lal de oé Mi Mei
Ons üodeppaatje
Op Herman had het sterven van zijn vader een
dieperen indruk gemaakt en wanneer hij des
avonds als Ru al te bed lag bij zijn moeder
zat om haar, als vroeger, wat voor te lezen, kon
hij soms opeens ophouden, als er iets in zijn
boek voorkwam, dat hem aan vadertje herinnerde
^n, dan bleef het boek geruimen tijd liggen en
Opraken moeder en kind over den prettigen tijd
toen Vader er nog was en over den treurigen avond
toen vader maar niet thuis gekomen was en over
het bezoek aan het ziekenhuis. ,,Als ik groot ben,
/Moeder." Herman had het al dikwijls gezegd,
„als ik groot ben, Moeder, zal ik heel erg!
mijn best doen en maken, dat u nooit weer ver
driet zult hebben."
Kort nadat juffrouw van Ruijven met haar bei-
ide kinderen in Doreveld gekomen was, werd be
sloten, dat Herman weer naar school zou gaan.
Herman kwam in de hoogste klasse te zitten. Het-
hoofd der school had na eenige weken een bezoek
gebracht aan de moeder van zijn nieuwen leerling
,en bij die gelegenheid verteld, dat Herman een
beste jongen was, een jongen waar wat in zat.
'Dat was iets dat juffrouw van Ruijven al wist,
maar ze vond het prettig, ook van anderen te hoo-
fen en nog prettiger vond ze het, dat de hoofdon
derwijzer beloofd had Herman, te zullen helpen
Rvaar en zooveel hij kon.
Rudolf was nog te jong om naar school te gaan
enmoeder wilde hem ook nog niet den heelen
I dag missen. Dat was met April nog vroeg genoeg.
I Dus genoot de kleine Ru nog van zijn vrijheid,
I Snaanden lang. Met Tante kon hij het opperbest.
vinden en ook met Barger, die naast Tante ge-
woond had en nog dikwijls bij zijn buur een praat-
1 je kwam maken. Barger was vroeger tuinier ge
weest. Na een zware ziekte, waarvan hij gelukkig
hersteld was, had hij zijn werk weer opgenomen
Maar, de oude krachten waren niet weer terug
gekomen en toen de betrekking van bewaarder
van het kasteel open gekomen was, had Barger
op voorspraak van eenige goede ingezetenen, die
hem als een braven kerel kenden, de betrekking
gekregen. Op denzelfden dag1 dat juffrouw van
Ruijven te Doreveld gekomen was, hadden Bar
ger en zijn vrouw hun intrek op het kasteel ge
nomen. De vriendschap, die al gauw tusschen
Barger en de twee jongens, Herman en Rudolf otit
stond, was het begin geweest van de goede ver
houding tusschen de Bargers en juffrouw van Ruij
ven, die overigens met heel weinig menschen om-
,'ging-
Maandan gingen voorbij. Na een vrij strengen
winter, was spoedig het mooie, zachte voorjaars
weer gekomen. Het Paaschfeest viel vroeg, dat
jaar en al was het niet, wat men noemd een 'vroe
ge Paschen, de natuur had zich reeds getooid
met het nog wazige, doorzichtige kleed, dat tel
ken jare als rijke belofte voor een vollen zomer
tijd, teer en fijn uitgespreid lag over boom era,
struik.
Herman, die het in de afgeloopen maanden uit
stekend gemaakt had op school, genoot met volle
teugen van de vacantie. Hij had de hoogste klas
se doorloopen, doch, zooals de onderwijzer met
Moeder had afgesproken, hij; zou voorloopig nog
op school blijven, ook na de vacantie. De kleine
Rudolf zou, als de vacantie voorbij was, voor het
eerst naar school stappen, met broer Heerman
De kleine baas was blij, dat hij mee naar school
mocht. Juffrouw van Ruijven was in de 'laatste
weken flink opgeknapt. Meermalen had ze ervan
gerept, dat ze toch niet altijd bij Tante zou kun
nen blijven, maar Tante, welwillend als ze was
en hartelijk en ingenomen met haar drie gas
ten had van weggaan nog niet willen hooren
Als het aan haar'had gelegen, wel dan zou juffrouw
van Ruijven nooit weer over vertrekken hebben
.gesproken. 'Maar, nichtje Gerda zoo werd ze
door Tante genoemd begreep wel, dat ze toch
nog te jong was, om niet zelf te trachten het
■brood te verdienen, dat haar ep haar kinderen door
Tante zoo gaame gegeven werd. Zij, juffr. van
'Ruijven, had zich dan ook vast voorgenomen de
eerste de beste gelegenheid, welke zich zou voor
doen, eens ernstig met Tante te praten over de
toekomst. Zij wilde in elk geval eerst probeeren
of er in Doreveld ook eenige mogelijkheid bestond
met de middelen waarover ze beschikte, een brood
winning te vinden. De gelegenheid, waarnaar ze uit
zag. zou zich spoediger voordoen, dan ze wel ge
dacht had. Op zekeren avond zaten Tante, nichtje
Gerda en de beide kinderen in de achterkamer,
die op den tuin uitzag. Gezellig was het daar in
die kamer, met de ouderwetsche meubelen, waar
de oude huisklok een plaats gevonden had.
TB AMSTERDAM .WOEDT EEN TENTOONSTELLING,
t GEHOUDEN TEN BEHOEVE VAN DE
DRENTSCHE OPBOUW.
Deze tentoonstelling zal 30 Maart a.s. geopend worden. Wij
zijn al eens een kijkje gaan nemen. Hierboven een saksiseh
huisje en een hunnefced, dat al in gereedheid gebracht is.
Dez etentoonstelling stelt allerlei Dreutsche gewoonten en
gebruiken voor.
Landlooper: „Is dit heti hondje, dat u mist,
mevrouw?"
Oude dame: „De arme lieveling. Waar heb - je
het gevnoden?"
Landlooper: „Ik heb er 50 gulden aan een
schurk voor gegeven."
(London Opinion.j)
Het mantelpakje is geknipt voor de sport en
wandeling. De kleur is beige-, met een dichtere
zijden jumper, die m;et een veterband vastgere-
gen is.
Daarop een rooden ceintuur (evenals de rijg-
(vieter die moet ook rood zjjn). Daarop een kort
jasje van beige, gevoerd met crêpe de chine van
dezelfde kleur en als versiering een bouquetje
bloemen.
Dan nog drie alleraardigste kinderjurkjes, van
kasha, fluweel en een wollen stof.
De bewerking is heel eenvoudig. Recht met een
ceintuur, het versiersel is oók hier weer de rui
ten, die heel makkelijk van kruissteken gemaakt
kunnen worden. Deze garneering behoeft echter
niet met de hand gemaakt te worden. Het kan ook
heel goed er op gestikt worden.
Hieronder nog een aardig model. Rose" k'asha
gevoerd en gezoomd met blauwe kasha. Versierd
met de blauwe ruiten, die er dan in diagonaal
vorm opgestikt- zijn.
HULDIGING VAN DEN HOOFDINSPECTEUR C. SNETHLAGE,
ter gelegenheid van zijn 25-jarig dienstjubileum, als Hoofdinspecteur van politie, chef der afd.
Verkeerwezen bij het Haagsche politieoorps. Hij werd van zijn woning in de Thomas Swenckes-
straat te Den Haag afgehaald door -éen escorte van ruiters, die hem naar de stadiën bracht,
waar de huldiging plaats had. Inzet U. Sneth lage.
niet te verwonderen, dat de mannen ér werkelijk
wel een kijk op hebben. Door wien wordt de
mode telkens weer veranderd? Wie zorgt dat de
vrouw er telkens weer bekoorlijk en flatteerend
uitzien. De modekunstenaars, die uitsluitend uit
mannen bestaan.
Dachten zij niet altijd weer mooie toiletjes uit,
dan waren de moderubrieken niet in 'de wereld
en zouden d edames hare hoofden niet moe prakki-
zeeren, hoe zij weer een onmodern costuumpje
aardig en modern kunnen vermaken.
Ik schrijf deze regels hierom, daar ik laatst
een dame hoorde zeggen: „O, neen, ik' ga nooit
winkelen als mijn man met jmij mede naar de stad
gaat, hij begrijpt het toch niet en verveelt zich.
wordt moe en dan is mijn geheele plezier ér af."
Lezeressen, dat is onjuist. Natuurlijk' er zijn
wel echtgenooten, die zich absoluut niet voor
het toilet van de vrouw interesseeren, er zijn er
ook heel velen die het prettig vinden als hun
ZWITSERLAND.
Gezicht op het Thunnersee bij Spiez.
TURKIJE.
Konstantinopel.
Onlangs hoorde ik eens iemand vertellen, dat-
de vrouwen veel beter over de mode konden spre
ken dan de mannen. Dit ben ik echter niet geheel
met de zegster eens. Ik zelf als- vrouw heb ver
scheidene keeren een goed enhelder oordeel om
trent- de mode gehoord van een man, die er toch
heusch geen studie van maakte.
Maar dit is eigenlijk heel duidelijk. Want
waarom koopt de vrouw lelkens weer nieuwe toi
letjes, en waarom wil zij er lief uitzien?
Toch heusch niet alleen Voor haar zelf of speci
aal om haar vriendinnen de oogen uit te steken.
Maar wel twee derde om er lief voor haar echl-
genoot uit te zien, of indien' zij ongehuwd is een
chique cachet in vrienden en kennissenkring tj
-geven.
Wielnu als een vrouw dat toch weet, dan is het
vrouwtje er lief uitziet, maar die het o zoo
naar en vervelend vinden als ze mee moeten iets
uitzoeken of een modelletje bekijken.
Maar zoo zijn gelukkig niet alle echtgenooten,
de mees ten hebben naast hun eigen werk nog wel
eens een middagje over om met moeder de vrouw
naar de stad te gaan.
j En wat zien wij dan alzoo in de etalages
Alleraardigste voorjaartoiletjes. Middagjapon
nen, mantelpakjes, kindérkleeding.
I Rood is een geliefkoosde kleur en zoo zullen
wij die kleur ook weer veel zien dragen. Hierbij
j geven wij twee middagjaponnen beide uit een
kleur rood. Het eene is van lakrood crapella,
het andere in kameelrood rips.
j Steeds maar weer 'blijven de rokjes met plooi-
en ,het bovenlijf van beide modellen zijn met
I ruiten bewerkt. Het eene model heeft een breed
I ceintuur in de kleur van de versiering, terwijl
het andere model twee smalle ceintuurtjes heeft.