- - d hoon om in samenwerking met den handel in kratten- dÜTal le aangesloten verenigingen hd worden van verpakking te verzenden en daaraan desnoods sub den ProeS ThTns zijn efïóg maar 5 wel en sidie te geven? om op deze w.jze het product den c, geen lid. Als op deze wijze alle 14 aangesloten vereenigingen lid zijn geworden, kunnen zij ook meer propaganda gaan voeren om particuüer lid te worden tevens. I De heer Kloosterboer (bestuurt) zegt, dat nu "reeds jaren de tuinbouwers aangespoord worden lid te worden van den Proeftuin. Dat is niet ge lukt. Toen is de L.G.C. de vereenigingen gaan aansporen met het verleenen van een subsidie van 10_ Welke subsidie men nu wenscht te verhoo- gen 'tot 20 gld. Ook deze poging zal weer mis lukken. Voor ons is echter een groot belang in den Proeftuin gelegen en nu acht St. Panera:» het een goede oplossing alle leden van. de L.G.C. (door hun organisatie lid te laten maken. Dan ia er tevens geld, voor den Proeftuin zoo noodig.' De voordeelen die er aan verbonden zijn zijn toch zeker niet gering te noemen: de leden kun nen daardoor'zeer voordeelig aankoopen de plan ten voor hun verschillende producten, zeker tegen de helft van den prijs, dien men bij particulieren moet betalen. De voorz. van het marktbestuur noemde dit geen gelukkig motief. Het andere voordeel is, dat de muizenplanters, die ook in den Proeftuin worden geteeld, en thans door velen tegen marktwaarde moeten worden gekocht, dan tegen den kostenden prijs te verkrijgen zijn. Spr. meent het voorstel van St. Pancras in ernstige overweging te moeten aanbevelen. De heer Madderomi (St. Pancras;) zegt altijd een voorstander van den Proeftuin te zijn geweest. Wanneer nu allen üd worden gemaakt van den proeftuin, dan komt er meer geld binnen, kan er daardoor meer uitgevoerd worden; wordt ook •het vereenigingsleven krachtiger. Wij helpen de menschen dan in iets dat hun voordeel geeft. De heer Zwetsman (Koedijk) zegt, als be stuurslid van den Proeftuin het voorstel van St. Pancras toe te juichen. Men heeft daar ingezien het groote belang aan deze inrichting verbonden. Ik juich het voorstel echter toe op moreele gron den. Worden allen op kosten van de L.G.C. Ld dan missen .wij toch den moreelen steun in den tuin. Wanneer door het aannemen van het prae- advies, de vereenigingen lid zullen gaan worden, ontvangen wij tevens de onontbeerlijke moreele kracht, waardoor de leden zich zelf gedrongen zullen gaan gevoelen meer te profiteeren van den Proeftuin en daardoor tevens lid worden. Dc heer Balder (B.o.L.) zegt dat het prae-ad- vies in Broek geen bewondering had, op gron den, zooals die door den heer Zwetsman naar voren zijn gebracht. Moreele steun is in deze meer waard. Eigenbelang zal de drijfveer moeten zijn om zich als lid te laten inschrijven. Waan door het bestuur echter reeds een stap is gezap op den weg van subsidie, zal Broek zich niet te gen het prae-advies verzetten. Wat St. Pancras voorsetlt is niet de weg om den Proeftuin aan geld te helpen. Dan is er een andere weg, en dat is het geven van een subsidie door de L.G.C. aan den tuin. Door het bestuur wordt thans der vereeni gingen een lidmaatschap op hun dak gestuurd, waarmede zij misschien niet eens gediend zijn. De heer Groot (Schermerhorn,) deelt mede, dat zijn vereeniging nog geen lid is. Hij zou echter gaarne de voordeelen van het lidmaatschap willen weten, om dit in zijn vereeniging te kunnen ver dedigen. Door den heer S. Wagenaar (B.o.L.) wordt ge vraagd welke vereenigingen wel en welke geen lid van den Proeftuin zijn. De heer Kloosterboer (bestuur): Wanneer de tvereeniging „Groentecultuur" niet tegen subsidie is, laat dan de L.G.C. f 1400 subsidie geven. Ik houd mij ervan overtuigd, dat dan ook Rijk en Provin cie er een gelijk bedrag naast zullen leggen. De voorz. antwoordt den heer Balder dat het bestuur der vereenigingen geen lidmaatschap op hun dak stuurt. Het blijft vrijwillig, omdat de ver eeniging dan zelf nog f 5 moet betalen, f 25 is voor vele vereenigingen een bezwaar. Als ant woord op de vraag van den heer Wagenaar, noemt spr. de wel en niet-aangesloten vereenigingen. In antwoord op den heer Groot wordt medege deeld, dat de Proeftuin zorgt voor de levering van planten voor alle soorten producten. Ook wordt daar geselecteerd. Alles komt daar vandaan. Wat door den heer Kloosterboer naar voren wordt gebracht over de subsidie is niet aan de orde cn kan dus niet behandeld worden. Natuur lijk zal de L.G.C. te allen tijde bereid gevonden worden subsidie te verleenen. De vergadering gaat zonder stemming accoord met het gegeven prae-advies. De voorz. wekt daarna de 9 niet-aangesloten vereenigingen nog op, zich te laten inschrijven als lid van den Proeftuin. 9a. „DE WEST" wensent de volgende punten in bespreking te brengen: a. de handel van tweede soort Bloemkool in verband met de prijzen; b. de kanaalplannen. De voorz zegt dat het punt niet duidelijk is. Echter heeft men van den afgevaardigde, den hr. W. Visser vernomen, dat het de bedoeling is, om, zoo de 2e soort bloemkool beneden een bepaalden piijs loopt, deze voor rekening van de vereeniging in te maken. De heer Hart (Koedijk) zegt dat er bij hem in de vereeniging in den breede over is gesproken. Wanneer men het oog slaat op den toestand, die hier heerscht, vraagt men zich af, ,,moet dit nu maar steeds zoo doorgaan.' Spr. noemt dan een lijstje van 3 dagen uit midden Augustus en midder September met de op die dagen besteede prijzen voor ie soort en 2e soort bloemkool. Het i bijzonder schril contrast tusschen deze prijzen 1 zou nog zoo erg niet zijn, wanneer de hoeveelheid 2e soort bloemkool een ondergeschikt kwantum j was. Het is echter een bijzonder belangrijke hoe- veelheid, waaraan ook veel zorgen worden besteed. En wanneer men dan ziet wat er voor gemaakt wordt, is het toch zeker met dit soort treurig i gesteld. Hemelschreiend is het groote prijsver schil. En is er nu geen betere plaats moigelijk voor deze 2e soort bloemkool.? Wordt er wel vol doende reclame voor gemaakt? Kan het er niet Iwat uit, dat er maar steeds smalend gezegd wordt: ,,'t is maar 2e soort?" De verzending per motor deugt niet. H.et is stop en stop maar in, totdat het product ver-» naam te geven dien het toekomt. Wanneer er overproductie valt te constatee- ren, 20U spr. in overweging willen geven te gaan inmaken voor rekening van den tuinbouw. Op deze wijze zal men verkrijgen een gezonden toestand in het belang van tuinbouw en handel. De voorz. zegt zich deze ontboezeming van den heer Hart best te kunnen voorstellen, gezien het verloop van het afgeloopen jaar. Een paar jaar terug is men echter met de sorteering goed ge slaagd en ook met den prijs en hoopte men heb peil te bereiken waarop men in De Streek staat. Van veel belang is het dan ook de sorteering zoo goed mogelijk te doen zijn. De ie soort moet ab soluut goed zijn, terwijl de 2e soort ook als 2e soort verhandelbaar moet zijn. Wij konden dit jaar geen 2e soort sturen om dat ze er niet was. Menig bouwer zelfs, die geen ie soort kon sorteeren. Wij hebben aangedrongen op goede sorteering, maar het ging niet. En dit nu was niet de schuld van de tuinders maar van het product. Wanneer we maar goed sorteeren willen, daar gaat het om. En daarom doet men goed eens af te wachten dat wij een goed product teelen. Do bloemkool was nu een product dat zijn naam niet waard was. Wat het inmaken aangaat, dat is zeker een goed ,idee. Maar men kan toch moeilijk hiervoor alle 1400 leden plaatsen, waarvan er misschien maar een 300 bloemkoolbouwers zijn. En dan wordt in De Streek in hoofdzaak de derde soort inge maakt Dan zal men het ook hier daarop moeten aansturen. Maar tevens ook daarop dat de 2de soort een goed handelsartikel wordt en blijft. De heer Hart (Koedijk) zegt, dat het voorstel zoo onvolledig op den beschrijvingsbrief is ge komen niet de schuld is van de vereeniging. In Broek was men toch ook op de hoogte van wat Koedijk wilde. Daar is door den heer Pasterkamp ook nog erop gewezen dat men in Beverwijk dooi een genomen nog 5 ct. per stuk voor de inge maakte bloemkool kreeg. Spr. zou in overweging willen geven een commissie te benoemen voor on derzoek en uitvoering van genoemd plan, om ten slotte te komen tot een betere verzending en hec zelf inmaken van bloemkool. Spr. kan onmoge lijk met een nader omlijnd voorstel aankomen. De voorzitter antwoordt, dat de L.G.C. er di rect voor klaar zal zijn een poging te doen voor verzending in kratten. Temeer omdat dit mede komt op het terrein van de reclame. Een andere vraag is of de vergadering mee kan gaan met het benoemen van een commissie van onderzoek. Men moet niet vergeten, dat er veel moeilijkheden aan zullen zijn verbonden. E11 dat er in De Streek nog zooveel voor de 3e soort bloemkool wordt gemaakt is een gevolg van het feit, dat men deze soort daar zoo groot mogelijk laat worden. De heer Wagenaar (B.o.L.) herinnert er ook aan dat door den heer Pasterkamp daar is gezegd, of het niet goed zou zijn aan de L.G.C. te ver zoeken een commissie te benoemen. Maar hij heeft er ook op gewezen, dat het een zaak is, die veel zal kosten aan vaten, arbeidsloon, enz. Door den voorz. van Groentecultuur is nog gezegd dat het voor een vereeniging niet valt uit te voeren en dat hiervoor een groep bouwers zich zou kun nen vereenigen. Spr. waarschuwt echter tegen het stichten van een dergelijke vereeniging en herin nert in dit verband aan de augurkenbeweging Dc heer W. Visser (bestuur) meent dat alles er voor is een commissie te benoemen om deze zaak te bestudeeren en te trachten het prijs-ni veau omhoog te voeren De heer Hoogland (St. Pancras) zegt dat er geregeld gesproken wordt over uitsluitend bloem koolDouwers. Hierdoor gaan we klassebelangen vormen. Moeten we ons daarin verdiepen? Het is een algemeen tuindersbelang. De heer Balder (B.o.L.) zegt dat, wanneer de L.G.C. dit zou uitvoeren, een ieder zeggenschap krijg1- over datgene wat van belang is voor een bepaald gedeelte. Dit is iets wat alleen tot stand kan worden gebracht door belangengemeenschap Spr. kan er volkomen in meegaan een commissie te benoemen die aanwijzingen geeft van zus en zoo moet het Dan is het van de L.G.C. af. Dc voorz. vraagt dan of de vergadering erin kan meegaan, dat een studiecommissie wordt be noemt en men de bloemkool gaat sorteeren zooals het behoort. Door de commissie zal dan worden onderzocht wat een geschikte plaats is voor in maak en de kosten de kosten hiervan kunnen zijn De heer Jb. Kramer (Zuidscharwoude) zegt, dat in zijn vereeniging is gevraagd, in het vervolg met duidelijke voorstellen te komen. Met genoegen is echter door hem de uiteenzetting van Koedijk ge volgd Spr. zou geen inmaakvereeniging willen stichten maar dit aan de L G.C. willen overlaten en dan den verkoop te doen geschieden over de veiling Het voorstel van den voorz. wordt hierna door de vergadering aangenomen. 10. „DE TOEKOMST" stelt voor: De Alge meene vergadering der L.G.C., kennis genomen hebbende, dat het Bestuur van den Polder Geest- rner-Ambacht heeft besloten niet bij te dragen in de kosten van de West-Friesche kanaalplan nen, spreekt zich uit, dat zij met leedwezen dit besluit vernam. Zii spreekt den wensch uit, dat het Polderbestuur alsnog ter gelegener tijd hier op moge terugkomen, Toelichting. Zooals bekend zal zijn is de totstandkoming der kanaalplannen hierop gebaseerd dat door Rijk en Provincie 5/6 gedeelte terwijl door be- vat in het volgende voors Het Bestuur stelt voor, gezien de geringe deel name van verschillende Gemeenten en Polders in de kosten, daardoor het groote plan nog wel ecnigen tijd op zich zal laten wachten, stap pen te doen om de doorvaart HuigendijkOmval zoo spoedig mogelijk te verkrijgen. Het tracht dit doel te bereiken, door ten ie het Geestmer-Ambacht aan f5 sporen hieraan wel finantieelen steun te willen verleenen en verder bij de betrokken corporaties en vereeni gingen aan te dringen op steun en medewerking en ook zelf de toezegging doen om naar ver houding in de kosten bij te dragen tot een maximum van f 1000.per jaar. De punten 9a en 10 worden, gecombineerd. De voorz. deelt mede dat door Zuidscharwoude het voorstel wordt ingetrokken en men geen ter men vond dit te verdedigen. Spr. zegt daarna dat men dit punt in het be- stuu* breedvoerig heeft besproken en men tot de conclusie is gekomen, dat, gezien den toestand van de vaart langs de Zes Wielen, het verkrijgen van het kanaal Huigendijk—Omval krachtig moet aan pakken. De medewerking van de gemeenten en pol- dei? is van dien aard, dat het groote plan nog wel eeniger. tijd op zich zal laten wachten. Daarom meenen wij dat van hieruit een krachtige actie moet begonnen worden voor het kanaal Huigendijk Omval. Tevens is door het bestuur hieraan kracht bijgezet door het noemen van een som gelds, waarmede men deze zaak wenscht te steunen. !De heer Mulder (Koedijk) zegt, dat het bij hen betrof het betuigen van adhaesie aan het voorstel van Zuidscharwoude. Anders niets. Bij ons is door allen erkend, dat het kanaal Huigendijk—Omval een tuindersbelang is. Het voorstel door Zuidscharwoude eerst op den beschrijvingsbrief geplaatst,, werd in een andere vergadering weer verworpen. Dat begrijp ik niet. In het prae-advies van het bestuur staat, dat wenscht bij te dragen tto een maximum van f 1000 per jaar. Maar dat is zeker niet de bedoeling ge weest van Zuidscharwoude. Door de Commissie Van Aalst wordt alleen subsidie gevraagd van de gemeente- en polderbesturen. Nu wenscht het bestuur actie te voeren voor het kanaal Huigendijk—Omval. Dat is echter m.i. onbegonnen werk, omdat we moeten krijgen Scher merboezem en we hierdoor nooit de medewerking zullen krijgen van Ged. of Prov. Staten. En vol gens mijn overtuiging zit aan het kanaal Huigen dijk—Omval onherroepelijk vast het kanaal Om valKolhorn(Schagen. Ook kan men niet anders dan voor 40 jaar een bijdrage geven en spr. kan zich moeilijk indenken dat de L.G.C. hiervoor geld behoeft te geven. Het Geestmer-Ambacht is hiervoor het aangewe zen lichaam met de gemeente- en polderbesturen De heer S. Wagenaar (B.o.L.) is van oordeel dat Ged. Staten misschien niet genegen zullen zijn, zich voor het plan Huigendijk—Omval te spannen. Groentecultuur gevoelt echter veel voor de totstandkoming hiervan. Het groote plan heeft, gezien de medewerking niet veel kans van slagen. Wij echtei zouden gaarne wat beters in de plaats hebben voor wat we hebben. Wat het prae-advies betreft, zou Broek eenige woorden willen schrap pen en de laatste zin zoo lezen: jtoezegging doen om in de kosten bij te dragen." Dus voorloo- pig geen som te noemen. De heer Jb. Kramer (Zuidscharwoude) zegt dat toen dit punt in de vergadering ter sprake kwam, door den voorsteller de nadruk werd ge legd op het kanaal Huigendijk—Omval en dat was ook de meening van de vergadering. Toen het voor stel later schriftelijk werd ingediend, bleek dit an ders te zijn dan de geest der vergadering. Daarom is het toen bij tweede behandeling verworpen. Ook door mij is aangestuurd op het doen vervallen laten van het laatste van het prae-advies in den geest van Groentecultuur. Onze afdeeling heeft echter vastgehouden aan het volledige prae-advies. Niettemin geeft spr. de vergadering in overweging het prae-advies aan te nemen, gewijzigd in den geest van Groentecultuur. Naar zijn meening moet de L.G.C. niet steeds op den voorgrond staan met het beschikbaar stellen van finantiën De voorz. zegt, dat het hoofdbestuur zeker geen bezwaar heeft het prae-advies alzoo te wij zigen. Wij doen dan toch de toezegging van te willen bijdragen en zullen later wel zien wat het zal zijn. Het prae-advies wordt in de aangegeven rich ting gewijzigd. 1 I De heer Mulder vraagt -inlichtingen of dit plan niet onoverkomelijk vast zit aan het groote plan Burgemeester Slot zegt dat bij de opening er door hem op gewezen is, dat dit kanaal van het grootste belang is voor de tuinders. Van de Com missie-Van Aalst hebben wij gekregen een groot kanalenplan, dat is overgenomen door de Prov. en voorgelegd aan de gemeente- en polderbesturen De ontvangst was bij de bevolking van West-Fries land echter lauw, lauw. Van groot belang is het' daarom voor ons dat wij krijgen het kanaal Hui gendijk—Omval. Wij allen kennen het allertreu rigste vaarwater bij de Zes Wielen. Het water is voor ons van veel belang voor het heiden en in de toekomst, waar het den afzet van onze groenten- betreft. Laten we daarom vanuit deze vergadering een krachtige poging doen tot het verkrijgen van het gewenschte kanaal en dit naar voren brengen bij omliggende gemeenten en polders. In 1918 is dit plan afgestuit op de onderlinge verdeeldheid tusschen L.G.C. en N.M.B. Laten wij ons niet be moeien met het boezemwater. Met sluis of zon der sluis, het kanaal moet er komen. Het is van het grootste belang voor tuinders en tuinbouw. l(Applaus.) Het gewijzigde prae-advies wordt hierna aan- langnebbenden 1/6 gedeelte in de kosten zal genomen moeten worden bijgedragen. Onder belangheh benden zullen worden verstaan Gemeenten en Waterschappen. Ook dezen winter is opnieuw gebleken in welk een achterlijken toestand on ze afvoerwegen per schip verkeeren. Dit- klemt het sterkst voor het gedeelte Huigendijk—Alk maar. Zal in de toekomst verbetering worden aangebracht, dan zal finantieele steuntoezegging niet kunnen uitblijven. Wij hopen met dit voorstel dan ook te be reiken, dat het bestuur van Geestmer-Ambacht door een uitspraak in dezen geest, moreel ge sterkt moge worden om zijne afwijzing te her roepen en eene finantieele bijdrage alsdan wil toezeggen. Rondvraag. 1 Samenwerking wordt verzocht tusschen de af- deelingen van St. Pancras en Broek waar het be treft de rattenverdelging en zullen deze twee ver eenigingen gemeenschappelijk overleggen. Het woord wordt dan gegeven aan den E.A Hr. Meindertsma, Burgemeester van Schermerhorn. Deze zegt, nu hij spreekt als burgemeester de zer gemeente, dat het hem hoogst aangenaam was, een uitnoodiging te mogen ontvangen voor deze vergadering. Geen oogenblik heb ik geaarzeld als gast tegenwoordig te zijn. Het doet mij veel ge noegen, nu ik uw organisatie van meer nabij heb leeren kennen, dat ik woon in een tuinbouwstreek bouw Hest kan nier ander? dar da1 ik d<= streek en den tuinbouw toewensch, dat zij mogen groei en en bloeien in het belang van de tuinbouwers, en dat de uitkomst daarvan mag zijn een goed jaar 1928. Het is mij hoogst aangenaam dat hier in onze gemeente een zoo groot aantal van uw leden kunnen worden ondergebracht en niets is mij zoo aangenaam dan te hooren, dat de ontvangst in orde was. Nogmaals dank voor uw uitnoodiging en hoop ik dat 1928 mag zijn voor den tuinbouw in het algemeen en voor hen die daarin werken in het bijzonder, een goed jaar. (Applaus.) Door den 2en Secretaris, den heer W. Visser, wordt een schrijven voorgelezen van. den heer Ha- zeloop, dat deze verhinderd is de vergadering bij te wonen. •Door den heer Hazeloop wordt echter het on derwerp, dat hij had willen behandelen, schrif telijk ingediend en betrefit het versch bewaren, van groenten, in hoofdzaak van sluitkool, gedu rende den winter. Zooals u zoo vervolgt hij en waarschijnlijk meerdere heeren bekend is, werd reeds 20 jaar geleden een proef genomen met het bewaren van sluitkool in het koelhuis van heit Vriesseveem' te Amsterdam. Deze proef is toen in zooverre goed geslaagd, dat de kool geduren de den geheelen winter goed bleef, zander dat es iets aan werd gedaan. Zonder het uitsnijden van rottende deelen en zander heit verwijderen van blad bleek de kool in zoo'n koelhuis tot het voorjaar toe ir. frisschen toestand bewaarbaar te zijn. Ech ter was het bewaarloon, dat het „Vriesseveem" ,in rekening bracht zóó ho.og, dat deze bewaar methode niet practisch uitvoerbaar scheen. Later zijn op wat grooter schaal bewaarproe- ven herhaald o.a. in het koelhuis van de fabriekt IJsco" te IJmuiden. En hier waren de uitkomsten; ^jet gunstig, o.a. omdat de in bewaring gegeven tooi aldaar in bevroren toestand geraakte. Bij een bezoek aan „IJsco" is mij toen gebleken, dat de daar aanwezige bewaarruimte eigenlijk meer is een ijsfabriek dan een koelhuis voor het be waren van groenten. De ruimten, waarin hier de kool bewaard werd, kon nl. wel sterk worden fgekoeld, maar er was geen inrichting, om de lucht te ontlasten van haar overvloed aan walter- damp. Wel kon dus de temperatuur, doch niet de vochtigheid worden geregeld. Het gevolg hier van was, dat de waterdamp, die bij het bewaren van kool in betrekkelijk groote hoeveelheid ont staat, bij de inrichting te IJmuiden condenseert tegen de wanden en den zolder van de bewaarruim- ten en tenslotte in druppels in de koolstapels neer- druipt. Om dit te voorkomen, liet de Directeur van „IJsco" in den winter, waarin ik het bedrijf bezocht, de ruimten afkoelen beneden het vries punt. Daardoor vormde het condensatiewater ijs kegel? en had men dus van het neerdruppelen geen last. Dat hierdoor een ander bezwaar ontstond, nl. het bevriezen van de bewaarde kooien, had de Directeur niet voorzien. Tot nu toe zijn bewaarproeven van kool en andere versche groenten, voor zoover mij bekend in ons land nog nooit genomen in koelhuizen, die voor het doel speciaal ingericht zijn. Ook het( koelhuis van het „Vriesseveem" te Amsterdam is daarvoor niet speciaal ingericht, maar veel meer voor de bewaring van allerlei andere artikelen, waarvan sommige gedurende den zomer een tem peratuur noodig hebben ver beneden het vries punt. Er zijn aldaar ruimten, waarin een gere geld. temp. heerscht van 20 graden onder nul. Het spreekt vanzelf, dat om dergelijke tem peraturen te krijgen in den zomer een groot warm- teverschil moet worden overwonnen, dat dus de inrichting kostbaar moet wezen en de gebruikte koelmachine een groote capaciteit moet bezitten. En uit die omstandigheden verklaar ik de hooge bewaarkosten, die het „Vriesseveem" voor zijn be- waarruimten in rekening brengt. Daartegenover komt het mij voor, dat een goed koelhuis, speciaal ingericht voor het overwinte ren van versche groenten, eenvoudig kan worden ingericht, omdat slechts kleine warmteverschillen overwonnen moeten worden. Het moet in den winter al heel zacht zijn, als de buitentemp. ,50 graden bedraagt, terwijl een gewenschte tempc voor sluitkool is 34 k 35 graden. Hier behoeft dus maar 15 of 16 graden te worden overwonnen, dik wijls minder. In het „Vriesseveem" moet soms wel 100 graden warmteverschil overwonnen wor den Een koelhuis voor groenten kan dus zijn een voudig van bouw en de koelmachines hebben slechts een geringe capaciteit noodig. Daarom kan de bewaring niet bijzonder kostbaar wezen. Toch zal de inrichting natuurlijk duurder zijn dan van een gewone koolschuur, terwijl hety af koelen tot een temp. even boven het vriespunt, en het regelen van de vochtigheid uitgaven eischen, die wij bij onze tegenwoordige bewaarmethode niet hebben. Daartegenover staat echter het groote voordeel, dat bij een constante temp. van bv. 34 graden, de kool nagenoeg geen arbeid eischt, dat er geen bladeren van beteekenis- verwijderd behoeven te worden en er dus weinig gewichtsverlies is. Aan arbeidsloon en aan gewicht wordt dus een groot voordeel bereikt, terwijl er nog een ander groot; voordeel is, nl. dat bij een temp. nabij het vries-, punt ook de zwammen, zooals „kankerstronken" zich niet verder kunnen ontwikkelen. Nu is het natuurlijk vooruit niet te zeggen hoe de verhouding zal wezen tusschen de voordeelen van de bewaring in een koelhuis en de nadeelen (meerdere kosten 'van inrichting en machines.) Daarom juist zou ik het voorstel willen doen dit te onderzoeken door het bouwen van een proef- koelhuis, dat speciaal voor bewaring van groen-' ten ingericht is. De bestaande koelhuizen, dié. alle voor een ander doel gebouwd zijn, zullen nooit) een juist denkbeeld geven van de kosten en van de voordeelen, die aan het bewaren in een goed koel huis zijn verbonden. Nu begrijp ik natuurlijk heel goed, dat niet di rect een besluit over een voorstel als dit kan wor den genomen. Maar ik zou toch wel a an het be stuur van de L.G.C. willen verzoeken, om eens te overwegen, of niet met de Langedijker zusterver- eenigingen voor rekening van de kassen dier ver eeniging een proefkoelhuis voor de bewaring van groenten zou kunnen worden ingericht. Door het ontwerpen van een bouwplan en een kostepbe- grooting zóu men alvast een denkbeeld kunnen krijgen van de kosten en is men omtrent een evenj- tueele uitvoering nog geheel vrij. Het Bestuur verkrijgt machtiging dit punt in den Vierbond ter sprake te brengen. (Zie vervolg 4e pagina iste blad.)j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1928 | | pagina 8