TBI». -
M i ié Sifpu Éi
V*
Rechtzaken
Een waarzeyster set een
wereldreputatie
voor den kantonrechter
Zitting van Vrijdag 16 November.
Niet ongewapeind tetn strijde getrokken.
De heer Corm-elis W., een Rijper handwerks
man, met visscherslust bezield, had zich op 24
Juli aan zijn geliefkoosde sport overgegeven,
genoeglijk gezeten op een stoeltje aan den rand
van een br-eede sloot in den Elandspolder. Tot
p'ots de rijksveldwachter Tilstra zijn stil genot
kwam storen en hem na gedane informaties
naar een vergunnilng, die helaas ontbrak, hem
mededeelde, dat hij er gloeiend bij was en de
hengel in beslag nam als stuk van overtuiging.
De visscher was heiden present, doch liet zich
niet zonder krachtig verweer om hals brengen.
Hij was gewapend met fortiticatie-schetskaart
op een schaal van 500, waarmede hij den Kan
tonrechter trachtte te overtuigen, dat bedoelde
sloot niet behoorde' tot den Elandspolder, doch
was rijkswater, ingedeeld bij de aanhoorig-
heden van hiet fort.
'De Kantonrechter kon over dat onverwachte
verweer ook ni,et direct een oordeel vellen,
doch hij vroeg den verdachte, waarom hij zoo
brutaal was opgetreden tegen den rijksveld
wachter. Daar verd. echter ook deze minder
fraaie houding ontkende, werd besloten de zaak
aan te houden tot volgende week, ten einde
den verbalisant in beide aangelegenheden te
raadplegen.
Officieel iniifi|t gewenschte ijver en
werklust.
Een te Schoorl wonende aannemer, de heer
,Joh. K., had de taak op zich genomen een af
gebrande boerderij in den minst mogelijk tijd
weer op pooten te zetten en was alzoo met zijn:
werklieden overeengekomen, dat zij per dag
een uurtje langer zouden corveeën, ten einde
den zoo inoodigen spoed te kunnen betrachten.
De arbeiders hadden geen bezwaar, doch de
arbeidsinspectie echter wel. Geconstateerd werd
dat 9 arbeiders ieder gedurende 5 dagen 9fV
uur, dus een uur te lang, hadden gewerkt en-
dat dus 45 overtredingen begaan werden, voor
welke waschlijst de aannemer heden terecht
moest staan.
Gelukkig echter voor den 45-voudigen over
treder, beziet onze Kantonrechter an zelfs de.
ambtenaar deze van hooger hand steeds
krachtiger aangezette rem niet met een vrin
lelijk oog en daaraan had dë heer K. het dan
ook te danken, dat hij tot de' minimum straf,
dat is 45 X 50 ct., trouwens toch nog 'n aardig;
duitje, of 45 X 1 dag werd veroordeeld.
De rattenval is ovietral uitgezet.
Tot zelfs in de werkplaats van -dien heer J'.
B„ schoenmaker en winkelier te Alkmaar. Deze-
had in zijln dienst eefn 17-jarigen leerling, die
geen loon verdiende, doch kost en inwoning
genoot. Aangezien de schoenmaker-kostheer
ii'et precies wist, hoe hoog dit pension werd
geschat, had hij nagelatefn de arbeidslijst in te
vullen.
Den goeden man, die dam ook gansch niet
onwillig was, werden die' duimschroeven niet al
te krachtig aangezet en zijn verzuim gestraft
met f 3 boete of 3 dagen.
Breekt het uur van sluiten aan.
'de bezhejkers moetan huiswaarts gaan.
Nadat op den 29 September des avonds tea
11 uur te Scherme'rhorn het sluitingsuur van
de diverse café's inging, constateerde brigadier
Tjalsma. op zijn ronde, dat zich in het café
van den h-ee'r C. v. d. O. zich' nog een drietal
bezoekers ophield en werd de kastelein deswege-
geverbaliseerd. 1
De caféhouder stond heden terecht en be
toogde, dat hy zijn bezoekers behoorlijk op
den tijd van sluiting had attent ge'maakt, doch
zij waren nog ©efnige oogenblikken blijven na-
boomen, terwijl hij mét zijn gezin de geia-
kamer schoonmaakte.
Rekening wérd gehouden met dit verweer
en de cfaéhoudér tot f 4 boete of 4 dagen
veroordeeld.
Goed van Idlön tongrïem gesneden.
lEen te Haarlem wonende kapper, -de 32-
jarige héér Evert G., had zich met zijn vier
wielig motorrijtuig op het Verdronken Oord te
Alkmaar gewaagd en aangëzien deze gracht
voor meer dan 2-wiélige motorrijtuigen onver
biddelijk is afgesloteln, een bonnetje bekomen.
Met groote radheid van tong en krachtige lon
gen verklaarde' deze Demosthenes onder de
kappers, dat de overtreding was te wijten aan
zijn onbekendheid met de stad en de onduide
lijke aanwijzing, die bij avond absoluut niet te
lezen was. i
Volgëns het prooes-verbaal evenwel zou
zekere heer de V., die zich bij den haar-artist
in de auto zou hebben bevonden, dien bestuur-'
tier hebben gewaarschuwd, dat hij ter plaatse
met mocht rijden.
Besloten wordt derhalve, dezen heer de V.,
alsmede den verbalisant, te hooren en a.s.
week die behandeling met frisschen moed voort
te zetten.
Luister goied wat ik u zeg:
Rechts is steiejds den rechten weg.
Alle linksheid is vooral voor deli wegge
bruiker in welken vorm ook, streng verboden:
en levensgevaarlijk.
De landbouwer P. 2- te' Noordscharwo.ude,
die op 6 October aldaar met zijn motor on
verwachts naar links week, ondervond daarvan
de treilrige gevolgen. Hij kwam in aanrijding
I
met ©en door 'Jen heer J. T. bestuurden auto,
verwondde zich en kwetste zich in de lies,
zoodat hij zich onder geneeskundige behan
deling moest stellen. Zijn motor werd grootei-
deels vernield, hij bracht een schade van f 53
aan 1de auto en last not least, moest hij" ook.
nog heden terecht staan ter zake overtreding;
van artikel 22 der motor- en rijwielwet, het
m gevaar brengen van dé veiligheid van het
verkeer. f
(De verdachte was het niet eens met dë
dagvaarding. Naar zijn meening treft hem
geen schuld. Hij! reed aan den goeden,
vant v-an den weg, is geen zenuwachtig
motorrijder en heeft onlangs met goed gevolg
het rij-examen te Alkmaar afgelged. Dat hij,
tijdens het verhoor door den rijksveldwachter
Rood het feit beeft toegegeven, is toe te schrij-
van aam de omstandigheid, dat hij direct na
het ongeval afgelegde verklaring, hij nog danig
overstuur en in de war was. i
Na voorlezing van Tiet proces-verbaal door
den heer Rood opgemaakt, bleek echter, dat
ook ooggetuigen erkenden, dat de verdachte de
oorzaak was van de aanrijding.
Zijn schuld wordt mitsdien bewezen ver-'
klaard en verdachte veroordeeld tot f 15 boete
ol' 15 dagen, benevens tot betaling van f 35
zijnde de vergoeding der toegebrachte schade
Vrienden, laat dian moed niet zakken
en blijf naarstig zegels plakken.
De tuinbouwer Dirk S. te Limmen, is in
gebreke gebleven gedurende ©enigen tijd ten
behoeve van zijn werknemer W. Glory rente-
zegels te plakken. Dit edelmoedig jongmensch.
had deni baas welwillend medegedeeld,
dat zegels plakken voor hem niet noodig was.
Dat zou zijn vader wel doen.
Natuurlijk was de patroon graag vrij, maar
de wet is n üeenmaal onverbiddelijk en der
halve wérd onze goede kropslaplanter veroor
deel- 1 tot 6 X f 1.50 boete of 6 X 1 dag.
Het noodlottige knipoogje.
Pieter A. ,'n 2-2-jarig tuinder uit Egmond-
binnen, speelde heden met succes de rol van;
verdachte ter zake dat hij op 7 October aldaar
m dronkenschap de brde had verstoord m aan
leiding was geweest tot een vechtpartij. Het
.jonge mensch beweerde nu, dat zekere Piet Ory
de schuldige was. Die zocht ruzie en wilde
hem. geassisteerd door eenige afgevaardigden
uit Egmond aan Zee, te lijf gaan. Die Egmond-1
zeeërs hadden den veldwachter Miné een- knip
oogje gegeven en deze had hem toen zoo hard
handig uit de herberg verwijderd, 'dat bet
raadslid P. v. d. Molen daarover zijn afkeuring
had te kennen gegeven. -X
De Kantonrechter geloofde natuurlijk-alles
van die knipoogjes aan Miné, -die wel de rechte
persoon is om door knipoogjes aangemoedigd
te worden. Hij gaf daarop zelf een knipoogje
aan Piet A., door hem tot f 10 boete subsj. IQ
dagen hechtenis te veroordeeleii.
In het „Algemeen Handelsblad" 'lezen wij
hieromtrent de volgende bijzonderheden
Toen Keizerin Josephine op het toppunt van
haar macht en glorie was, ontving zij op een dag
van een zekere Mademoiselle Le Normand een
hrief', waarin deze haar verzocht om haar den
titel te geven van. .„caftomaneienne officielle de
l'Empire francais".
Mademoiselle Le Normand was voor de Kei
zerin lang geen onbekendein dagen van mindere
glorie was Josephine dikwijls bij leze vrouw
geweest om zich haar toekomst te laten voor
spellen. Ook deze brief hield een profetie in;
„Permettez-moi, Madame, ie préidine a Votre Ma-
jesfé, que le génie de Napoléon enfa.ntera de nou-
veaux projets plus sublimes encore que les pre
miers". Zoowel Josephine als Napoléon waren
zeer gevoelig voor deze voorspellingtoch werl
om redenen van staatsbeleid het bet-er gevonden
op het verzoek niet in te gaan.
De waarzegster nam deze weigering zeer kwa
lijk kort daaro ;pvoorspelde zij de Keizerin, dat
Napoleon zich van haar zou laten scheiden, een
voorspelling, die haar duur zou "komien te staan.
Mile L-e Normand had in de jaren 1798 tot 1830
een wereldreputatie had zij niet aan Dan ton en
Robespierre hun ongelukkig einde voorspeld, aan
Bernadotte, den eenvoudigen soldaat, oe konings
kroon, aan Josephine- -de Beauhafnais den kei
zersmantel, aan Napoleon zijn heerschappij over
de geheele wereld en tenslotte zijn val?
Oud on jong, arm en rijk, verdrongen zich in
de Wachtkamer van haar woning, in de Rue de
Tonrnon, om hun lotsbeschikking uit den mond
van deze waarzegster te hooren. In de rappor
ten, die door Fouchié, hoofd der Parijsche politie,
aan Napoleon dagelijks werden uitgebracht, wordt
in de jaren 1804 en '09 haar naam bijna iederen
dag vermeil. In een rapport van "8 Februari
1804 lezen wij: „Een zekere juffrouw Le Nor
mand, die zich een nicht noemt van Oharloittle
Corday en woont in de R.ue de TournoE. oefent
het bedrijf van waarzeggen uit. Mannen en v'rou
wen uit de eerste standen latten zich in hun
equipage naar haar huis breiigen. Vooral vrou
wen behooren tot haar klanten. Man zegt Sat
de vrouw van den bevelvoerenden kapitein der
gendarmerie het laatste anderhalf jaar meer dan
vierduizend francs beeft uitgegeven om zich de
toekomst te laten voorspellen."
Fouch'é gaf op last van Napoleon aan zijn on
dergeschikten last om het huis van jVlademoiselle
Le Normand te surveill-eereneenige agenten be
spiedden haar woning en uit hun rapporten blijkt,
dat niet alleen goedgeloovige vrouwen, maar ook
mannen, zelfs staatslieden en geleerden van naam
bij deze waarzegster op bezoek kwamen om van
haar te vernemen, wat voor hen in de toekomst,
was weggelegd. Zoo meldt het politierapport: van
5 Maart 1908; „Heien kwamen tientallen men-
sohen Mad.lle Le Normand bezoeken., Graaf de
Metternich was eergisteren bij haar. Zij zeide
hem enkele dingen aangaande zijn positie, zijn
karakter en zijn bleven, die iedereen verwonder
den. Ook Madame Junot liet zich de toekomst
voorspellen. Zoo goed als het geheele hof komt
bij Mad.elle Le Normand. Zif trekt den horoscoop
van bijna alle groote persoonlijkheden en verdient
met haar baantje meer dan 20000 francs per
jaar."
Het is niet te verwonderen, dat eenvoudige
lieden, die de wonderlijkste verhalen te hoorer
kregen omtrent voorspellingen gedaan aan den
adel en andere aanzienlijke persoonlijkheden, voor
spellingen waarvan altijd wiel iets uitkam, in
Mad.elle een bovenaardsch wezen zagen, en dat
menige arme stakker zijn laatste tien franks of
ferde op bet schaaltje in de wachtkamer van
(loze waarzegster, om na eenige mysterieuze ma-
•nupulaties met een stapeltje kaarten, te hooren
te krijgen- „dat een g'-oót geluk op 'komst was"
of „dat men zich maar niet ongierust moest ma
ken."
Het was op een dag, laat in het jaar 1809,
den llen December, dat Mile Le Normand,
wij ci toe ren uit haar dagboek „.Les Souvenirs
propMtiques d'une Sibylle, sur les Causes se-
crètes de son arrestation" „planant au dessus
'de ètous les tres sublunaires"deze wezens
èhun geheimste gedachten zag uitstorten, dank
zij een aanhoudende spanning fan 48 uren die
haar 'naai- het astrale gebied had gebracht. Haar
wachtkamer was vol „adopten", die met onge
duld op een consult wachtten. Toen zij uit haar
iextase op den beganen grond was teruggekeerd
en in haar salon kwam, zag zij voor zich vier
„profanen".
„Ik heb geen tijd om u te ontvangen, mijne
heeren, want tal van menschen wachten op mij
voor een consult, en ik weet, dat ik vandaag
gearresteerd zal warden."
„Daarin vergist gij u niet," antwoordde een
der vier onbekenden. „Ik bien de CommiLssaris
van Politie."
Groot waren de verwarring en ontzetting. Eeni
ge vrouwen vielen flauw. Nog snel onthulde Mile
Le Normand aan enkele dames, die daarvoor grof
geld hadden betaald, eenige vaagheden over haar
toekomst en de sybille werd "meegevoerd. Tal
van attributen werden naar de prefectuur mee
genomen, o.a. haar baguette divinatoire", 7 enor
me cartons met mathematische berekeningen en
'getallen, en een groote portefeuille, waarin een
ontelbaar aantal silhouetten van „geloovigen" wa
ren opgeborgen. Tot haar groote vreugde waren
de beroemde zilveren spiegel van Lue Gaurie
een bekend waarzegster, lie aan Koning Hendrik
II den dood had voorspeld', haar 33 „batons grecs"
en haar kaballa van Zoroaster niet in handen der
politie gevallen.
Aangekomen op bet prefectuur werd de ge
vangene naar ©ei' cel gebracht. Haar eerste
verzoek was om haar „©en zwarte kip te bren
gen, clie nog nooit 'een- ei had gelegd". De ge
vangenbewaarder maakte zich verschrikt uit
de voeten en de gevangenis moest zich tevre
den stellen met de uitoefening van „Part subli
me de Pomonérancie" (voorspelling door mid
del van het bestudeeren van den, nagel van den,
duim).
De beschuldiging, die tegen Mile de Nor
mand was ingediend, luidde, dat zij zich zeer
onvoorzichtig had uitgelaten over de echtschei
ding van den Keizer, waarover mei echter in
geheel Parijs, ja in geheel Europa, sprak. Maai}
zij had deze echtscheiding voorspeld!
In dien tijd had men het op He prefectuur
nog niet zoo slecht. Den eersten dag kreeg-
MUe de Normand voor zich alleen een gebra
den gans. Veel gebruikte zij daar niet van;
alleen haalde zij de ingewanden daaruit, waar
op zij negen gram wierook en drie korreltjes;
zout deed, ten einde daarvan „un parfum a
Mereune" te maken. Daarop gooide zij enkele
droppels water op een klein zakspiegeltje en
bestudeerde daarvan het resultaat (captroman-
cie), keek of haar kaars soms ©en beetje walm
de, legde zich toen ter ruste, na de welwiltend-
ne7a van den God van den slaap ingeroepen'
te nebben. 1
"Na een gevangenschap van twaalf dagen
kwam het bericht om haar in vrijheid te stel
len. Zij toonde niet de minste verbazing, want
het koffiedik had haar den avond van te vore ij
deze goede tyding voorspeld. Men gaf haar;
haar ring en alle andere in beslag genomen
voorwerpen terug. Deze deponeerde zij bij den
concierge, alleen den ring deed zij aan. En;
omgeven door het geheele personeel van de:
prefectuur, dat haar eerbiedig uitgeleide deed,
verliet zij het gebouw. Haar roem was door;
deze dagen van hechtenis er niét minder op
geworden.
Met den val van Napoleon waren ook haar,
grootste dagen voorbij. In die laatste 25 jaar:
van haar leven werd veel minder haar raad
ingeroepen, hoewel-zij van haar kant niet op-
bie'd allerlei gebeurtenissen te voorspellen.
Op 25 Juni 1843 stierf zij, 71 jaar oud.;
Haar begrafenis was als die van een koningin.
Onder enorme belangstelling werd zij in een
met een wit kleed overdekte lijkkoets, getrok
ken door vier paarden, naar „Père Lachaise"
gebracht. Hondend „pleureuses" liepen achter
de baar, die mét bloemien en kransen overdekt
was
Nog jaren lang bleef Tiaar graf ©en pel-
gT-.ms^ord voor hen, die door middel van
kaarten, eieren of op andere wijze hoped te
weten te komen wat de toekomst voor hem!
verborgen houdt. 1
42. (Slot.)'
En hij dacht er aan hoeveel gelukkiger,
het leven van Lize misschien geworden zou;
zijn, wanneer ze haar woord aan Herman ge
houden had. Herman! Hjoe lang was het al
niet geleden, -dat hij iets van hemzelf verno
men had? Wfel schreef moeder af en toe iets
en zoo had zij kort geleden in eed. brief miee-
gedeeld, dat ze dacht dat Hérman wel spoe
dig thuis zou komen.
Op een avond van zijl werk thuisgekomen^
waar de toestand van dag tot dag zorgelijker
werd, besloot Rudolf een brief aan zijn moeder
te schrijven en haar precies mee te deelen,
hoe de toestand was. Geldelijke hulp had hij!
nog niet aan zijl moeder gevraagd had ze
niet uit eigen beweging het door hem ont
vreemde bedrag aan den eigenaar terug ge
geven? De nood drong evieiiwel nu en hij
vroeg zijn moeder om hulp. Hij deelde haar
mee -dat verandering van omgeving zijn vrouw
misschien nog kon redden -en vroeg haar of
het niet mogelijk zou zijn, dat Lize voor eenige
weken naar Doreveld kwam. Wellicht zou het
haar goed gaan. De brief werd verzonden ei
toen Rudolf dienzelfden avomld aan Lize ver
telde wat hij geschreven had, zei ze: „Als moei
der me hebben kam, wil ik graag naar Doreveld!
terug, maar met jou en Lize, ons kind. Mis
schien zou ik daar weer beter wofden, maar,
Ru. laat me niet alleen gaan."
Rudolf vond het 't beste haar maar niet té
■zeggen, dat het onmogelijk was ,dat ze allen
naar Doreveld zouden gaan. Als moeder ge
antwoord 'had, zou hij wel verdér met haar
spreken.
De dokter vond den volgen-dien dag het plan
uitstekend. Maar in den loop van den avond'
herhaalden zich bij Lize de benauwdheden,
dm zich al een enkele, maal vertoond hadden.
De dokter werd geroepeh en toen hij heen-'
ging, na volstrekte rust te hebben voorge
schreven, liet Rudolf hem uit. Op diens ang
stige vraag: „Hoe is het nu met haar?" schud
de dokter het hoofd. De toiestand is heel ern
stig, ernstiger dan hij zich voor vandaag liet
aanzien .Rust, volstrekte rust moet ze hébben
en laat haar niet alleen!
Angstige, verschrikkelijke gedachten gingen
Rudolf door bet hoofd, toen hij weer die kamer
bmnentradt, waar zijn vrouw lag- Maar, hij
moest zich goed houden voor haar. Den ge-
heejlen nacht bleef hij aan haar beid. Die macht
was de patiënt heeft rustig.
Toen Rudolf 's morgens naar zijn werk ging,
'iep hij even bij een van zijiai .weinige kennis-!
s -n aan ,aan wioa hij een en ander omtrent den
toestand van zijn vrouw meedeelde. Deze waS
onmiddellijk bereid hulp te verkenen! Na ©e:ï
kort gesprek met haar man, ging deze dade
lijk op weg naar Rudolf's huis, waar ze wel
tol den avond zou blijven. i
Toen Rudolf 's avonds thuis kwam van het
mei Lize, naar het scheen, iets beter. Voor den.
vcigenden dag werd een schikking gemaakt.
Lize zou niet alleen met het kind thuis zijn.
Dien dag ging het met Lize snel achteruit.
In den namiddag werd Rudolf door een der
b.irer: gewaarschuwd. Toen hij bij het bed
van zijn vroruw kwam, was de dokter al aan
wezig. Een blijk van dezen laatst©1 was voor
Rudolf voldoende om den toestand te begrij
pen het ergste was tie voorzien.
Na een hevige benauwdheid was Lize inge
sluimerd. Gedurende vele uren bleef Rudolf
alken aan haar bed, ten prooi van allerlei;
droevige en folterende gedachten. Wat was
er terécht gekomen van hujn geluk, dat hij
en Lize zich bij hun verloving haddeni voor
gesteld? En wat had hij zelf gedaan om dat
geluk te bereiken?
Nog eenmaal ontwaakte Lize uit haar slui
mering. Ze sloeg de oogen op. Zé wilde spre
ken, maar ©en nieuwe benauwdheid belette,
het haar. Enkele woorden kwamen afgebroken*
over haar lippen: Rudolf, Moeder, Herman,
terug naar Doreveld met ons kind! Ze
r.chtte zich half op in het bed, maar ze viel
onmiddellijk terug sloot de oogen, die zich'
niet weder zouden- opened.
Drie dagen na «den avond, waarop we in het
begin van ons verhaal den ouden Burgier em
juffrouw van Ruijven in gesprek vonden bij
de oude stadspomp, was Herman thuis ge
komen, na jarenlange afwezigheid. Of er vreug
de heerschte in het huis van juffrouw van Ruij
ven! Doch, de vreugde van het wederzien werd'
getemperd door de mededeelingen van Rudolf
in den brief, die daags na Herman's terug
komst werd ontvangen. Lang werd overlegd
tussc'hen moeder en zoon ealden ouden Burger.
„We moeten haar zien te rédden, moeder,"
was Herman's antwoord op de vraag, wat er
gedaan moest worden. „Wie moeten haar zien
te redden enj ik ga er op uit.
Toen Herman nog diezelfde week maar Ham
burg vertrok met de bedoeling Lize, zoo mo
gelijk mee terug te brengen, leefde hij in dê
hoop, nog iets voor Lize te kunnen doen. Doch'
hij kwam' te laat. Toen hij te Hamburg in
de woning van Rudolf aankwam, vond hij zijn.
broer in doffe verslagenheid alleen m.t zija
kind. Als er in Herman nog een spoor van
wrok tegenover Ru-dolf aanwezig geweest was.