Spreker is
overtuigd dat van onbeleefdheid, eveneens van,
weinig vertrouwen, geen sprake is, doch het
geen gevraagd wordt is toch geen abnormali
teit daar in andere plaatsen zulks niet t*e-
.staat. Spreker meent, dat de zaken met meer
kennis zouden beoordeeld kunnen wordep, als
de dag der vergadering bepaald was, daar toen
rle werkzaamheden daar naar kan regelen en de
leden zich ook voldoende kunnen voorbereide®.!
Spreker meent dat de gemeentewet de inwil-,
liging van het verzoek niet uitsluit. Spreker
verbaasd het dat de voorzitter met een zekere
minachting spreekt over de jongste raadsleden.
Volgens den voorzitter zouden de zakten mis
schien kalmer worden behandeld, doch spr.
zegt, dat de jonge raadsleden juist het vuur
er in brengen.
De voorzitter hamert en zegt, niet te kuin-
men toestaan dat de heer Du B.urck persoonlijk'
wordt.
De heer Groen zegt dat de voorzitter te
ver gaat daar het gezegde niet persoonlijk be
doeld is.
De voorzitter voegt den beer Groen toe, die
beoordeeling aan hem over te'laten. Spreker
mag niet toelaten dat zulks gezegd wordt. I
De heer Du Burck zegt, dat hij als jongste;
raadslid, zoolang het zijn zal, zijn beste krach
ten zal geven in het belang der gemeente.
Spreker hoopt dat de raadsleden het prae-ad
vies van.B. en W. zullen verwerpen.
(Voor vervolg zie men die tweenie pagina van
liet Eerste Blanjj).