Van Calcutta naar Santiniketan
Over ons uitstapje naar Santiniketan op 30 eu
31 Maart 1928, gemaakt door Captain
Kromwijk and one of his officers.
(Nadruk verboden).
(Vervolg).
Het leek wel of ze hier een paar eeujwen ten
achter waren. Langs de kanten van een groot ver
trek stonden een twintigtal van die ouderwetsehe
weefgestoelten, die de inlanders zelf van hout en
touw in elkaar knutselen en met ijzeren geduld
maakten ze daar de mooiste grootste kleeden in
fijne, soms ingewikkelde motieven met fraaie
kleuren. Er wiordt soms maanden over één kleed
gewerkt. Volleerde wevers jwaren er "bezig, maar
ook beginnelingen, die aan een broddellap je werk
ten, een interessant gezicht., In grootje kasten
iwerden de afgewerkte kleeden opgeborgen en aan
belangstellende bezoekers getoond, die ze ook kun
nen koopen. Een paar beb ik er gekocht, als een
aardige herinnering. Na nog naar de veestapel
en de uitgestrekte landerijen gekeken te hebben,
die ontzettend van de droogte tie lijden hallen,
werd het tijd om weer naar Santiniketan tjerug
te keeren, de autobus was er (weer om ons te
halen, wat we vooruit met den chauffeur afge
sproken hadden en daar gingen we Weer naar
Samtinketani terug, waar we tegen half tjwaalf
aankwamen. De tijd was letterlijk omgevlogen
Onderwleg waren we een kleine citroen gepas
seerd, vreemd gezicht in deze. (wildernis. Die was
van den zoon vau Tagore gewteest, die hier z'n
landbou,wkennis, in Amerika opgedaan, in prak
tijk bracht.
De Bakes hadden Ijs uit Bélpihur laten komen
en een ijskoude kfwtast frischte ons weer wat op.
jWe besloten nog wat muziek te maken en dan
te gaan lunchen. Mevrouw Bake speelde schitte
rend piano en Mr. Bake had een prachtig ge
schoolde bariton, zooiat we werkelijk nog even
genoten hebben.
De lunch was weer een herhaling van Eet diner
van den avond er voor, weer onbekende vreem
de kostjes in helle kleuren, van onzen kant werd
er zeer voorzichtig gegeten. Na het eten zouden
,'we de school even gaan bezichtigen, de biblio
theek bekijken en ongeveer een kwartier naar
Tagore gaan, we hadden tegen twlee uur belet
bij hem gevraagd. Na Tagore gesproken te heb
ben zou het dan ongeveer tijd voor den trein
zijn, waar de goeie oude autobus ons weer naar
toe brengen zou.
.We waren na, |het dessert aan ide vruchten bezig,
toen er plotseling iets vreeselijk aardigs gebeurde.
Heel verlegen kwamen achter elkaar de inla.nl-
sche kok en de twee bedienden van de Bakes
aanloopen, ieder met een of twee bloemenkransen
in de hand, die een heerlijke, bedwelmende geur
verspreidden. Bake vroeg of wie even op wilden
staan; toen we stonden, hingen de bedienden ons
de bloemenkransen om den hals en vroegen, ten
minste, dat vertelde Bake ons, of !wie over 'hun
Werk tevreden waren geweest, iwiait we natuurlijk
waren. Toen lachten ze en gingen (weer naar het
bediendenhuis. Dat aanbieden vali een bloemen
krans is een oude inlandsehe getwloonte, welke
nog steeds in eere wior.it gehouden- bij het af
scheid nemen van een geëerden gast. Laatst nog
bij ons aan boord werd een hooge inlander door
een tiental van zijn kennissen fwteg gebracht,
hij ging mee als passagier naar Java. Toen het
oogenblik gekomen was, dat de wegbrengers van
boord moesten, vormden ze een rij en liepen
een voor een voorbij den vertrekkende; als ze
voorbij kwamen, gaven ze hem een hand en hin
gen een bloemenkrans om zijn hals, onder het
prevelen van een paar (woorden. Op die manier
namen ze afscheid; ook (waren er bij, die buiten de
bloemenkrans hiem nog een zeer stijf gebonden
bouquet bloemen gaven. De passagier had ook
nog zijn vrouw bij zich, maar die zat onder al
die ceremonieën in haar hut, daar waren geen
bloemen en kransen voor, ja daar werd zelfs
niet eens afscheid van genomen. Éoo 'weinig in
tel zijn die inlandsehe vrouwen.
Aldus met bloemen versierd bekeken .we in
„a hurry" de school en den tuin er om heen.
Op dit uur van den dag (werden er 'geen lessen
gegeven, het was er veel te warm voor; alleen
vroeg in den morgen en in den avond. Zooveel
mogelijk werden deze lessen in de open luoht
gegeven; onder lik bladerdak (Waren aardrige
hoekjes ingericht, waar monumentale steietien
banken stonden. Daar verzamelde de leeraax dan
z'n leerlingen rond zich en sprak met hen over
diepzinnige onderwerpen. De tuin was in dat
opzicht een juweeltje.
Beneden in het gebouw waren een paar rustige
vertrekken, waar stoelen en tafels stonden, stu
deervertrekken. Daarnaast lag een van ie groot
ste bibliotheken, die ik ooit gezien heb en zeker
het minst verwacht had hier ergens in Britsch-
Indië aan te treffen. Boeken, boeken, boekeu,
boeken. Tot aan het plaond reikend stonden daar
duizenden boeken keurig haast elkaar gerang
schikt op groote planken, in alle talen ter wereld,
Goethe en Schiller zag ik staan tusschen Voltaire
en Byron. Chineesche werken en Deensche iwer-
ken tusschen wijsgeerige gedachten van Tagore.
Verder hondenden boeken in voor ons onleesbare
Oostersche letterteekens. In een aparte afdeeling
lagen alle handschriften van Tagore Verzameld.
In kasten achtten glazen deuren, in keurige band
jes de vertalingen van Tagore's Werken, 'Duitsch,
Engelsch, Fransch, Noorsehe talen, Ohineesch, ja-
pamsch en verschillende andere talen meer; zelfs
stond er een enkele Hollaudsche vertaling tus
schen.
Een paleis van boeken, ideaal voor iedere ge
leerde. Bake vroeg of w© geen boeken van Tagore
wilden hebben, misschien kouden jwie er dan wel
een paar krijgenhij sprak even met den biblio
thecaris en ja het ging, wie konden ieder een paar
door hem zelf in het Engelsch vertaalde wer
ken uitzoeken, wat wie graag deden natuurlijk.
„Ik zal Tagore straks vragen, of hij z'n hand-
teekeuing in wil zetten," zei Bake. O, dat scheen;
ons reusachtig toe, de handteekening Van een zoo
beroemd man in een van zijn eigen boeken.
Verder ging het wieer, de trap op naar boven,
Waar de teekenzalen lagen. Deze besloegen bijna
de geheele bovenverdieping en wlaren uiterst prae-
tisch en modern ingericht. Er lagen tiwee zalen
in eikaars verlengde, een voor de meisjes en een
voor de mannelijke leerlingen. Allebei groote,
ruime zalen, waar een vloed van licht door de
groote vensteropeningen naar binnen viel. In de
eene zaal waren een .drietal meisjes aan het tee
kenen, volwassen meisjes al, van misschien zes
tien tot twintig jaar. Ze zaten op den grand met
het teekenbord op hun schoot, maar stonden op,
toen We binnen kwamen, verlegen glimlachend,
niet ge-wend aan vreemd bezoek. De mannelijke
leerlingen, die in de volgende zaal bezig waren,
namen nauwelijks notitie van ons. De teekeningen
en aquarellen, die zei maakten en die overal
aan den Wand hingen deden me verstomd van
verbazing staan, Daar was prachtig gerijpt werk
onder; natuurlijk waren er bizarre Oostersche fi-
guurteekeningen onder, maar ook, en bet meeren-
deel .magnifieke .dingen, die aan (werk van .Wes-
tersche kunstenaars deden deuken. Het primi
tieve, misvormde mans- en vrouwenfiguren, wat
zoo veel in oostersche kunst aangetroffen wordt,
ontbrak geheel. Nee, hier Waren kunstenaars aan
het (Werk. Een leeraar of leerares heb ik daar
niet gezien.
Naast de teekenzalen iwas een klein museum,
daar lagen de wonderlijkste kunstschatten in gril
lige (wanorde door-een, de meeste verzameld op
de reizen van -Tagore, Beliquiën uit Bali, stee-
nen uit oude tempels, schitterende gewaden.
Egyptische urnen enz. enz. te veel om op te noe
men. Eigenlijk was het slechts een voorloopig
museum; de ruimte (was veel te klein om al die
schatten te her sen, maar ze ."waren bezig een
grootere zaal als museum in te richten, waar
alles veel beter tot zijn recht zou komen.
Be tiji was omgevlogen, voordat we het wisten,
was het tijd om -naar Tagore te gaan, .Je man die
het werk van zijn vader voortzette en von San
tiniketan maakte, wat liet nu is. Onze venwach-
tineen, waren verbazend hoog g-espaïmen't is
ook neen kleine eer aan een zoo nroot man met
ecu dergelijken wereldnaam voorgesteld te wor
den.
We verlieten de schoolgebouwen en begaven
ons op Weg naar het paleis van Tagore, dat een
minuut of vijf verder gelegen was. 'Onze helmhoe
den konden ons maar matig beschermen tegen
de felbrandende zon. De Babes liepen met onbe
dekt hoofd, maar hadden al weer naar Inlandseb
gebruik een parapluie voor de zon. zij oen mooi
Jiewerkte pajong en hij een gewone zwarte. Een
inlander zonder parapluie is haast niet denkbaar.
(De. man. die ze in lndië heeft ingevoerd is een
genie op handelsgebied geweest. Eon gek gezicht
voor ons blanken, met het mooiste weer van de
Wereld bij een sportwedstrijd b.v. aan de inlan
derskant een z'w.art vlak van regenschermen te
zien. Toch zijn ze voor onbedekte hoofden on
misbaar.
In de nabijheid van het huis van Tagore pas
seerden ,-we een oude, knoestig gebogen boom,
(waartegen een eenvoudige grijze steen, waarin
letters gebeiteld Waren als een soort gedenkplaat!.
Lange, lange jaren geleden stond die, boom daar
al en wierp met zijn trotsche reusachtige blader
kroon een koele schaduw: rond zich in de heete
dorre woestenij van het heuvelland, -waar 'hij
stond. Alleenheerscher ,wjas hij daar; mijlen ver
in het rond (waren geen andere hoornen of andere
levende dingen te ontdekken. Zoover het oog
reikte, niets dan kaal bruin geschroeid, uitge
droogd heuvelland. Santiniketan bestond nog niet,
niets fwlas er dan dat eene stuk geweldige, sterke
trotsche leven, dat z'n takken hemelhoog uit
breidde, jaren, jaren lang.
Plaatselijk Nieuws
ZUIDSCHARWOUDE.
Het gaat tof heden met de voorbereiding i
van de Bazar schitterend. D© circulaires zijn
rondgebracht en verzonden eh zal er binnen-
kort begonnen worden m.et het ophalen daar
van. Voor muziek in den theetuin, welke door
de firma Holsmuller uit Alkmaar zal worden
ingericht, zij-n e«nig-e dames en heeren aange-
zocht, welke allen hunne medewerking verlee»
nen. Inmiddels zijn reeds Zaterdagavond uit
Alkmaar de eerste geschenken gearriveerd.
Ook in Broek op Langendijk zullen deze
week de circulaires worden rondgebracht.
- NOORDSCHARWOUDE.
Mej. A. Balder slaagde te Utrecht voor het
diploma als typiste.
- OUDKARSPEL.
De directeur van het Postkantoor te Broek'
op Langendijt heeft de' medewerking van het
gemeentebestuur ingeroepen om de bestelling
van brieven en couranten spoediger te doen
geschieden. Aan de meeste woningen ontbre-
ke nbrievetnbus en bel, waardoor een vlugge
bestelling niet mogelijk is. B. en W. hebben
nu een publicatie uitgevaardigd, waarbij de
ingezetenen worden uitgenoodigd hun wonin
gen van brievenbussen te voorzien.
Nieuwstijdingen
GRAFSCHENNIS.
Op het R. K. kerkhof te Hoorn is grafschen
nis gepleegd. Van één graf heeft men 't kruis
verplaatst, op een ander het kruis vernield
en elders een beeld van een monument bescha
digd. 1
Aan de politie is gebleken, dat de dader
een 12-jarig jo-ngmensch is, die al meer ver
nielingswerk moet hebben gepleegd.
OVERREDEN.
In de Nassaulaan te Delft is d-e 12-jarige
Arie Dingemans, toen hij uit de school kwam,
overreden door een auto, bestuurd door den
heer L. van Es uit Oegstgeest. De knaap be - i
kwam een zeer ernstige hoofdwonde en werd
naar het gasthuis vervoerd. Zijn toestand is
bedenkelijk. 1
AUTOBUSi TE WATER.
Dinsdagavond omstreeks halfacht is ten ge
volge van den mist een autobus van den dienst
Delft—Zoetermeer nabij Pijnacker in de langs
den weg loopende vaart gereden. Die chauffeur
en zeven passagiers geraakten mede te water.
Ze wisten zichzelf te fedden; eenige, die ©en
wond hadden opgeloopen, werden door een'
geneesheer verbonden. 1
De bus werd later met behulp van een
kraanwagen gelicht en weggesleept.
IN HET HOL VAN DEN LEEUW.
Vermetele dieven hebben ingebroken in de
woning van den chef-veldwachter te Roelof-
arendsveen, maar ontvreemden alleen het rij
wiel van den politiedienaar, die nu zijn dienst
te voet moet doen. f
DOOR GAS BEDWELMD.
Een familie, woonachtig te Amstelveen, trof
de dienstbode in de keuken in bewusteloozen
toestand aan, terwijl door het geheele huis ©en
scherpe gaslucht waarneembaar was. Bij onder
zoek bleek, dat van een der gasstellen het
kraantje openstond en bet water van een daar
op geplaatste z.g. fluitketel koud was. Vermoe
delijk heeft het meisje het gas wel aangestoken,
doc-h was Hit bij het openen der buitendeur uit-
geflapt, wat wel meerdere malen gebeurd was.
Nadat e«- geneeskundig e hulp ingeroepen was,
kwam het meisje spoedig weer bij. Zij verkeer
de echter in een zoo overspannen toestand,-
dat zij naar hare woning te Amsterdam moest
worden overgebracht.
Buitenland
TWEE HUIZEN MET DYNAMIET
Y VERNIELD.
Dinsdagochtend heeft in een huis te Bar
men ©en dynamist-aanslag plaats gehad.
De eigenaar van het huis, een 50-jarige man,
die sedert ©enigen tgd met zijn vrouw in on
min leeft heeft, waarschijnlijk in een vlaag
van jaloezie, zijn huis met behulp van dyna
miet opgeblazen. Ook een in de nabijheid ge
legen sigarenwinkel, die door hem gedreven,
werd, werd volkomen verwoest.
Hoewel het huis door verscheiden eperson-en
bewoond werd, zijn er geen menscbenlevens te
betreuren; alle huurders zijn er met m©er of
minder lichte kwetsuren afgekomen.
Ver in den omtrek werden de vensterruiten
door den luchtdruk vernield. Rondom de bei
de ongeluksplaatsen verdrongen zich groote
massa's nieuwsgierigen. De politie heeft uit
gebreide maatregelen genomen om het terrein
af te zetten, daar gevreesd wordt, dat nog meer
dynamietpatronen zullen ontploffen.
De brandweer is met het blusschmgswerk
bezig, doch dit vordert zeer langzaam, daar
men uiterst voorzichtig te werk moet gaan.
De dader is voortvluchtig.
De man. die zijn woning en zijn winkel te
Barmen in de lucht heeft laten vliegen, Meisloch
genaamd, is niet gevlucht, zooals men meende,
maar bij "de ontploffing omgekomen, terwijl
•zijn vrouw, die in de woning vertoefde, zwaar
gekwetst werd. Om 2 uur 's middags werd het
lijk van den dader uit hst puin t-e voorschijn
gehaald .Bovendien werden nog vier andere
personen bij het ongeluk gewond.
Meisloch, die eigenaar was van een steen
groeve, had van daar voortdurend kleme of
grooter ©hoeveelheden dynamiet mee naar.
huis genomen, met het oog op het volvoeren-
van zijn plan.
Bij het opruimingswerk' in de vernielde hui-,
zen werd een stuk lont gevonden, dat Meisloch
voor zijn -daad had gebruikt.
üc unwerking van het dynamiet in de siga-
renwikel was geweldig. Twee muren van 't huis
werden volkomen vernield, de balken waran
als lucifers afgeknapt. Daar de ontploffing
eerst na 7 uur geschiedde, waren de m-aestd
arbeiders ,die het huis bewoonden, reeds naar
hun werk.
In de omgeving zijn alle vensterruiten ver
brijzeld.
INGEZONDEN
(Buiten verantwtoor'delijkhei.l der Biedactie).
Geachte Redactie,
Beleefd verzoek ik U eenige plaatsruimte
voor het navolgende, waarvoor mijn dank.
I In het verslag van de vergadering van den
polder Geestm-erambacht (Oosterdij-k en Mo-
lengeerzen), zie nummer 126 van uw blad,
trof mij de mededeeling van den voorzitter,
als antwoord op een vraag van het lid Pranger,
over de overname van het gedeelte straat aan
he tNoordeinde. Hoewel ik niet gaarne de hulp
van een courant inroep, vind ik in dat ant
woord toch aanleiding een -en ander omtrent
deze zaak, door middel vap uw blad naar yorem
te brengen. De voorzitter zegt, dat deze ge
meente (Oudkarspel) zeer zware eischeo stelt.
Maar bericht zal worden, dat de gemeente de
straat zoo kan overnemen. t
,,Zeer zware eischen", maar niets is minder
waar. Indertijd heeft h-et polderbestuur ver
zocht, zoo wederom 100 Meter van den grind
weg in -bet Noordeinde werd bestraat, of -de
gemeente dan ook bereid zoo zijn het verder,
onderhoud voor gemeenterekening te nemen.
Tot goed begrip van deze zaak diene, dat
dit usance was. De gemeenteraad besloot ook
dat onderhoud voor gemeente rekening te ne
men, doch uitdrukkelijk werd aan het polder
bestuur de voorwaarde gesteld, dat gebruikt
zou worden le soort ste-en en de weg op vol
doende breedte bestraat zou worden, zoodat
voldaan werd aan de eischen van het moderne
verkeer .Nadat het werk eenigen tijd gereisd'
was en Bi en W. het nieuwe gedeelte gingap
inspecteer-en, bleek, dat wat „le soort steen"
betrof, aan -de voorwaarde niet was voldaap.
Op onderscheidene plaatsen waren reeds stee-
nen stuk en op meerdere plekken werd dié
geheele steen tot puin, zioodat B. en W., 'en
naar mijn meening tere'cht, de vrees uitten,
dat, na overname van dit werk, de gemeente
©ogenblikkelijk voor kosten1 zou komen te
stam. En dit kan toch zeker de bedoeling
niet zijn van het polderbestuur. In een en ander
vonden B. en W. aanleiding het bestuur met
'hun bezwaren in kennis t-e' stellen en dit tevens
om een persoonlijk onderhoud te verzoeken.
Bi. en W. en het Dag. B-e'stuur van den pol
der hebben toep gezamenlijk een onderzoek]
in loco ingesteld en vonid-eh Bi. en W. gelegen
heid de gebreken aan te toon-en. Hiet onderling
overleg was van zeer vriepdsohappelij'ken aard
en bij het afscheid deelde de voorzitter mede,
dat het bestuur, d-e zaak nader zou overwegen.
Inmiddels hadden B. en W. gelegenheid ge-
bad den gemeenteraad mede te deelen, waarom]
n-jg niet was besloten het onderhoud over te
nemen. Na kemnisnefaiing van de. feiten en
nadat het werk in oogenschuw was genomen,
deelde de raad unaniem het gevoelen van B'.
en W.
Men begrijpe mij goöd. Het gaat er bij mij,
in het geheel niet om ook maar iernapd ©enigs
schuld aan te wrijven, dat de kwaliteit steen
minder goed is uitgevallen, doch dat neemt
niet weg, dat met bet feit rekening moet wor
den gehouden. Indien men van een of ander
werk het eeUwigdurepd onderhoud zal over
nemen, dan zal iedet weldenkend mensch het
met mij eens zijn, dat het wejk zonder ge
breken dient te> wordep opgeleverd.
Zeer verwon-dekd keken Bi. en W. op ©enigen
tijd na de plaats gehad hebbende, conferentie
en het onderzoek in loco van he,t bestuur be
richt te ontvangen, dat „de getneente deze
bestrating nogmaals ter ovemetning werd aan
geboden", on-der mededeeling, dat na de over
name de in de straat aanwezige 'kuilen van
zijnentwege zouden worden opgehaald".
Dus het onderhoud eefrst voor gemeente-
rekening nemén, dit zwart op wit verklaren ©n
danAls dit nfci niet de zaak op zijn
kop zetten is, dan weef ik het niet meer. Men
zou geneigd zijn te vrag-eh of dit antwoord'
ernstig is bedoeld.
Aangezien echtst Bi. en W. gaarne het ge
schil in der piinne zagen opgelost, heeft het;
college vier -dagen na ontvangst van be,t ant
woord, het bestuur nog eens om een persoonlijk
onderhoud verzocht, onder mededeeling, dat,
het onderhoud van dat gedqelte straat niet eer
der voor gemeenterekening kan worden geno
men, dan nadat de gebreken ware «(hersteld.
Mij dunkt, een logisch antwoord.
Het college van B. ep W. was van meening,
dat het polderbestuur eveneens streefde naar
een bevredigende oplossing. Ik schrijf „was",
omdat ik hieraan nu ernstig begin te twijfelen,
omreden ongeveter één week geleden het pol
derbestuur heeft vergaderd hier ter plaatse en
B'. en W;. niet in de gelegenheid zijn gesteld!
nader overleg te plegen.
Volgens de woorden van d-en voorzitter zal
bench t worden, dat del gemeente de straat
zóó kan overnemen".
Geen -epkel antwoord op het verzoek van B.
en Wi. om een onderhoud, geen enkele poging
van het bestuur om het geschil op te lossen,
niets van dat alles. Botweg straks bet bericht
aan B. en W.; „Overname zóó of anders maar
met". Dat bet bestuur eiep nadere bespreking
niet noodzakelijk acht, soit, maar had dit niet
aan B. en W. kunnen worden medegedeeld?
Hiermede zpu de burgerlijke beleefdheid zijn-
betracht. i
De lezer late ik oordeel-en aan welk bestuurs
lichaam de schuld, wanneer deze zaak' niet tot;
oplossing komt. 1 I
Naar mijn meening konden B. -ep W. niet
anders handelen en het zou van dit college een
afkeurenswaardige daad zijn geweest, wanneer
het dit nieuwe gedeelte straat in dazen toe
stand had overgenomen.
De gemeepte gaat reeds zwaar gepoeg ge
bukt onder -de uitgaven voor vernieuwing en
onderhond van de straat; in 1926 f2486.16t/2»
1927 f 24446.69V2, 1928 f3234.97 en voor 192'J.
weder een bedrag van f3000.en zoo zal nog
wel een paar jaar moeten worden doorgegaan.
Belangrijke bedragen als men nagaat, dat het
geheele budget bedraagt pl.m. f 70.000.--. De
gemeente neemt als een zware verplichting op,
zich, door de hieuw te bestraten gedeelten van
den Ambachtsdijk eeuwigdurend voor haar re
kening te nemen, doch dan mag zij zeker ook
eischen, dat deze nieuwe gedeelten zóó worden
opgeleverd, dat die- eerstel 6 k 7 jarep daaraan
geen kosten behoeven te worden hest-aad.
Uitdrukkelijk kan ik hieraan nog toevoegen,
dat Bi. en W-. te allen- tijlde bereid zullen worden'
bevonden om mede te werken tot een bevredi
gende oplossing, omdat het college van mee
ning is, dat in gemeenschappelijk overleg, in
het belang va-n die, aan diep dijk wonende,
ingezetenen, nog veel ter verbetering kan wor
den bereikt. Mij dunkt, dat aan den Langen
dijk reeds genoe'g geschillen bestaan, laat dat
aantal nog niet met één vermeerderen.
Laat ik besluiten met döze woorden: „waar
(ben wil is, is eien weg". 1
A. J. WIJNVELDT.
Oudkarspel, 6 November 1928.