De twee kop koffie
Korte berichten
Plaatselijk Nieuws
OPENBARE
VOORDRACHTOEFENING
door leerlingen van Mej. B. Speets.
Wanneer wij om acht uur „.Concordia" binnen
stappen, ioopen we op onze teenen naar een der
nog opengebleven plaatsen en houden voorloopig
pnze overjas aan om niet te storen.
■Een der leerlingen van Mej. Speets speelt zijft
nummertje, waarnaar een zeer aandachtig publiek
luistert. De muziekonderwijzeres is zelf in actie
en speelt de tweede viool. Een der meisjes laat de
tengere vingertjes over de toetsen glijden en heeft
de pianobegeleiding.
Heel gracieus en los is de aanslag, een beetje
nonchalant daalt en rijst de strijkstok over de
snaren en in een stemmig accoord eindigt de
voordracht.
Wij zien het programma even in en ontwaren
dat enkele leerlingen, meisjes en jongens, reeds
zijn „opgetreden." Maar het programma bevat wel
17 muzieknrs. en wij zijn nog lang niet aan de
pauze toe.
Geen rookwolkje in de zaal. Men houdt zich
voortreffelijk aan het verzoek „niet te rookenl"
i Dat is een rangschikken en regelen op het too-
neel, van je welste. De klanken van orgel, piano
en viool moeten samensmelten en er wordt steeds
met elk nieuw nr. voor gezorgd, dat de regeling
op het tooneei in orde is.
Even een accoordje op de piano aangeslagen
en de stilte in de zaal keert terug.
Nu doet 't er voor ons weinig toe of Jan, Pielt'
of Klaas of Trijntje, Geertje, Keetje, optreden.
Hét zijn en blijven voordrachtoefeningen van de
leerlingen van Mej. Speets. De een even meer be
gaafd in vaardigheid of in aanleg dan de ander,
maar allen spreken tot ons in muzikale klanken
>van de gemaakte vorderingen en zeggen ons hoe
ver zij 't reeds gebracht hebben. De onderwijzeres
staat of zit er bij, wenken, itoon en maat aan
gevend. Daar ruischen muzikale klanken door de
zaal, de betrokken ouders luisteren met spanning,
het verdere publiek met belangstelling en stille
(aandacht.
Wij stellen ons den huiselijken kring voor, waar
tie leerlingen wonen en studeeren. Aangespoord af
en toe of meerdere malen soms, om de opgege
ven les te spelen. En eindelijk is het lesuur weer
aangebroken. Wij gluren door het sleutelgat naar
binnen in het muziekvertrek van Mej. Speets,
haar leerling(e) onderwijzende. O, die wat ver
der gevorderd zijn, weten 't al zoo'n beetje,
maar nu de beginnelingen. De onderwijzeres kromt
jde vingertjes van de leerling(e) om den hals van
de viool, „kijk, zóó" en na een paar vergeef-
sche pogingen moet het nu zelf geprobeerd wor
den. „Neen, neen, zoo houden wij de /.strijk
stok niet vast, kijk, zóó!" Nu moet 't zelf eens ge
probeerd worden. De eerste streken. Neen, neen,
niet zoo stijf. Kijk, zóó. de pols moet met de op
en neergaande beweging meebuigen. Zal 'k 't eens
voordoen?! Kijk, zóóI" Dat is nog maar één
leerling, en er komen er zoo tien of twintig,
of dertig! „Kind, kind, wat zit je .voorover
Van uit het buffet, waar de weduwe Lussilan,
de eigenares van het „Grand Café", statig troont,
ziet zij blijkbaar geërgerd naar de twee boeren,
die, met de ellebogen op tafel, de pijpen tusschen
de tanden, luid in hunne platte taal praten. Het
was niet met veel enthusiasme, dat zij die twee
bezoekeers in hunne kielen, met groote vilten
hoeden op, hare inrichting zag 'binnenkomen, waar
zij gaarne uitsluitend de gegoede burgers van Bri-
vé-la-Gaillarde zag komen. Wanneer zij slechts
had gedurfd, zou zij gaarne die twee kereis beduid
hebben, dat men geen gelag gaf aan lieden in
kiel in het Grand Café". Maar zij had den moed
niet gehad, en zij had er spijt van, bij de onheb
belijkheid, die d« twee landlieden aan "den diag
legden.
Dezen, £ich niet bekommerend om de andere
bezoekers, spraken over hunne zaken op luiden
toon, spuwden rechts en links om zich heen,
en schonken zich glas op glas, beurtelings cognac
en kirsch, in.
Toen de bediende hun de tweè bestelde kop
koffie had gebracht, had deze volgens de gle-
woonte (van het café een karafje en kirsch van de
best lesoort er bij neergezet.
Em ide twee boeren spraken de dranken duchtig
aan, 'zoodat zij weldra onder den invloed er van
kwamen.
„[Zij -zullen zeker de beide flesschen geheel ledi
gen," 'merkte de juffrouw Lussian aart haar zoon
op, ben jongmensch van twintig jaar.
„Nu, idan zullen zij hen betalen."
De 'twee landlieden waren om één uur des
namiddags het „Grand Café" binnengekomen. Om
vijf uur waren de beide flesschen leeg, jn de
oudste klopte met zijn stok op de marmeren tafel.
De knecht kwam bij hem.
„(Hoeveel is het?" vroeg de boer hem.
„Dertig 'frank," antwoordde deze, die door üe
eigenares voorbereid was.
De man sprong verschrikt op. Hij meende niet
goed gehoord te hebben.
„U zegt?"
„Ik zeg dertig frank".
„[Dertig frank voor ttwee kop koffie?"
„Heen: vier franks voor de twee kop koffie,
dertien frank voor den cognac en dertien frank
voor den kirch."
JLaat den patroon hier komen."
Mijnheer Lussian, de zoon, kwam. 'Norseh, met
een trek van minachting op de lippen, hoorde hij
de jammerklachten der twee bezoekers aan. Toen,
op een toon, die geen tegenspraak toeliet, zeide
hij: „U hebt verteerd en moet betalen, anders zal
ik de politie roepen."
Die bedreiging verschrikte beide landlieden. De
oudste, Ribeyroux, die het woord gedaan had,
stak' de hand diep in een zak van zijn kiel, trok
een lederen beurs te voorschijn greep fer een hand
vol kleingeld uit, dat hij voor den patroon op
tafle uittelde. Toen hij aan dertig frank was,
telde hij nogmaals, en schoof het toen met den
rug van de hand naar mijnheer Lussian.
(Ziehier, wat u hebben moet; maar je kunt
er op aan, dat het je niet gegund wordt." En zijn
beurs weder in den peilloozen zak stoppend, stond
'hij op. Zijn metgezel volgde zjjn voofbeeld, de
beide mannen gingen de zaal door en kwamen aan
de deur. Toen zij daar waren, bleven zij staan,
voor de piano dat mag heelemaal niet; dan
krijg je een kromme rug. Neen, dat gaat niet-
Kijk, zóó!" En dan die aanslag. Lósse pols, buig
zaam, niet zoo stijf!" Dat is één leerling, en zoo
komen er tien, twintig, dertig! Maar, we vluch
ten weg voor het sleutelgat vandaan. Men mocht
ons eens opmerken!
De avond van uitvoering. Een openbaar optre
den, zoowaar! Er ligt over het tooneel een waas-
je, dat beschaving teekent. Rustig, opgewekt en
hartelijk worden de noodige voorbereidingen ge
troffen. zooals we reeds zeiden. Maar voor ons
spreken die klanken van een vriendelijke, tactvolle
leiding, van een jaar van oefening, van wisselende
stemming; want niet altijd vlotten de lessen en -+•
'de juffrouw was wel eens ontevreden! Moeilijke
grepen, moeilijke standen, moeilijke theorie,
aansporingen om te studeeren, een pluimpje ook
als 't goed ging, kijk, zoo is 't jaar gepasseerd.
En nu staan onderwijzeres en leerlingen in het
openbaar op de planken. „Kijk, dat heb ik er dit
jaar van gemaakt," zoo spreekt de juffrouw-
„Kijk, zoover hebben wij 't gebracht," zeggen
de kinderen. En wij zeggen: „Door U, juffrouw
Speets, hebben zij dat verkregen. Uw werk Is
beven onzen lof verheven. Uw leiding is beproefd,
de oefeningen zeggen 't ons. Wij brengen U onzen
.dank, zeker ook uit naam der velé ouders. U'.
kreeg een bloemenhulde, voor ons was 't, of er
muziek in zat, of er klanken uitkwamen, feest
klanken op zoo'n avond van volbrachte taak. Lei
ding en oefening zijn het zusterpaar, waardoor
uw onderwijs zich kenmerkt.
Wij zien terug op een schoonen avond.
DE HUISVLIJTTEN TOONSTELLING
In Concordia" zal den 10, 11, 12 en 13 Maart
a.s. een Huisvlijttentoonstelling worden gehouden.
Wij vestigden daarop reeds de aandacht.
S Voor 1 Februari a.s. wordt bij het bestuur
voorioopige toezegging ingewacht, toit inzending
van nuttige en fraaie handwerken, kantklossen,
hand- en bouwkundig teekenen, kunstschilderen (in
olieverf en waterverf), figuurzagen, houtsnijden,
tarsoarbeid, kartonwerk, amateurfotografie, knut>
selarbeid, enz., benevens diversen ter opluistering.
Inzenders worden er aan herinnerd dat van elk
voorwerp de waarde moet worden opgegeven, dit
in verband met de af te sluiten brandverzekering.
Bestuursleden zijn de Dames: G. SwagerHop
man, J. DeutekomBerkhout, A. KeemanKaij,
G. Zeemanv. d. Oord, N. Ootjers Jd.
Nog een paar maanden slechts scheiden ons
van de opening. Aan het werk dus! En deze nut
tige zaak van alle kanten gesteund!
Binnenland
DE CORRUPTIE IN DE
GASBEDRIJVEN.
Bij het justitlorueiel onderzoek inzake cor
ruptie bij diei gasbedrijven, te Amsterdam is
aan het licht gekomen, dat ook ©enige be
ambten bij het gemeentelijk gasbedrijf, naar
d-e ,,N. R. Crt." vielmam, magazijnmeesters,
zich hebben schuldig gemaakt aan het aan-
en keerden zich om. Hij maakte met zijn stok
een kruis op den drempel en zeide luid:
„Ik laat mij hangen, wanneer ik ooit weer
een voet zet in dit af zet terscafé!"
Toen gingen zij de deur uit, gevolgd door het
gelach der bezoekers, die zich met die scène ver
maakt hadden.
Op zijn hoeve teruggekeerd, was het eerstd,
wat Ribeyroux deed, zijn hart lucht te geven, door
zijne vrouw het avontuur van het koffiehuis té
vertellen.
„(Het is toch.Clod geklaagd, de lui zoo af te
zetten! Dertig 'franks te vragen voor twee kop
koffie, wat een dieven!"
De vrouw bleef onverschillig vöor de geldkwes
tie, want zij had een vrijgevigen aarZij deed
haar best, haar man te 'kalmeeren.
«Wat wil je man? Gedane zaken nemen geen
koere."
„Ik weet het wel. Ma%r dat verhindert niet,
dat het afzetters zijn, de patroons van dat „Grand
Café" (hij liet de r's rollen). Ja, afzetters, dieven;
en ik zal het overal zeggen.
Acht dagen later kende de geheele gemeente de
geschiedenis van de twee koffie, en Ribeyroux,
die nu gekalmeerd was door die herhaalde ont-
boezemingen, begon het langzamerhand te ver
geten.
Maanden gingen voorbij, het werd September.
Een avond, dat Ribeyroux en zijne vrouw op een
stenen bank, die aan den muur van hun huis
gemetseld was, over den oogst praatten, zagen zij
een kleinen infanterist geheel bestoven en dood
moe op hen toekopien.
(,Het is een militair. Ik' geloof, dat er een
paar regimenten in de buurt zijn, die quasie
oorlog voeren."
De soldaat was intussehen genaderd. Beleefd,
zijn kepi in de hand, vroeg hij hun, of zij hem
een bed wilden afstaan, voor geld natuurlijk^
voor één nacht. Hij vertelde, dat zijn regiment,
het veertiende, op drie kilometer afstands kam
peerde, en dat hij doodop, al een week op stroo
slapend of op den hardén grond, een huis was
gaan zoeken, waar men hem een bed wilde ver-,
huren, opdat hij zijne pijnlijke ledematen kort
laten uitrusten en zijne krachten vernieuwen.
«Zeker wel," antwoordde de vrouw, wij zullen
xf een bed geven, en zelfs
Een hevige stoot met den elleboog van haai)
man belette haar het verder spreken. Haar mari
nam haar apart, den soldaat alleen voor de bank
staan latend. Ribeyroux was vuurrood.
J,Wat heb je?" vroeg Catharina.
„Ik heb, dat die soldaat....
«Nu?"
,;,Dat is die mooie mijnheer van het „Grand
Café", die afzetter, die mij dertig franks rekende
voor twee "kop koffie."
„Werkelijk
«Zeker, zeker, ik vergis mij niet. Je begrijpt
dus, dat wij hem dit moeten inpeperen, en hem
het bed duchtig moeten laten betalen."
De infanterist wachtte den uitslag van het
onderhoud, dat hem niet verwonderde, want hij
had in Ribeyroux een der twee bezoekers herkend,''
die men den oógnac en kirsch liet betalen.
;,De kerel zal mij zijne gastvrijheid duur laten
betalen!" dacht hij.
Maar daar hij een welgevulde beurs had,, zeide;
hij bij zichzelven: Nu, laat het zijn, zoo hetf
ml! Ik ben moede, en ik heb behoefte aan rust.
nemieln van retourcommissies. Huid is vanwege
Bi en W. aangezegd, dat zij deswege gestraft
zullen worden. Het euvel schijnt hier nog geen
grooten omvang te hebban aangenomen.
In de giehneianteraden vam *NL 'Niddorp en
Winkel, welke dorpen gezamenlijk ©aa gas
fabriek exploiteren, is (ie gascorruptie behan-
xdeld. Bij het onderzoek is gebleken dat de
directeur f3791 aan retourprovisiie beeft op
gestreken, maar, waar dia fabrieks-exploitatia
noodlijdend is, zelf f 767 had betaald voor een
Asmania-waterketel, etc., welken hij graag wil
de aanschaffen en welke de fabriek moeilijk
kon bekostigen. De directeur heeft toen f3000
aan de burgemeesters overhandigd en toon
de spijt over deze handelingen te hebben. Bij
een nader ingesteld onderzoek door de justitie,
bleek de directeur de waarheid te hebben ver
teld. De gasjcommissie stelt nu den raden voor
de f 3000 te aanvaarden, om in de reservekas
te storten, of voor afschrijving te gebruiken
len den directeur te handhaven op nieuwe in
structies.
DE GEWIJZIGDE POSTTARIEVEN.
De Min. v. Waterstaat heeft in een brief aan
de Tweede Kamer medegedeeld, welke finan
cieel© gevolgen de a.s. tarief verlaging zal heb
ben.
De geraamde jaarlijksche vermindering van
inkomsten zal bedragen voor de verlaging van
het posttarief voor brieven boven 20 gram;
f 405.000, voor in plaatselijk verkasr verzon
den brieven tot een gewicht van 20 gram!
f 570.000, voor in plaatselijk verkeer verzon
den briefkaarten f 292.000, voor gedrukte stuk
kan f 708.000 voor nieuwsbladen en bijvoegsels;
welke bij abonnement gefrankeerd worden ver
zonden f402.000, voor monsters f40.000, voor
recht wegens lexpresse-bestelling, indien de ge->
adr. wonen binnen den kosöeloozien bestellings-
kring van het Rijkstelegraafkantoor ter plaat
se., dan wel op eien afstand van; niet meer 'dan
am kwartier gaans van een hulppostkantoor,
f 35.000 (alles in binmmlandsch verkeer.) Het
totaal bedrag der vermindering van ontvang
sten voor heit binnenlandsch verkeer is dus,
f 2.362.000. De geraamde vermindering wegens
de tariefswijziging in het verkeer met de over-
zeesche gewesten >en bet buitenland bedraagt
f 100.000.
Het totaal-bedrag van de geraamde vermin
dering is dus f2.462.000.
Volgens del laatste berichten uit Londen!
verketerien 18.000 manuien, vrouwen en kinderen
in behoelftigen toestand, als gevolg van de over
stroomingen.
Te Dein Haag liep teen tweejarig kind
tegen een emmer met kokend water aan, toen
zijn moeder even de kamer had verlaten. Het
Tussdhen heerlijk frisch riekende lakens ge
noot Henri Lussian een weldadige rust. In de
kamer naast aan kan Ribeyroux geen oog dicht
doen, zoozeer is hij in zijn noppen.
Ha! Ha! Dus hij heeeft hem te pakken, dat
fatterige, blufferige heertje, die geen nota wilde
nemen van zijne klacht en met de politie gedreigidi
had het vorig jaar!
Ha! Ha! Hij zou eens zien, hoe papa Ribey
roux zich wreekt! Om te beginnen, zou hij hem
voor de kamer veertig frank herekepen. Vcrtig
frank?... Dat is niet genoeg! Vijftig frank! Ja,
dus vijftig frank!
En de schoenen en slobkousen vol modder, die
Catherina morgen vroeg zal schoonmaken, wel nu
nog mooier, als die mooie jongen er niet voor
betalen zou.... zeggen wij tien frank! Wat kan
men hem nog meer rekenen? O, ja, de melk, een
kop lekkere warme melk met een snede brood;
wanneer hij wakker wordt, want de volgende dag
is rustdag, en de soldaat heeft gevraagfd hem te
laten doorslapen.
^Ja, ja, ventje," redeneerde de boer bij zich
zeiven, „slaap zoo lang je wilt; maar je beurs
zal het morgen voelen."
Eén zaak hindert Ribeyroux, hij móet zeer
vroeg op en naar het nabijgelegen dorp. Daar
door zal hij het genot missen, bij de afrekening,
te zijn. Maar Catharina zal zijn orders opvolgen.
En zijn vrouw wekkend in den nacht, geeft
hij haar op gedempten toon zijn opdracht.
„Je verstaat mij goed, vrouw, morgenochtend
zij nschoenen en. slobkousen schoonmaken, en als
hij wakker wordt laat hem zooveel melk en brood
gebruiken, als hij lgust. Maar denk aan de reke
ning, versta je goed?"
„Ja, ja."
„Je rekent hem het bed Veertig frank; de
kaars..."
„Welke kaars?"
«Nou, die hü"gekregen heeft!"
„Hét was maar een klein eindje."
«Dat komt er niet op aan. Hij moet het toch
betalen met drie frank."
„Drie frank!"
„Ja, hond je mond. Je berekent tien frank
dat is niet te veel voor het laarzen poetsen- Dat
is nu al drie en vijftig frank.- Dan zeven frank
voor de melk, dat is zestig frank rond- Hé! hél"
Recht in zijn schik, wreef de boer zich in
de handen; maar de vrouw, verstomd over de bru
taliteit van haar man, zooveel te durven vragen,
toonde hem hare verbazing.
«Zoo, zestig frank te laten betalen aan een
mijnheer voor een bed en de rest, is dit zoo erg?
En dan nog wel een mijnheer, die ook' niet bang
is, eenvoudige menschen af te zetten! Je doet
net als ik zeg, en zwijgt."
Tegen zeven uur in den ochtend kwam Cathe
rina op die teenen de kamer van haar zoon binnen,
waar nu Henri Lussian sliep. Zij zette voor het
bed' de schoenen met slobkousen neder, die als
spiegels glommen, en "keek eenigpzins nieuwsgierig
naar haar gast.
Op den rug liggend, beide armen boven het
hoofd uitgestrekt, sliep de jonge man rustig. De
boerin keek hém in gedachten en verteederd aan.
Zij dacht aan haar jongen, die ook in dienst wasi,
en misschien ook op een gastvrij bed rustte. Ein
zich de opdracht van haar man herinnerend, dacht
zij„Als inhalige lieden hem ook maar niet villen,
die arme Pierre
kind kraag 'het koktend water over zich ham
en stierf kort daarop. j
Een staaltje van verregaand ©baldadig
heid is weer tie Rotterdam uitgevoerd. Daar
zijn 54 ruiten van huizen ingegooid of uitge
sneden. i j
Te Nieiuwer Amstel wilde een landarbei
der zijn komijniein voenen, toen hij een rat in'
de ruif van het hok ontdekte. Dit dier beet
hem in de handen, waardoor deze erastig op
zwollen. De dokter constateerde bloedvergif
tiging.
De gevolgen van dien oorlog heeft zich
wear eiens doen gevoelen te Yperen. Bij het
graven stootte een man met zijn schop tegen
een granaat. Dit projectief ontplofte tengevolge
waarvan hem het hoofd van den romp weid
gerukt. 1 i
Te Wietemen i.s een zeker tHilmer over-
den, die 19 jaar in de kerker doorbraclht,
waarna is gebleken dat die man onschuldig wasi
veroordeeld. 1 1
Te Praag is het Nederlandsche echtpaar
Appelboom aangekomen. Om ©©n weddenschap
van f 6.000 willen zij in 3 jaar geheel Europai
bezoeken. Zij voeren een kind van 5 en een
Van 8 jaar mede. 1
I
In de Noord-Friesche waddenzee heeft
het ijs zich vele mieters hoog- opgestapeld. De
ijs- en sneeuwbergen drijven met eb en vloed
•heen en weer.
Te Niew York zijn Mrs. Ruth Sinyder lean
haar minnaar in de gevangenis geëxecuteerd.
In Turkestan heeft een hevige storm gewoedi
gepaard met vinnige koude. 70 personen kwamen
om waarvan velen zijn doodgevroren.
Te Warschau is in de artilleriekazerne éen
hevige brand uitgebroken. Meer dan 100 paar
den kwamen in de vlammen om.
Het eiland Urk ligt nog geheel rondom in
het ijs. De boot kan het eiland niet bereiken,
tengevolge waarvan passagiers en post per ijsvlet
naar en van het eiland worden vervoerd.
Aan de veiling te Avenhorn was 'het omzet
cijfer in 1926 400.202 tegen f 568.872 in 1927, al-
zoo f 168.670 meer.
1
Te Zwijndrecht is van een vaartuig de mo
to ruit elkaar gesprongen. Een jongen van 15
jaar werd gedood-
1 i
Te 's Gravenhagge worden voorbereidingen!
getroffen om den 70sten verjaardag van de ko
ninginmoeder feestelijk te herdenken, alsmede het
feit, dat zij een halve eeuw geleden in ons land
is gekomen.
Op dit oogenblik opende haar gast de oogen
en begroette haar vroolijk met een: „Bonjour,
mama!" Zij beantwoordde zijn groet, "door dit
Woord geheel verteederd en vroeg den jongen man,
of hij over het bed tevreden was, en o'f hij goeil
geslapen had.
„Ik heb geslapen, zooals geen koning op zijn
pronkbed slaapt. Wat een kostelijke nacht!"
Terwijl de boerin de melk op het vuur zette,
sprong Henri het bed uit en zeide bij zich zel-
vën: „Ja zeker, ik heb een goeden naTüht gehad,
maar nu de rekening!"
Hij vergiste zièhY" Toen hij, met den eetlust
dien de buitenlucht en lichaamsbeweging geven,
een groote kom melk en twee snéden brood had
verorberd, trok hij zijn kapotjas aan, en proper
geborsteld, frisch en opgewekt, vroeg hij de boerin
;,En hoeveel ben ik u nu schuldig,?"
«Niets, mijnheer de soldaat."
De verraste jonge man hield aan:
„Ik wil niet, dat u al die moeite voor niets
had."
En zijne portemonnaie openend, bood hij een
biljet van 100 frank aan. Maar vrouw Ribeyroux
bleef bij haar stuk.
J,Neen," zeide zij, „mijn man, toen hij1 vanmor
gen heenging, heeft mij op het hart gedrukt, gfee'd
voor u te zorgen, maar vooral geen geld aan te
nemen."
Geroerd door de kieschheid vdn dit optreden,
vatte Lussian de hand van zijne gastvrouw.
^Jullie zijt brave lui, uw man en u! Ik' zal
mijne moeder schrijven, hoe ik hier ontvangen!
werd. Ik dank u en verzoek u vooral, uw mart
te bedanken voor mij."
Haar man! Catherina dacht niet zonder angst
aan hem. Hij zou haar zeker slaan, wanneer zij
hem hare vrijgevigheid bekende. Maar toch, het
berouwde haar niet, wat zij gedaan had. Hij was
zoo ar dig, die kleine infanterist, die haai aam
haar zoon herinnerde, haar besten Pierrot.
Haar vrees werd bevestigd. Ribeyroux toen
hij hoorde, hoe Catherina zijne Orders had uit
gevoerd, had een bui van dolle woede, en het
scheelde maar weinig, of hij had haar geslagen.
j,Voor den drommel, je laat dus op Hie manier
een heertja vertrekken, -die je man beet gehad
heeft, en die een aarts-afzetter is! Ja, een afzet
ter! Ach, wat heb ik een spijt, dat ik van mor
gen weggegaan ben!"
Zijn woede hield vier dagen aan- 'Zij kwam tot
bedaren door een aangename verrassing, een brief,
dien de postbode bracht den morgen van den
vijfden dag. De boer, na hem van alle kanten
bekeken te hebben, zette zijn bril op en opende
de enveloppe. Hoe groot was niet zijn verwon
dering, er een bankbiljet van 500 frank in te
vinden, en een blad papier, waarop hij1 de vol
gende regels las:
«Hebt dank voor hetgeen u aan mijn zoon
gedaan hebt. Neemt dit aan als een bewijs van
mijne dankbaarheid, en wanneer u te Brives
komt, vergeet dan niet, dat men u, gaarne in het
«Grand Café" zal ontvangen.
Wed. Lussian."
„Catherina," riep Tibeyroux in verrukking uit,
„jij waart slimmer dan ik. Die mevrouw Lussian
is toch een best mensch. Den eersten marktdag
ga ik haar bedanken en" bij zich zeiven voegde
hij er aan toe „laat ik mij een kop koffie trak-
teeren."