N1 fi U W E Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier Donderdag 30 Maart 1927 36e Jaargang Na de verwerping. Buitenlandsch Overzicht Plaatselijk Nieuws UIT DEN OMTREK. Rubriek van den Arbeid. velen diezor hel t kenden. aar lijk niet go- van hard wer- met foto's, een n bloei van deze imeerde zaak. voord begint8 net gouden let- Meijer Zooli ug staat aa,nge- niet vergeten! ropening plaats snmoieartikelehi i. du Crocqt hetzelfde per- heeft er eene d. De bestaande door eene zee1:, ui bijzonder ca- flink ruim por- einheid een rus- heel verbouwde! zwart marmer- :en rusten. Het cenhout. getuigt dat !de aat om de aan- ken. De zijkart- :hterkainten zijn n. spieg&lreflec- se 's avonds een 1 geeft een keu- een groote aan-, winkelbedrijf, ik heeft enkelei dra men. de zaak icht getrokken zoowel bovenop zen vitrines be, v'iyze verschillen- zijn. Door den igen looper, Lett rm aspect geeft, eren is zorg ge- n een ruim mai angs de kanten uitgevoerd door hilderwerk werd enaar, terwijl de de Graaf werd ir woonachtig, zek er toe bijdra- doen uitbreiden sporen. De groo- :elen en Heeren gelegenheid, op taken. NO. 88 INTERC.TELEFHOOM 52 Opger. 1845 LApËDlJKER COURAST - po,. inaan.l,'. f i.i;,. -HedaO.-HU. J. II. HKI/KH. - Bureel IWoordacharwoude Het. hoeraatje, dat uit do paar .luizen kooien op het Binnenhof opschalde, toen de uitslag van de stemming bekend werd, toont eigenlijk meer aan hoe de menschen zich na de weken van span ning opgelucht gevoelden," dan wel dat het -;le geest in het volk weergeeft. Dat men in Botter dam jubelde, is.beter-le begrijpen en dat het daar. uit een werkelijk groote ingenomenheid met den uitslag voortkwam, staat vast, maar overigens... Van het verworpen traetaat kan men met ge rustheid zeggen, dat het „hoogere politiek'' was. O, hét lag op ieders lippen en iedereen becriti seerde of bewonderde het, maar toch lag het buiten het begrip der massa, en wie weet, zelfs nog buiten het begrip van velen onzer volks ver tegenwoordigers. Daarvan zijn wij overtuigd. Na de rede van minister Van Karnebeek is de stemming onder liet volk er eigenlijk nog slechter op geworden. Zeker, men had groot, respect voor verscheidene der tegenstanders, maar... Van Kar nebeek had in het hart van het geheele Neder landse he volk ecu bijzonder plaatsje, men zag tegen hem op als tegen een staatsman van meer dan buitengewone gaven en in al de jaren van zijn ministerschap beeft men hem feitelijk zonder meer zijn gang laten gaan. Wat hij deed was wel gedaan En nu moest juist deze minister het veld rui- rnen voor andersdenkenden. Wij zijn er van over tuigd, dat verreweg het grootste deel onzer be volking tot de besliste tegenstanders van het trae taat behoorden, maar nu liet eenmaal uit de we reld geholpen is, zal er toch bij velen de onbe stemde vrees naar voren komen, dat Van Karne beek misschien in de. toekomst toch nog gelijk kan krijgen, dat zijn woorden inderdaad op waar heid berustten, en dat zijn blik een verziende geweest is. Het is zelfs nu na alles waf er ge beurd is immers nog moeilijk om aan te n<? men ,dat juistdeze minister zich zoo vergist zou hebben; al hoopt men het voor het welzijn van Nederland, toch zal men moeten afwachten. Maar terzake! Zooals hef iraefaal er was bon men er alleen nadeelen in vinden en gteen voordes* len, zoodat verwerping dus' een logisch gevolg was. Laten wij hopen, dat de toekomst spoedig zal uitmaken, dat de Eerste Kamer verstandig gehan deld heeft. Minister van Karnebeek zal aftreden. De ont roering in den. lande, dat de. beminde diplomaat de knappe vertegenwoordiger van ons land bij alle belangrijke gebeurtenissen, zijn departement ver laten gaat is algemeen. Nog nooit is een bewinds man afgetreden, die zooveel achting onder alle rangen en standen genoot en ook nog nooit is er een heengegaan, die zooveel twijfel en ongerust heid achter laat. .Want dit mogen wij met, gerustheid zeggen het Nederlandsche volk is verheugd, dat bet- ver- drag niet tot stand kolut, het voelde het als een smaad, maar' dat liet daardoor het vertrouwen in den minister verloren zon hebben, is niet waar. Integendeel, men voelt het zelfs eènigszins als iets ongerijmds, dat hij aftreedt, men is geneigd to vragen: waarom eigenlijk? Laten wij hopen, dat bij do samenstelling van een volgend kabinet, de portefeuille van Buitenlandsche 'Zaken weder om aan hem wordt toevertrouwd. De Belgische pers is slecht te spreken over de afwijzing van hun nationale verlangens. Wie zou het anders verwacht hebben? Het is alleen zoo vreemd, en het valt voor ons moeilijk te be grijpen, dat het Belgische Volk al die maanden lang niet anders gedacht heeft, dan wat in het traetaat stond, billijk en goed was. Het moet toch zelf gevoeld hebben, dat hun verlangens wel wat ver gfingen! Maar enfin, mogelijk zullen de redevoeringen der tegenstanders in onze kamers ook over de grenzen van sommigen de, togen openen. Nadruk verboden. Het is oen geluk zeker, dat de mensch zijn leed zoo" betrekkelijk gauw vergeet Wij zouden niet kunnen'werken en streven met den voortdu- renden druk van al wat het" leven aan smart eu zorg. ons toebeschikt op onze schouders. Maar dit geluk heeft ook zijn schaduwzijden. Toen na den verwoestenden oorlog de mensch- heid eindelijk in cfeil, plotselingen wapenstilstand herademde, was de eerste gedaéhte van wel bijna allen: dat nooit meer. In de idealen én leuzen, die V ilson toen over den Oceaan naar het uitge putte Europa droeg, 'was' die gedachte verwerke lijkt. E-'ii vrede, die, zonder overwinnaars en over wonnenen, de gedachte aan revanche uitsloot, en de ftlgemeene ontwapening zouden de mogelijk heid van een 'broederlijk samenleven -der volken móeten scheppen, die aan den oorlog alle kans benam. Van dezen vrede, waarvan men droomde en die president Wilson zoo ijverig propageer Ie, is niet veel 'terecht gekomen. En if- algemééne ontwapening.... Nietwaar? we vergeten zoó gauw. Poincaré, Mussolini, Hijmans zijn maar een.paar namen, die ons er aau herin neren, dat niet. een nieuwe broederschap, maar een nieuwe opbloei van''het nationalisme en heb zuchtige imperialisme van den 'oorlog het resul taat zijn ggweesi. We wapenen ons opnieufw en bereiden eèn nieuwen oorlog voor. En de idea len en leuzen, die ons na al de doorgestane ellende een oogenblik in verrukking brachten, leven nog sukkelend voort in. de eejn of andere Commissie- en Vol ken boncWe Je voeringen. Hun beteekenis schijnt vergeten en niemand denkt cr meer aan, ze als leiders der internationale politiek te aan vaarden. Tóch waren ze de resultaten van bit tere ervaring en de. uitdrukking van een nieuw be wustzijn. dat uit leed en ontgoocheling- geboren was. Daaróm is het goed, dat we er zoo nu en dan nog eens aan herinnerd worden. Graaf Bernestoff heeft het onlangs in - de com missie, ter voorbereiding van de 'ontwapenings conferentie gedaan. De commissie zelve is als 'tware een herinnering, mgar een. besehamendte herinnering. Haar bestaan en werkzaamheid zeggen ons maar al te duidelijk, hoe ver we- van de gezin.l- heid en de stemming en het inzicht van 1918 afstaan. Ontwapening is geworden een gering", een o zoo langzaam vorderende beperking dei- bewapening, die met veel moeite wordt afge dwongen Alleen de naam is gebleven. De naam, magr ook de levendige herinnering bij hen, die van die nieuwe leuze de dupe women. Want de ontwapening, die de overwinnaars uit den groo- ten oorlog niet vergaten en nog niet vergieten hebben, was do ontwapening der overwonnencu. Graaf Bernestoff kwam or onlangs in de oom missie aan herinneren wat die out wapening dor overwonnenen eigenlijk beteeken.de. Maar ook dat I is blijkbaar vergeten. Men wil liever niet meer weten, dat krachtens het. traetaat van 'Versailles. I Diiitsehland's on Oostenrijks en Hongarijë's en j Bulgarijë's ontwapening het begin der algemee ns ontwapening zou beteekenen. Het begin blijft gehandhaafd, maar de voori- zetting is tol. nu toe achterwege' gebleven. Tot die voortzetting' bood, meende de Duitscho gc- delegeerde, deze commissie een geschikte gele genheid. Óf de Eranschö, en Engelsehc, en Jta- I üaahsehe on Japansche afgevaardigden het ook meenet) r Het lijkt nog- niet veel op een ontwape ning, wat men thans'voorbereidt, Elke mogend heid tracht de beperking der bewapening, watr over men beraadslaagt, zoo te fatsoeneeren, dut zij zélve het minst behoeft te ontwapenen of althans de vorm der ontwapening haar militaire kracht het minste aanstaat. En dat streven heeft ook het, verschil tus- scltëii do Fraiisclié en Engelsehc voorstellen ten gevolge Het niet meetellen van de geoefende reservetroepen bij de bewapening is natuurlijk in Frankrijk's belang-, om dat dit door die re servetroepen- toch een sterk leger zal kunnen houden. En de wensch van Engeland om de beperkingen alleen te'laten gelden ten opzichte van het leger niét van het vloot- en luchtmacht-personeel is van een sterke maritieme mogendheid volko men begrijpelijk. Dat 'Italië de tegenwoordige slechte vérhoudingen niet gehandhaafd wil zien, wijst duidelijk op eert neiging naar uitbreiding, waar het eigen leger en vloot naar verhouding te zwak vindt. En .dat Duitsèhland dezen Ita- liaanschen wensch steunt, bewijst, wel, dat het zich in zijn ontwapendenstaat niet juist geluk kig voelt. Zooveel mogelijk deü eigen krachten op peil houden en die van den tegenstander ver zwakken blijkt ook nu nog de beteekenis, die men, evenals de overwinnaars van 1918, aan ont wapening- hecht- Veel verder zal de wereld er niet nxee komen. En toch heeft ze de ontwapening, mits ze alge meen zij. zoo bitter hard noodig. Het: conflict, tusschon Zuid-Slavië en Italië is nóg altijd niet bijgelegd. Hoeveel gemakkelijker zou dat kik ken, wa tineer geen der twee twistenden .een le ger ter zijner beschikking- had! Maar ze zijn blijkbaar beide juist bezig hun leger op sterkte en in orde te brengen voor een mogelijken oor log. Italië verwijt het Zuid-Slavië en -Zuld-Sli- v;ë verwijt het Italië. Voor dat laatste verwijt schijnt wel ietwat meer grond dan voor Italië'» verdachtmakingen. Een Engelsch consul, die in (ie grensstreek tussehen Zuid-Slavië en Albanië oen onderzoek heeft ingesteld, verklaart tenmin ste, fiat hij van Zuid-Slavische 1 roepen-concen traties niets gemerkt heeft, maar dat het eer der leek, of Albanië zich toebereidde. Zou net wellicht daarom zijn, dat de Italiaansehe regee ring het voorslei van de Zuid-Slavische om aan heide zijden der grens een internationaal onder zoek in te stellen, zoo hoog opnoemt? Hét is wel meer gebeurd, dat iemand zijn tegenstander verwijten deed om de aandacht van eigen daden af ié leiden. Onze tijd is vol van voorbeelden. De, groote riiogendheden hebben ze ons tijdens den oorlog bij menigte verstrekt. Is het, wonder, dat de vechtende Chincezen dat illustre voorbeeld gevolgd hebben. Zc imjteeren thans den oorlog, waarmee Europa bezocht is. Maathot gaat wat gemoedelijker, al is het nog "rg genoeg. De gemakkelijke wijze waarop de Zuidelijken Sjanghai en Hanking in handen heb hen gekregen, zou doen denken, dat de twee par tijen liet eens waren. Maar de buitenlanders zijn het blijkbaar met de gebeurtenissen niet eens. Een bombardement van Engelsehc en Amerikaansche oorlogsschepen is noodig geweest om hen te Nanking in veilig heid te brengen. f En het lijkt niet; onwaarschijnlijk, dat een ver der ingrijpen der vreemde mogendheden noodza kelijk wordt en nieuwe verwikkelingen tengevolge heeft- Ter voorkoming van dit gevaar zou het wellief dienstig kunnen zijn do Chineezen a! vast Pilaar te ontwapenen. Men hadhaaft daar mee tenminste de traditie om met de ontwapening van zijn tegenstander to beginnen. smaakt ah room OUDKARSPEL. Li (1 gister gehouden vergadering van No tabelen der Ned. Herv. Gemeente alhier, is be noemd' tot Kerkvoogd de heer O. Butler -Tz. alhier. OUDKARSPEL. In aansluiting op het bericht voorkomen de in I N. L. Courant van 29 Mrt., kan wor den meiiegedeekl, dat door een groep kiezers, niet tevreden zijnde over de behandeling der candidatenlijst der V. D., waar zij anders hun-, ne stem op uitbrachten een z.g.n. wilde lijst zal worden ingeleverd teneinde in deze ge meente een zuiverder verhouding te krijgen ten opzichte der verschillende partijen. Op den lijst komen de volgende, niet bij den oen of aind ciere kiesvereeniging aangesloten personen voor n.l.: 1. Jac. de Bioer. 2. H. Sten neb erg. 3. N'. Kaan. 4. P. Wijn. 5. C. Borst Pzn. 6 G. IJff. 7. H. de Geus. BROEK OP LANGENDIJK. De op 22. Maart 1927 vastgestelde kiezers lijst der gemeente Broek op Langendijk, telt 1161 kiezers voor de Tweede Kamer, 1149 vc.or de Provinciale Staten en 1115 voor den Gemeenteraad. Gevonden: een heerenrijwiel. i Inlichtingen bij den gemeenteveldwachter. - OUDE NIEDORP. Gisteravond werd in het café van den lieer Mij tv te Verlaat door Notaris Kroon publiek geveild, een woonhuis met 2.04.92 H.A. wei-, en bouwland, met de volgende uitslag. Het woonhuis met bouwland, groot 73.32 A. gekocht door K. Dijkhuizen te Zuidschar- wr.ude voor Fl. 2035. en 1.31A0 H.A. bouw land door K. Bieus e.a. voor Fl. '2310.-"" Sa men FI. 44345.— VAKOPLEIDING EN BEROEPS VERANDERING. Waar alle goede dingen uit drieën bestaan, zullen wij aan het werkloosheidsvraagstuk als nog een derde beschouwing wijden. Bij dit vraag stuk toch doet zich het feit voor, dat eenerzijis groote groepen van arbeiders met werkloosheid te kampen hebben, terwijl anderzijds in verscnil- lende vakken een gebrek aan (meestal geschool de) arbeiders bestaat. Dit verschijnsel is al eeni- ge jaren terug- gebleken, toen door de geweldige vraag naar bouwvakarbeiders overal een tekort aan metselaars en timmerlieden bestond, terwijl daarentegen in andere vakken, in het bijzonder in de sigarenindustrie, tal van arbeiders werkloos waren. Er is toen in verschillende plaatsen, o.a. in s Hertogeabosch, Leiden en Haarlem, getracht werkloozen uit andere vakken zoowel als onge schoolden uit de bouwvakken tot metselaars op te leiden. Talrijke moeilijkheden, die zich daarbij voordeden, hebben gemaakt, dat deze pogingen geen onverdeeld sucoes waren, doch aan den ande ren kant hebben zij toeh .er toe bijgedragen ver schillende werkloozen, die zonder eenig uitzicht waren, een nieuw perspectief voor hun verder leven ta geven. In den laatsten tijd zijn nu, in het bijzonder te Utrecht én Leiden, wederom pogingen in net werk gesteld in deze richting iets te bereiken. Do Minister van Arbeid, die van deze pogingen ken nis heeft genomen, acht deze aangelegenheid van zooveel belang, dat hij een commissie van deskun digen heeft benoemd, die 19 Maart j.l. door hem werd geïnstalleerd en die zal trachten overal in den lande, waar dit mogelijk en gewenscht is, dergelijke pogingen aan te moedigen en bij de uit werking daai van nader van advies te dienen. Do Minister en ook de voorzitter van de commissie, de heer A. Folmer, directeur van den Rijksdienst der Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemid deling. hebben in hunne bij de installatie uitge sproken redevoeringen er den nadruk op gelegd, dat zij zeer wel beseffen, dat door deze commissie het werkloosheidsvraagstuk zelf niet zou wor den opgelost. Waar echter het gebrek aan ge schoolde werklieden eenerzijds en het rondloopen van werklooze arbeiders anderzijds zich in vrij- wel elke plaats voordoen, meenen zij, dat door goéde voorlichting en leiding op dit gebied al thans iets zou kunnen worden gedaan om de ver houdingen te verbeferen en wat ten slotte het voornaamste is een aantal arbeiders met huniw gezinnen, die door de voortdurende werkloosheid het vertrouwen in de toekomst hebben verloren, uitzicht te geven op een nieuw leven. Men moet n.l. niet vergeten, dat in sommige bedrijven geen werk- kan worden aangenomen, omdatte weinig, geschoolde krachten bestaan. Komen er nieuwe geschoolden, dan zullen deze een kern vormen, die wederom werkgelegenheid scheppen voor tad van geoefende en ongeschoolde arbeiders. Daarnaast zal het indirecte gevolg van do. werkzaamheden van de Commissie zijn, .lat allcrwege wordt gewezen op de funeste mentali teit, die in do laatste jaren ingang heeft gevon den, vooral bij jongere lui van 18—22 jaar, dat het niet noodig is om een vak te leeren, omdat men ook zonder al die drukte zijn kost wel kan verdienen. In het tijdperk van hoog-conjunctuur, dat wij gehad hebben en waarbij de loonen dei- ongeschoolden bovenmate zijn opgedreven, was dit misschien uiet onjuist, doch thans wreekt dit zich, en ziet men tal van werkloozen, die, wanneer zij voldoende vakkennis zouden hebben, waar schijnlijk werk zouden kunnen vinden. Want dit blijft een feit, een goed vakarbeider vindt ten slotte overal zijn brood wel, is het niet in Hol land dan wel in Amerika of' waar dan ook. Met groote belangstelling mogen de resultaten van de nieuwe commissie worden afgeawcht in de hoop, dat zij ruime medewerking zal krijgen van overheid, werkgevers en arbeiders, want dat is allereerst noodig. Voor belangstellenden zij nog medegedeeld, dat het secretariaat van de commissie gevestigd is in het Ministerie van Ar beid te 's Gravenhaga.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1927 | | pagina 1