Nieuwsblad y. Holl. Noorderkwartier
Donderdag 10 Februari 1927.
86 e Jaargang
FEUILLETON
Plaatselijk Nieuws
NO. 17 IMTERC.TELEPHOOM 52
NIEUWE
ÜNUDUMI COIIIÜNT
Deze courant verschijnt
Dinsdag, Donderdag en Zaterdag
A bonnementsprij s
per 3 maanden fl.15. -
Bedact.-Ullg. J. H. HEIZEB. - Bureel Aoordscharwoude
Advertentiën van 1-5 regels 75
cent, eike regel meer 15 cent.
Groote letters naar plaatsruimte
Brieven rechtstreeks aan den Uitgever
Rechtzaken
VOOR DEN POLITIERECHTER.
Zitting vin 7 Februari.
Baar doopceel gelicht.
Een 19-jarige dienstbode uit Oudorp, geraakte
op 15 December in een tamelijk 'vinnig debat
gewikkeld met een 21-jarige andere vertegen
woordigster der schoone sexe. Deze jonge dame,
aan wier educatie vermoedelijk wel 'n "klei
nigheid ontbrak, scheen niet gewoon te zijn een
blad voor den mond te nemen en pakte zoo onge
zouten uit, dat een aanklacht wegens beleedi*
ging volgde en zij heden te dier zake tot f5.—
boete of 5 dagen werd veroordeeld).
Dó ar ktn hij niet overheen stappen.
n 60-jarige, krasse landman, uit Nieuwe Nie-
dorp stond, vermoedelijk voor het eerst van zijn
eerzaam leven, terecht en wel wegens beleedi-
ging van een jongeren dorpsgenoot, die hij op 22
November in het openbaar oen lafaard^ had ge-/
noemd. Hij verdenkt dezen man, in Juli van
.1925 een hem toebehoorend paard te hebben mis
handeld en scnijnt die onaangename zaak maar
niet te kunnen, vergeten. Hem werd heden duide
lijk gemaakt, dat hij: echter in geen geval het
recht heeft scheldwoorden te gebruiken en ont
ving hij een correctie in den vorm van f 10 boete
of 10 dagen.
Daar gingen zy niet actoord) mede.
Een chauffeur vrachtrijder uit Hoorn kwam
op Wognum ten einde bij een schildersfirma af
te leveren een partij glas, door hen gekocht op
de oonditie, dat de kisten glas op het erf zou
worden gedeponeerd- De vrachtrijder was echter
zoo vrij, zich niet aan deze afspraak te houden,
waarmede hij z.i. niets had te maken, en laaddja
de kisten af op den openbaren weg. De schilder
en zijn hoog bejaarde vader trachtten nu deze
lossing te verhinderen en schijnen daarbij) den
chauffeur te hebben mishandeld. Althans stond'
heden bedoelde schilder met zijn 76-j.arigen va
der voor dit. feit tereohi. Verzachtende omstandig
heden werden hier natuurlijk ten zeerst? in acht
genomen. Maar het is in geen geval geoorloofd
tot handtastelijkheden over te gaan en warden
derhalve de driftige verdachten veroordeeld ieder
tot f5 boete .subsidiair 5 dagen hechtenis. De
veroordeelden berustten in dit vonnis en voldeden
de boete a. contant, alhoewel zij te kennen ga
ven, een vrijsprekend vonnis te hebben verwacht.
In de drukte van 't verkeer.
Een 26-jarige werkman te Alkmaar moest zich
verantwoorden .wegens beleediging van den brug
wachter van de Friesehe brug, "die hij op 30
December tijdens een opstopping vaai voertuigen
op dit armzalige bruggetje, de triumph van rijks
prutswerk, eenige onhebbelijke woorden zou heb
ben toegevoegd.
De verdachte wilde met een handkar de brug
oprijden, doch werd cfoor den brugwachter, die
met de regeling van het drukke verkeer zich nad
heiast, tegengehouden en teruggeduwd- Waarop
de boosgewordeu verdachte zich in minder par
lementaire termen tegen den ijverigen brugwach
ter uitliet. Dat net niet voordeelig is om bij der
gelijke gelegenheden zijin gedachten in woorden
te vertolken, bleek den delinquent uit de straf
Nacht en Morgen
35).
Het was hem niet mogelijk terstond naaf
het circus van Cadgers te gaan.
Hij dwaalde een geruimen tijd doelloos rond.
over 't heideveld, steeds in gepeins verdiept/
terwjjl de mujjek der speellieden van de ker
mistenten en de heesche stemmen van kra
mers en vertooners hem gestadig in de ooren-'
klonken. Want hoewel de mare van den dood.'
des graven nu reeds lang door de heele stad!
verspreid was, had het van heinde en ver
naar Shonncliffe gestroomde landvolk veel te
vast op een dag van uitspanning gerekend om
ter wille van den rouw die op Jocelyn-iRock
heerschte, te kunnen besluiten terstond weder,
huiswaarts te keeren, zoodat de kermiskramen
en spelen bij de sluiting der wddretninen een;
goede rekening maakten.
Eerst tegen den schemeravond keerde J'ooe- i
lyn naar de tent van Cadgers terug. De troep
had het middagmaal reeds gebruikt, maar
Nancy had voor het afwezige lid van het ge- j
zeischap trouwhartig gezorgd en zette hem
thans het voor hem bewaarde deel voor.
Jocelyn liet zijn maaltijd echter onaaiage- j
roerd staan en wierp zich op een stoel in den
hoek der tent om opnieuw aan zijni gepeinzen
den teugel te vieren.
Er was even te voren weder een nieuwe
voorstelling aangevangen; het niet sterk be
zette orkest spande alle krachten in, en kon
dan ook ternauwernood overschreeuwd wor
den door het forsche stemgeluid van Cad
gers, die als pikeur in de manége fungeerde
en het paard van „mademoiselle Zéphérine",
die hem werd opgelegd, f 10 boete of 10 dagen'
hechtenis.
Alles is van hun gading.
Een woonwagen bezitter, die zich met zijn rol
lend huis onder Eergen aan Zee bevond, was zoo
vrij zich een hoeveelheid opgetaste houtspaan
ders, toabehoorende aan den heer van Reen, we
derrechtelijk toe te eigenen. Een ingezetene van
Bergen merkte zulks op en stelde de politie met
zijn verdenking in kennis. Natuurlijk had men
den brandhou tverzamel aar spoedig bij de kladden
en wérd hij heden tot f 5 boete of 5 dagen hech
tenis veroordeeld.
Een lastig bezoeker.
Een schipper te Zuidscharwoude, aan de Koog
wonende, had in den avond van 1 Januari het
café van den heer D. te Noordschiarwoude met
een bezoek vereerd. Hij vond het er zoo gezellig,
dat hij niet wenschte te vertrekken, toen de
caféhouder het sluitingsuur aankondigde, diezen
bij de haren trok en hem met de handen in djeu
nek greep. Ook zou hij bij het afscheid nemen
een deurslot hebben vernield. Voor al deze aar
digheden stond die aanhankelijke bezoeker heden
terecht, doch het bewijs was zoo zwak, dat hijl
op voorstel van den officier werd vrijgesproken.
Een plakker ,di* minder gelukkig was.
Een kameraad van den hiervoren bedoelden'
schipper, behoorde ook tot de stijfhoofdigen, die
zich niet wenschten te storen aan het door den
kastelein geluide klokje van gehoorzaamheid, mel
dende cLat er een tijd van komen is en 'n tijd van
gaan. Ook hem verdroot het in de gezelligheid,
die geen tijd kent, gestoord te worden, wat hij
kenbaar maakte, door met een stoel te gaan
rondzwaaien en een electrisch lampje in de keu
ken te vernielen. Hij volgde nu zijn vriend ie
schipper op als garneering van het zondaars
bankje, maar kwam er niet zoo gemakkelijk af,
daar hij tot f 25 boete of 25 dagen, plus vergoe
ding va.n de toegebrachte schade begroot op 75
cents, werd veroordeeld-
Een onhandelbaren patiënt.
De rijkspolitie te Medemblik, bestaande uit
een majoor en een brigadier-titulair, kregen op
2 Januari matschudding met een reusachtig"
jongmensch, dat te veel gepimpeld had en dius
van de straat verwijderd diende te worden. Een
karweitje, dat niet bepaald meeviel, aangezien
meneer kracntdadige tegenwerking betoonde. Hij
versierde het dan ook zoodanig, dat hij nu terecht
stónd wegens wederspannigheid. De verdachte is
een 'bijzonder groet estevige jonge kerel, boven
dien zeer zenuwachtig en die reeds eenige ma
len werd veroordeeld te' zake mishandelinj, en
ernstige mishandeling. Hij beweerde nu echter
geeu sterken drank meer te gebruiken en zegt
wilskrachtig genoeg te zijn, even goed café's
te bezoeken, zonder zich aan sterken drank over
te geven.
Zoo'n spontaansche zelfverloochening kon maar
niet zoopeens worden aangenomen, en derhalve
werd de zaak in handen gesteld van den reclas-
seeeringsambtenaar. Op 28 Februari voortzet
ting.
De sop was die kool niet waard.
Een 19-jarige schipper uit Hoorn, stond terecht
ter zake mishandeling van een even 'ouden met
dat reeds bek-af was, maar toch tot in den1
laten avond moest blijven voortloopem, door-
krachtige ..hiep's' 'en „hopla's" trdchtte aan
te moedigen, terwijl de gracieuse dansen en!
stoute sprongen der sylphiden nju endan da
verende toejuichingen aan het zeer welwil-
willende Shorncliffsche publiek ontlokten.
Het gedruisch in den tent belette Jocelyiu
zijne gedachten behoorlijk te verzamelen; het
was, alsof de paarden uit de manége m zijn
hersens rondliepen. Terwijl hij, met de elle
bogen op de tafel geleund zijn voorhoofd op
de handen liet rusten, werd het gordijn, die
het circus van het woonvertrek scheidde, open
geschoven. en vertoonde zich een mansge
laat voor de opening: het was het grijnzend'
gezicht van Herr van Woltherschocker, den
norschen clown. Hij vestigde zijn pikzwarte
oogen een poos doordringend op Jocelyn;
maar deze, die niets van de beweging van het
gordijn bespeurd had, beurde 't hoofd vol
strekt niet op.
„Weet gij het nieuws al", vroeg de clown
eindelijk.
„Welk nieuws?" vroeg Jocelyn. verbaasd op
ziende.
„Dat er op Jocelyns-Rock een kleine erf
genaam aangeland is?"
„Een jongen?" hernam Jocelyn met inge
houden adem.
„Ja.' grinnikte Wolterschocker, „een flinke
jongen, zoo ik hoor
„Heer paljas", werd er thans in de ma
nége geroepen. De clown liet het gordijn val
len en stond na het rnakan van een paar bui
telingen, dadelijk weer midden in het circus.
„Jocelyn bedekte zijn gelaat mét beide han
den en loosde een diepen zucht. Nli eerst
gevoelde hij, welk een ernstige hoop de plot
selinge dood van graaf Alfred bij. hem op
het verwerven van den nalatenschap der gra-
selaarsknecht op 13 Januari. Na verhoor der
getuigen werd echter dit zaakje zqo onbedui
dend geacht, dat ae verdachte op voorstel van
den officier werd vrijgesproken.
ARRONDISSEMENTSRECHTBANK.
Zitting van 8 Februari.
UITSPRAKEN.
Joh. T., huisvr. H. B, Helder, diefstal 3
maanden gev. voorwaardelijk met .3 proefjaren.
Petrus Paulus B. Harencarspel, diefstal, vrij
gesproken.
Joh. Chr. J., Amsterdam, dood door schuld,
vrijgesproken.
Corn: v. d. Gr., Helder, verduistering, 3 maan
den gev. voorw. met 2 jaar proeftijd.
Klaas R., Bovencarspel, Zedenmisdrijf, 2 maan
den gev. voorw. met 3 proefjaren.
„CAECILIA".
„Caecij 'i" en „Marion je Marketenster"
„Marion de Markètenster' en „Caecilia" bei
den zijn één.
Een eigenaardige aanhef zal men denken*--
maar we weten niet wie of wat we het eerst
moeten noemen: hel „operettegezelschap" Jat
deze operette opvoerde of de „operette" door dit
gezelschap opgevoerd. Daarom; beiden zijn
één.
Zoo n as onze indruk, dien wij medenamen,
D insla ga. vond j.l., na afloop dezer uitvoering.
Vóór den aanvang werd door den heer Wage-
n.iar aan de opgekomeuen gevraagd er rekening
mede te willen houden, dat. de rol van George,
door een ander, dan op het programma stond
vermeld, zou worden vervuld en die heer Wiers-
ma (.de „invaller") slechts 4 dagën van voorbe
reiding iiaid gehad.
Een inededeéling, volkomen in den haak, maar
de heer Wrersma deel door spel en zang deze
mededeeling geheel vergeten.
„Caecilia" niet groot in aantal lijdt aan
bloedarmoede in den vorm van mannelijke
krachten heeft getoond een goeden kern in
zich te dragen. Een kern, die het gezelschap
draagt en schraagt een kern, waaruit „Cao-1
cilia" de noqdige levenskracht ontvangt, om> een
verder voortbestaan te kunnen verzekeren.
En toch het waren „knappe" heeren de
gemetamorphoseerde dames! Gelukkige tijd:
de tijd van het bobbed-hair en polkakopjest
La inhoud van deze operette was frisch en
vlug, vol mooie momenten, waarbij door de hoofd
personen niet alleen vlot spel, maar goede zang-
werd, te hooren gegeven. i
Het was geen gemakkelijke taak voor hen, om
bij hun goeden zaug, een mooi, los spel niet uit
het oog te verliezen, en het een door het ander
tot uitdrukking te brengen, maar zij hebben de
hun toebedachte rellen vervuld op een wijze,
die meer dan waardeering verdient.
Ook het koor in waarde toegenomen aan
stentmenmateriaal paste zich waardig bij het
geheel aan, en trof ons de forschheid van klank,
ven van Haugton had doen ontstaan; eene
hoop, waaraan thans weder geheel en al de'
bodem was ingeslagen. Hij, bleef een tijdlang
bewegingloos zitten, totdat eindelijk een kinder
hand zijn handen van zijn gelaat wegtrok en
hij George half schreiend hoorde roepen: Pa,
ik heb zoo'n slaap. Leg mij in bed. Mama.
Nancy heeft geen tijd-"
Jocelyn drukte het kind zuchtend in de ar
men, en legde het gekleed als het was, m.
een hoek der tent op e(en kleine matras ne
der. „De jonge graaf op Jocelyns-Rock rust;
zeker in een vergulde wieg en onder een sa-
tijen en wiegekleed", zeide hij bij zichzelven;
maar mijn George is slechts een bedelaarskind
en mag blijde zijn als hij niet op het kale stroo
ligt".
Het was intusschen half tien geworden, 't
Kermisrumoer nam gestadig toe en het circus!
was weder in vollen gang. Jooelyin zat naast
George's bedje en liet zijn oog van tijd tot tijd
weemoedig op het gelaat van het slapende
kind rusten. Opeens werd het gordijn weder
opengeschoven; ditmaal echter niet door den;
clown, maar door een jonkman,, die er zeer
bezweet en opgewonden uitzag ew Jocelyn
haastig naderde. Hiet was Humprey Mel wood:
de jager van Jocelyns-Rock. Voor dat zijn j
voedsterbroeder kon opstaan om hem tegemoet
te gaan was hij ademloos bij Jocelyn's knie
neergevallen.
„Meester", riep hij Jocelyn's handen om
vattende .terwijl hij nauwelijks spreken kaa,
„meester, mijn wensch is verhoord. Gij zijt
graaf van Haughton geworden. Leve Philip
Jocelyn, de nieuwe lord van Haugton. O, hoe
gelukkig acht ik mij, de eerste te zijn, die 14
deze blijde tijding brengt en dez|e kreet aan
heffen mag."
'Humprey Melwood had zoo: luid gespro
ken, dat men het in het circus had kunnen
zonder in ruwheid te ontaarden van "het,
kleine groepje.
Jammer aliéeu Jat bij .nu is de vreug
de groot én eindigt deze episode met het zege
vieren der liefde" (einde dier operette) niet
genoeg de jubel en de vreugde uitstraaldie in den
zang. ondanks het „opwekkend" dirigeeren van
den directeur
Hot décor en de costumes waxen geheel in
overeenstemming met, den inhoud der operette,
terwijl de grim age, toevertrouwd aan de firma
Kuijt van Zuidscharwoude in uitnemende han
den berustte.
Het was een mooie, genotvolle avond, ca
willen wij de woorden van den heer Wagenaar,
na afloop gesproken, gaarne tot de onze maken
en. niet alleen nogmaals hulde brengen aan de
solisten .maar tevens aaq, het orkest, dat zoo
belangeloos zijn medewerking verleende, en onder
leiding van den directeur, den heer H. Zaal, de
muzikale begeleiding zoo uitnemend was ver
zorgd; terwijl tevens hulde mag worden gebracht
aan mej. A. Zomer van Heerhugowaard, voor het
instudeeren van den rythmischen dans.
Fen hartelijk blijk van waardeering was het
dan ook, dat er bloemstukken werden uitgereikt
aan de dames M. Stam, T. Langedijk en D'. Boa
(solisten) en aan mej. IJ. Zomer (pianiste)voor
het steeds bijwonen der repetities, aan mej. A.
Zomer voor hel instudeeren van den dans en
aan Mej- M. Keizer (violiste) voor medewerking
in het .orkest.
Maar nog afzonderlijk wenschen wij een woord
van hulde te brengen aan den Dir., den heer H.
Zaal, voor de 'wijze waarop hijl 't 'koor leidt en
dirigeert.
Moge een nieuwe operette in studie worden
genomen onder de ten volle aan hem toevertrouw
de leiding.
NOORD SCHARWOUDE.
In „Concordia" had Zondag de derde ronde
plaats van den wedstrijd, dier Langendijker kolf-
socië feiten.
De behaajde puiiten (6 kolvers elk 4 partijen)
zijn
„Vriendenkring", Noordscharwoude, 1055 p.;
„Ons Genoegen", Noordscharwoude, 954 p.; ,,B.
A. V." Oudkarspel, 1055 punten; „Volharding",
Oudkarspel, 958 punten; „Op Maat". Zuidschar
woude, 1025 -punten.
Het totaal aantal punten is tot beden resp.
3113, 3000, 3216, 2803 en 3158.
De beslissende wedstrijd is'over 14 dagen te
Oudkarspel. (Alkm. Ort.)
ZUIDSCHARWOUDE.
Na verschillende storingen door ziekte als an
derszins zal de afd- van den Bond nu a.s. Zater
dag in de kolfbaan van den heer Kramer haar
propaganda-feestvergadering houden. Alle rente
trekkers hebben weer vrijen toegang en zullen
weer, dank zij de zorgen van het Bestuur, ont
haald worden. Zang en muziek, alsmede een too-
neelstukje zullen de noodigie afwisseling bren
gen, terwijl de voorzitter p,en prophganda-rede
zal houden.
Alles bij elkaar genomen, belooft het weer
een mooie avond te zullen worden.
hooren. Terstond werd et weder een bewe-,
ging aan de gordijenen bespeurd en werden;
dooj een nauwe opening een paar groote,
fonkelende zwarte oogen bespiedend op Jo
celyn en zijn voedsterbroeder gevestigd, zol
der dat een van beiden het opmerkte, daaé
zij met den rug naar het gordijn stonden.
Jocelyn zag Humprey vol verbazing aan en'
scheen geen geloof aan zijine woorden te
slaan.
Humprey, gij zijt niet bij uw zinnen, mun'
vriend", riep hij uit.
Ja ,mijn beste meester, ik ben wel dege
lijk bij mijne zinnen, al kunt gij het niet ge-
looven' riep de jonkman. „De arme gravin)
Ro4felinde ligt op sterven en haar kind »is
reeds een uur na de geboorte overleden."
„Overleden".
.Ja .meester Jocelyn", juichte Humprey.
„Wist gij eens hoe gelukkig ik ben. Maar
ach, als niet alles een bedriegelu'ke droom
is, wpes dan verzekerd dat ik altijd uwer zal'
gedenken."
Hij drukte .terwijl hij dit zeide de ver
telde hand des jagers hartelijk in de zijne.
.Dank, meester Jocelyn", hernam deze,
„dank. Ik verlaat mij volkomen op uw woord.
Het zal u voortaan niet aan vrienden en diep
naren ontbreken; maar vergeat nooit, dat nie
mand inniger aan u gehecht is en u trouwer en
ijveriger kan dienen, dan uw broeder Hum
prey. Zoo ooit iemand vermetel genoeg was
om u te na te komen, hij zou, wi ehij ook wei
zen mocht, de kracht van dezien arm gevoe
len, waarmede slechts weinigen in Shornciffe
kennis wenschen te maken.
Humprey's oogen schitterden, terwijl hij
deze woorden sprak, maar het scheen, Idat
Jocelyn er weinig op gelet had.
(Wordt vervolgd).