NIEUWE MOEDER EN MARTELARES Donderdag 14 Maart 1929 38e Jaargang Algemeen Overzicht Uit den Omtrek NO 81 INTERC. TELEPHOON 52 IH Mil IJ kilt Uil RAIT Dinsdag, Donderdag en Zaterdag Nieuwsblad y. Holl. Noorderkwartier per 3 maanden f 1.15 Uityiw: Firma I, H. KEIZER. - Redacteur I. H, KEIZER. - Bureel Hoordscliarwoude. Groote letters naar plaatsruimte Het Geheime Verdrag. Reien tot dankbaarheid aan België Het doel bereikt België wil een politiek van toenadering en vre de. De verkiezingen in aantocht. Politieke propaganda vereenvou digd. Sprekers blijven rustig thuis. Kamerzittingen overbo dig? Politieke spreektrompetten. Stemplicht behouden. Luchtvaart op Londen. Het geheime verdrag tussclien Frankrijk en België, dat eigenlijk een buitenlandse he aangele genheid is, werd tot een Neder landscbe kwestie door het feit, dat ons land er bij betrokken werdi in de militaire interpretaties, welke door het Utrechtsch Dagblad gepubliceerd werden. We weten mu, mogen althans veilig a!a.nnemen, dat de gepubliceerde documenten onecht, valsoh wa ren. En, men zou zeggien, dan kan het er wel bij blijven. Nederland heeft zich noodeloos, zoo wordt gezegd, misschien, ongerust gemaakt en het geheele geval zou te beschouwen zijn als een storm in een glas water, 'ware 'het niet, dat er ook, al is er tfan Let heele gepubliceerde docu ment geen sikkepit echt, een beroering gewekt is, die misschien met de wettenschap, dat hfet stuk niet echt is, nog niet als gteheel afgteloopen beschouwd kan Worden, 'tls daarenboven maar de vraag in welkten zin het gfebeurde invloed zal uitoefenen op ie vriendschappelijkheid der onderhandelingen, welke toch'te avond' of te mor gen 'nog tusschen België en ons land geveterd zul len moeten worden over eenige punten, die ai sinds lang op een oplossing heeten te wachtten. En, het is Lest mogelijk, dat er nog over en wear gepraat zal moeten worden voor en aleer er weer in een zuivere atmosfeer onderhandeld kan wor den. Er zijn Belgische bladen, die zich nog scherp uitlatjen over ons land en volk naar aan leiding van het feit, dat onze regiering door hare gezanten stappan ter informatie liet doen en over de uitingen in «e pers. Maar, er zijn. ook bladen in België; die aannemen, «at we hier ter góede )trouw w;aren toen we aan de echtheid der docu menten geloofden en die (zooals de „Iwiepen- dance Beige") «e hoop uitspreken, dat dë gevoe lens vau wederzijdsche sympathie tusschen ,die beide volkeren niet ondermijnd zal worden door do uitingen van haat «ergenen, die zich tegen België hebben gericht. De mist, althans genoemd blad, «e mist, die de Belgisch-Nederlanclsöhe ver houdingen vertroebelt, is in Nederland ontstaan en daarom behoort de Nederlamdsche opinie die op te lossen. Nu zou men zoo zeggen, dat er voor België eenige reden is dankbaar te zijn. De on derzoekingen moeten hebben uitgemaakt dat de vervalsching geschied is met medeweten of meie werking van agenten van den Belgischen Inlich tingendienst. De Belgische regieering moet dan oo kreeds maatregelen genomen hebben; zoo werd het hoofd van den Inlichtingendienst ontslagen wegens gebrek aan waakzaamheid en zoo zou ook tegenover agenten opgetreden worden. In zekeren FEUILLETON 1163) In diens kabinet gekomen zag hij, dat zijn zakdoek, zijn portemonnaie, zijn fleschje en zijn [huissleutel voor den chef óp tafel lagen. Op alle vragen, door den ambtenaar tot hem ge- f richt hield Soliva, die weder zijn zelfbeheersching ha l terug gekregen, stokstijf vol, dat hij Eugène Richelet heette. De ambtenaar bracht hem met strenge woorden [onder het oog, dat 'hij niet mocht liegen, dat zijn [naam niet anders luidde dan Jean Soliva en dat als hij de waarheid niet verkoos te zeggfen, j zijn neef Paul Armand zou ontbieden om voor [hem te antwoord*»- „lk heb deerlijk mijn mond voorbijgepraat/ dacht Soliva. „Met liegen red ik mij er niet uit, 't is 'dus maar 't verstandigst om alle vraglen maar Izoo beknopt mogelijk en naar waarheid te beant- |woorden|." Hij gaf daarom toe, dat hij Jean So- |liva heette en voegde er zijn leeftijd eai de namen ijner ou/ders bij. Maar toen de ambtenaar vroeg, of hij werkelijk >Jo neef van Paul Armand was, gaf hij een be- jvestigeud antwtord. zin zouden we willen zeggen is dus de publi catie in het „U. D." te beschouwen als de aan leiding voor de Belgische regeering de dingen tegen te gaan, die door en tengevolge vande pu blicatie aan den dag gekomen zijn. Het „U. D'." zei in een artikel, „ons doel be reikt" o.m. „wij aaiATaanden de volle verantf- woordelijkheid voor onze '"daad, zelfs indien «e valschheid der stukken zou wonden aangetoond." „Maar," zegt het blad verder, „wij achten het bewijs daarvoor niet te leveren. Het door ons gepubliceerde is echt. Fr wordt oen beroep gje- daan op ons om die echtheid nader te demon- streeren; gaven \Aj aan dat beroep gevolg, aan zouden we volledige opening van zaken moeten i doeln omtrent de wijze, waarop het document in bnz ehanden gekomen is. Die opening zou een grove schending meebrengen van ons ambtsge heim. Het volgens het „U. D1.' thans bereikte doel wasde verhouding tusschen België en Ne derland voJrgoed te zuiveren, en een verzoening en wederzijdsch vertrouwen te doen ontstaan, niet gebaseerd op een verdoezeling van 'feiten, maar waarbij beide landen een streep halen door het verleden en tpt elkaar 'kunnen zeggen: we kunnen elkaar nu klaar in de oogen zieu. Voorts wijst, het blad op het Woord van den Belgischen minister Jaspar, volgens 't welk Bel gië geen agressie wil, maar een politiek van vrede en toenadering tot Nederland. Afgez'ian van al het andere, door het „U. D." met betrek king tot het document gezegd, meenen we in de verklaring van minister Jaspar iets te moeien zien, dat zijnjgroote waarde heeft èn voor ons land èn ook voor België. De verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn in aantocht. De algemeene stemming, is door den minister van Binnenlan Tsche Zaken en Landbouw bepaald op Woensdag 3 Juli. Nog een goede drie maanden dus en dan zal het Nederlandsehe volk weer kunnen doen zien in welke richting het geregeerd wil worden. Er zal natuurlijk, vooraf nog een en ander te bespreken vallen 1 Die ver kiezingstijd moet vodral voor hen die geroepen zijn of, zich geroepen achten, den volke over de po- litieke zaken voor- en in te lichten, een moei lijke tijd zijn. Het hoofdbestuur der Posterijen heeft bekend gemaakt, dat voortaan gelegenheid zal bestaan, Van een particuliere woning uit een vergadering in eigen stad of elders per telefoon toe te spreken. De politieke propaganda in ons land kan hiervan profiteeren èn staat ongetwij feld Voor een groote verandering. Heel wat moge lijkheden kunnen zich voordoen. Zoo bijv. deze, dat een spreker, min of meer op zijn gemak (ad naar hij het te behandelen onderwerp minder of beter onder de knie heeft) thuis kan blijven en van zijn studeerkamer uit, desnoods gezeten in den huiselijken kring, de menschen kan toe spreken, die hij bereiken wil en niet in een stad, maar op meerdere plaatsen nogop denzelfden avend. Geen reiskosten meer, geen vermoeienis van jde reis naar allerlei ongelegen provincie stadjes, de sprekers altijd frisch en dus goed) gehumeurd en geestig, waar noodig en misschien ten slotte met nog meer effect, nog meer in druk bij de luisteraars, die nu niet door overigens onbeteekenende hebbelijkheden van sprekers wor- i De chef der veiligheidspolitie hield htem echter voor, dat hij bij het feestmaal in de Bakkersher- berg verklaard bad, dat Paul Armand zijn neef niet was,, eigenlijk ook een gteheel anderen naam had. Jean Soliva begreep met ontzetting, dat hij alles verklapt en verraden moest hebben en tracht te nu hetgeen hij mocht gezegd hebben te laten doorgaan als wartaal van een beschonken mensc'h. „Dus was het ook alleen een gevolg van uw dronkenschap," hernam de chef, „dat ge Mina Perrin, de broodrondbrengster, hebt beschuldigd van Johanna Fortier, de vluchtige vau Clermont te zijn; 'dat ge bekend hebt, eeu poging te 'hebben gedaan diezelfde Johanna Fortier door een steiger in de rue Gic-le-Coeur te vermoorden, gelijk ge een poging 'hebt gedaan ook 'hare dochter te deaden „Wie durft «at zeggen?" riep Jean Soliva met een gelaat zoo bleek als een' doek. „Gij zelf, in 't bijzijn van vele getuigen"' „Ik nerhaal u, dat ik dronken was, mijnheer, en niets dan onzin en wartaal moet hebben uitge slagen." „Wil ik u eèns iets zeggen, Jean Soliva'? Gij waart niet beschonken, ge waart veeleer betco ver d, ten gevolge van het mepgsel, dat ge Jo hanna Fortier hadt willen ingeven, maar dat ge zelf gedronken hebt. Hier 'heb ik uw fleschje met bet beroemde likeur uit Canada, waaromtrent de geneesheer Richard uit de rue de la Seine cms dein afgeleid. Winst aan allen kant! Het „Hbl." stelt de nog al luimige vraag of het niet goeikooper zou zijn den Kamerleden in plaats van een gratis abonnement op ;file spoor wegen een gratis redevoeringgelegenheid' per tele- ffoon te geven .gedurende de middaguren, Mis schien, aldus het „Hdbl." kunnen we 'dan de kamerzittingen opheffen, en ide Kamerleden tot telefonische spreektrompetten promoveeren. We zouden hierbij de opmerking willen maken, dat in dat' gevdl voor sommige "kamerleien de aardigheid er a'f is, al was 't alleen maar omdat iemand die wat van belang tie vertellen 'heeft, graag uit eigen aanschouwing "waarneemt! of het 'door hem gesprokene eenigen indruk maakt op de hoorders en zoo ja, welken indruk. Fn, ge beurt het nu al niet, dat er Kamerledten de ver gaderzaal verlaten als een spreker hem niet meer interesseert, of, maar dat is te hard1, hem moge lijk verveelt En wie waarborgt een telefonische „spreektrompet", dat er iemand' naar hem luis tert tot het einde De vorige week werdl er in de Tweede Kamer gestemd over een motie tot af schaffing van den stemplicht. Deze motie werdi veVworpen. De Nederlandsehe kiezers en kieze ressen "blijvten 'dus verplicht ter ötembus op te gaan. Met ingang van Maandag 18 Maart wordt door ide K.LM. een speciale vrachtendi,enst op tonden geopend. Het aanbod van lading moet groot zijn. - SINT PANCRAS. De vereeniging „Nut en Genoegen", welke ver deden jaar werd opgericht met het doel aan haar leden onderling iedere maand gedurende liet win terseizoen een avond van nuttige en aangename verpozing te schenken, hield Dinsdag j.l. haar laatste winterbijeenkomst in de zaal van den heer (Gerritsen alhier. Aan dezen avond was een. feeste lijk karakter gegeven, hetgeen door de leden ten zeerste werd gewaardeerd, getuige de giezetlige stemming, welke den geheelen avond heerschte. •Vol afwisseling waren de verschillende bijdragen van de leden in ernst en luim, afgewisseld en 'soms begeleia door goede muziek van Gebrs. Deu- -,te kom. Het zou ons te ver voeren, alles hetgeen ten beste werd gegeven op te noemen, genoeg zij het te melden, dat zelfs oude veteranen, gebóncn 'op Texel, en wonende aan de grens, zich gansch niet onbetuigd lieten, zoodat het klokje reeds ver ever twaalf wees, toen allen voldaan huiswaarts keerden. f Hiermede is door het „Nut" op waardige wijze dit winterseizoen afgesloten en kan het ijverige be stuur, broedende op nieuwe plannen, voor den volgenden winter, hierop terug zien. SINT PANCRAS. WWoensdagavond mochten wij op uitnoodi- ging van den dirigent Paul Kok het genoegen smaken, een uitvoering bij te wonen van de Chr. Gem. Zangvereeniging „Looft den Heer", in het Nkerkgebouw der N. H. Gemeente alhier. Instru- 'mentalemede werking werd gegeven door de h'ce- alle bi zonderheden kan mededeelen." Jean Soliva boog en zweeg. „W aar woont gij vroeg hem Je chef. „In een hotel garni, mijnheer:." De chef nam Je sleutel van de tafel en hield dien aa.n Soliva voor. „Dit is immers de sleutel, die toegang verleent tot uwe kamers, nietwaar?" zei hw. ,,'tls wel vreemd) dat er geen nummer bij is. Ik zie al, dat we genoodzaakt zullen zijn, uw neef Paul Armand te laten roepen." Nu kou Soliva zijn drift en zijn wanhoop niet langer inhouden. Hij balde zijn vuisten en riep met schitterende «ogen: ,,'tWordt mij te veel! Ia, ja, ik weet het wel, dat wie eenmaal in dia klauwen der politie gevallen is, niet meer los komt! Ik 'heb mij laten vangen als een ezel, wat tje dommer was, «aar ik alles wat ik dead, ten .be hoeve van anderen heb gedaan. Des te erger voor die anderen, ze moeten maar zien, hoe zij er zidfe uit relden! Ik woon in 'de rue de Clichy, num mer 172. Dit is de sleut.el van mijn deur in den tuinmuur en t,evens van mijn huis. Ziedaar, nu weet ge alles, en nu hoop ik, dat, ge' 'mij met rust laat. Ik zeg ten minste geen woord meer. 'tIs uit" De chef ging niettemin voort met te vragen: „De echte Paul Armand is d«oid, niet waar, en hij ,die zich nu zoo laat noemen, heet in wer kelijkheid Ernst Garaudi, is 't niet?" „Ik heb u al gezegd, dat ik niets meer ant woord. Ge weet, waar ik woon. Als de politie een fijnen neus heeft, krijgt ze alles daardoor te I i- i i ren P. Hartman, orgel, en S. Zeegers, viool. De bijeenkomst werd, na gemeenschappelijk zingen van Ps. 150: i, met een kort woord geopend Het programma werd geopend met drie machtige 'door Ds. van Andel, alhier, die voorging in gebed, koorwerken welke zuiver en klankvol gezongen in het ruime kerkgebouw, bizonden tot hun recht kamen. Vooral in het „Eere zij God" van Bort- ziensky, trof ons een eenheid van klank, die ook in het pianisimo zuiver gehandhaafd bleef. Een bizondere bekoring ging uit van 't simpele „Kerst- Red", terwijl „Klokketoonen" een meer forschen indruk maakte. Na de pauze stukken ter afwisseling voor orgel ,en viool, die onberispelijk werden uitgevoerd, en waarvan wij 'slechts willen noemen „Adagio Can tabile" van Nardini en „Andant Cantabile", Con cert D dur Mozart. Volgden twee nummers door het Mannenkoor, dat eveneens staat onder leiding van den heer Kok, het „Jesu, dulcis Memoria" van B. Kothe, welk nummer door ons wel als het schoonste van dezen avond werd aangevoeld, hoewel het daarop vol gende „Stabet Mater" daarvoor weinig of niets onderdéed. Dit Mannenkoor is totaal één van klank en zuiver in uitspraak. Tot slot volgde „Pater noster" van Fred. J. Roeske. Dit stuk, geschreven als verplicht, nummer voor de afd. „Uitmuntendheid" in het Intern. Zang- concours te Zandvoort '28, werd, vóór het in den 'handel verkrijgbaar was, door den componist aan vden heer Kok ter instudeering gegeven. Het wlerd vertolkt op een zoodanige wijze, dat het schoone, doch moeilijke werk, geheel tot zijn recht kiwam' en op de vele toehoorders een onvergetelijke?! 'intruk heeft gemaakt. Het was dan ook met het volste recht, dat Dis. van Andel aan het eind van het programma zijn "welgemeenden dank uitsprak aan den dirigent en zijn koren, alsmede aan de heeren Hartman, en Zeegers, voor het schoone, dat doo<r hen aan de aanwezige toehoorders was geschonken. Hierna werd dezen avond, met gemeenschap pelijk zingen en dankgebed gesloten. Buitenland DRAMA IN EEN TREIN. Toen Dinsdagavond om half acht de Parijsche sneltrein het station van Epennay binnenreed, werd de hoofdconduteur Perrin in den bagagewagen door vier revolverschoten vermoord gevonden. Daar Per rin zich om kwart over zes nog in het dienstregjsr- ter had ingeschreven, is aan te nemen, dat hij tus- .schen de stations Boudry en Epennay vermoord werd. In den bagagewagen werd niets vermist. Er werden vijf patronen gevonden. De trein neemt tot Epernay, de eerste halte na Parijs, reizigers eer ste en tweede klasse op. Men zoekt thans naar vier reizigers, die dien avond in Epernay den trein hebben verlaten, en, daar zij kaartjes derde klasse hadden, aan het loket bijbetaalden. r weten. Ik hieb slaap. Laat mij naar bad gaan." De ambtenaar deea nog enkele vragen, waarop Soliva van zijn kant het antwooird sehuldiig bleef. De arrestant wer.i derhalve naar een oei ge bracht en de chef «ier veiligheidspolitie ondjerhieldj zich daarna eenigeu tijd met den rechter van instructie. „De kerel is een geraffineerde schelm. Me(n dient dadelijk te onderzoeken, of hij ons zijn ware adres heeft opgegeven,, om In dat geval zijn wo ning te visiteeren!" riep de rechter van Instruc tie, nadat hem alles uitgelegld was. „M&ar wat zullen wij aanvangen met dien Paul Armand? We wisten tot heden toe niets andiers van hem, dan 'dat hij een ingenieur is, die te Coufbevoio uitgestrekte fabrieken bezit en algemeen voor een kun lig en hoogst fatsoenlijk man doorgaat. Ik ben van mèeuing, :lat we, voor wie krachtig tegen hem optre den, dien Jean Soliva een bekentenis moeten ontlokken, die dan ook in geheel nuchtlereii toestand dient gegteven te worden. Vindfen wij termen tot arrestatie, dan treden we krachtig tegen dien Paul Armand op, doch vinden we die termen niet, dan laten wij al zijne gangen nagaan, zoodac hij ons onmogelijk ontsnappen kan. 't Is nu ove rel ven. Laten wij beginnen met Soliva's wo ning op te zoeken. We zijn daar tegen midjder- naebt. Ge gaat toch mee, chef? Gij beiden begfe- leidt ons!" voegde hij den twee agenten toe. (Zie vervolg vierde pagina.)1

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1929 | | pagina 1