De Staaf en de Oud-Soldaat oen hard inschiet, kruipt D. door het bekende oog van den niet minder bekenden naald, want de bal stuitte via paal en lab weer in het veld terug. Toch is het uitstiel van executie. Als de backs elkander in den weg loopen, weet de links buiten der gastheeren hiervan te profiteer en en met een goed gericht schot den stand gelijk te maken. 11. Hierna wordt V sterker. Elke aan- va van ons wordt onderbroken, mede door het te korte spel der voorhoede en het krachtig ingrij pen der V.-achterhoede. Rust breekt aan met. 11 stand. Na de thee? is 'D. absoluut in de meerderheid. Nu wordt het spel mooi open gehou den en het duurt dan ook niet lang, of de rechtjs- buiten weet met een praohtjschoit te scoren, hier mede den stand tot 21 opvoerende. Het wordt echter weer gelijk. De linkshalf, die zich de weelde veroorloofde over den bal heen te maaien, zag dez eprestatie met een doelpunt! beloond. Nu is D. niet meer te houden. Uit een goed ge nomen corner, doelpunt de linksbinnen met een kalm, doch uitstekend gericht schot 32. Nog is het -niet genoeg. Steeds weer komen we terug. Bij een algemeenen aanval wordt de bal voor de vierde maal in het V.-net gedeponeerd. In deze periode kreeg V. geen voet aan den grond. D do mineerde over alle linies, en het was dan ook weer aan een flater van de aohterhoede te dan ken, dat V. nog eenmaal doelpuntte, 43. Vlak voor tijd doorboort de midvoor het doel der gastheeren voor de vijfde maal, hiermede D.'s overwinning tot een feit makende. Direct hierop blaast Hartog, die uitstekend geleid heeft af. Rest mij nog te vermelden, dat even voor tijd de V.-midvoor van jverder spelen moest afzien, door dat hij zijn voet verstuikt had. Een schare sup porters heeft dezen wedstrijd bijgewoond, en dat dezen tevreden waren, kon men Iwel aan de ge zichten zien. Over den wedstrijd zelf ben ik dik tevreden. Er is door allein hard gewerkt voor de overwinning. Volgende iweek weer zoo jongens. Dan hebben we N. Niedorp uit Laat dat onze 7e overwinning in successie zijn. Afgespro ken, hoor? D. staat ver "boven aan met 6 over winningen uit evenveel wedstrijdendoelpunten voor 26, tegen 9. Algemeen gemiddelde 2. An,dijk 3 —Di. T. a 3- 1 Zondag trok D.T.S. 3 welgemoed naar Andijk om daar het 3e elftal van Andijk te bekampen. Om ruim 12 uur werd op een zeer ziwaar ter rein begonnen, wat een handicap Was voor de kleine Doetjes. Direct wordt dan ook de achterhoe de van D. aan het werk gezet, Wat hun niet te best afging, zoodat het niet lang duurde of ide invaller-keeper moest visséhien, langzamerhand herstelde de achterhoede zich echter en werd de voorhoede aan het werk gezet. Uit een 'harer aan vallen vangt de A-keeper den bal achter de lijn, zoodat de stand '11 wordt. Kort voor de rust fluit de scheidsrechter voor 'hands iii het straf schopgebied van A., penalty, de A(-spelers pro testeeren echter zoodat de scheidsrechter uitbal geeft. Na de thee heeft D. de opstelling gewijzigd wat een verbetering bleek, zoodat al spoedig de Deetjes de leiding namen door haar rechtsbinnen 12. Kort voor'het einde liet de Dpkeeper de ge lijkmaker er door, wat de Doetjes echter te Soar vonden, de bal werd van het midden af goed ge plaatst, de midvoor gaf door naar den rechtsbui ten, even naar binnen doorloopen, eta op mooie wijze werd het winnende doelpunt gemaakt. Kort daarop kwam het einde. (Deze verslagen moesten door overvloed van copie blijven liggen. "Red., Nieuwstijdingen MOBILISATIE-INVALIDEN. Het „Alzijdig Nationaal Comité tot verkrij ging van volledig recht voor Mobilisatie-Inva liden en huinne Nabestaanden", dat 29 Oc tober te Utrecht is opgericht, hoopt Maandag. 19 November opnieuw te Utrecht bijeen te komen en wel des namiddags om één uur ir. Hotel „Terminus". Alsdan zal een definitief plan va!n actie wor den vastgesteld, alsmede een uitvoerend be- sruur worden gevormd. Het Comité stelt zich voor, straks overal in den lande de gedachte levendig te maken, dat de Mobilisatie-Inva liden en hunne Nabestaanden op een waardige, wijze geholpen dienen te worden- Door het vor men van alzijdige plaatselijke comité's ?n het ■houden van openbare vergaderingen hoopt men het Nederlandsch-e Volk bij te brengen dal' hier een eene-schuld moét worden inge lost. Op alle vrienden van recht en billijkheid onverschillig van welke richting, zal een be roep worden gedaan hun medewerking te ver- leenen. 1 Howen/te doof. Meneer de Staat, ik vraag mijn recht. Wie zijt gij, reclamant? Ik ben Jan Soldaat en diende gedurendfe .de mobilisatie in het Nederlandsehe leger. Heel goed, dat was burgerplicht, welke bo vendien beloond wend met soldij en steun aan u'w gezin. Zeker, meneer de Staat, maar ik lag in een tochtige tent op den kouden grolid en kreeg long ontsteking. Daar waren toch militaire dokters. Zeker, maar niet in mijn buurt. Ik lag drie et malen op medische hulp te wachten. En toen? Toen ben ik acht maanden in een ""hospitaal verpleegd. Als genezen ontslagen? Volstrekt niet. Ik mocht weg, als ik verklaarde dat .de dienst geen schuld hadi 'aan mijn ziekte en wanneer ik beloofde nooit om schadevergoeding te vragen. c En? Dat heb ik gedaan want ik hield het niet; meer uit. Wat wensoht gie nu? Ik behoor thans tot de onvolwaardige arbeids krachten; ik heb den Staat in gezonde dagen ge diend, laat mij het nu nog doen. Dat gaat niet, de Staat kan geen invaliden gebruiken. Maar hij geeft invaliden pensioen, j Behalve wanneer de Staat er rechtstreeks schuld aan heeft, dat ze invalide werden en "zij kunnen dat niet bewijzen, j Dat is toch bewezen. i Volstrekt niet. De dokoers hebben verklaard, dat de dienst ook wel onschuldig kan zijn. Be wijs het tegendeel maar eens. Heeft de Staat rechtsgevoel? Zeker! Laat hij dan zichzelf behandelen, zooals hij een automobilist behandelt. Die mloeti óók be- wijzen, dat hij bij een ongeval niet schuldig is, en anders wordt hij aansprakelijk gesteld, j De Staat moet altijd op zelfbehoud bedacht zijn. j Heeft de Staat dan geen harq? Zeker, als 't maar niet te duur is. En als andere harten b.v. van diaconieën en armbesturen zwijgen. "Heeft de Staat dan geen eergevoel? Ongetwijfeld, en daarom laat ik mij niet lan ger ondervragen. U kunt gaan. i Maar ik kom morgen terug, meneer Staaf, j Voorwaarts., marsch, oud-soldaat. „De Rotterdammer" van 30 Oct. '28.; Rubriek van den Arbeid HET CONFLICT IN L-E DUITSCHE IJZER- INDUSTRIE. j Evenals indertijd bij het conflict in de Bngel- schc steenkolennijverheid, zijn thans aller oogen 1 gericht op het conflict in de iizer- en staalindus trie in het Roergebied in Duitschland. Het con flict heeft een eigenaardig karakter, dat voort- I vloeit uit de ontwikkeling .dor sociale ver houd in- i gen in Duitschland, en daarom is het misschien i goed er een rubriek van den Arbeid aan te wijden. Door de verordening van 30 October 1923 zijn in geheel Duitschland bemiddelingsraden inge- 1 stold, bestaande uit evenveel werkgevers als ar beiders en een onpartijdig voorzitter. In belang rijke. economische districten kan de Rijksregeering verder nog rijksbemiddelaars benoemen. De Ra den zoowel als de bemiddelaars trachten, wan neer werkgevers en arbeiders niet tot overeen stemming komen, de partijen tot' elkaar te bren gen. Gelukt dit niet, -dan wordt eerst nog een bemiidelmgskamer ingesteld, welke een uitspraak doet. Het spreekt vanzelf, dat, als deze uitspraak aanvaard wordt, het conflict opgelost' is, doch is dit niet (het geval, dan kan de rijks bemiddelaar of, wanneer bij het conflict grootte economische belangen betrokken zijn, die buiten het district uitgaan, de Rijksminister van Arbeid de uitspraak verbindend verklaren. Deze verbindendverklaring •heeft dezelfde gevolgen als het aannemen valii de arbitrale uitspraak en treedtr in de plaats van de collectieve overeenkomst, die anders tussc'hen par tijen zou zijn afgesloten. Wat is nu het geval in de ijzer industrie in West-Duitschland. De arbeiders verlangden een belangrijke loon s ver hooging, de werkgevers ver klaarden op grond van de uitkomsten van het bedrijf, deze niet te kunnen geven, tenzij de prij zen'verhoogd zouden Worden, wat wéér onmoge lijk was door de buitenlandsche censitrxontie. De door de regeering benoemde arbiter bepaalde, dat er een loonsverhooging van gemiddeld 4 tot 5 pCt zou moeten worden gegeven. De Werkge vers bleven er op staan, dat lit niet mogelijk was. De uitspraak werd verbindend verklaard met het gevolg, dat de werkgevers besloten de ar beiders ontslag te geveen en de fabrieken te sluiten. Hier ziet men de groote gevaren van een stel sel van arbitrale rechtspraak, zooals da,t in Duitschland bestaat. De ijzer- en staalindustrie heeft in de laatste jaren geen winsten gemaakt. Alles wat bespaard kon wonden is gebruikt om het bedrijf, zooals men dat tegenwoordig noemt,, te rationaliseeren. De sociale wetgeving in Duitschland geeft door "het bedrijfsr adenst|elsel dein arbeiders een groote mate van madezeggen schap. Ook overigens zijn -door den Duitschen wet gever successievelijk tal van ar be iders we n sèhe n ingewSlligd en toch leidt dit alles, zooals wij uit dit oonfilot weer ziefi, niet; tot een rust In het bedrijf. Integendeel, de ervaring heeft geleerd, da.t bij de onderhandelingen over de arbeidsvoor waarden de verantwoordelijkheid 'door de par tijen op den scheidsrechter wordt afgewenteld. Men leunt als het ware tegen een scheidsrechter aan. De arbeiders stellen hooge eischen, omdat zij wéten, dat als deze te hoog zijn, de scheidsrechter wel op matiging aan zal dringen. I De werkgevers (wenSchien deze geheele staatsin menging daarentegen uit te schakelen, omdat zij van oordeel zijn, dat niet de regeering, doch zij slechts in laatste instantie kunnen bepalen, wat de bedrijven kunnen dragen. Naast bet verzet' tegen de loonsverhooging gaat dit conflict dan ook tegen de inmengling van de régeering in het particuliere bedrijf, een inmenging, die, zooals wij thans ook weer zien, er in laatste instantie toch nooit toe kan leiden, dat de ruSt in het be drijf wordt verzekerd. Het is dan ook niet tte verwonderen, dat de ervaringen, die met een zoo danige regeringsinmenging in Australië zijn op gedaan, zich thans in Duitschland herhalen. De oplossing der sociale vraagstukken schijnt met dit alles dan ook nog niet te zijn gevonden. Binnenland HERRIE IN BEN HAAGSCHEN RA ADI. Onder geweldig rumoer heeft burgemeester Pa- tijn de vergadering van den Haagschein gemeente raad geschorst en niet een boos gezicht over-; haast de zitting verlatten. Die gemoedieren waren dermate opgewonden, dat men na de onverwachte I suiting nog minutenlang bleef naschreeuwen en discussieeren en een oogenblik vreesden wij zelfs I voor een handgemeen, aldus de „Tel."-oorrespon- dent. De woorden„leugenaar"" ,,je liegt"- „bah" en meerdere krachttermen doorkliefden de ge- I laden atmosfeer alls bliksemstralen bij een hevig onwedier en het waren vooral de heeren mr. Du ijs.' Lou de Visser en dr. Hartmann, die zioh roerdenJ En dat alles als gevolg van eien interpellatie I aan het slot der vergadering door den oommunis- tischen leider, den heer Lou de Visser, gehouden over de arrestatie van een achttpl communisten en anti-militairisten tijdens den vrijwilligen land stormdag in September te Den Haag. Scherp eritiseerde hij daarbij het z.i. partijdig optreden dei- politie in den laatsten tijd, waarbij hij o.a. 'tf C'Kramu aan de Teellustlaan en de gevallen op het Malieveld memoreerde. Hij gewaagde van eem fascistische politieterreur, hoewel hij deze kwalificatie niet voor zijn rekening wilde nemen. Onrechtmatig noemÜ ehij de arrestatie van zijn geestverwanten, die biljett(en hadden tferspréid tijdens 'den optocht Ider vrijwilligers, o.a. qp oran je papier om het een onschuldig karakter te geven, (gelach). Daartegen waren de verspreiiers I van „de Bezem", leen fascistisch manifest, dat I wel opruiend was, naar hij betoogde, niet aan gehouden. - I lnterpellant eischte hierover opheldering en verwachtte van burgemeester Parijn een openlijk - excuus aan de gearresteerden, vreugde)! In het kort antwoordde de voorzitter, mr. Pa- I tijn. dat de maatregelen in het belang der ge- arresteerden zelf genomen waren, o.a. het ver voer met den arrestantenwagen, en bestreed, Üat zij uren waren vastgehouden. De agenten meen den op het moment der aanhouding, dat de ver spreiders opruiende biljetten ronddeelden. Vooral dat zij van oranjepapier waren, had de landstor- mers gegriefd en daar een opgewonden stemming onder hen heersedte, was het voor de veiligheid der verspreiders geweest, dat zij naaf het bureau waren gebracht. De politie in Den Haag is on partijdig. Trouwens, -:1e heer De Visser heeft in het Zuiden ook wel eens politiebescherming ge noten. De heer De Visser „De politi ein het Zuiden heeft me juist op m'n duvel geslagen!" (onbe-i daarlijke vroolijkheid). In zijn repliep verklaarde de heer De Visser, zich zeer teleurgesteld door het antwoord van den burgemeester ,die z.i. de politie nu een vrijbrief geeft, om partijdig op te treden. In deze opvat ting viel mr. J E W. Diuijs (sd.) hem bij en verklaarde 't standpunt van mr. Parijn bedenke lijk te vinden. Vooral dat de landstormers in een opgewonden stemming^erkeerden, en de biljetten verspreiders tegen hen feitelijk beschermd moes ten worden door de politie, vond hij tee kenend. De voorzitter„U staat, hier niet op een volks vergadering te spreken!" (groot rumoer en "lui de protesten bij ie sJd.).. Die voorzitter tot mr. Duijs: „U heeft niet góed naar mijn woorden geluisterd." (rumoer) Mr. Duijs: „Waarom heeft u geen procesverbaal tegen de verspreiders van „de Bezem" laten op maken De voorzitter: „Dat pamflet, beischouwde ik niet als opruiend." Mr. Duijs: „Dat is bar. U noemt wit zwart en zwart wit." De voorzitter: „En u rood oranje." Mr. Duijs (dreigend): „Van uw optreden thaus zult u de wrange vruchten plukken. De s.(.L zullen een scherpen en onverzoenlijken strijd te gen u inzetten, nu u zulke uitlatingen doet." (beweging). Dan krijgt de heer Snoeck Henk'emans (c.h.) het woord om het optreden -der politie te verdedi gen. De verspreiders veroorzaalrten moeilijkheden door de verspreiding van biljetten. Het gebruik van de kleur oranje noemde hij uittartend, (hef tige protesten) Als volgens d eheer dr Hartmann (dh) tegen den 'heer De Visser opmerkt niets van die stroo men fascistische biljetten gemerkt' te Jmhben, roept de oommunistische leiier: „Dus ik ben een leuge naar?" (groot rumoer). Met een stentorstem schreeuwde idaarop 'de heer De Visser boven alles uit: „U liegt!" Ik laat mij geen leugenaar noemien. Je bent een ellendelaar", (oorverdoovend lawaai). De voorzitter: „Ik roep u tot' de orde, mijnheer De Visser." De heer De Visser: „Het kan me niet schelen wat je doet. Ik laat m evoor geen leugenaar uit maken." (hevig gehamer en groote opwinding heerscht er. Niemand kan zich verstaanbaar maken an de k den loopen in wanorde opgewonden door elkaar. Tusschen al deze herrie klinkt heftig gehamer on roept de voorzitter uit: „Ik schors ie verga dering (rumoer en hoongelach). Geroep bij ie s.d. „Ja, zoo kom je er het gemakkelijkst af." Nog geruimen tijd blijven de leden opgewonden redeneeren, ook verwachtend, dat de vergadering na enkele minuten weer heropend zal wonden. Dan komt de burgemeester nog even terug om te zeggen, dat de vergadering gesloten is, waarna men zich verwijdert.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1928 | | pagina 4