DE PRUZEN VAN UI 111 1 1 BICARGENTA" HALFWATT" PI 1 ILlf W9 ARGA.-VACUÜMLAMPEK ZUN PER 16DECEMBER VERLAAGD VALLEUS EH GERMISAH De Kooltelltng Uit den Omtrek. Plaatselijk Nieuws De Kamer van Koophandel en de Spoerwegraad Toenemende Glascultuur Land- en Tuinbouw Nieuwstijdingen H E ER HUGO W. A A R.1L Door 'de afdeeling van „Het Witte Kruis is een buitengewone algemeen.3 vergadering gehou den in de nieuwe tooncelzaal van den heer W ester, welke als uitnemend geslaagd mag worden be- schouwd. Voor eeti goed deel mag dit worden, dank geweten aan de ijverige bemoeiingen van Dr. Spierings waardoor we het voorrecht hadden een lezing te kunnen bijwonen van Dr. J. J. Th. Doyer, Inspecteur der volksgezondheid, met als onderwerp: Malariabestrijding in nieuwe banen, en 'de vertooning der nieuwe en uitgebreide ma- laiiafilm. Al terstond mag worden gezegd, dat de afwezigen ongelijk hadden. In zijn openings woord verklaarde de voorz. den heer W. Mole naar, dat het hun een groot genoegen was aan de talrijke aanwezigen het welkom te mogen toe roepen; inzonderheid deed hij dit aan Dr. Doyer, doch ook aan Burgemeester, Wethouders, leden van den Raai en van het Polderbestuur. Hunne aanwezigheid achtte spr. voor de „Witte Kruis- aideeling een nieuw bewijs van belangstelling in haar werken eu streven. Hierna gaf hij het woord aan Dr. Dover- Deze ving zijn hoogst interessante lezing aan mei in de eerste plaats te doen uitko men de voor de verspreiding der malaria nood zakelijke combinatie malaria-derlijanapheles ('ma lariamug) ontstaan andere infectieziekten, als typhus, tuberculose enz. door aanraking van een tweeden persoon met den patiënt, voor infectie van malaria blijkt noodig te zijn de schakel anapheles. De malariamug toch is alleen dan be smet, wanneer ze eerst bij een lijder aan malaria bloed heeft afgezogendoor dan een ander persoon te steken brengt ze de besmetting over. Nu staan er twee wegen over voor bestrijding der malaria: eerstens ter verdelging der mugged, tweedeus genezing der malaria-patiënten door hunne behandeling. Het laatste, zegt spr., dan maar niet op eigen houtje, doch op recept en medewerking van den medicus. De bestrijdings wijze heeft zich dan ook gewijzigd. Men begint niet met de verdelging der muggen van begin tot het einde, doch in de allereerste plaats daar, waal besmeitiogshaarden aanwezig zijn, met andere woorden dus, daar, waar malaria-lijders zijn. Vei lig ioeh kan werden aangenomen als vaststaande, dat juist daar de muggen besmet, dus gevaarlijk zijn. Bij de nieuwe bestrijdingswijze wordt getracht; de geheele bevolking van Noord-Holland aan hei muggen verdelgen te zetten, waardoor zeer veel te bereiken zal zijn met zeer geringe kosten. Door onze afdeeling worden hiervoor gratis spui ten in bruikleen gegeven). Spr. ziet in dezen de toekomst zoo, dat mot ecu tiental jaren muggen worden beschouwd als thans vlooien en dergelijke ongure beestjes, welke in beschaafde omgeving niet meer worden geduld, terwijl men nog in streken als den Balkan b.v. deze diertjes als eer. noodzakelijk kwaad beschouwt. Deze lezing, waar van we een kort resumé gaven, werd met 'de groot ste aandacht gevolgd,' hetgeen mede het geval was met de nu volgende filmvertooning, waarvan de waarde zeer werd verhoogd, door de zeer be vattelijke explicatie, tvelke door den spr. bij ver schillende beelden werd gegeven. Het was voor de aanwezigen een aangename er. tevens zeer leerzame avond. Door den voorz. werd een hartelijk woord van dank gebracht aan den spreker, hetwelk door de aanwezigen met een daverend applaus krachtig werd onderstreept. Met den wensch, dat dan ook deze avond een prachtige propaganda zal blijken te zijn voor de malaria-bestrijding werd de ver gadering gesloten. Aanwezig bij de leden van „GroentencuL tuur'' op 15 December 1926: 3.570.000 kg. gele kool. 1.430.000 Deensche witte kool. 1.110.000 roode kool. 051.000 uien. 82.000 peen. Op 15 December 1925 waren aanwezig: 4.139.400 kg. gele kool. 1.225.000 Deensche witte kool. 764.000 roode kool. 574.000 uien. 106.800 peen. PLICHT. „Plicht" is de titel van een teoneelstuk in 4 bedrijven, dat door Je Schager Tooneelvereéniging „In Eigen Kring" twee malen in die plaats voor volle zalen is opgevoerd. Die vereeniging staat on der leiding van den heer Van Rijswijk en hoopt ook ie Zttidscharwouie met Kerstmis op te tre den in de tooneelzaal van den heer Kramer. - N O0 RDSCHARW 0 UB E. Gevonden: Een knot wol. Terug te bekomen bij de politie te Noordschar- woude. - BROEK OP LANGENDIJK. Gevonden een zilveren dames-horloge. In lichtingen te bekomen bij den gemeente-veld-, wachter Nieuwenhuis. BROEK OP LANGENDIJK. Alhier doet zich een geval van typhus voor. - BROEK OP LANGENDIJK. Den 6en Januari 1927 bestaat er gele genheid tot inschrijving voor den dienstplicht, op het raadhuis, des vaorm. van 10—12 en 's middags van 2.30—4 uur. Bij de aangifte bestaat tevens gelegenheid om op te geven de reden van vrijstelling; die de in te schrijven persoon vermoedelijk zal kunnen doen gelden. Wij kunnen mededeelen, dat de heer J. G. Mcsselaar, lid der Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Holland's Noorderkwartier, bij Kon. Besluit do. 13 December 1926, Stbl. 66, is benoemd tot lid van den Spoorwegraad.) Hieraan kunnen wij nog toevoegen, dat de Kamei van Koophandel zich gedurende eeni ge jaren heeft beijverd om dit te bereiken, opdat de spoorwegbelangen in Holland's Noorderkwartier door een eigen woordvoer-. der zouden kunnen worden verdedigd. In het Oostelijk' deel van De Streek tus-j schen Hoorn en Enkhuizen is al sinds jaren, de tuinbouw hoofdbron van bestaan, maar in het westelijk deel, omvattende de dorpen Westwoud, Blokker, Zwaag en Venhuizen bleef tol heden de veehouderij overheerschend. De, schrale uitkomsten van het bderenbedrijf no pen thans velen tot omzetting van de cultuur. Opmerkelijk is het echter dat bij deze over gang het tusschenstadium van den graveren tuinbou'w woifit overgeslagen. Over het al gemeen werpt men zich op de teelt van fijnera cultures, en maakt gebruik van kassen en series. Alleen in Zwaag zullen dezen winter 64 kassen worden gebouwd, terwijl er ook in Wijdenes, Blokker, Venhuizen en Hem een. groot aantal in aanbouw zijn. Als symptoom van de veranderde cultuur moge dienen, dat een groote boerderij tk Blokker onlangs in 14 perceelen werd ver-,' kocht. 13 van de perceelen grasland zijn tot bouwland gescheurd-en slechts één, waarop een pachtboerderijtje staat bleef groen. (Vr. Westfrj Nadruk, gedeeltelijk of in zijn geheel, zon der vermelding van de bron, verboden. Noordscharwoude, Dec. 1926; Dit voorjaar, ongeveer 1 Maart, heeft Ui in Uw blad eei artikeltje van mij geplaatst over „Vallers en Kankerstronke^ in onze kool". Daarin werd medegedeeld, dat in 1926 proe-» ven zouden worden genomen met Germisan, het bekende ontsmettingsmiddel, daar als vaststaand mag worden aangenomen, dat de Pho'ma aleracea, die het ..vallen" veroorzaakt, o.a. door besmet zaad kan worden overge bracht. Ik kan U meedeelen, dat dezen zomer een aantal proeven zijn genomen en het lijkt mij wenschelijk, belanghebbenden over de re stil - talen daarvan in te lichten, waarom ik de gastvrijhe idvan Uw blad inroep, waarvoor bij voorbaat mijn dank. Allereerst eenige opmerkingen vooraf. Het ging ons in den beginne niet erg voor den wind, daar de weersomstandigheden ons tijdens het zaaien parten hebben gespeeld. Er woei omstreeks 20 Maart, den tijd van het in orde maken der plantenbanen, eew scherpe Oostenwind (gedurende meerdere da gen). die den grond sterk deed uitdrogen en dat is voor het koolzaad een kwaad ding. In een nog ergere mate geldt dit voor ge weekt zaad. Bij het ontsmetten met Germisan wordt het zaad 2 uur in een oplossing gebracht (5 gr. Germisan op 1 Liter water); daarmee hopen we de aan het zaad klevende ziektekje men te dooden. Een niet te voorkomen gevolg is veveits, dat de zaden een vrij groote hoeveelheid vocht opnemen, waardoor het kiemingsproces wordt ingeleid, in een veel vlugger tempo dkn' in den grond plaats heeft. Komt nu het ge-i weekte zaad in een voc'htigen bodem, dan verloopt het proces normaal; droge grond daar entegen is voor het jonge kiemplantje nood lottig. Dit is een feit, hetwelk in alle werkein van „Algemeene Plantenteelt" te vinden is. Bij meerderen was de stand der planten op de banen te dun. Opmerkelijk is, en dit klopt met bovenstaande bewering dat zij, die vroeg zaaiden, geen last hebben gehad Bij 4 personen, die omstreeks 18 Maart zaai den (de grond was toen nog weinig uitge-» clroogd) heb ik persoonlijk geen verschil waart genomen tusschen het behandelde en Met-be handelde gedeelte van het zaad. Bij beide gedeelten was de stand normaal. Het valt niet te ontkennen, dat bij verschil lende proefnemers het ontsmette zaad dunner opkwam. De schuld is evenwel niet te wijten aan het Germisan, doch enkel aan het opnemen' van vocht. Is een akker naar behooren, dan is het nemen van een grootere hoeveelheid zaad niet noodig». Deze strubbeling had tot gevolg, dat het vertrouwen eenigermate geschokt werd en he* terugwinnen daarvan is een heele toer. Gé lukkig is het aantal proefnemers groot ge noeg gébleven en van de door mij toegezoWJ den vragenlijsten zijh er 21 ingevuld terug gekomen. Een tweede opmerking is, bij deze proeven serieus te werk te gaan en zich te houden aan de gegeven voorschriften. Er wordt gewerkt met zeer zwakke oplos singen (V2 pct.l). De hoeveelheid water moet dus precies worden afgemeten (niet b.v. met een melkbeker) en het poedervormige Ger misan goed worden opgelost. Ieder proefnemer kan voor z'ichzelf uitma ken of hij zich hieraan stipt gehouden heeft en is dit niet het geval, dan is mislukking, be grijpelijk. De gestelde vragen waren: 1. Welk zaad heeft u ontsmet? (geel, wit of rood). 1 2. Was het nieuw zaad of overjarig zaad? 3. Heeft U alles ontsmet of slechts een gedeelte? 4. Kwamen in het niet-ontsmette gedeel te vallers voor en hoeveel procent ongeveer? 5. Kwamen in het ontsmette gedeelte val-, Iers voor en hoeveel procent olrtgfevefir? 6. Is u tevreden over Germisan? 7. Moeten 't volgend jaar naar Uw mee ning weer proeven genomen worden? 8. Heeft U bijzonderheden mede te dee len? Om conclusies te trekken is het noodzake lijk van elke partij zaad een gedeelte te be handelen en een gedeelte niet. 3 personen hebben alles ontsmet, waarvan 2 geen vallers waarnemen. Voor no. 3 zie mien onder het hierna volgend gedeelte over bij zonderheden. Bij 9 personen kwamen In het behandelde en niet-behandelde zaad geen vallers voor. Deze proeven zeggen ons dus ook niets. 9 bouwers konden wel verschil ontdekken tusschen de planten, gegroeid uit ontsmet en niet-ontsmet zaad. De verschillen loopen zeer uiteen. 1. Roode kool, nieuw en jarig zaad. Niet ontsmet: 5 pet. gevallen. Ontsmet: een enkeling, niet noemens waard. 2. Roode kool, nieuw zaad. Helft ontsmet, helft niet. Niet ontsmet: 2 pet. vallers. Ontsmet: geen vallers.. 3. Gele en roode kool, nieuw zaad. Rood niet ontsmet, 10 h 15 pet. ge vallen. Rood ontsmet, 4 pet. gevallen. Geel, alles ontsmet, geen vallers. 4. Roode kool, nieuw zaad. Niet-ontsmet: 30 pet. gevallen. Ontsmet: 'geen vallers. 5. Rood, jarig zaad. Niet ontsmet: 20 pet. gevallen. Ontsmet: geen vallers, althans niet noe menswaard, behalve op één akker, waar een plek voorkwam met een beduidend aantal vallers (zie hieronder). Wit, nieuw zaad, bij beide gedeelte» geen vallers. 6. Rood, nieuw zaad. Niet ontsmet: 90 pet. gevallen. Ontsmet 10 pet. gevallen. 7. Rood, nieuw zaad. Niet-ontsmet: 90 pet. gevallen. Ontsmet: 25 pet. gevallen. (Dit zaad was ontsmet met dezelfde oplossing, waarmede al 2 andere partijtjes zaad waren behandeld. Ik weet niet, of het middel daardoor van zijn kracht heeft verloren). 1 8 - Rood, nieuw zaad. Niet ontsmet: enkele gedeelten tot 5 pet. gevallen. Ontsmet: geen vallers. Bij deze proefnemer was het behandel de zaad dun opgekomen. P. Rood ,wit, geel, waaronder pieuw en jarig zaad, bijna alles ontsmet. In het niet-ontsmette gedeelte geen val lers waargenomen (enkele honderden planten). in het ontsmette gedeelte nieuw zaad 2 pet. vallers. In 't jarig zaad, waarvan verleden jaar 70 k 80 pet. was gevallen, dit jaar geen vallers. De planten waren; dun opge komen. De beste stand vertoonden het ontsmette zaad van roode kool (nieuw zaad) en het jarige zaad van Dieensche witte kool, niet ontsmet. Deze gegevens zijn mij( 'door proefnemers verstrekt. Het trekken van conclusies wil ik aan het lezend publiek1 overlaten. De mogelijkheid bestaat, dat enkelen het aantreffen van zieke planten in het behandel de gedeelte naar voren brengen. In den aanvang van dit schrijven heb ik er op gewezen dat bewezen is dat de ziekte door besmet zaad kan worden overgebracht (de zwam is uit besmet zaad opgekweekt). Wie zal zeggen in hoeverre bodembesmet ting, insecten enz. een rol spelen em aantvan,- kelijk gezond materiaal toch nog ten gronde doen gaan? Beschading door de koolvlieg werkt het vallen in de hand, hebben onderzoekingen ge leerd en in een schrijven van den Planttfn1- ziektenkundigen Dienst te Wageningein komt de zinsnede voor, dat grond, waar vallers ge staan hebben, ongetwijfeld besmet is (het ver anderen van plantenbaan zou dain gewenscht en noodzakelijk zijta). Uil de litteratuur, die mij ten dienste staat, is mij gebleken, dat nog heel wat onderzocht moet worden, alvorens men alles omtrent deze ziekte weet. Mocht uit verder te nemen proeven blijken, dat Getmisan bij besmet zaad'de voortplan tingsorganen der ziekte onschadelijk maakt, dan was één vijand overwonnen. Verder, kan het .middel niet gaan en meer mogen wij er ook niet van verlangen. Doch mij dunkt, dat wiji dan al een heel eind in de goede richting kwamen. Laten wij hopen, dat dit inderdaad het ge val is. Ik ben dus hoewel tamelijk tevreden over de resultaten zeer voorzichtig en zal geen hei roepen, voor we over de brug zijn. De vraag „Bijzonderheden' 'leverde nog al wat interessants op bij sommigen. Een proefnemer heeft wit en rood (nieuw en jarig) zaad, bijna al het te gebruiken zaad ontsmet. I De resultaten waren s'lecht. Van één baan roode kool was 80 k 90 pet. gevallen en dat nog wel van een soort, waarin nooit vallers waren waargenomen. Op andere velden kwamen bij behandeld en niet behandeld zaad geen vallers voor. Een aannemelijke verklaring van dit ge val zou ik niet kunnen geven, 't Is een vatn diï raadsels, zooals die zich zoo vaak voor doen. Speciaal bij de Phoma oleracea schij nen zich deze voor te doen; verschillende zon derlinge gevallen, afkomstig van betrouwbare personen, heb ik te boek gesteld. 'n Ander bouwer beweert, dat de planten ge groeid uit ontsmet zaad, beter groeiden. Ilc meen gelezen té hebben .dat men oök 'in den landbouw deze ervaring heeft opgedaan bij het gebruik van Germisan. Een derde persoon geeft te kennen, dat het gewas van de ontsmette planten een schit terenden stand opleverde, veel beter dan dat van het niet-ontsmette deel (op denzelf den akker!). Ook als bewaarproduct stelt hij het eerste boven het tweede. Een vorig jaar werd 'mij hetzelfde door een bouwer medegedeeld. No. 4 had larig zaad gebruikt, waar ver ledenjaar pl.m. 20 pet. vallers in voorkwamen. Dit jaar kwam de ziekte er niet in voor, waarom hij het gebruik van oud zaad aan beveelt, een meening, die door meerderen wordt gedeeld. No. 5 had vier akkers roode kool. Op iede- ren akker stonden in 't midden 600, op één akker 800, planten, geteeld uit niet-ontsmet zaad. Al spoedig was te zien, dat de ont smette planten beter aanpakten. Op 3 ak kers was in het niet-ontsmette gedeeltle de ziekte al spoedig waar te nemen (tot 20 pet.) De behandelde planten bleven er vrij van. De vierde akker hield zich goed tot Septem ber. Toen vertoonde zich een plek ter grootte van één snees, waar zich' tot 30 pet. vallers voordeden; in het niet-ontsmette deel kwa men geen vallers voor. Van verwisseren (Ter pianten is gèett spra.. ke; daarvan is deze bouwer overtuigd. 'Hij schrijft, dat op 3 va;n 'de 4 akkers een zeer duidelijk verschil viel waar te nemen, het 4de perceel is een vraagteeken. Hij noemt het resultaat schitterend. No. 5 constateerde: Niet-ontsmet (rood) 90 pet. vallers Ontsmet (rood) 10 pet. vallers, die zich pas in de droge Septembermaand vertoonden. Over het geheel is men ovier de bereikte resultaten tevreden en zonder uitzondering wil men het volgend jaar de proeven te herhalen. Gaarne stel ik mij voor 1927 disponibel eenige leiding te geven. Tot het vérstrekken' van nadere inlichtingen omtrent bovenstaap- de gegevens ben ik eveneens bereid. Dit schrijven is absoluut vrij van elke pro paganda en heeft alleen ten doel met u te trachten de ziekte in kwestie te bestrijden. L. MALDEKOTE.: Een knap stuk Werk. He „K XIII" in dienst der wetenschap, vertrok van hel Nieuwe Hiep voor de grootste ongeeon- voyeerde reis, die ooit een duikboot ondernam. Nu is het schip, we meldden het, precies op den dag, die het reisprogram vermeldde, 12 December, in Soera ba ja aangekomen. \Vat de wetenschappelijke resultaten zijn van de slingerproeven, (die dr. Vening Meinesz aan

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 2