Twuijverwegpolemiek INCEZONDEN Rechtzaken VOOR KEN P O LIT J EREOHjTER- Zitting- van 13 December. Geen behoorlijke manier om aan kermisgeld le kouimi. Een 21-jarig timmerman te Helder beschikte over onvoldoende contanten om eens lekker te gaan kermishouden. Hij beraamde toen het plan met een jonger vriendje om zich toegang te ver schaffen bij een palingkoopman, bij wien hij vroe ger als pleegkind had vertoefd. Het plan ge lukte uitnemend, toen de palinghandelaar met zijn negotie op de kermis stond en de baan dus vrij is. Fen kistje met een niet onbelangrijk be drag werd buit gemaakt en broederlijk gedeeld.. -jjad 8} Stpoods s.iodmjsui »p ptuj oimod op keu en zij stonden heden terecht. De mindior jarige 's morgens voor den kinderrechter, terwijl de tiinmorman 's middags zijn opwachting maak te voor den politierechter. De officier noemde het een gemoene diefstal, maar wilde toeh zoo edelmoedig zijn, den ondankbaren pleegzoon niet naa rde petoet te verwijzen. Daarom req ui roerde hij 2 maanden gev. voorwaardelijk met 2 proef jaren. De politierechter kon zich hiermede vol komen verecnigen en legde het jonge menseh. de gevorderde vcorw. straf op. De politierjchtfr schuift (le verantwoordelijk heid van zich af. In de voortgezette zaak tegen een landbouwer tje uit Harencarspel, die zich op 7 Juli een dek kleed zou hebben toegeeigend, wat door hem werd ontkend, kwam de officier tot de conclusie,, dat deze zaa konderzocht diende te worden door de voltallige rechtbank. De politierechter vereenig- de zich met deze conclusie en verwees de zaak naar de meervoudige kamer. Kruimeltjes is osk brood. Een vrachtschepper uit Akersloot hail graan vervoerd van Re tier dam naar een meelmolenaar te Opmeer en zich toen de vrijheid gepermiteerd! 'n 40 kilo graan, dat hij beschouwde als op veeg sel, zich toe te eigenen om er zijn kippen op te trakteeren. Ee molenaar nam daarmee geen genoe gen ,met gevolg dat de veeglustige schipper werd [veroordeeld tot f 30 boete of 30 dagen. Hij doet in t vervolg' wijzer zich aan Sluis' ochtendvoer te houden. Dat is dan toch nog goedkooper dan zulk óp Veegsel. Wordt gram maar zondig niet. Een in gezel ene van Texel, die gezegend is met een paar zeer geprononceerde O-beenen, werd op 2-1 October dcor 'n stelletje eritiseh aangelegde jonge Tesselaars uitgescholden voor „biggevmv gei De goede man maakte zich ernstig boos over deze ongevraagde recensie en wist oen van de jonge boosdoeners te achterhalen, die hij liet boeten voor de zonden van de heele bende en hem een stevig pak slaag toediende. Hij ging echter de perken van oen rechtmatige bestraffing in zijn woedd ver le buiten, wat de politierechter hem lieden duidelijk maakte door het opleggen f 15 boete of 15 dagen. Zeetjes aau, dan broekt het lijntje uiet. Een 46-jarig veekooper uit N. Niedorp, gesierd met een sierlijk gestyleerde romeinsche neus, had zich in dc Prin Maurits wat rijkelijk te goed ge daan aan feestdranken en kon niet verdragen, dat de gemeente veldwachter hom tot kalmte vermaan de. Hij feantwoordie deze terechtwijzing met een zeer banaal scheldwoord, waarvan de heer Strij der in 't belang van zijn prestige, procesverbaal meende te moeten opmaken. De verdachte, die thans heel wat beter de goede vormen in acht nam, werd veroordeeld tot f 10 boete of 10 d. Dde Limiuer eendjes, die weten wat Een 46-jarig tuinder <je Limmen was gepikeerd op den jachtopziener Kicft, omdat deze zich be moeide met eenden, di ehij bij zich had. Hij voeg de Kieft verschillende minder vleiende woorden toe, zoodat deze zich beleedigd gevoelde c.n pro cesverbaal opmaakte. De loslippige tuinder stond heden terecht en kwam er verbazend goedkoop af met f 7 boete of 7 dagen, hoofdzakelijk omdat de heer Kieft volgens het oordeel der rechterlijke autoriteiten zich oenigszins ontactisch had uit gelaten. 't Bleef in de familie. Een 21-jarige neef van voorgaande verdachte, dus ook dit stuk speelt te Limmen, hield het plaatsje van oomlief warm omdat hij zieli eep tamme eend zou hebben toegeeigend. Ook hier was het weer de jachtopziener Kieft, die in deze scène als de ongewenschte bemoeial optrad. Rijks veldwachters en jachtopzieners zijn geen geziene FEUILLETON Nacht en Morgen 14). De eigenaar van het magazijn verscheen spoedig. ,,\Vat is er van uw dienst, sir?" vroeg hij. „Zo omijn bediende eenige noodeloos be zwaar heeft gemaakt, schrijf dit dan enkel toe aan zijn te ver gedreven ijver voor mijn be lang". ..Ik verlang een volledig stel kleeren en andere benoodigdheden, kan ik mij van een en ander bij u voorzien?" ,,Ik kan u oogcnblikkelijk alles verschaffen, wat gij verlangt", zeide de koopman. ,.Zeer wel", hernam Jozef. „Ik zal echter eerst mijn haar en baard in orde laten bren gen en kom dan terstond terug". Hij begaf zich naar den dichtst bijwonende kapper, en hier onderging zijn gelaat in een half uur tijds zulk een verandering, dat hij zich ter nauwernood herkende, toen hij na den afloop der bewerking in den spiegel zag. Zijn havo looze baard was geheel onder het scheermes verdwenen; zijn zware knevels hadden een sierlijken vorm gekregen, en zijn haar was zorgvuldig gekapt. Door dit een en ander was zijn voorkomen veel minder somber geworden. Daarop spoedde hij zich naar het haven hoofd om naar de „Electra" te vernemen. Na dat men hem verzekerd had, dat zij niet voor den olgenden morgen kon aankomen, keer de hij naar het kleedermagazijn terug. Hij besteedde geruimen tijd tot het kiezen van al de benoodigdheden voor zijn toilet, waarbij hij bewijzen van zeer goeden smaak gasten bij liefhebbers van 'n clandestien eenden- boutje. Neef kieeg dan ook 'n aderlating van zijn portemonnaie in den vorm van f 20 boete pf 20 dagen. Drukke nering in dun naehf. Een vijftal vissohers uit Esmond aan Zee wa ren in den nacht van 5 op 6 Nov. op stap eir brachten een visite op het erf van de Fransch- man, de bekende inrichting. Ze klungelden daar zoo'n beetje rend, tot rijksveldwachter B. Stroo ker en de jachtopziener Rozing op liet tooneel "verschenen en de heeren de poort uit. complimen teerden. Het bleek edit ex later dat een van de bezoekers zich een vette konijn, het speelkameraadje van het zoontje van den heer Bakker had toegeeigend on het dier aan een opkooper had verkookt. De huid was thans nog als stuk van overtuiging op de zitting aanwezig. Het doorluchtige gezelschap werd heden veroordeeld als volgt: de konijnen jatter tot f40 boete of 40 dagen en de overigen ieder tot f 15 boete of 15 dagen wegens huis vredebreuk. Nood zoekt list. Een tweetal werkeloozen te Alkmaar hadden een probaat middeltje uitgevonden om aan gratis brandstoffen te komen. Het perceel van een hun ner was belend aau de opslagplaats van een brand- stoffenhandelaar en door middel van een gat in de muur, dat in de kamer uitkwam, wisten ze 'n hoeveelheid brandstof naar binnen te pulken. De bestolene buurman bemerkte echter dat de omzet niet klopte met de kas. De politie werd gewaar schuwd en de recherche wist het mysterie tot klaarheid te brengen. Van de twee delinquenten was er slechts 1 pre sent. Deze erkende volledig en motiveerde zijn daad door armoede als stimulans aan te duiden. Beslote nwerd de reclasseering op te dragen pen onderzoek in te stellen naar hun omstandighe den en de zaak op 3 Januari opnieuw aan do orde te stellen. Zij gaven elkander niet ve#l toe. Een jeugdig Hanuovcraan, in oorlogstijd over gewaaid ,was werkzaam geweest bij een landbou wer te Venhuizen, doch met ruzie bij hem van daan gegaan. De verhouding was dus niet org vriendschappelijk, vooral omdat de ontslagen knecht meende, nog i' 5.40 achterstallig loon te vorderen te hebben. Bij het uitgaan der R. K. ke»k troffen zij elkander en traden weldra met elkande rin debat, dat webdra ontaardde in een scheldpartij. De Hannoveraan stond heden terecht 'wegens bcloediging, doch omdat de klager zich ook uie+ onbetuigd had gelaten, werd het jonge niensch veroordeeld tot slechts f5 boete of 5 dagen. Een van de instellingen waarover ik iv deze rubriek nog al eens op minder waardeeringsvolle wijze sprak, waarover in de kringen der kooplie den de meeningen nog al verdeeld zijn, is wel het Uitvoer Controle Bureau, in de wandeling kort weg hst U.C.B. genoemd. 'k Begin te vreezen, dat mijn meening ten op zichte van deze instelling' eenige correctie be hoeft. Willen we de zaak als zaak beoordeelen, dan is het noodig zich te ontdoen van alle .parti pris", stokpaardjes enz., zou de Haagsche Post. zeggen. Men moet zich, voor zoover zulks moge lijk is, er zakelijk, onbevooroordeeld tégenover plaatsen. Bij de lxx>oideeling er van komen m.i. vooral in aanmerking do navolgende punten: wat de buitenlandsehe afnemers vragen; wat de concur rentie biedt, 't Is onmogelijk voor elke tak van export, zich met deze beide vragen niet in te^ laten. Zich er niet mee bemoeien zou bettekenen, (de concurrentie op dc Loniensche markt van do Deensehe boter blijft een waarschuwend voor beeld) 'tveld langzaam maar zeker aan de con currenten over te laten. Nu is het van algemeene bekendheid, dat de eiseheu van 't publiek overal zich tamelijk wij zigden. De verheffing van den arbeidenden stand over de ge heele wereld is van verrei kenden in vloed op 't economische leven van alle landen. De raeaschea zijn niet mee- tevreden met een levering van levensmiddelen in onmogelijke verpakking; de begrippen hygiëne, voedingswaarden, zijn alge meen eigendom geworden. Men koopt, geen salade meer in krantenpapier gewikkeld, maar vraagt een verpakking,'die bij 't artikel past. Neem 't artikel uien. Als men ziet, hoe deze op de bui tenlandsehe markten worden aangeboden, door de concurrenten, en daarbij verpakking en sorteering onzer uien tot voor een paar jaren en nu nog uit Zeeland vergelijkt, dan is het voor ieder die onbe vooroordeeld is, klaar als de dag, dat die toestand niet mag bestendigi. We nemen verder waar, dat het publiek gewend raakt, bepaalde artikelen •nefc werk te koopen. 't Is opmerkelijk, en ieder kan dat in eigen huishouding waarnemen, hoe men aan bepaalde dingen went. Waarom altijd Sunlight zeep, en geen ander merk Hoe komt 't toeh, dat bepaalde gemerkte arti kelen niet weg te concurreeren zijn? In verschillende landen heeft men van 't vraag stuk studie gemaakt. Denemarken voerde zijn botereontróle in, en Nederland werd genoodzaakt te volgen, en het rijkscontrólemerk is ingevoerd» Wie boter koopt, van 't. rijksmerk voorzien, heeft 'n waarborg, dat hij geen melange ontvangt, dat het zout- en watergehalte het toegestaan maximum niet overschrijdt. De gevolgen van de invoering van het botercontrölcmerk zijn van ver- heugenden aard geweest, de exporteurs zullen zich wel tweemaal bedenken, tot vermenging van bo ter en margarine ove rte gaan. Gevangenisstraf staat op deze hanieliug, die de wet dus strafbaar stelt. Zoo zien we Amerikaansch fruit, even mooi verp.akt als Spaansche mandarijnen, men lette maar eens op ter veiling te Rotterdam, of 't pu blics aan de meiken ook waarde hecht. De toestand is dus zoo, dat het buitenlandseh publiek hooge eisehen stelt, de concurrentie er terdege mee rekent. Volgt hier nu niet uit, dat Nederland wel volgen moet en ook zich zal hebben in te spannen? Wie moet dat nu doen We zien in omringende landen, dat de Overheid regelend optreedt, de wet voorschrijft, ambtena ren aanstelt enz. Wie nu alles van Vader Staat verwacht, moge dit de oplossing noemen, vast staat, dat dc Staat gewoonlijk duur buis houdt. Een beroemd Ëngelsch staatsman heeft eens ge zegd, dat het particulier bedrijf meer doet met een shilling als t overheidsbedrijf met 2 shilling Langzaam is de overtuiging gerijpt, dat er ook hier iets gebeuren moest. Gelukkig is het niet tot een ingrijpen van den Staat gekomen en heb ben do belanghebbenden zelf, tuinbouw en han del, een instituut in 't leven geroepen, dat het aelfde doel nastreeft als de Overheid met de wet op den handel in boter voorstaat. Zoo zie ik nu lieel d? zaak. Wie meent, dat 't ander* is, overtuige mij. We zien nu ook net. U.C.B. zich bemoeien met de koolexporl naar Amerika. De ambtenaar met de Iteming oelast, vertelde schrijver dezes, reeds oen enXele partij, wijl niet van 1ste kwaliteit, te hebben afgekeurd. De ervaring heeft geleerd, dat alleen de aller beste kool in Dollar land gevraagd is, 'tbest be stand Is tegen Je verre zeereis en de meeste kans biedt Idat voor ons koolproduet een blijvend afzet gebied wordt verkregen. Dit is een groot algemeen belang, verzending van tweede kwaliteit is ge vaarlijk bovendien, want lach niet lozer er mociitc i ook eens mood- en klauwzoerbaccillen i zitten. Men kan tegenwoordig niet te voor zichtig zijn. Men denke aan het Narcis-invoervcr- bol, om gezochte redenen, die eigenlijk voor onze bollen exporteura nog beleedigend waren. Denk maar aan de interpellatie-Lovinek in de Tweede Kamer en 't antwoord van den Minister. Hoe scherp men in Amerika op deze dingen let, en 'de Monroelcer in uiterste consequentie zoekt (Amerika voor de Amerikanen) blijkt uit vele kleine dingen. Onze gezant te Washing ton berichtte "nog dezer dagen, dat de Amerikaan - sche Minister van handel een verscherpte controle zou laten uitoefenen op zendingen zuurkool. 'tls daarom van zoo groot, overwegend belang, dat van 't artikel kool, wat de kwaliteit betreft, alleen eerste soort verzonden wordt in nieuw fust. De bemoeiingen van 'tCentraal Bureau en van den handel inzake de verzending schijnen reeds tei resultaat te hebben geleid. Een onzer exporteurs toeh ontving de telegra- phische mededeeling, dat de eerste kool in uit stekende conditie te New York was aangekomen, en machtigde schrijver dezes, dit te publiceeren. Voorwaar een goed bericht. gaf. Toen hij, 'na van top tót teen in een nieuw gewaad te zijn ontstoken, in het kantoor van den koopman verscheen om zijn rekening te voldoen, die ongeveer 8 pond sterling be droeg, scheen niet slechts zijn uiterlijk, maar zyn gansche wezen een volledige herschepping te hebben ondergaan. Des morgens was hij het magazijn als een vagebond binnengetreden, thans verliet hij het als een volmaakt gentle man, in kleeding zoowel als in houding en manieren. Hoewel hij thans de meest bezochte ge deelten van Southampton niet meer behoefde te vermijden, daar hij er"niets minder fashio nable uitzag, dan de deftigste burgers der stad, zoo ontweek hij toch zorgvuldig het ge woel en begaf zich langs zij- en achterstraten naar buiten. Hij gebruikte daar een eenvoudig maal, en dronk eenige glazen grog. Nu en dan nam hij een dagblad in handen, maar hij begreep geen woord van hetgeen hij las. Slecht;; ééne gedachte vervulde hem; zijn aan staande ontmoeting met Henry Walther. Deze ygedachte hield Item zoo uitsluitend bezig, dat hij, na het logement te Basingstoke ver laten te hebben, geen enkele maal aan zijn zieltogenden broeder of aan Mathilda gedacht had, welke laatste ddoor zijn wegblijven in de doodelijkste ongerustheid moest verkeeren. Nu en dan maakte een pijnlijke vertwijfe ling zich van hem meester. Wanneer Henry Walther eens onderweg bezweken was, en de „Electra' 'slechts zijn stoffelijk overschot over bracht. Bij deze gedachte kon hij echter on mogelijk blijven stilstaan. Neen, zijn wraak zou hem niet ontgaan. Evenals zijn broeder Sampson, maar 'in een geheel anderen geest en met zeer verschillende gewaarwordingen zeide hij tot zich zeiven, dat het misdrijf vroeg of laat zijn straf erlangt, en het leed geen twij fel meende hij, dat thans het uur der vergel ding voor Henry Walther geslagen had. Tegen het vallen van den avond keerde Jo zef Wilmot naar Southampton terug. Het was reeds Jonker toen hij het kleedermagazijn in de Hoogstraat weder bereikte. De koopman wilde niet gedoogen dat hij zelf het zware pak met de oude kleeren zou dragen en riep zijn bediende om er deze mede te belasten. Maar Wilmot bedankte hem voor zijn goed heid, nam het pak zelf ondder den arm en wandelde de stad weer uit. Nadat hjj op on geveer een kwartier-uurs van Southampton Dij eene over de rivier liggende brug geko men was, knoopte hij een paar zware steenen in ten ouden katoenen zakdoek, bond dien aan het pak vast, en liet het toen van het I midden der brug, waar hij vermoedde dat de bedding het diepst was, in het water glij den Hij bleef nog eenige oogenblikken over de leuning .der brug staren, alsof hij het pak in den donkere stroom naoogde, en zeide toen i half overluid tot zich zeiven: Hier ligt James I Wentworth met zijn oude plunje begraven". Hij bracht den nacht in dezelfde dorpsher berg door waar hij 's middags gegeten had en wandelde den volgenden morgen vroegtijdig 1 naar de stad. Toen hij tegen 9 uur aan het havenhoofd aankwam, was de „Electra'" reeds I in het zicht. HOOFDSTUK VIII. NA VIJF EN DERTIG JAREN. Naar het scheen verbreidde Jozef Wilmot de aankomst der boot met de meeste bedaard heid, veel kalmer, althans, dan een aantal per- persone, die zich aan het havenhoofd, vereenigd Zoo niet, Heer Redacteur ,,N. L. Crt." In antwoord op mijn stukje in ons blad van j.l. Dinsdag komt een gevolgtrekking voor waar ik met kracht tegenop kom. De strekking en bedoeling was niets meer of minder dan 'n pleidooi voor goede persma-l nieren. Minder beschaafde persmanieren zjjn geen gevolg van vrijzinnig zijn; dat moogt U niet concludeeren uit mijn stuk; integendeel ik deed juist een beroep op het echte, hoöge, vrijzinnige standpunt, en 't is mij bekend, dat vele hoogstaande vrijzinnigen, beschaafde, ver draagzame menschen, een spot- en scheldpo- lemiek in de pers verfoeien. Terwijl ik deze regelen neerschrijf, staat my een modern mensch van hooge edele statuur voor den geest, 'n schrijver met schier onge ëvenaard talent, geleerde van naam,theoloog van eersten rang, n.l. Dr. A. Pierson. Wie ooit meenen zou, dat waarheidszin, burgerdeugd, verdraagzaamheid enz. uitslui tend gevonden worden in Zijn partijtje of eng kringetje, dezulken zou ik aanraden, bestu-, deer de werken van dezen eminienten Neder-( lander. Lees zijn beroemd werk over „Oudere Tijd- genooten" ,zijn hooge waardeering voor zijn niet-geestverwant Groen, zijn oordeel over het Reveil, over mannen als WormserCapedose. Ge raakt onwillekeurig onder de bekoring van den edelen geest die in dat werk spreekt. Eén doorgaande worsteling, om aan die ge- teekende mannen recht te doen, objectief, zon der eenige bijbedoeling. En lees in een ander werk van dien auteur van zijn bezoek aan het Jesuiten-klooster te Leuns. Zijn kijk op beeldendienst, heiligen- en Maria-vereering ondergaat een algeheele wij ziging, nu hij in deze kring van hoogstaande, intellectueelen de logica der Roomsche dog matiek leert bewonderen. Een verheven voorbeeld van echte schrij verskunst heeft deze vrijzinnige, die we tot dc edele vaderlanders tellen, ons gegeven. Waarom toch die ellendige hatelijkheden?. Zeg scherp uwe meennig, preciseer die nauwkeurig, wind er geen doekjes om, al-, les goed en wel. Maar voor alles, waarheids-! zin, pogen om met alles wat in U is, tot de kern der zaak door te dringen. Laat men vrij van meening verschillen, zoo dikwijls toch blijkt achteraf, wat tegenstelling scheen, zijn twee zijden van één zaak. In de. vermeende tegenstelling blijkt vaak een een-i heid verborgen te zijn. Op uw vraag ga ik niet in. Het debat staat mij niet aan. 't Verloopt en dreigt te ontaart den. 't Schijnt buitengewoon moeilijk, de vor men in'acht te nemen; een tegenstander recht! te doen, eens anders meening te eerbiedigen. Tot die hoogte moet de courantenschrijver m.i. practisch komen, 'k Weet het wel, dat 't groote publiek zich veel meer verkneukelt 'in journalistieke wangedrochten, op sensatie belust» is, en 'n scherp .pikant debat wil. Vergun me op te merken, dat ik, hoewel niet vrijzinnig, groote bewondering heb voor den vrijzinnigen schrijver, boven aangehaald. Deze u en mij tot voorbeeld stellend, hem! probeeren na te volgen, schrijvend in zyji geest, komen polemieken als nu, niet meer voor. A. T. IN ANTWOORD. i <n i Wij willen in denzelfden zachtmoedigen toon antwoorden. Het antwoord zal kort zijn. Wij dachten er niet aan te veronderstellen, dat, dc geachte inzender bedoelen zou, dat min-» der goede persmanieren een gevolg zouden zijn- van een meer of mindere mate van vrijzinnig heid. Wij maerfideiit er den nadruk op te moe ten leggen dat de rechtzinnige werd gespaard en de vrijzinnige werd aangevallen. Overigens deelen wij van harte deze zijne op vatting en volgen hem gaarne op den voor-» geschreven weg. i Red hadden en betrekkingen of vrienden met die „Eltctra" verwachtten. Ofschoon er zich verscheidene heeren van den middelbaren leeftijd op het dek bevon den, herkende Wilmot reeds in de verte zijn man. Het was iemand van tusschen de vijf tig en zestig jaren, kloek en rijzig van ge;-' stalte, met grijsachtig haar en donkerbruine knevels, die in kleeding en voorkomen zeer veel overeenkomst had met Jozef Wilmot. Dezq stond, toen de boot de wal naderde zoo om- bewegelijk, alsof hij van marmer geweest ware en sloeg den man, dien hij voor zijn voormali- gen meester hield met valkenblikken gade. „Ik bedrieg mij zeker niet," sprak hij bij .zich zeiven, „hij is zeker grijs en zwaarlijvig; geworden, maar zijn trekken hebben geern merkbare verandering ondergaan. Hij is nog even trotsch en met zich zeiven ingenomen, als voor vijf en dertig jaren. Zoodra de kolosale boot aan den steiger lag, stapte Wilmot op het dek. „Mijnheer Walther, als ik mij niet bedrieg?" vroeg hij. zijtn hoed voor den Oosterling af nemende. „Ja, Henry Walther", antwoordde de ban kier eenigszins verwonderd. ,,lk heb een brief van den heer Burham voor u, en ben hier gekomen om u af te halemi cn u van dienst te wezen." „Henry Walther zag hem met toenemende bevreemding aan. „Zijt gij een der bedienden van het kantoor uit St. Gundolph lane", vroeg hij. „Neen sir, maar ik vervul de plaats van een hunner, die afgezonden werd om u te ont vangen, doch onderweg ziek is geworden." „Waarin kan ik u vatn dienst zijn?" (Wordt vervolgd)|

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1926 | | pagina 4