Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
Donderdag 21 April 1927
36e Jaargang
Een volk van kruideniers
"fËUILLETÖw"
Nacht en Siurgen
Plaatselijk Nieuws
De Bazaar
te Noordscharwoude
Ui! den Omtrek.
Buitenland
NO. 47 IMTERC.TELEPHOON
52
NIEUWE
IU Uil IJK Ut rilIRlVI
Deze courant verschijnt
Dinsdag, Donderdag en Zaterdag
A bonnementsprij s
per 3 maanden f 1.15.
Redact.-Uitg. J. H. HEIZEH.
Bureel Noordscharwoude
Advprtentifin van 1-5 regels 75
cent. elke regel meer 15 cent.
Gioote letters naar plaatsruimte
Brievt n rechtstreeks aan den Uitgever
Als we spreken van „een volk van kruideniers''
moet men het laatste woord niet opvatten in de
overdrachtelijke beteekenis, waarin het nog al
eens wordt gebezigd, maar volkomen letterlijk.
Het moet een ieder opvallen, hoe het aantal win-
kels in dorp en stad, maar vooral in de stad,
steeds groeiende is in de laatste jaren en dat een
belangrijk percentage van dezen nieuwen han-
deldrij venden madenstandi uit kruideniers bestaat.
Waar een indruk echter nimmer te preciseeren
is, vouden we het zeer interessant,«dat de ge-,'
meerite Amsterdam den groei (helaas niet len
minderen bloei) van het winkelierendom aan een
minitieus onderzoek heeft onderworpen. Dat ge
schiedde in October van het vorig jaar en thans
ligt het uitgebreide rapport vóór ons.
Het blijkt dan dat gemiddeld op elke honderd
woningen niet minder dan 14 kruidenierswinkels
voorkomen, zoodat, eveneens gemiddeld, elke krui
denier teert op de behoeften naar zijn waren van
7 gezinnen
Eveneens vindt men op alle 100 •woningen 8
ea.fé's en lunchrooms, 7 sigarenwinkels, 3 klee-
dingvvinkeh, bijna 1 apotheker en „ruim'' 2 dro
gisten, hetgeen te samen 35 'winkels op elke 100
woningen beteekent, zoodat in Amsterdam elk
drietal burger-gezinnen één winkelier met zijn
gezin te onderhouden hebben.
Hce nuttig de winkeliersstand ook is, zal nie
mand ontkennen, dat we hier van het goede te
veel gekregen hebben, aan welk feit men zeer
uiteenloopende beschouwingen zou kunnen wij
den.
Laten we eens altruïstisch zijn en niet in dg
eerste pïlaate aan onze eigen boterham denken,
maar aan die van anderen, in easu dus van do
winkeliers. Z;waar „gemeubeld'' zal die boter
ham 'wel niet zijn, want als b.v. zeven huisgezin
nen een kruidenier aan een bestaan moeten hel
pen, dan kan zulk bestaan toch slechts zeer
schamel zijn. Bovendien zijn er natuurlijk tal van
handige zakenlui, die hun debiet boven het ge
middelde weten uit te brengen, met het onver
mijdelijk gevolg, dat vele andere „middtenstan-
ders"(!) op de clientèle van nog minder clan zeven
huisgezinnen zijn aangewezen.
Sigarenwinkeliers teeren op gemiddeld 15 ge
zinnen, dus hoogstens 30 rookors.
Voor de consumenten zijn de gevolgen van Jon
weligen groei van het winkelierendom al ev.en
fataal. Als regel geldt, dat hoe grooter de con
currentie is,- de prijzen des te lager zullen zijn,
maar slechts t.ot een zekere hoogte gaat deze
regel" op.
De meeste winkeliers hebben een in aantal
uiterst beperkte clientèle en voor allen geldt lus
dezelfde noodzakelijkheid om op die clientèle te
verdienen, wat mogelijk is. Een bevredigend re
sultaat zou verkregen kunnen worden door een
prijzen-concurrentie, maar die weg is lang en
vereischt een goed gevulde buidel; de voor de
„Gij zijt te Banbury, in het hotel van „den
Zwarten Prins'' mijnheer Walter, antwoordde
Daphney, die het adres van zijn patiënt op de
naamkaartjes gelezen had, die bij 't uittrekken
zijner kleeren uit een der zakken van zijn pale
tot gevallen waren. „Er heeft een ongeluk mei
den trein plaats gehad, waarmede gij naar Lon
den reisdet, en gij zijit gekwetst. Gij behoeft u
echter niet te verontrusten; uwe wonden zijn
niet gevaarlijk.
De heer Walter kwam nu eerst tot volle be
wustzijn van zijn toestand, en scheen ook nu
eerat pijn te gevoelen; immers hij bracht ver
schrikt- zijne handen naar zijin hoofd en zijn rech
terbeen.
„Is er iets aan mij gebroken? vroeg hij, «len
geneesheer angstig aanziende.
„Uw rechterbeen, antwoordde deze, hem ver
hinderende cle gekwetste deelen aan te raken.
„Maar het is slechts een eenvoudige breuk,
die, als er niets anders bijkomt en gij u bedaard
houdit, spoedig hersteld zal zijn. Morgen hoop
ik uw been te zetten.
„En mijn hoofd? Het doet mij! geweldig pijn!
hernam ne bankier.
„Uw hoofd heeft eene kneuzing ondergaan,
maar ook van geen bedenkelijkon aard. Gij moogt
van geluk spreken, mijnheer Walter. Velen uwer
medereizigers hebben het leven bij de ramp in
geschoten of zijn deerlijk verminkt. Maar daar
over nader. Houd u thans sleohts bedaard.
hand liggende oplossing is dus, dat zij inplaats
van de prijzen te drukken, deze zoo hoog moge
lijk opvoeren, wat ze met te meer succes kunnen
doen, omdat het eigenbelang en zelfbehoud ook
huu collega's daartoe drijft.
Zulke abnormale toestand1, die noch aan de
consumenten voordeel bezorgt, is natuurlijk als
een maatschappelijk kwaad te beschouwen, een
kwaad', dat de „daders" allerminst voor hun ge
noegen plegen, en dus uit een ander kwaad moet
zijn voortgekomen.
De oorzaak van alles is dan ook wel te zoeken
in de economised malaise, die na den oorlog is
ontstaan. Die malaise lijkt wel geminderd, doch
heeft inderdaad slechts andere vormen aangeno
men. Rijk noch gemeenten konden voortgaan met
de verzorging der crisis-werkeloozen op de royale
wijze, waarop Sluiks gedurende cenigc' jaren is
gedaan, toen men nog meende, dat men inderdaad
niet een crisis die dus slechts van tijdelijken
aard zou kunnen zijn, te doen had.
Al de slachtoffers, aan wie steun onttrokken
werd-, hebben zich echter, door den nood gedwon
gen, toegelegd op het eene vak, waartoe men niet
geroepen behoefde te worden, maar waarop men
zich kou werpen: dat van koopman, 'tGevolg
echter zal zijn, dat de maatschappij straks, als
ut) gespaarde of geleende centen, waarmee het
„bearijf" gesticht is, op zijln, een even groot
leger te verzorgen krijgt als vroegjer, een leger
van menschen, die erger berooid zijn dan ooit,
omdat met hun „zaak'' ook alles verging, wat ze
een? hei hunne mochten noemen
Wc kennen voor het kwaad helaas geen genees
middel. De eenige plicht, di<yi we vervullen kun
nen, is te waarschuwen om in maatschappelijkon
nood geen toevlucht te zoeken in het overigens
zéór voor de hand liggende koopmansbedrijf; men
rodt er zich zelf niet mee en haalt het laatste
rijstkorreltje uit het watersoepje van den win
kelier.
Zoo is dan nu tie vanaf Zaterdag tot Dinsdag
1.1. gehouden Fancy-Fair, ten bate van de Gym-
.nastiek-verecnigingen „Hercules" en „Hygiéa", de
H'armonie-veieeniging „Excelsior het Sympho-
megczelschap „Semprc. Crescendo" en de zang
vereniging „Ciescendo" weer achter den rug.
Deden wij in ons blad van Dinsdag eenige losse
mededeelingen, thans kunnen wij eenige officieele
cijefrs geven, die een denkbeeld kunnen geven van
de drukte die gedurende deze Bazaardagen heeft
geheerscht.
Ook Dinsdag was het aantal bezoekers tamelijk
groot, oru.gveer een honderd of zeven, waardoor
„Hoeveel tijd zal er met mijn genezing ver-
loopen? vroeg Henry Walter.
„Twee maanden, als alles naar wensch gaat."
„Twee maanden!" jammerde de bankier. „Zoo
lang wil tk hier niet vertoeven. Kan ik niet ter
stond nadat mijn been gezet is, naar Maudeslye-
Abbey, bij Lisfort, vervoerd worden?"
„Onmogelijks mijnheer Walter. Hoe gunstig ik
ook op dit oogenblik over uw toestand denk, ik
zou niet voot' uw leven durven instaan, als gij tot
zulk een roekeloozen stap besloot. Gij zoudt door
zWare wondkoortsen worden aangetast, en de
kwetsuur aan uw hoofd zou waarschijnlijk in ont
steking overgaan.'
„Maar ik benoef hier toch niet tot mijne vol
ledige herstelling te blijven?" ging de bankier
voert. „Wanneer ben ik naar uwe gedachte ver
voerbaar
„Eierst na verloop van vier of vijf weken."
„D<at is veel te lang! Ik kan geen vier of vijf
dagen hier blijven! Ik moet naar de Abdij, riep
de lijder, die zich onrustig heen en weer wen
telde."
„Ik bid u thans geen woord meer, als gij uw
leven liefhebt," hernam de geneesheer ernstig.
„Morgen spreken wij nader over dit punt."
„Kan mijn bec-n niet terstond gezet worden."
„Neen; de zwelling is veel te sterk; deze moét
eerst worden tegengegaan.
De bankier begreep, dat hem voor 't oogenblik
niets anders overbleef, dan zich aan zijn noodlot
te onderwerpen. „Als ik vooreerst niet vervoer
baar ben." zeide hij na eenige oogenblikken zwij
gen* tot nen heer Daphney, „dan moet mijn ka
merdienaar ontboden worden. Wees zoo goeil mijn-
heer eenige woorden, die ik u dicteeren zal, vjor
mij naar de abdij te zenden."
het aantal bezoekers steeg tot 5210.
Voorwaar een respectabel aantal.
Alle. goederen zijn verkocht of door middel van
het Rad van Avontuur aan den man gebracht.
Dat het voor de danslustigèn een schitterende
gelegenheid was, om zich in de danszaal te verma
ken, blijk; ook alweer uit het aantal van ongeveer
1400 peisonen, die daar de controle passeerden.
En „at de Bazaar zelve betreft? De groote, maar
zorgvuldige voorbereiding is van dien aard geweest,
dat mag worden gezegd dat hij schitterend is ge
slaagd en de resultaten hieraan zeker evenredig
zullen zijn.
Ilet hocfdcomité heeft een moeilijken tijd achter
den rug, maar bijgestaan door verschillende com
missies heeft het datgene weten te bereiken, wat
men bij den opzet als doel voor oogen had gesteld.
De samenwerking liet niets te wenschen over.
Er heeischte een algemeene geest van lust en toe
wijding, een vervullen van de taak die was op
gelegd.
Toen dar, ook Dinsdagavond ongeveer 12 uur
tot; de officieele sluiting werd overgegaan, kon
«de cme-vooizitter in zijn sluitingswoord een har
telijk woord van hulde en dank brengen aan 't
lioofdóomité, de commissies, de dames en heeren,
die aan het welslagen van dezen Bazaar hadden
medegewerkt.
Eeft niet minder hartelijk woord van dank werd
gebracht aan de milde gevers en geefsters, die door
hun gaven dezen Bazaar tot stand deden komen.
Het echtpaar De Bakker mocht een woord van
Rank aan zijn adres hooren uitspreken voor de
wijze, waarop het had medegewerkt en de lokalen
had afgestaan om den Bazaar naar behooren te
kunnen inrichten en regelen.
Ook tot de rijks- en gemeentepolitie werden
woorè.-n van- erkentelijkheid gericht, .voor de w'j-
ze waarop zij het Bazaarbestuur had bijgestaan,
voor de wijze waarop de rust, behoudens een klein
incident, werd gehandhaafd.
En het was een welverdiende hulde, toen de
Presidente, Mevr. OotjersBigler, en de Secreta-
taresse. Mevr. KeizerVlug, ieder een bloemstuk
in ontvangst hadden te nemen, en den Penning
meester den heer F. Moeijes Fz. een heerlijk kistje
sigaren werd overhandigd.
Het waren evenveel blijken van erkentelijkheid
en waardeering voor de moeite, en de vele opoffe
ringen, die zij zich hebben moeten getroosten.
Maar wij zouden zeker tekort gekomen zijn in
'het noemen van hen, die medewerking verleenden,
wanneer wij de Fa. van Nelle hadden vergeten.
Deze Fa. toch, die haar theetuin afstond ge
durende de vier Bazaardagen, heeft op waarlijk
zeer royale wijze het Bazaarbestuur ter zijde ge
staan, door het hoofdcortiité in de gelegenheid
te stellen den bezoekers een kopje thee of koffie
te doen schenken.
Het aanbod van deze Fa. werd dan ook hooge-
lijk gewaardeerd.
Maar nog zouden wij zander aan aanderen
iets te kort te doen een woord van hulde en
dank willen brengen aan de H.H. D. Schuitema-
Hij gaf nu de/ geneesheer een brief voor juf
frouw Madden in de pen waarin op de spoedige
komst van Jeffreys werd aangedrongen. Deze
brief werd nog met den nachttrein verzonden,
en den volgenden morgen om tien uren bevond
cle kamerdienaar zich reeds bij zijn meester in
„den Zwarten Prins".
De heer Walter had intusschen een onrustigen
nacht doorgebracht, gedeeltelijk tengevolge van
koorts, doch meer nog door de kwelling waaraan
hij ten prooi was. Niet dat zijn toestand hem t
ernstige bekommering inboezemde, maar hij ge-
voelde zich in het vreemde hotel veel minder
veilig en op zijn gemak, dan.op de Abdij- „Daar,"
zeide hij bij zichzelven, „kan ik Jeffreys of de
andere bedienden, lord Herristone en allen, die
ik niet zien wil, van mij weren, maar .hier ben ik
mijn eigen meester niet.
Al heb ik mijn kamerdienaar bij mij, dan kan
ik toch niet op den duur aan elk den toegang
beletten. Neen! ik moet naar de Abdij terug en
wel hoe eer hoe beter!"
Had de lijder geweten, dat het toeval, waar
door hij. in plaats van naar liet gasthuis van Ban
bury, naar „den Zwarten Prins" was gevoerd,
hem tegen het bezoek, dat hij voor zijne rust
of gezondheid zoozeer scheen te duchten, zou
vrijwaren, zeker zou hij dan een veel geruster
nacht hebben doorgebracht.
Toen lord Herristone aan het station te Shorn-
cliffe het onheil vernam, dat den trein getroffen
had, waarmede zijn vriend Walter naar Londen
was gereisd, nam hij zich terstond voor om te
Banbury onderzoek naar diens wedervaren te
doen, en Arthur Lovell bedacht zich geen oogen
blik om hem te vergezellen. Zij hielden zich dan
een uur in die stad op, maar daar niemand buiten
leer Jr. erf C. van Zijl, voor de gratis aangeboden
.aanleg der èelctrische verlichting. Het was keu
rig in orde met kleurenrijk effect.
"En tenslotte moet een woord van dank worden
'gebracht aan de heeren van het Har'moniegezel-
scbap, en de Dames en heeren van het Symphonie-
gezelschap, die al de vier dagen dc bezoekers op
een stukje myziek vergastten.
Achter den rug, - zoo vingen wij dit vcrslagje
>aan - Ja. de Bazaar wel. Nu straks de afre
kening om te. zien wat er voor de vereenigingen
overblijft.
Van harte wenschen we dat het bedrag zal
meevslien en we twijfelen niet, of men zal zich
blijven herinneren hen, die medewerking ver
leenden tot het welslagen van deze Fancy-Fair.
ZIJDEWIND.
i Tweede Paasch-dag werd alhier een open-,
bare uitvoering gegeven door de R. K. Too-
neelvereenigimg „Constantia" van Schagen, in
het* lokaal van den Heer G. Ligthart. Op
gevoerd werd „Het valsche etiket," of Sam
son en Moot, een kluchtspel in drie bedrijven)
door Gerand Nielen. Het stuk werd door de
1 spelers goed vertolkt. Het publiek heeft de
zen avond wel genoten, de lachsalvo's toch
waren niet van de lucht.
Een geanimeerd bal tot besluit.
De Paaschdagen werden in Engeland begun
stigd doo rstralend warm weer. De maximum
temperatuur was Maandag 67 graden. In de bad
plaatsen werd 11 uur zonneschijn waargenomen.
Lenden werd door -tienduizenden bezocht. Aan
de „Zoö" werd door 69000 personen één bezoek
gebracht. Het aantal autobussen, waarmee tochten
door de stad werden gemaakt, wordt geschat op
2000.
Te Berlijn was lipt weder over het algemeen
vrij koel. De eerste Paaschdag was het weder
betrekkelijk gunstig, daarentegen de tweede dag;
druilerig en regenachtig. Eerst Maandagavond
kwam er eenige opklaring.
Uit Midden- en Noorden Italië worden hevige
stormen, gepaard gaande, met hagel en sneeuwval,
gemeld.
Tc Parijs was het mooi Paaschweer. Er hadden
naar „de Tel." vandaar verneemt, weinig onge-
vallen plaats, doch die er voorvielen waren van
ernstig,;) aard. Twee vrouwen werden gedood
en twee mannen en een vrouw werd'en gewond bij
een ongeluk bij Saulieu (Cote d'Or). Op den weg
na.a rSt. Quentin nabij Proyart reed een auto een
onbewaakten overweg over en kwam daarbij in
I botsing met een (rein, waarbij een man werd ge
dood -en twee werden gewond. Door het springen
van een band -werden twee mannen en een vrouw
gewond in de nabijheid van Breteuil. Een be
jaard Nederlander kreeg een neus wond bij een
autobotsing in de omgeving yan Fontaine-bleau.
den heer Daphney en den logementhouder uit
„den Zwarten Prins" van het verblijf van den
bankier te Banbury en van zijn toestand kennis
droeg, was het niets te verwonderen dat zij, na
het gasthuis bezocht en eenige inlichtingen in
gewonnen te hebben, tamelijk gerustgesteld we-
der vertrokken, in den waan dat de heer Walter
don vorigen avond met do passagiers, die onge
deerd waren gebleven, zijn reis had voortgezet en
nu wellicht reed's den voet op Franschen bodem
had gezet.
Toen Arthur op de Abdij beter ingelicht werd
vertrok !h ij terstond1 weder naar Banbury. Hij kon
echter alleen Jeffreys en den heer Daphney te
spreken krijgen, daar de lijder niet slechts rust
behoefde, maar ook gezegd had niemand te willen
zien.
Arthur schreef daarop nog dien dag aan lord
Herristone, dien hij met de ware toedracht van
zaken bekend maakte en afried om zich 11aar
Banbury te begeven, teneinde den heer Walter
te zien, «laar het vermoedelijk een vergeefscho
reis zou weze-i.
Den volgenden morgen weid het been van den
lijder gezet. Hij had des nachts gelegenheid g|e-
vonden om zijn gordel los te maken, en lien tus-
sehen zijn ledikant en den muur van de alcoof,
waarin het stond, te verbergen. Do bewakers
hadden zijn bewegingen wel opgemerkt, maar
deze aan de onrust der koorts toegeschreven. Na
dat de operatie afgeloopen was, haalde de lieer
Walter, terwijl allen meenden dat hij sliep, len
gordel weer behoedzaam te voorschijn, en gespte
dien in plaats van om zij Umiddel onder zijn ar
men vast, waar hij meende dat zijn schat minder
gevaar liep van ontdekt te Worden.
(Wordt vervolgd.)