NIEUWE Dinsdag 21 Juni 1927 36e Jaargang Van de voorgestelde Twuijverweg tol NO. 72 MTERC.TELEPHOOia 52 mmiiikFR (oiim Deze courant verschijnt Tyy 111 TT 11 "TVT 11 J- Advertentiën van 1-5 regels 75 Dinsdag Donderdag en Zaterdag ïeUWSDlaCl V. MOll. JN OOmerK WaiTlCr cent, elke regel meer 15 cent. Abonnementsprijs Groote letters naar plaatsruimte per 3 maanden f 1.15. -■ RedaCt.-Uitg. J. H, KEIZER. - Rureel ^oordscharwoilde Brieven rechtstreeks aan den Uitgever Daar is wat over te doen geweest. De vroed schappen van Alkmaar en St. Pancras hebben, er tal van keeretni over gedelibereerd, hoe dien1 weg nu toch goed te krijgen;. Gezamenlijk doen, dat was 't parool. Ja, dat was 't beste, edoch dat vertikten drie ge meenten van de vier aan den Langendijk- Toen dat vaststond, ging het verzoek naar, Gedeputeerden van St. Pancras om 'n tol te mogen plaatsen. Broek protesteerde bij de Kroon, en Oudkarspel betuigde adhaesie aan 't Drotest. Ons blad gaf heel wat lezieins ovêr de zaak,, veel wijsheid is ten beste gegeven. Zagen we al 't geschrevene over den Twuijverweg, eens bijeen, geloof 't was 'n aardig boekdeeltje. .Heeft de „Telegraaf" er zelfs op de photo-, pagina niet een kiekje van gegeven? Ein al dat geboom em gezwam is feitelijk over bodig geweest; 't had wel in de pelu kunnen, blijven, 't Geval leert, dat men voorzichtig, doet, met er maar niet veel over te zeggen, te profeteeren of wat ook. Hebt ge, lezer vernomen, wat Minister vd. Vegte de vorige week gezegd heeft bij de be handeling van het regeeringsvoorstel om twee millioen in 't wegenfonds te storten? Zijne Excellentie heeft verklaard, nog dit jaar een voorstel te zullen indienen, om de be staande tollen (o, Sint Pancras, o, Alcmaria victrix in omgekeerde richting, hebt ge, toen ge Idat laast, u rustig kunnen houden?) af te schaffen. Dat nu de kans op een tol zoo goed als uitgesloten is, mag wel aangenomen worden. Welk vooruitstrevend mensch wil nu een tol? Dus brengt dat voorstel het stellig wel tot de Staatscourant. We doen wel wijs, voortaan in alle voorko mende gevallen maar uiterst kalm te blijven. WTant och, wat hebben we hier met z'n allen toch nog een beetje in te brengen. Eén mini-i strieele verklaring en; dan ligt de tol op apegapen, heb ik al neergeschreven. Maar een tol kan niet gapen, dus deugt 't zinnetje niet. i Ge vat echter de bedoeling wel. Maar met dat al is de weg nog maar altijd afgesloten. I 't Ware wenschelijk, dat de handige v. d. I Vegte in dit ownoozele gevalletje de knoop maar door hakte. Want er zij|u hier te veel 1 schippers op 't schip, te veel koetsiers op den bok. En dan raakt gewoonlijk 't schip aan I den wal en 't rijtuig te water. Waarlijk er is wel wat voor te zeggen, zoo'n Mussolini in miniatuur; met de tegenwoordige democratie, gemeentelijk autonomie, te sterk geprononceerd veelal, komt men niet verder. Ondertusschen kunnen we: een gevoel van bevrediging niet ontkennen. Immers geen tol, dat is ook wat waard. Dat de Alkmaarsche en St. Pawcrasche vroedschap zich 't geval maat niet al te zeer mogen aantrekken. Ocb; hoe vreemd loopt soms 't leven, hé! FEUILLETON Nacht en Mengen 88) Maar onder de wandeling paar St. Cross werd hij wieder geheel de oude egoïst. Op- schamperen toon sprak hij over de „bespot telijke lichtgeraaktheid," die ik over zijn hou ding in de "al der wissels aan den dag legde, en zeilde dat een jaargeld van vijftig pond een nog veel te ruime vergoeding was voor 't geen hij jegens mij misdaan had. Nu kende mijn woede geen grenzen meer; alle omstandigheden liepen mede om mijn opzet e begunstigen, en terwijl Walter op het smalte voetpad vóór mij uitging was de: euveldaad in een oogwenk volvoerd...'" „Ik bid u, vader!" riep Mathilda, „wees thans alleen op uwe redding bedacht. „Ik weet, dat mij|n oogenblikken kostbaar zijn," antwoordde Wilmot; „maar voórda wj weder van -elkander scheidep wilde ik u zeg gen, dat ik niet zoo schuldig ben als gij wel licht meent. Zeg mij nu, Mathilda, wat mij te doen staat." yte „Het rijtuig, waarmede ik van Sihornciiiie gekomen ben, wacht op den straatweg met ver van de Abdij. Rijd daarmede naar het; spoorwegstation, en vertrek met -den trein dien de politie-beambte waarschijnlijk te Shornclitte verlaten zal. Het rijtuig kan, als gij dat wilt, het park inrijden tot dicht bij het huis. ..Neen," zeide Wilmot, „de koetsier.zou alles uitbrengen, en bij mijne komst te Llve^001' of, zoo ik zuidwaarts wendde, zou men te Rugby, Banbury of Loinlden mi* xeker aanhou Hoe 't mogelijk is geweest, dat op een gegeven moment in den afgeloopen winter het artikel roode kool op heette, terwijl me uit de officieele cijfers is gebleken, dat er minder is geveildl, dan de opgegeven voorraadi, zie dat zit zoo. En dat dit nu in de oourant kan vermeld, ia te danken aan de inlichtingen, door het betaal- kantoor te Broek welwillend verstrekt. A.llereerst dient opgemerkt, dat tot den 11 Mei, wat zeker meer dan voldoende mag heeten, steeds publicaties in hetveilingsgebouw zijn opgehan gen. In 't laatst van alle artikelen met uitzonde ring van roode kool. Ein nu dat verschil, want 't bleek, 't kon uiet anders, er was een hiaat; de oplossing is echter hoogs teenvoudig. Na de eerste telling op 15 December heeft men geregeld de aangevoerde hoeveelheden van de totale hoeveelheid afgetrokken. Den 15 Februari voni de tweede telling plaats en toen bleek uit het inventarisatie-resultaat, dat de aanwezige voorraad in totaal 197 wagons min der was, dan de hoeveelheid op 15 Deoember ver minderd met de aanvoeren tot 15 Februari. Welke hoeveelheid moet nu als juist door het kantoor worden aangenomen? Natuurlijk neemt men den voorraad aan, den 15 Februari bepaald dit is echter de oorzaak geweest, dat zich het ty pisch geval kon voordoen, waar wè een vorige maal op wezen. De opmerkingen over inventarisatie-cijfers ra ken eigenlijk het be taaikantoor slechts zeer van terzijde. Immers men kan ten bureele niets anders doen ten dezen dan de opgegeven cijfers voor juist aanvaarden, en van de hoeveelheid van 15 Dec. de aanvoeren aftrekken. De tweede telling kan niet anders dan als cor rectie-middel, niet op de aftreksommetjes, maar op den voorraad worden gezien. Er zouden over de tellingen nog wel eeuige m.i. interessante opmerkingen te maken zijn; b v. i'ranleil een plaatsje krijgt en -een goede plaats op klemt de vraag, gezien 't geringe verschil tusschen j de ^ar getelde en geveilde hoeveelheden, hoe gevén i Maar veel meer nog dient gewezen op dien de bouwers nu op Rekenen ze reeds dadelijk met misstand, dat er in 't najaar zoo goed als geen (T'AUTIaKI QUArllAQ hll /(ft lAATStlft AD ffllVG h'in4o Irrrrnli'tnlfrt»! tow mnt»lr4- lrnmon T7\*v 1' n J ton dat- aan alle kanten goed is. 'E|n aan de poterkwes tie zit óók een kant, die we <wel eens onder de oogen mogen zien. Niet, wat thans de wijze van verkoop betreft, maar veel meer rijst de vraag, geldt wat we laatst opmerkten over koolzaad en jdantenlevering aan en voorlichting over koolbe- waring van Duitschers, óók niet voor 't artikel goedgekeurde pootaardappelen Als straks ons beste plantenmateriaal naar Duitschland gaat, heeft dit zeker tot gevolg, dat wij den Duitschers de middelen leveren, ons eigen product scherp te becomourreeren. Dit is de zwakke plek van de pootgoedcultuur. N u reeds zijn er, die volhouden, dat wijl zelf de Belgen tot concurrenten op de Duitsche vroeg- aardappelinarkten hebben gemaakt, door hen ons beste plantgoed te leveren. Door de straks te volgen verkoopmethode wordt dit kwaad niet ,in de wereld gebracht, maar 't was er al lang. Onverdeelde, algemeene instemming kan maar zelden ons deel zijn, welk voorstel of zaak men ook neemt. Fr hangt nog iets belangrijks in delucht, je kunt 't zoo aanvoelen, dat het komen zal, ja komen moet. 't Lijkt ons gewenscht er nu nog eens de aan dacht op te vestigen, op de onhoudbare, chaoti sche koolm ar kt-toestanden in den herfst. Nu daar op hameren, steeds weer er op wijzen, achten we noodzakelijk. Straks als 't herfst is, dan is er schier geen tijd meer, dan staat het wintersei zoen voor 'de deur. Noord-Holland gaat straks op' bescheiden wijze voor kool reclame maken, en dat is hard noodig. 't Is da vraag of de kool geen meer luxueuse ver pakking behoeft. Of 't inderdaad geen aanbeve ling zou verdienen, eens een proef te nemen, om mooie kool in kistjes te verpakken, met een inhoud van zeg 25 Kg.wat houtwol en de kistjes, waar door 't product in plaats van onder de toonbank j of andere onmogelijke plaats, in de winkel (en diit geldt ook voor den groenten wagen) eens voor de SPROOKJESPUDDING' gewichtsverlies bij de eerste opgave? Of laat men deze gewichtige factor geheel bui- j ten beschouwing? Zoo zou men kunnen doorgaan, maar tegenwoordig interesseert ons deze zaak I minder, bij leven en welzijn is daar van de herfst weer meer belangstelling voor; dus stappen we van de kooltelling af. i Blijkens het no. van jl. Vrijdag van het „Cen- traal Orgaan" voor den handel in aardappelen, groenten en fruit, is de zaak van den verkoop van goedgekeurde aardappelen nu geregeld, j De Provinciale Commissie heeft de voorstellen j van de te Hoorn ingestelde commissie te dezer zake, aanvaard. Gelijk we reeds als onze meening weergaven, verdient de oplossing alle medewerking van han delaren en bouwers. In het consequent doorgevoerde verplichte-vei- lingstelsel was de iwijze van verkoop van het be- j wuste artikel eigenlijk een paskwil; dat is nu I voorbij. Aan dien misstand is een einde gemaakt. Toch willen .we over deze zaak nog iets op merken. Fir is in 't leven nu eenmaal zoo ongeveer niets, den." Hij bedacht zich eein. oogenblik, ên her vatte toen: „Ik moet te paard een, goed heen komen zoeken. Mijjni been is nog wel heel stram, maar zit ik eens in een zadel, dan zal ik het wel een poos uithouden." Hij kleedde zich met behulp van Mathilda, in allerijl, haalde een sleutel uit de lade van zijn nachttafel, en zeide tot zijn dochter: „Doe de glazen deur nu weder opein en vergezel mij met de lamp naar den stal, maar verberg, het licht zooveel mogelijk. „Hoe gelukkig," ging hij, meer tot zich zelven dan tot Mathilda; sprekende, voort, „dat ik, door een voorge voel van hetgeen mij boven het hoofd hing ge dreven, dezen sleutel voor eenige maanden heb laten maken!" De stal was een groot gebouw, dat slechts Idoor een bloemtuin en een heg van dezen vleugel van het heereiahuis gescheiden was. Aan den eenen hoek van het gebouw bevonden zich de woningen van den koetsier en palfre-, nier; het midden gedeelte werd door een ruimt koetshuis ingenomen, terwijl het andere uit einde uit twee paardenstallen bestond, een voor koets- en een voor hamdpaarden. Naar den laatste richtte Jozef Wilmot zich thans, met den oenen arm op zijd dochter leunende, die de lamp zooveel mogelijk onder haar mantel verborg, en met de andere hand op zijp rot-, ting. Hij maakte de deur voorzichtig open. Een der rijpaarden schudde vroolijk de manen, toen bet zijn meester ontwaarde, en begon te hinmeten. Wilmot streek het dier over den; kop en suste het zooveel hij kom. Hij nam ver-I volgens van de rekken aan den wand alles, wat hij noodig had om het paard te zadelen; en was hiermede ia minder dan tien minuten 1. Daarop leidde hij het dier bij den teu-i beste kwaliteiten ter markt komen. En in dien tijd maakt men reclame voor die buitengewone beste, houdbare kool. Als dat niet verandert, is het maar 't beste de koolreclame stop te zetten. Reclame kan alleen effect sorteeren, als 't aan- bevolene overeenstemt met de 'voorstelling, die er van gegeveiWvordt. En nu hoorden we, dat men ook deze zaak nader zal overwegen. Dat is een gunstig; teeken, want wat men ook zeggen moge van onzen N.-H. tuinbouw, toch zeker niet, dat hij achterlijk is. Eu men durft ook wel ingrijpende voorstellen doen, als men maar overtuigd is, dat het moet. Van alles wat in de laatste jaren is ingevoerd, kan naar waarheid gezegd, dat het proefondervin delijk nuttig was; de eritiek, altijd in den aan vang van be teekenis, is verstomd. Dit heeft een goede basis van vertrouwen gelegd, met 't oog op dat allés lijkt het ons geen onmogelijke toer, om de aanvoeren van goede kool in den herfst te regelen. En nu hebben we voor deze week al weer ge noeg geschreven, niets gemeld over de aardappelen en wortelenmarkt. Misschien krijgen deze arti kelen deze week nog wel een beurtje; er is zoo gel naar buiten, en zeide tot Mathilda: „In ide kast naast mij|n ledikant hangt een pels. Haal dien, ein' help mij dan in den zadel!" Mathilda keerde met de lamp naar de ka-, mer terug op de tafel lag een beurs, waar in zij goudgeld zag schitteren. Zij liet haar eerst liggen, maar tot aan de glazen dsur ge naderd zijnde, keerde zij terug en nam de beurs mede, uit vrees dat haar vader anders geheel van geld ontbloot mocht zijln. „Hier is uw beurs, vader," zeide zij tot Wil mot, nadat zij hem zijn pels had helpen aan trekken. „Maar" ging zij aarzelend voort, s.,is dit wel genoeg om u eet.T veilige bestemming te doen bereiken?" Jozef Wilmot bracht werktuigelijk zijn hand aan den gordel, dien hij steeds om zijn mid del droeg en zei: „Stel u gerust; ik heb ge noeg bij mij." „Waar denkt gij heen te gaan?" vroeg Ma thilda, terwijl zij haren vader in den zadel hielp, 't geen alles behalve gemakkelijk ging. „Ik ga eerst," fluisterde Wilmot, stapvoets voortrijdende, „naar een oude bekende, die hier in den, omtrek woont, om met hem te raadplegen. Waar ik verder heenga, weet ik zelf nog niet." „Laat ik u vergezellen, vader, waar gij ook heengaat .Gij Mathilda? Neen, ik mag u niet aan de gevaren en de ellende blootstellen, die ik mis schien te gemoet ga. Deinst gij er niet voor terug om uw lot aan het mijnie te verbinddn, dan schrijf ik u, na mijn ontkoming, waar gij mij vinden kunt. Maar op mijn vlucht kunt gij mij niet vergezellen." Neten, vader, ik verlaat u nooit weder! Ik wil u uwe gevaren deelea, en voor u zorgen1 veel stof tegenwoordig, dat men voor elk nummer wel een stemmingsbeeld kan schrijven. 't Mocht echter vervelend worden, daarom stop pon we-maar voor vandaag. BuitenBand DE GODSDIENSTEN DER WERELD. In „Die Christliche Welt" geeft Hearing van Ruhla een statistisch overzicht van de getalsterkte der verschillende godsdiensten. Van alle bewoners der aarde vormen de Christenen 35 pet., de Boeddhisten 27 pet., de Mohammedanen 15,4 pet., de Brahmanen 14 pet., de heidenen 8 pet. en de Joden 0.6 pet. In Europa en Amerika behoort 95 pet. van de bevolking tot het Christendom, in Australië; 85 pet., in Afrika 5 pet. en in Azië 2.8 pet. Van alle Christenen der wereld zijln er 68 pet. woonachtig in Europa, 25 pet. in Amerika 4.6 pel. in Azië, 1.4 pet. in Afrika en 1 pet. in; Australië. Van alle Christenen zijtn 68 pet. Katholiek, waarvan 47 pet. R.-.R. en 21 pet. Gr. K. en 32 pet. Protestant en van de Christenen in Eu ropa zijn 74 pet. Katholiek (47 pet. R.-K. e.nj 27 pet. Gr. K.) en 28 pet. Protestant. De verhouding tusschen R.-K. en Protestant is dus over de wereld 3:2, in Europa 2:1: en in Duitschland naar de schrijver er aan, toevoegt 1: 2 omdat in Duitschland 1/3 van de bevolking R.-K. en 2/3 Protestant is. CYCLONEN, ONWEDERS EN WOLKBREU KEN IN DUI rSCHLANDi. In den nacht op 18 Juni tegen 12 uur vernielde een cycloon aan de Beiersch-Thuringsche grens een groot gedeeite der staatsbosschen. Binnen een minuut werden 4 a 5C00 boomstammen ter dikte van ca. een halven meter ais lucifers bij den grond afgebroken, zoodat het geheee woud als wegge maaid is. Te Beriijn stale een geweldig onweer op, dat ge paard ging met een wolkbreuk, waardoor op vele punten, der stad overstroomingen ontstonden. De Duitsche radiodienst meldt nog, dat een wervelstorm te Meppen in Oost Friesland ernsti- fge verwoestingen heeft aangericht. Daken werden weggesiagen, zware boomen ontworteld, enz. Te Guhrau in iSilezië zijn twee vrouwen die met veldarbeid bezig waren, door den bliksem getrof fen en gedood. en u behoeden, opdat gij niet andermaal op verkeerde wegen komt. Ach, waart gij maart bij mij te Wandsworth gebleven ..Neen, Mathilda, uw schuldige vader ver dient niet dat gij hem volgt. Al mocht offis samenzijn u niet aan nieuwe jammeren bloot stellen, het zou u bezoedelen en met huive-, ring vervullen." Mathilda drong echter zoo ernstig op de vervulling van haar begeerte aan, dat Wil mot haar niet langer kon weerstaan. „Wel aan," zeide hij, „volg mij darn naar Wood-< bine-cottage; daar zullen wij zien wat ons ver der te doen staat. Het ligt eeln half uur vain hier, op den weg naar Shorncliffe. Als men' de derde laan aan de rechterhand inslaat, dan komt men er vanzelf." „Ik volg u zoo spoedig mogelijk- Rijd spoor slag, en bid den Hemel, eve(h als ik doedat gij aan uwe vervolgers ontkomen moogt!" „Vaarwel, Mathilda!" riep Wilmot. Na ver loop van weinige seconden was hij uit haan oog verdwenen. In weerwil vani de vermoeienissen en den schok, die zij gedurende de laatste dagen had ondervonden, legde Mathilda den weg naar, Wioo d b ine - cot tags in minder dan twintig mi nuten af Het was reads dag, toen zy de villa bereikte. Haar vader strompelde haar in de gang te gemoet, en ontstelde over den staat van afmatting, waarin zij verkeerde. „Haast u, Wilmot!" hoorde zij een zware basstem In een vertrek aan het einde van dei gang roepen. „Gij kunt geen oogenblik lan ger verpraten." band stond. (Wordt vervolgd.)1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1927 | | pagina 1