Geillustreerd Bijvoeasel Nieuwe Lanpedijker Courant
A
opent hij nu een coupédeur en onderwijl de trein
zich ai in beweging' stelt, wordt de reizgier door
welwillende handen in zijn kraag gepakt en naar
binnen in de coupé getrokken. Bij deze beweging
echter was het mandenkoffertje in niet onzachte
aanraking met de vloer gekomen, wat het boer
tje een benauwd gezicht deed zetten. Hij herstelt
zich echter direct en plaatst het koffertje in
het bagagenet op de eenige plaats, die nog vrij
was.
j Voor den nieuwen passagier werd een plaatsje
recht cr tegenover ingeruild. Het een schuwen
blik Keek hij nu en dan naar zijln eigendom op.
Dat was niet ontsnapt aan de aandacht van rlen
man, die er juist onder zat en die óók plotseling
j belang in het koffertje ging stellen, nadat enkele
druppels van omhoog op zijn kruin waren neergfe-
vallen, wat ook het boertje met zichtbare "ont
steltenis bleek te hebben opgemerkt. De heer
grinnikte. Het was de tintelende vreugde van den
speurhond, die het wild geroken heeft en zich
nu verleiden laat tot een wjreed spelen met het
slachtoffer, dat hem toch niet meer ontgaan kan.
Hij vangt de neervallende dr pp pels met zijn hand
op en .proeft.
Aha, zegt hij tot het boertje, dat is goed
spul ,hé?
Hm,..,! Hm.^!
De heer vangt weer op, proeft hoorbaar, smak
kende met zijn tong.
Alle medereizigers hebben meelij met het
boertje.
Wat is 't? Whisky? vraagt de heer.
Neen, antwoordt het boertje.
De heer grinnikt, proeft nogl eens...
Cherry? vraagt hij.
Neen, geen cherry
De heer proeft.
Likeur? Chartreuse misschien?
Neen, antwoordt het boertje benauwd-
De heer proeft, wordt zichtbaar ongeduldig.
Jenever? is het dan jenever...?
Ook niet, zegt ons boertje.
De heer „kookt" hij proeft en proeft, trekt een
naar gezicht en brult:
Maar wat blwat is het dan?
Fox-terrier, zegt ons boertje met nauwelijks
ingehouden pret.
En heel de coupé brult van het lachen, uitge
zonderd den beproefden belastingambtenaar, die
spuug-nijdig gromt en bromt.
Grapjes
i B- I P'etOom, mag ik U eens wat vragen,?
Een droog verhaal om: zeker, vent.
PietOom, als uw voeten slapem,, doet Uj
Ons verhaal speelt in Amerika, de Vereenig,dan Uw eksberoogm dicht?
Staten,"die drooggelegd zijn, zooals gse weet. 1 -
i Maar ge zult óók weten, dat de meeste Ame
rikanen toch niet erg ingenomen zijn met die Meester: In welk gevecht sneuvelde Gustaaf
droogleg-methode en dat allerlei foefjes wortfen Adolf? j i
bedacht om toch wat drank machtig te worden. Brammetje (na lapg nadenken): In het laat-
t Is een wedstrijd in spitsvondigheid geworden ste. meester.
tusschen de „natten" en de drankwet-ambtenaren, 1
wier aantal dagelijks groeit. I
Een leger derzulken trekt het land door op Moeder: Heb je weer aan de stroop gezeten?
zoek naar overtreders. Ze mengen zich onder het Jantje: Nee, moe!
publiek in trein, bioscopen en schouwburg; ja Moter: Jongein, je jokt, ik lees het op je voor-
zelfs op particuliere partijen en bijeenkomsten hoofd.
moet men zich nog hoeden voor verraad. De een Jantje: Nee, mja, dat staat er mog van gisteren.
vertrouwt den ander niet.
Op het stationnetje van Meranville liep een
boertje te wachten op zijn trein. Oud was hij Een kleine jomgetn was heel boos op zijln
al, maar hij had een paar leelijtke oogjes in zijn broertje, dat een stuk speelgoed gebroken had.
hoofd. Hij droeg een klein mandkoffertje in de Daarom schopte hij steeds een hondje, dat aan
hand. Andere wachtenden wierpen steelsche blik- hun beiden toebehoorde. Een dier plagen of
blikken naar het boertje, meer nog naar het- mishandelen is natuurlijk altijd héél dom. Dat
mandenkoffertje, dat zoo voorzichtig gedragen zei zijn moeder hem ook en merkte op: „Piet,
werd en voor elke aanraking met passeerencSen ik begrijp bovendien niet, hoe je zoo iets kunt
werd behoed. De inhoud moest wel kostbaar zijn deen, het is toch ook jouw hondje?"
en de Amerikanen, die elkaar in zekere opzichten „Jawel, moeder," zegt de bengel, „maar ik
kennen, grinnikten het boertje welwillend toie. schop alleen Koos zijn helft.
Daar kwam de trein. Oef wat zat ie vol. Geen
passagiers stapten in Meranville uit, ddartegfen
moesten verscheidene nieuwe reizigers nog een Onderwijzeres: Wie was Columbus, Frans?
plaatsje in de overvolle coupé's zien te veroveren. Frans: Een vogel, juf.
Ons boertje had de helft van den trein al nage- Onderwijzeres: Hoe kom je daarbij?
speurd zonder een plaatsje te ontdekken. Daar Frans: O, ik heb wel eens van het ei van
klonk het signaal van vertrek reeds. Resoluut Coiumbus gehoord.
kere kleur de voorbeur te geven, effen of met
een niet in het oog vallend patroon, en van een
snit, die, hoewel modlieus, in geen enkel opzicht
excessief is.
Van de mantels, die streng tailormade zijn er>
bijna mannelijk van snit, is het model met twee
rijen het modieuste. Maar zelfs cjit model laat
verscheidene variaties toe.
Er mogen acht, zes, vier en zelfs, twee knoopen
i aan zijn en de zakken kunnen opgestikt of ingé-
j knipt zijn. Ook mag de mantel geheel recht
zijn of ze mogen vagelijk de lijn van het figuur
volgen.
Die stoffen, welke het meest voor dergelijke
mantels geschikt zijn: Tiweed, cheviot en ver-
1 schillende fantasiepatronen met strepen of ruiten,
j Minder strenge modellen laten natuurlijk nog
1 grooter verscheidenheid toe. Het reddinggotemo-
del, nat natuurlijk min of meer getailleerd is,
j geniet een zeer groote voorkeur. Dje meeste mo
dellen zijn lang van taille, terwijl aan het omdfer-
1 ste gedeelte een grooter of kleiner aantal geeren
zijn ingezet, welke ook wel vervangen worden
door het inzetten van lange driehoeken stof.
Andere mantels weer handhaven de slanke sil
houet en maken, zoolang de draagster stil staat,
de indruk, dat ze volkomen recht zijn. Ze hebben
echter eenige platte plooien of ook wel omgjekeer-
de stolpplooien, die de noodige vrijheid van be
weging) geven. Zoo de mantels een ceintuur heb
ben, dan is dit in de meeste gevallen aan de
mantel zelf geknipt en niet opgenaaid.
Wat de garneering: betreft, komt natuurlijk
marabout het allereerst in aanmerking. Niet al
leen voor kragen en manchetten maar ook vin
den we op vele modellen grootere of kleinere
driehoeken als garneering aangehracht.
Een andere geliefde vorm van .garneering zijn
knoopen. Ze worden zoowel gebruikt als slui
tingsmiddel als voor zuivere garneering. Heel
veel worden ze langs de naad aangebracht of
langs de randen van een zak. Verder zijn aller
lei opstiksels geoorloofd, effen, als de mantel
geruit of gestreept is of nog anders, wanneer de
mantel effen is.
De kleuren welke gedragen worden komen vrij
wel overeen met die van mantelcostuums en man
teljaponnen, bietenrood, groen in de donkere tin
ten, verschillende tinten bruin en donker blauw
wordt gedragen, ook bleu de roy, terwijl zwart
wel niet onmodieus is maar toch eenigszios op
den achtergrond1 geraakt-
De lengte is vrijwel hetzelfde gebleven, iets
langer dan de rok, en dat is niet zoo bijzonder
lang.
HANNY.
Te Hoofddorp werd een concours Hippique gehouden, hetgeen werd' bijgewoond doorll. M. de Koningin, Z, K. H. den Prins en Prinses
Juliana. De foto toont de aankomst van de Kon. Familie op het terrein. H. M. in gezelschap van den Burgemeester van Haarlemmer
meer Mr. A. Slob, iet wijl de heer M. A. Noordam, -voorzitter van de ver. „Vooruit" wordt voorgesteld' aan Z. K. H. den Prins en
H. K. II. de Prinses.
Tijdens de onlusten in Weenen waren door de rebellen in de straten
oarricaden opgeworpen, die echter spoedig door militairen en politie
werden genomen. Onze foto toont ,een barricade welke door de mili
tairen is bezet.
Ons Modeplaatje
BOHM-
vooral laten leiden door de vraag bij welke ge
legenheid ae mantel gedragen moét worden.
Een groot ruitpatroon b.v. heeft iets sportiefs
en is volkomen op zijn plaats voor een flinke
wandeling, om boodschappen te doen en in 't.~
algemeen om 's morgens te dragen. Maar als men
Een ding is ieder jaar weer opnieuw
noodig, voor de vrouw, die zorg voor.
haar garderobe heeft, en dat is een
mantel. Dat is een voornaam stuk van
de garderobe, bedekt een oud japon
netje als ge 's middags uit zijt, en
ergens belandt waar' het deftig is,
want uw mantel aanhouden is altijd'
gepermiteerd. Maar verder kan men
zich ook kleeden om den mantel wel
uit te trekken, en zeer nieuw is, eep
mantel, passend bij een japonnetje.
Dit jaar heeft de mode bijzondere
aandacht aan den mantel besteed, zoo
dat ieder, zelfs op de koudste dagen,
die hier steeds voorkomen, zich be
haaglijk warm en toch modieus kan
kleeden. Daar de mantels lang zijn,
kan men er alles onder dragen, zelfs
liet eenvoudigste huisjaponnetje of een
dunne zijden jurk voor een feestelijk-
faeidje, terwijl men er toch altijd' even
correct uitziet.
Er is voor dit seizoen een buiten
gewoon uitgebreide variatie in het ar
tikel mantel: er is een mantel voor
iedere gelegenheid1 en voor ieder fi
guur. Bij zulk een enorme verschei
denheid moet men bij de keuze zich
w^jyiiii
mm oi meer gejdeed wil wezen zijn ze mindjer
gescliiht en de vrouw met een beperkt kleedt
geld, wier mantel voor verschillende gelegenhe
den moet dienen, moet zich niet laten verleiden
tot een in het oog vallende ruit of een andier
opziohtig patroon. Zij doet het beste een dton-
H. M. de Koningin vergezeld- van Z. K. H. den Prins en H. K. H. Prinses Juliana hebben een bezoek aan Zuid-Limburg giebracht,
waar de mijnen werden bezichtigd. Overal werd de Koninklijke Familie hartelijk toegejuicht.