NIEUWE Dinsdag 21 September 1926 36e Jaargang lets over bijgeloof onder de inlandsche bevolking van NederL OosMndië 'STEMMINGSBEELD UIT GROENTENLAND Nederland lid van den Volkenbondsraad Sluiting Sfaten-Generaal NO. 112 INTERC.TELEPHOOH 52 L4NGEDIJKER GODRAMT lm elk volk, op walken trap van beschaving? het ook sta, blijven voortleven vaak overblijf selen uit 't grijs verleden uit den vroegeren gods dienst die door dat volk weid beleden. In oor sprong waren dit metestal natuurdiensten waarbij wljls wonderbare macht werd toegekend aan dingen, waarover we thans vaak de schouders ophalen' Het overblijfsel uit deze cultus, het bijgeloof, vinden we nog overal, bij het eene volk' in deze mate, bij het andere in meerdere of mindere. Meestal hangt dit af van den trap van beschaving, waarop den volk staat, dan wiel van den tijd, die achter hen ligt waar op het dan natuurdienst vaarwel heeft gezegd.- Nu is het dus niet te verwonderen, dat in iee|n land, als onze Oost, waar beide factoren hog zeer grooten invloed uitoefenen im mers het is nog slechts een 500 jaar geledien, dat het Mohammsdaapscbe geloof zijn intocht deed in onze kólopiën, terwijl we bovendien, veilig kunnen aannpmemi, dat de dessabevolking op eeln nog zeer lagen trap van ontwikkeling en beschaving staat. Vandaar dat het bijgeloof nog zeer welig tiert onder den eenvoudigen Indonesiër. In het dagelijksch leven komt dit maar al te vaak tot uiting en het is een bewezen feit, dat de in de tropen verblijf hou dende Europeanen hiermede rekening heb ben te houden en het niiet trachten te raegee- nem. Dit lijkt ©enigszins vreemd, doch zonder aan het bijgeloof eenige waarde te hechten, dient de Europeaan in zeker opzicht aan de bijgeloovige wemschen van den Inlander tege moet te komeln, want anders zal hij daarzelf het meest den nadeeligan invloed van onder vinden. Ik zal daarvan benige voorbefelden ge ven. Die Inlander kan niet buiten zijn z.g. sla- matans, dit zijn fee's ten, die door hem gegeven worden bij gewichtige v gebeurtenissen in 's menschen leven, zooals bij geboorte, huwe lijk, bij een sterfgeval of bij het betrekken van een nieuwe woning. Het geluk en het welzijn vam een familie hangt vaak af van de wijze en het tijdstip, waarop een nieuw huis wordt be trokken. De Zaterdag wordt als een van de minst gewsnschte dagen beschouwd, tenminste voor 5 uur des namiddags. Na dien tijd mag, mein hiet nieuwe huis wel betreden, doch ook' dit moet weer op een bijzondere wijze geschie den. Men mag n.l. niet rechtstreeks de woning door de voordeur binnengaan, maar men moet dit door die achterdeur doen, terwijl men 'daar bij |nog moet in acht nemen, dat men voor het huis staande linksom naar 't achtererf gaat en niet langs den rechter kant. De lezer kan er vam op aam, dat de Inlandsche bedienden zeer, zeker het noodige toezicht uitoefenen, om na, te gaan, of met deze dingen rekening wordt ge houden, want zij hechten er zeer groote waarde aan. Trouwens ik kan ook niet anders zeggen,; dam dat, wanneer men het niet doet, men tien; nadeeligen invloed zeer zeker zal ondervinden. Er wordt dan in den loop der tijden vaak veel door de bedienden gebroken óf beschadigd. Em dan wordt de schuld geschoven op'liet zich tniet houden aan de voorgeschreven regelen of het niet geven van een slamatan. En toch, mag dergelijk nadeel,, aangebracht door het personeel, niet aangemerkt worden als op ziet, of als een soort van wraak'; neen, veeleer, mag men aannemen, dat zij,, door de weten schap, dat de Europeaan geen acht geslagen heeft op hun waarschuwingen en vingerwij zingen, een bijzondere nervositeit over zich krijgen met de bekende gevolgen. Om voorts 'het huis te bevrijden van allerlei hooze geesten en om te voorkomen, dat deze hun intrede zullen doen, houden de Inlanders een slamatan. Al naar gelang de belangrijkheid waarvoor dit gedaan moet worden, zal de sla matan beknopter dan wel uitgebreider zijn. De vrouw des huizes geeft dan aan haar be dienden een bepaald bedrag, 'dat meestal va rieert tusschen f 2.50 en f 10.—. Daarvoor worden dan verschillende spijzen en ingrediën- taa gekócht, en een heerlijke maaltijd is het, eindresultaat. Hierbij moet ik nog opmerken, dat aan een dergelijken maatregel altijd aanzit 109a inlandsch priester, die met de mede-aan- zittemden voor den aanvang eeni gezamenlijk gebed houdt waarin Allah's zegen wordt afge smeekt voor de nieuwe bewoners. Opmerkelijk is het dat de vrouwen niet aan bet eten mogen deelnemen en dat zelfs de res tanten niet mogen worden weggegooid, noch door de vro.uwe|n mogen worden gebruikt, maar dat deze eerlijk worden verdeeld onder de aanzittenden en Tn pisangblad verpakt naar huis worden meegenomen. Een ander staaltje van bijgeloof wil ik hier nog aan toevoegen, om in een volgend ar tikeltje iets te vertellen over de toovermiddelen, die in de inlandsche wereld in zwang zijn. 1 Eens was er bij een Eunopeesche familie een kleimie baby van een tafel gevallen op een stee- nen vloer. Toen, nadat de vrouw des huizes het kind had verzorgt, zij in de bewuste ka-, mer terugkwam, bemerkte zij, dat op de plaats, waar het gevallen was, de vloer kletsnat was. Er naar informeerende bleek dat de Inland sche bediende zoo, spoedig mogelijk |na het ongeluk op dezelfde plek een emmer, water letterlijk had leeggesmetlen, want, dan zou ler volgens haar zeggen, niets met het kind gebeuren. Is hst wonder, dat- het bijgeloof, dat in de inlandsche wiereld nog zoo welig tiert, ook' zijn invloed laat gelden ie de Europeesche, wereld en er dus b.v. in geen enkel echt In-, disch hotel een kamer 13 voorkomt? Die bouwers klagen erl de kooplui stoffen niet, 't gaat niet best. De kool is en blijft,- behoudens het neusje van den zalm,' voor roode .waardeloos, de uiem brengen een schim metje op, kortom 't is een droef beeld, dat die veiling dag aan dag biefdt. Laatst komt eed "koopman op me af. heusch, geled krenterige benauwde vent, neen een man, die ook verlies aan durft en dan gen gezicht zet als overkwam hem iets omoverkomenlijks. Trouwens, wie daar niet tegen kan, moet de groenten de groenten maar laten, 't Was; heélemaal niet om dat verlies, maar meier uit curiositeit, dat hij het volgende vertelde: 'k Had eed klant, die ik een wagon kool aanbood, 't is alweer eenige weken geleden. 'Dei prijs was zoowat f 4.50 voor móói 2 kg. goed. Als ze honderd daalders zijn, kun je me zoo'n wagon sturen, zèi de afnemer. I 'k Verwachtte heelemaal niet, dat "needs den volgenden dag diezelfde sorteering op f 1.80 zou komen en toen kocht hij een wagentje vol. Maar nu wou die klant hem niet accep-, toeren en zei dadelijk ik zal hem voor jouw rekeding vetkoopen. Ed nu heb ik de afrekening gekregen. Dia cijfers, aldus mijin zegsman, zijd uiterst leer rijk. De opbnedgst van dien wagen is 890 Mrk'. is ongeveer 530 gld. Bij een inkoopsprijs van 180 gld. en een bruto opbrengst van 530 gld. heb ik dog 102 gld. aan die wagon ver gokt. Ik vraag m'n lezers, 'is dit werkelijk geen leerzaam voorbeeld? 'k Zeg er verder niets meer van, ieder kan weten, wat hier de groote sta- in-den-weg is. Toch wensch ik aan die algemeene klaag zang niet mee te doen, maar wil ik' ook eens, eten ander beeld u voorhouden, en wel van de bloemkool. Wilde ik met dit artikel de zwarte, sombere kapt uit, er waren redenen, te over voor. Zijn er niet vele rotsstronken' in 't gevaar. Hoeivele akkers brengen bijna niets op, wijl de bloemkool verdraaid is. En was het Zaterdag j.l. al weer niet misère met den prijs. Maar ik verzoek den somber gestemden lezer ook eeds den meer zondige zijde van het geval te zien. Ga mee ter veiling en zie. Ruim 100 schuiten met kool. Allen zien 's morgens met belangstelling naar 't bord; vain te voren reeds hebben we de meedingen) verkondigd omtrent de vermoedelijkgn aanvoer, 't Was immers zonnig in de laatste dagen, hoonan we, dus is er een groot kwantum, meedt de een. En een ander beweert weer, dat er maar weinig bouwers met bloemkool kim den komen, want er draait volgens hem zooveel wieg. I i Zoo is er leven, beweging, interesse. 1 Vervolgens hebben allen groote aandacht voor dien prijs. Die eerste bouwer houdt ge woonlijk op; verwon dierlijk is het op te mer ken, hoe goed de reeds min of meer bejaarde koorklanten onthouden, op welke prijzen dit ophouden geschiedde. Wadt 't is «een zaak van beteekenis, om. straks te kunnen vaststellen of de aanvoerders, verdiedd dan wel verloren hebben met dat ophouden. i Dat is alle dag dezelfde vraag, en de beant woording er -van verveelt hen nooit. Verder taxeeren kooplui en bouwers de kool near kwaliteit. Net als met de prima Lange-, dijker piepers beweren velen, dat de kooplui bij wijze van spreken den boer en niet de kool k.jopen. Kleinere bloemkool noemen de koop lui schar ran, vele bouwers noemen de goede sdharren, nog een „gnap koolke". «Halverwege de markt bepaalt men op 't koor de tem den z en voorspellen ze reeds het resultaat voor de ophouders. Zoo groot is de belangstelling, dat bij grooten aanvoer 't wel eens gebeurt dat de ééne koor-* klant zin krijgt in zijn „koppiestik" en zijn maat tracht over te halen mee te gaan. Meer dan eens kunt ge dan hoore'n 'k moet eerst weten of de ophouders winnen of verliezen. Niet alleen bij de mannen op 't koor en bij de bouwers was er belangstelling voor het artikel, maar gelukkig was die ook aanwezig bij exporteurs en binnenlandsche kooplui. Nu er gelen vnaag is voor de witte, roode en, gèle kool, is de aandacht speciaal op de bloem kool gericht. Maar de kooplui achten nog een oorzaak aanwezig, en die noem ik een ver blijdende. Onze bloemkoolmarkt herleeft weer, minder dan in andere jaren worden de be stellingen elders, in de Streek, uitgevoerd, me|n kioopt weer meer op eigen markt. t Met nadruk verzekerde men zoowel expor teur als binnenlandsch koopman dat dit een gevolg is van de doorgevoedre sorteering. Men' kan wel e|ens sputteren, wijzen op gevallen inzonderheid van bouwerszijde dat men de s or teer in g te ver doorgevoerd acht. Meni noemt dan de nu gebleken waardeloosheid van de derde soort en 't groote prijsverschil/ tusschen eerste en tweede. Maar letten we nu« op de uitspraak yap de kooplui, op het zicht baar opleven onzer bloemkoolmarkt, dan isi daardoor de sorteering doeltreffend gebleken. Ziet verder de aflevering van het product. jaT weer zou ik kunnen gaan klagen, wijzemi op scherpe keur, volgens sommigen veel te scherp. Neen, 'k wil dien kant niet op, 'k wil, de lichtzijden eens zien. 'k Vergat ter veiling u te wijzen op onze, wakkere krattefnmakers, die er „pik bij" zijn, eiken morgen weer, om hun waren aan demi man te brengen. De bloemkóolbouw brengt mee ,door de eischep, die men tegenwoordig aan de verpakking stelt, dat vele menschen ert «een broodje aan verdienen. Eerst dan de krat- t en makers, veel kool wordt „gevloeid", de pakking in de kratten vordert vele handen, wat. weer de arbeiders ten goede kómt. En. is 't, na zoo'n langdurige troostelooze stilte; bij onze schippers, geen opwekkend gezicht, de motoneln weer te zien, hoog beladen met bloemkool? Bloemkool bracht voor 'n wijle leven, be weging, of, reuring, zooals wie wel eens zeg gen. Nu nog ieen opmerking over het gewas1' zelf. Begin j.e nu toch te klagen over den prijs, over de kwaliteit? hoor ik' zeggen. Neen, ik wil niet klagen, alleen iets op merken. De soort Le Cerf heeft, naar men algemeen aanneemt, de eigenschap, dat "de bladen zoo broos zijn. Grijp je pen kooltje beet, en legt ge het weer terug, dap zijn in de meeste gevalleln de bladen gebroken. Is dat breken; van 't blad oen eigenaardigheid van de soort of ©dn gevolg van anderen oorzaken? 'k Hoorde daarover een zeer merkwaardige meejning, die ik bij dezen mijn meer deskun dige Lezers mededeel. 't Had de aandacht van een koopman ge trokken, dat leen zekere bouwer, op niet eer-i ste klasse land, sedert tal van veilingsdagenl haast de beste bloemkool aanbracht. Dit gaf hem reden tot nadenken en onderzoek, te meer daar de bladen van die kool veel ster- ker bleken. i Wat bleek? Dat die man zijn akkers ge-I i slikt had en lichte stalmest bemesting had toe-i gepast. Ook de, bouwer was, even als de koo- man de meening toegedaan dat 't zeer goede resultaat met zijn bloemkool bereikt, meer aan het slikken, dan aan de stalmest te danken was. 1 Hier durf ik geep oordeel uit te spreken, dat laat ik gaaiinie aan de bouwers zelf over. f vador 42, Chili 43, Nederland 37 en China 29 stemmen. Aangezien alleen deze 8 staten bij eer ste stemming de absolute meerderheid verkre gen, was een tweede stemming noodzakelijk, waarbij, als 9e en laatste lid werd gekozen Tsje- cho-Slowakije met 27 stemmen. Bij het verdere verloop der stemming werd een zetel voor 2 4aren toegekend aan Nederland met 47 stemmen van de 49, Columbia met 47 stemmen en China met 34 stemmen. Polen, Roemenië en Chili kre gen ieder voor 3 jaar een zetel, terwijl San Sal vador, Tsjecho-Slowakije en België voor 1 jaar zitting zullen nemen. Daarna is de Raad "bij ver kiezing samengesteld en voor Nederland zal daar in zitting nemen Jhr. Dr. Loudon, aan wien een dergelijke post van vertegenwoordigeng ten volle is toevertrouwd. Het bericht, dat Nederland een niet-permanen- ten zetel voor den tijd van twee jaren is toever trouwd, is zeer zeke rverhegend. Een zetel in den Vol ken bondsraad, die het leidende lichaam is van den Volkenbond, en dat voor den tijd van twee jaren, wordt niet zonder meer aan ieder land toevertrouwd. Dit besluit van de Algemeene Ver gadering van den Volkenbond mag zeer zeker worden beschouwd als een eervolle onderscheiding van ons Vaderland, als een bewijs, dat de andere mogendheden de be teekeais van den Staat der Nederlanden wel degelijk erkennen ,en als blijk van vertrouwen ,'dat zij in onze Regeering stellen. Door de toekenning van «dezen zetel krijgt Neder land voor den tijd van twee jaren stem in «den Volkenbondsraad. Nu heeft dit lichaam wel is waar geen uitvoerende macht, doch neemt in wordiging. bestaande uit de heeren Jhr. Dr. Loudon, Prof. Eysinga en Prof. Francois, bij' monde van haren leider, Jhr. Loudop, toen er sprake was van verdere uitbreiding van den raad, deze uitbreiding der niet-parmanente ze tels, in een kernachtige rede bestreden. Hijl verklaarde echter tevens, dat 'Nederland er zich niet tegen zoü verzetten, ómdat het Voor stel tot uitbreiding volkómen samenhing met: opneming van Duitschland in de|ni Raad. De heer Loudon zeide zoo ongeveer: ook al z'ou| :Nederland den kans verliezen ooit in den.' :Raad te wordeln opgenomen, dan zou toch! de Nederlandsche delegatie het internationaal belang van den Volkenbond stellen boven het nationaal belang. Het zal Jhr. Loudon en de; 'Nederlandsche delegatie daarom zeker aange naam aandoen, dat aan ons land een zetel voor twee jaar is toegekend. En ieder rechtgeaard Nederlander zal even zeer een gevoel van nationalen trots voelemj opvlammen, want een dergelijke zetel voor 2 jaar terwijl b.v. ©en der landen, die oorlog! hebben gevoerd België slechts een zetel voor 1 jaar krijgt het wil nog al wat zeggen. s De verkiezing van Nederland mag als een verrassing worden beschouwd, daar zij aam het begin der vergadering niet was te voorzien. Toen beeft n.l. de Nederlandsche vertegen; ieder geval een zeer belangrijke positie in/ ten aanzien van de leiding ider internationalen politiek. De volkenbondsraad immers (in z'm kwaliteit als zoodanig beet hij „Conseil") moet beraadslagen over die aangelegenbeden, waar voor de geheele algemeelne vergadering (l'As- semblée geheeten) te groot, te talrijk is en is in het bijzonder belast met de controle op de, Volkenbondsadministratie, de beslechting van de internationale belangengeschillen, het toe zicht op het Saar bekken en Dantzig en het opmaken der agenda voor de algemeene ver gadering. Bij de verkiezing van 9 niet-permanente leden van den Volkecibondsraad werden den 16en Sept. te Genève uitgebracht: op Polen 45 stemmen, op Roemenië 41, België 41, Columbia 46, San Sal- Vereenigde vergadering van de beide Kamers der Statep-Generaal op Zaterdag 18 September tot sluiting der zitting. Voorzitter: J. J. B. B|aron Van Voorst tot Voorts. Dis Voorzitter doet de griffier van de Eer ste Kamer voorLezen een Kon. Besluit van 9; September 1926, waarbij' de minister van Bin- nenlandsche Zaken en Landbouw wordt ge machtigd te 3 uur des namiddags zich te be geven naar de vergadering der Staten-GeneraaL teneinde in een vereenigde vergadering der beide Kamers de zitting in naam der Koininginj te sluiten. De Voorzitter benoemt een commissie, welkq deltl minister in het gebouw zal ontvangen en uitleiden. In deze commissie benoemde hij de leden, der Eerste Kamer Heerkens Thijssien en De, Savopnin Lohman en de 'leden der Tweedel

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 1