Gemeenteraad Koedijk. Kamer van Koophanilel en fabrieken en de Middenstandsvereenigingen in Hollands Noorderkwartier. Het Cadeaustelsel en de bestrijding daarvan. Op deze vergadering, die Woensdagmiddag ten stadhuize to Alkmaar werd gehouden, fungeerde de heer Kol ster van Helder als voorz., die in zijn opening zeide, dat de voorz. van de Kamer, de heer Arntz, verhinderd was de vergadering bij te wonen en de leiding aan hem had over gedragen. Ik verwacht dat men mij mijn taak gemakkelijk zal maken, op een wijze, waardoor de vergadering vruchtdragend zal zijn. Wanneer ik u allen hier welkom heet, doe ik dit inzonder heid den heer Jhr. Mollerus, secret- van de K. van K. en Fabrieken te Haarlem, die hier eeni- ge beschouwingen zal houden over het zoo groo- te kwaad: het cadeaustelsel. Verder hebben wij in ons midden den Dir. van de Ned. Middenstandsbond, den heer Inge- nool, die ik ook van harte welkom heet. Met. deze woorden wordt de vergadering- voor geopend verklaard, en verkrijgt Jhr. Mollerus het woord, voor het honden van zijn beschouwingen. Toen de Secret, van de K. v. K. te Alkmaar, aldus spr. mij verzocht hier eenige woor den te spreken over ;le gevaren, verbonden aan den verkoop met cadeaux, heb ik hiertoe niet alleen gaarne de gelegenheid aangegrepen, maar heb ik mij tevens gedrongen gevoeld, de inzich ten van het Landelijk Comité, dat zich voor actie tegen dit stelsel heeft gevormd, naar voren te brengen. Nu moet men van mij niet een breedvoerig be toog verwachten. Ik heb mijn beschouwingen in gedeeld in een aantal desiderata, naar aanleiding waarvan men mij "na afloop vragen zal ^uijnen. stellen. Allereerst dan eenige opmerkingen van alge- meenen aard. Wat het geven van cadeaux betreft, dit is al zoo oud, zoowel iu den vroegeren als in den tegen- woordigeo tijd. De vorm van vroeger en van den tegoriwoordigeu tijd zijn echter van geheel ver schillenden aard. D-at dit onderwerp thans zoo algemeen de aan dacht trekt, vindt zijn oorzaak in het feit, dat de vormen; waarin de cadeaux worden gegeven, zich zoo enorm hebben uitgebreid. De nevenvor men zijn van zoo'n grooten omvang, heeft den reëelen handel zoo op den achtergrond doen gera ken, dat deze door het Landelijk Comité vaij funesteu aard worden beschouwd. Nu stelt het Laad-Comité zich niet op het standpunt dat men het cadeaustelsel als onreëel en als oneerlijke concurrentie moet beschouwen, hoewel zich gevallen kunnen voordoen, dat wordt gehandeld in strijd met art. 1 van de Loterijwet. Men moet niet vergeten, dat het cadeaustelsel is gebonden aan Voorwaarden, die steeds meer op den voorgrond treden. Het geven van cadeaux zal dan ook het sterkst op den voorgrond, treden, wanneer de slapte zich meer en meer doet gevoe len in ous laud, in casu in den Middenstand. Maar hierbij kan tevens worden geconsta teerd dat het begrip „betamelijk" in den handel een geheel andere bet eekenis heeft gekregén, dan in vroeger jaren. Nu hebben onze tegenstanders het argument naar voren gebracht, dat het cadeaustelsel den spaarzin, inzonderheid bij de arbeidende bevol king, prikkelt, Eu al berust dit ook op eenigen grond, toch houd ik mij ervan overtuigd, dat hét .stelsel wel eens verkeerd kon werken en een spaarzin bevordert van „prullaria". Onomstootelijk kan worden aangetoond, dat het geven van cadeaux sterk is toegenomen. En in welke vormen heeft, zich dit geopenbaard Daarvoor kan men 3 vormen aangeven. In de allereerste plaats: het directe systeem; het geven van bons of spaarsysteem; en het lo terijsysteem. Het directe systeem heeft zich het meest ge openbaard; dat bij den aankoop van een bepaald artikel daarbij een ander artikel cadeau wordt gegeven. Het spaarsysteem is meer op den voorgrond ge treden bij de invoering van de kasregisters; dat bij de betaling een bon wordt gegeven, die recht geeft op geld; of heeft men een zeker aantal bons ,dat dan een artikel wordt gegeven, dat niets uitstaande heeft met het hoofdartikel dat ver kocht wordt. En het zijn in hoofdzaak de zeep en margarinefabrikanten, die zich op het spaar systeem hebben geworpen. De derde vorm, het loterij-systeem komt hierop neer, dat hij het artikel, dat verkocht wordt, een letter is verpakt van een bepaald woord, en bij volledigheid van het woord recht op een cadeau geeft. Dat is een vorm waartegen het Land-Comité opkomt; een vorm die in strijd is met art 1 der loterijwet. Bij de bestrijding van het cadeaustelsel kan in de allereerste plaats worden gewezen op den ongezonden prikkel tot koopen, die wordt ge kweekt bij den consument. Een prikkel, die in geen geval mag worden geprovoceerd door de regeering en particuliere werkgevers; daardoor kernen de menschen te leven boven hun finan- ciëele draagkracht, In de tweede plaats wordt bij verkoop met ca deaux de aandacht vau het te verkoopen artikel afgeleid. Er zijn margariuefabrieken die magazijnen vol met cadeaux hebben, waarvoor menschen noodig zijn, die met het eigenlijke te verkoopen artikel niets te maken pebben. Daardoor wordt de aan dacht van het te fabriceeren artikel afgelei'd; waar toch de R*aeht moet worden gezocht in specialisatie van he> artikel zelf. En zou het- artikel misschien in kwaliteit beter 'zijn, wanneer de cadeaux niet. werden gegeven, eu de cadeaux niet door den consument werden betaald. In de derde plaats mag zeker worden gewezen op de beunhazerij, die naar voren treedt bij den verkoop met cadeaux, en voor den bonafide win kelier een groot kwaad beteekent. De verkoop f Wenscht men reclame te maken voor zijn met cadeaux werkt de beunhazerij in de hand. zaak of voor een bepaald artikel, dan moeten de uitkomsten daarvan door het bedrijf gedra gen kunnen worden, omdat de reclame wordt gevoerd om den verkoop van een bepaald artikel te vergrootten. En daar strijden wij als L. ook niet- tegen, omdat dit een geheel „onver plichte" zaak is. Maar is men eenmaal begonnen met. het geven van cadeaux, dan is men „verplicht" deze te geven aan al de afnemers. Het zijn dan ook onze tegenstanders, die hierin niet het grooto verschil zien. Nu is het echter een groote moeilijkheid te zeggen: „waar is de grens van het geven van cadeaux en waar niet," en ook de vraag van onze tegenstanders: „waar begint nu bestrijding en waar houdt ze op" is onmogelijk te beantwoor den. Wij kunnen niet zoo maar aangeven de categorie waartegen wij niet strijden en waar tegen wel. Maar begrijpelijk is het zeker dat wij geens zins strijden tegen het eenvoudige „snoepje" of tégen het burgerrecht verkregen hebbende „door slagje"; en ook niet tegen het aschbakje en den kalender, waarop de fa. haar eigen naam heeft gedrukt; omdat deze cadeaux geen handelswaar de bezitten. Echter strijden wij wel tegen het geven van het cadeau, b.c. ia den vorm van een half pond thee, Lij den aankoop van een pond koffie. Wij strijden tegen die artikelen, die een inte- greerend bestanddeel vormen bij den verkoop van een of ander artikel. Dus de cadeaux met de reclameafdruk van de fa. worden niet bestreden. En zoo komt men tot de vraag: „Hoe kunnen wij het cadeaustelsel bestrijden?" Art. 328bis van het Wetboek van Strafrecht (wet Aalberse) geeft geea steun of kracht. Iets anders is het met art. 1 van de Loterijwet. En dan zijn er nog 2 wijzen van bestrijding: de „wettelijke" bestrijding en de organisato rische' 'bestrijding. Beziet mer. de „wettelijke" bestrijding in het buitenland, dan is deze wijze van bestrijding feitelijk alleen te vinden in Denemarken. Daar bestaan wettelijke bepalingen ten aanzien van den verkoop met cadeaux. Nu zijn er in ons laad groepen van middenstan ders, die der regeering wenschen te vragen om een wettelijke bestrijding van den verkoop met cadeaux. Maar daar tegenover meen ik, dat daarvoor de tijd nog niet is aangebroken. De middens tap tl zal eerst in eigen boezem actie moeten voeren, om dit euvel te bestrijden. Die middenstand moet. zoo weinig mogelijk aanleunen aan de regeering en aan wettelijke bepalingen. Is er 1 machine die niet aan werkeloosheid leidt ,dau staat die iu Den Haag, waaruit al de Wettelijke bepalingen te voorschijn komen, die ons als in een keurslijf gewrongen doen zitten. Ik sta derhalve op het standpunt, dat men langs organisatorischen weg moet bereiken, wat voor den middenstand van belang is. Bereikt men het gewet)schte doel niet, laat men zich dan aanleunen aan de regeering, maar niet eer der. Een andere vraag is: „Waar moet de strijd be ginnen Nu zou meu kunnen beginnen bij de fabrikan ten, maar men kan zich ook wenden tot den middenstand of tot het groote publiek. Wenscht men het' eerste, dan moet men zich ook het eerst wenden tot de margarine- en zeep fabrikanten, om te bespreken hoe een einde te maken aan het cadeaustelsel. Het. slot vau de correspondentie was, die het L. C. heeft gevoerd met de Centr. Org. van Ned. Werkgevers, waarbij zijn aangesloten het Ciir. Katholiek en Ned. Verbond van Werkge vers, dat men eerst eens de kat uit den boom wilde kijken. Men wilde eens zien, wat de bestrij ding zou uitwerken. Een standpunt dat alles zins begrijpelijk is, maar voor ons niet aange naam. Van die zijde heeft men dus direct niet veel te verwachten. Maar waar de fout ligt bij bepaalde groepen van Ned. Fabrikanten, zou men zich tot die groepen moeten wenden. Ook kan - nrten zich eerst richten tot de mid denstands-organisaties, wat tevens het gemakke lijkst is. En daar heeft het Comité ook het meeste val op, omdat daar belangstelling is te wekken voo rdit onderwerp, dat thans reeds zoo veler aandacht heeft. Voorloopig zou men dus den strijd kunnen be perken tol het contact met de middenstands-or ganisaties. De derde manier. Zich wenden tot het groote publiek is niet de gemakkelijkste, op grond van de slechte organisatie der menschen. De praktijk zal dan ook uitwijzen dat men moet beginnen bij den middenstand en niet bij fabrikanten en publiek, omdat daar direct niets te bereiken valt. Wat weaschen wij? Wat willen wij In de allereerste plaats een proefproces voereii tegenover een firma die het cadeaustelsel toe past en volgens de meening! van het L. C. in strijd handelt met art. 1 der Loterijwet. Het comité is thans reeds zoover, dat het hoopt spoedig het object gevonden te hebben in een onzer groote plaatsen. Nu moet men niet denken dat het comité dit proces gaat voeren uit louter lust tot bestrij den, maar wel uit het oogpunt of het geven van cadeaux, in den vorm zooals die fa. doel, geoorloofd is. Daarna zullen onderhandelingen worden aan geknoopt met margarine- en zeepfabrikanten om gezamenlijk te ageeren tegen den verkoop met cadeaux. Reeds is het Comité met een bepaalde groep zoover hoen, dat de onderhandelingen geslaagd mogen heeten, behoudens 1 enkeling. Is men dan zoover heen dat met de bestrij ding een .aanvang kan worden gemaakt, dan zullen adverleuties worden geplaatst tegen het cadeaustelsel, aan welke annonces het Comité nog wat zal toevoegen. Verder ligt het in de bedoeling, in samen werking met de middenstandsorganisaties anti cadeau-weken te orgauiseeren, waarmede men in Utrecht zal beginnen, om hetzelfde dan te doen in andere plaatsen. Nu zal^ het van het te behalen succes afhan gen of het Comité daarmede doorgaat, maar met medewerking van de middenstands-organisaties zal men trachten in deze iets te bereiken. Dan zal het Comité sprekers laten optreden voor dè plaatselijke organisaties. Ein zullen die organisaties, die dat niet kunnen bekostigen, daar in tegemoet worden gekomen door het L. C. Terwijl tenslotte stempels voor de anti-cade au actie zullen worden uitgegeven. Natuurlijk is daar geld voor noodig, maar reeds kan het Comité er met genoegen op wijzen van verschillende K. v. K. en particuliere fir ma's een bedrag van f4000 aan giften te heb ben ontvangen. Langzaam en geleidelijk zal de meening moe ten doordringen dat de verkoop met cadeaux een kwaad in zich houdt, voor den bonafide détail- list, voor den bonafiien fabrikant en voor het publiek. Aan het einde van mijn beschouwingen ge komen, hoop ik, dat ik met deze uiteenzettingen een steentje heb kunnen bijdragen aan de bestrij ding van het cadeau-stelsel en is mijn moeite daarmede ruimschoots beloond. Een applaus volgt hierop. Van de gelegenheid tot vragen stellen, wordt door eenige personen gebruik gemaakt en ont vangt dc spr. na beantwoording daarvan een warm woord van dank van den voorz. voor zijn keurige uiteenzettingen. Door den heer Schmalz van Schagen worden de aanwezigen nog opgewekt in hun vereeniging allen aan L sporen ,deze actie te steunen. Door den heer De Ba.at, lid van de K. v. K. en F. te Alkmaar, wordt hierna een causerie ge houden over het Handelsonderwijs, waarbij spr. v ijst op het groote belaag van dit onderwijs voor het handeldrijvende en industriëele deel der be volking, en wenscht het onder toezicht en be scherming te stellen van de K. v. K. Ook deze spr. ontvangt voor deze beschouwin gen eveneens een woord van dank van den voorz. Door dea Seer. van de Kamer worden hierna eenige mededeeliugen verstrekt over het Bureau van Advies. Er werden zeer veel adviezen van juridischen aard verslrekt, waarvan er 55 pet. komen voor rekening van de buitengemeenten en 45 pet. voor Alkmaar. Er zijn 8 vereenigingen aangesloten met een totaal van 590 leden, waarvan uit de buitenge meenten 300 en ia Alkmaar 289. De kaspositie is zeer gezond te noemen. Spr. geeft de niet-aangesloten vereenigingen in overweging om zich bij het Bureau aan te sluiten om van de voordeelen te kunnen profi- teeren; eu brengt dank aan het bestuur van het Bureau voor de ondervonden medewerking. Bij de rondvraag komen nog een paar punten ter sprake waarop de K. v. K. niet kan ingaan, maar die organisatorisch moeten worden geregeld. De heer Ingenool brengt nog woorden van dank aan de K. v. K. voor zijn ontvangst en brenlgt hulde aan de Kamer voor het door haar genomen initiatief om geregeld te vergaderen met de mid denstandsvereenigingen, waardoor er een nauw contact blijft bestaan tusschen de Kamér en de bevolking uit haar disdrict. Verder wekt hij de niet-aangesloten vereenigin gen op zich aan te sluiten bij den Middenstands bond, een organisatie die zeker niet miskend moet worden, en wijst spr. op het feit dat het dezen Bond is te danken dat de Weeldebelasting niet is ingevoerd geworden. De voorz. dankt voor de aan de Kamer ge brachte hulde en sluit hierna de vergadering. Donderdagmiddag 2 uur vergaderde de Raad van bovengenoemde gemeente ten raad- huize onder voorzitterschap van den Edelacht- baren heer Kikkert, burgemeester. Secretaris is de heer Sloof. Aanwezig alle leden. De voorzitter opent de Vergadering waarna, de notulen der vorigs vergadering na voor-, lezing weftden goedgekeurd. Punt 2 der agenda. Mededeelingen. Goedkeuring is verkregen van Ged. Staten betreffende de aanvulling der politieverorde- ring waarbij de maximum-snelheid voor mo- I forvaartuigen bepaald is op 6 en 8 K.M. t Voorts deelt Z. A. mede naar aanleiding van het schrijven van den beer A. Groen be-, treffende dsn lijn werker Zeeman, dat B. en W. ingevolge advies van de commissie van onderzoek genoemden Zeeman hebben aange schreven meer aandacht aan zijn werk te schenken en tevens hem er op gewezen, dat B. en W. het wenschelijk achten ,dat Zee-. man Koedijk als woonplaats kiest. De heer Zeeman zegt ,dat het juist in de. bedoeling van Zeeman lag in Koedijk te wo- wen, doch hiervoor was nog geen kans. i Voorts deelt de voorzitter mede, dat door B. en W. van Bergen bericht was gezonden omtrent de verkregen goedkeuring van Ged. Staten voor toelating van kinderen aan de O. L. S. te Koedijk. Door Ged. Staten is het reglement van orde voor kennisgeving aangenomen. Door Ged. Staten is de le ges verordering goedgekeurd. Bij gehouden kasverificatie van den Ge meenteontvanger op 15 Sept. j.l. bedroegen de inkomsten f 68.295.69V2, de uitgaven 62.379.51, zoodat in kas aanwezig moest zijn en was f5.916.18V2, bij die van het' G.E.B. moest in kas aanwezig zijn en was f6.649.23. B. en W. stellen voor bovengenoemde stuk ken voor kennisgeving aan te nemen. Aldus wordt besloten. Punt 3. Ingekomen stukken. Verzoek van de vereeniging „Het Witte Kruis" om eene subsidie van 1 cent per in woner. B. en W. stellen voor dit verzoek te be handelen bij de begroeting. Aldus wordt besloten. Verzoek van de 'R.K. longensschool et Oudorp voor een toelage van f 10.per leer ling. B. en W. stellen voor goedgunstig te be schikken. Verzoek van de Openbare Leeszaal te Alk maar voor een subsidie. 13. en W. adviseeren afwijzend te beschik ker. Aldus wordt besloten. Verzoek geteekend door 504 inwoners de zer gemeente voor "behoud der vijfde leer kracht. De voorzitter doelt mede, dat B. en W.< verrast zijn door het groote aantal ondertee kenaars en is door genoemd college ^besloten, deze leerkracht te behouden, doch zal bij de behandeling der begrooting een zoodanig voorstel worden voorgelegd. Aldus wordt besloten. Van den heer Groen is bericht ingekomen dat hij zijne benoeming als lid dier arbeids bemiddeling aanneemt. Punt 4. Door Ged. Staten is medegedeeld, geen conversie te kunnen verleenen betref fende de geldleening voor den bouw van 4 woningen met 2 boeten, doordien het bedrag der leening niet is genoemd. B. en W. stellen voor over te gaan tot wij ziging van het voorstel, daar thans, na aan, besteding het bedrag voor den bouw beken is,, hierdoor zullen de Ged. Staten de con.-, versie verleenen. Aldus wordt besloten. Punt 5. B. en W. stellen voor de Bouwverordening aan te vullen met eene bepaling betreffende aanbrenging van doelmatige raamhorren ter bestrijding der malariamuggen, zulks naar aan leiding eener circulaire van Ged. Staten. Deze, bepaling geldt alleen voor nieuw te bouwen woningen. Aldus wordt besloten. Punt 6. B. en W. stellen voor naar aanleiding van een ingekomen verzoekschrift van 'MKoo- meo betreffende ontheffing der hondenbelas ting over een half jaar dit verzoek te behan delen In comité. Aldus wordt besloten. Punt 7. Voorstel van B. en W. om eene verhoo,- ging der suppl. begrooting goed te 'keuren, en aldus vast te stellen op f lff.812.78. Aldus wordt besloten. Punt 8. Vaststelling der begrooting G.E.B. en Bur- gerl. Armbestuur en Gemeentebegrooting. De voorzitter verzoekt den heer Kramer als rapporteur der commissie rapport uit te tuengen. De heer Kramer stert namens de commissie voor de hegrootihg van het G.E.B. overeen komstig de aanbieding goed te keuren en: vast te stellen. Af. I op f 13054.—. Afd. II op f 1400.— Aldus wordt besloten. Vervolgens wordt door den heer Molenaar als rapporteur voorgesteld namens de commis sie de begrooting van het Burg. Armbestuur vast te stellen in ontvangsten en uitgaven op f 8985.97 en tevens eene subsidie toe te "ken nen van f3600.—. Aldus wordt besloten. De heer Hart als rapporteur der commis sie stelt voor de volgende wijziging aan tie brengen in de gemeente begrootinig. a. De post presentiegelden der raadsle den te verlagen op f210.—, waardoor het. presentiegeld voor ieder lid bepaald work op f3 b. De presentiegelden der leden van het stembureau te verlagen op f 100.—. c. De subsidie voor het Witte Kruis te lagen met f 10.— en vast te stellen op f 20.— d. De post kosten voor bruggen en over zetveren te verlagen. e. de post satarlssen van het personeel voor bediening van overzetveren te veTlagsi» met f 150.— en te stellen op f 100.en te vens hiervoor een herziening vast te stellen. f. De post huren voor gemeentewoningen, te verhoogen op f501.— g. Wijziging in de bijdragen van andere gemeenten voor het lager onderwijs. h. De jaarwedden van het onderwijzend per-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 4