De Roode Auto GEiVOFiLSMjENSCH. Oude dame: „Als je even meekomt, naar mijn woning, kun je iets verdienen met brandhput hakken." Landlooper: „Het spijt me mevrouw, maar ik kan het niet over mijn hart krijgen me te be wegen; een schat van een roodborsie heeft éijn nest onder me groote toon gebouwd!" IN HAAR PON'TENEiUR GETAST! „Wat „Retsy", uwes verveelt me met uwes ge-„{Betsy'; ik heb een naam met 'n hansvat d'r an, juffrouw Pruim." „Is 't werèntig. Nou, an mijn fullisbak sitto d'r twéé HET DROGE AMERIKA. Volgens een statistiek der Amerikaansche gerechtshoven, is het aantal drankzuchtige ver oordeelden, dit jaar grooter dan ooit te voren. Vijftig procent van alle vergrijjpeln zijn in dron kenschap begaan. EEN WOLKENKRABBER-GEVANGENIS VOOR VROUWEN. In New-York zal een wolkenbrabber-gCvan- genis voor vrouwen worden gebouwd, di^ge heel in overeenstemming zal zijn met de om-- liggende gebouwen. Deze gevangenis zal wor den gezet naast het beroemde Jefferson-Marc- ket gerechtshof. Het gebouw wordt geheel in den stijl van een hotel gehouden, en zal den toekomstigen bewoonsters rijkelijk frissche lucht en licht bieden. In «het benedengedeelte zullen gymnastiek en turnzalen zijn, zoodat de gevangenen voldoende lichaamsbeweging krij gen. Van de vierde tot de tiende verdieping zullen de eigenlijke cellen worden gebouwd, die, groot en ruim zijn en uitstekend geventi leerd. Op de elfde verdieping komt een kli niek. Vrouwen die voor den eersten keer in de gevangenis komen, zullen in een apart gedeelte worden ondergebracht, om streng gescheiden te zijn van de beroeps- en gewoontemisdadig sters. Dit om te voorkomen dat zij zullen wor den besmet met de misdadige en dikwijls on tuchtige gevangenis atmosfeer. DE UITVINDER VAN DE BRIEFKAART. Hebt ge, wanneer ge in de vacantie ette lijke briefkaarten en „ansichten" aan uw di verse familieleden en kennissen verzendt^ er wel ppn oyer gedacht, dat zoo'n doodeenvou dige zaak als een briefkaart eerst nog „uitge vonden moest worden? Toen ongeveer 60 jaar geleden Professor Emanuel Hermann van de Militaire Academie! te Wiener-Neustadt op de gedachte kwam, voor het doen van korte schriftelijke mede- deelingen, een stukje karton te gebruiken,, waar voor geen postzegel noodig was, maar waarop de waarde gestempeld kon worden, was hij PRIJSSTIJGING IN FRANKRIJK. Tiaar heb je het geduvel al, de kruidenier heeft het rapport van de financieel© experts ge lezen!" daarmee volstrekt niet op slag beroemd. Er; was een uitgebreide, langdurige perscampagne voor noodig om het publiek van die dagen van het nut der nieuwe vinding te overtuigen; Op 1 October 1869 adopteerde de Oostenrijk- sche regeering de briefkaart, waarvoor een ver laagd tarief werd ingevoerd. Thans is de briefkaart een onmisbaar cor respondentiemiddel gewonden over de geheele beschaafde wereld, en de Weeners meenen dan inmiddels al laiig in het vergeetboek geraak ten Emanuel Hermann niet beter te kunnen eeren, dan een standbeeld voor hem te gaan oprichten. VACANTIEOORDi Sentimenteel© oude dame (in Lissöhe's reis bureau): „O, meneer, ik wilde naar een kleine plaats, waar ik van de heele drukke booze we reld verlost ben." Bediende: „Probeer onze 'telefoonoel eens, me vrouw." (,jHumorist"). CAILLOOU, DE: NIEUWE EQUILIBRIST. Bravo, bravo! maar het eind van hetl liedje is toch weer dat alles op onzen kop terecht komt! De Chinees stond reeds overeind en ging naar de deur. Fleeter volgde hem, na wat zilvergeld op tafel te hebben neergelegd voor de thee. /-ij gingen Limohouse Causeway verder door en kwamen in een donkere straat. Hier was niet meer dat chaotische der deooraties en reclames, doch veeleer een soort van diepe geheimzinnig heid. Van enkele huizen stonden de deuren open en zag men gangen, zwak verlicht door lampions. In zulk een gang trad de Chinees onverwacht binnen en met het hart vol twijfel volgde Flee ter hem, tot voor een deur, waar de gids met een kruisen van zijn armen afscheid 'nam. Dan verdween hij snel in het schemerduister van de lange gang. Fleeter klopte op de deur en trad vervolgeus binnen. Zijn hart klopte, maar hij dwong zich zelf tot kalmte. t Toen de deur weer achter hem dichtviel, zag hij zich in een groote kamer, tooverachtig geïllu mineerd door vele kleine hanglampjes en eenige kandelaars. Er hing een vreemde geur en in den hoek ontwaarde Fleeter bij een divan de weinige attributen voor het opium schuivén. De geheele kamer was in zachte kleuren, waar in een zwart-met-goud bewerkte tapisserie aan den middenwand onmiddellijk de aandacht trok. Bekoord bleef de defectieve kijken naar het grillig-artistieke borduursel, den gouden draak op het glanzend zwart... tot hij plotseling met een kreet achteruit deinsde. Tusschen de plooien van het gordijn uit, kwam een magere gele hand te voorsètiijn èn de kno- kelige vingers ervan omklemden het heft van een Sikkelvormig mes... Fleeter staarde naar het blinkende lemnlet; fcreed om zijn browning te grijpen». Dan kwam het mes langzaafm' naar voren. Er kwam een dunne pols ,een stukje geelzijden man tel, een arm, en eindelijk een smal, grijnslachend! gelaat. Twee zwarte oogen brandden tusschen de toe geknepen schuine vingers.... Ling Won! Hij trad nu ^geheel de kamer binnen én ge baarde met ae linkerhand om plaats te nemen. In de rechter 'hield hij1 hét mes, ter hoogte van de kin. De detective nam plaats in een rieten stoel en zet,te' den noed af. ,j|Heb ik het genoegen den heer Ling Won te sprenen, den Chineeschen tolk?" vroeg hij1 met een lichte Deving in zijn stem. „Inderdaad," antwoordde Ling Won, met goed Engelsch accent. „Dan ik u willen vragen, dat schrik-aanja- g-ende mes te willen wegleggen. Ik kom namelijk tot u met een zeer beseheiden verzoek en derge lijke veiligheidsmaatregelen zijn tegenover mij beslist onnoodig." Ling Won grijnsde. „leder heeft zijn eigenaardigheden, mijnheer. Ik, bijvoorbeeld, ben sterk gehecht aan dit mes en houd het niet in de hand voor mijn veiligheid. Als ik bang voor u was, zou ikj u niqtjde woord; staan, nietwaar?" Fleeter begreep, dat Ling Won loog;, maar óok, dat hij' er zich bij neer te leggent had enl hij hier in de macht was van een duivel. Todh hoppte liij nog op de mogelijkheid,'dat werkelijk het toeval naar dit mystieke huis met zijn gevrees- den bewoner had gevoerd en 'daarom handhaafdle hij zijn voorwendsel, i „'Mijn naam is Helder, mijnheer Ling Won, ik ben gemeente-secretaris in Suffolk en ik zoek 1 in Londen naar een bekwamen tolk, die bereid' is om 'Emgelsche acten in het Chineesch te vertalen." Ling Won'e gelaat vertrok -tot een grijnzend masseer. „Zoo lang ik mijn moedertaal ben, is er nooit een gemeente in Engeland geweest, die Chinêfescb vertaalwerk had. En bovendien, indien het werke lijk zoo waè, is het consulaat 'toc'h veel dichterbij dan Poplar-wijk...." Fleeter weifelde. Het was duidelijk, dat hij hier met groote voorzichtigheid de conversatie moest leiden in een bepaalde richting. „<Het consulaat verwees mij. naar „Chinese Town" mijnheer, en een gedienstig ambtenaar bracht mij zelfs bij u." Ling-Wpn lachte plotseling luid-op. Hij keek met zijn glinsterende oogen naar het mes en streek voorzichtig zijn wijsvinger langs het scher pe staal. „Ik wist niet, dat er zulke geestige secretaris sen in Suffolk waren. U maakt mij' werkelijk aan het lachen.... Maar kom; laat ik u helpen uit uw droom. "Uw naam is Fleeter! U lent detective' U woont op Kingsway en u onderzoekt de zaak- van Lord Dundan's verdwijning! Kunt u zich dat herinneren?" I.ing Won sprak vlug en op harden toon mét kort afgebeten zinnen. Bij de laatste vraag sperde hij zijn oogen wijd open en keek den detective spottend aan. Deze bleef rechtop zitten. „Kunt zich dat herinneren?" klonk het ironisch na in zijn oor.... Maar hij herstelde zich en nam het woord. „Wanneer u tóch alles weet', mijnheer Ling Won, behoef ki u ook verder geen rad voor de oogen te draaien. Ik ben inderdaad Fleeter en ik zeek Lord Dundan." De Chinees knikte bevestigend en Vroeg; „Wat wilde u pan van mij weten?" „Alles," klonk Fleeter's vlotte antwoord, dat op den Chinees hoegenaamd geen indruk maakte. „Dan zal ik u alles vertellen, mijnheer Flee ter. Gébruikt u thee?" Fleeter schudde het hoofd. „U behoeft niets te vreezen; de thee is vrij van vergif." De detective boog. „Ik acht het onverantwoordelijk mij ervan te overtuigen," sprak hij kordaat, waarop de ont voerder van Lord Dundan langzaam zijn ver haal begon. „U zult weten, dat Dundan en zijn vriend Hampton samen mijn schoone' vaderland bezoch ten. Zij waren ook in Shanghai en maakten daar kennis met een Chineesche vrouw, Lotus Fah'. Maar ook ontmoetten zij er Lotus' minnaar Ling Won! Die vier mensohen waren met elkaar O]) vriendschappelijken voet, djoc'h in stilte leefde cr een vijandschap tusséheu hein, die nimmer uitgesproken werd. Het was alsof zij samen op den krater van een viRkaan standen, hand in hand, en wachtend op het oogertblik om elkan der in den poel van gloeiende lava te storten.,.. Want niet alleen ik was in stilte gebeten op die Westerlingen, die mij mijn bruid ontroofden; zij waren het ook op mij en onderling weer op el kaar uit jalouzie.' Fin Lotus... och, die is altijd een raadsel ge wéést; toen Dundan afscheid; nam om terug te gaan naar Londen, beet zij1 hem' in de hand, en toch volgde zij hem Ik vergeet dat moment nooit toneer; het was verschrikkelijk. Maar aan 'den anderen kant weer een gelukkig toeval, want heirdoor heb ik hier in Londen Lord Dundan, mijn vijand, er door herkend, toen ik, heel onverwacht, tegenover hem zat in een restaurant. Ik zag toen plotseling het lidteeken van den beet 'in zijn "hand en heb hem niet meer uit het oog verloren. Maar laat ik kort zijto, mijnbeer Fleeter. Wat er voortgekomen is uit die toevallige ontmoeting in Shangaiv weet u natuurlijk evengoeS, misschien nog beter dan ik. Dit staat echter vast, dat Ling Won niet met Lotus Fah ge'huwd is en zij, op haar beurt, niet met Dundan. Eir zijto menschen, die liefde vergeten kunnfen, maar er zijn er ook, die het kunnen, maar "het niet willen. Zóó ben ik." Ling Won zweeg een ©ogenblik. Het mes klem de hij nog steeds in de hand en zijn oogep( waren gevestigd op Fleeter. Dan vervolgde hij ernstig: ,jE|en zoön vah het Hemelsohe Rijk' vergeet en vergeet niét, Fleeter. Onze wraakzucht is eeuwig. Ilc heb wraak gezworen op 'het feest van den Grooten Lantaarn en zes volle jaren heb ik noo dig gehad eer mijn plan een schijn van moge lijkheid kreeg. Ik heb uw taal geleerd en géwerkt:, hard gewerkt om geld te verdienen. Gelid! Geld voor mijn wraak! Nu heb ik het, eerder dan ik gehoopt had en de voldoening van mijn schokkende daad is' zeer spoedig te verwachten'het einde kan niet ver nieer zijn. De detective keek op. „Wat gaat u dan doen vroeg hij aarzelend. Ling Won grijnsde. „Ik ga Dundan vermoorden..." Deze onverwachte starre bewering van Ling Won, midden in het logische, kalme verhalen der feiten, werkte niet weinig verrassend. Maar de Chinees ging voort: „Hij is een man van standing, Lord Dundan, en ik zal hem een eervollen dood bereiden, maar.,, een vreeselijken, een misdadigen en een afschu welijken dood om te moeten ondergaan. Dundan zal zelfmoord plegen! Hij zal zich te pletter rijden, onder mijn dwang; in.... de roode auto!" Fleeter luisterde. De ijzige kalmte en onkreuk bare ernst in de stem van dien geheimzinnigen Oosterling, overtuigde hem maar al te zeer, dat er niet te spotten was met het misdadige ideaal I van Ling Won. j Doch do laatste lette er niet op, dat Fleeter's l sjjuidacht zóó hoog gespannen was'en redeneerde kalm voort, als sprak hij' tot zichzel'ven. „Dundan zal zich te pletter rijden in de roode I auto.... Hij kan geen auto besturen, behalve on- der mijn invloed, want dan doet hij alles, j Ut dwing dien man met mijn oogen en mijn wil. .1 Daarom zal' ik mede móeten in de roode auto., i maar och, dat heb ik er voor over. Aan dei Lon- densche politie ontkom ik im!mers vooh niet... I De roode auto! Daar is geen motor in Londen I tegen opgewassen en daar zijn geen verkeers agenten, of voorschriften, die haar dwingen 'kun- I neri! Éénmaal snort zij voor het laatst door Pali Mall, Pleeter; dan kunnen de vrienden van Dun dan naar buiten komen en zien hoe twee man nen, die met liefde speelden, het spel verliezien».. Misschien vernielen wij dan nog juist een kost baarbouwwerk of een standbeeld, maar dat .is minder, want men zal er ons Aan .waarschijnlijk niet meer voor kunnen vervolgen..,.!" Ling Won stond op, ten teeken, dat het onder houd als geëindigd beschouwd kon worden, maar Fleeter verroerde zich niet. Als een beeld zat hf in den stoel en een smorend gevoel in zijn keel verhinderde hem iets te zeggen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1927 | | pagina 10