M NIEUWE 1 ffl
Nieuwsblad v.fHolLNoorderkwartier
Dinsdag 9 April 1929
88e Jaargang
Stemmingsbeeld Groentenland
De Vierbond
No 42 IRTERC. TELEPHOOR 58
LUMIUkEI COURANT
Abonnementsprijs ceut-
per 3 maanden f 1.15 üitgave: Firma J. H. KEIZER. Redacteur J. I KEIZER. Bureel Noordscharwoude. Groote letters naar plaatsruimte
'Dc vorige week Vrijdag hebben slechts weinigen
jenoten van het kostelijk overzicht, door Dr. Lo-
'inck, den oud-Gouvermeur-eGneraal van den Land-
>ouw, zoowel hier te lande als in Indië, te Broek
>p I.angendijk gegeven. 1
Inderdaad de heer Lovinck gaf op buiten
gewoon bevattelijke wijze college in die economie;
speciaal over de moeilijke vraagstukken van onzen
mitenlandschen handel.
'De heer Lovinck kent de practijk door en door,
evengoed nationaal als internationaal georiën-
leerd. En dkt hij de theorie kent, ieder die iets
tan zijn werken kent, houdt zich daarvan ten volle
overtuigd
.Wat is 't toch, dat een man; als de heer Lovinck
ran zoovelen onderscheidt? Hij kent geen stole
jaardjes, houdt zich waarlijk niet vast aan eenmaal
lanvaarde theoriën. ,,Ik ben geen vrijhandelaar,
k>k geen protectionist, maar een oppertimist.'
rei hij te Broek. Hij kent den eoonomischen toe
stand door en door; bepaalt op grond van nauw
keurig onderzoek zijn houding. Overziet den toe
stand in binnen- en buitenland. Hij opent zijn
toorders een kijk op de economische verhoudin
gen, die in geen enkel economisch handboek is
;e vinden, hij teekent den toestand met een ob
jectiviteit, die overtuigt.
Enkele grepen slechts. i
'Hoe zijn we aan de zoo hooge tarieven ge-
tomen? Dat is een na-oorlogs verschijnsel.
Toen eenmaal in 1918 de vrede was gesloten,
die ons nieuwe staten en duizenden Kilometers
u'euwe grenzen bracht, ging er een golf van nati
onalisme door Europa. Men wilde de eigen wel
vaart zoo hoog mogelijk opvoeren en meende,
dat hooge tarieven het middel daartoe zouden zijn.
'Megr en meer breekt het inzicht door, dat dit
niddel heeft mefaald. De Staatslieden hebben één
ling over 't hoofd gezien, dat n.l. geen welvaart
s te scheppen ten koste vap andere naties. De leve
rancier heeft niets aan klanten, die hem niet kunnen
jetalen.
Het stelsel van hooge invoerrechten heeft ge
faald,-heeft niets gebracht en kon niet brengen,
prat men hoopte, nationale welvaart,
j (Dit na-oorlogs verschijnsel 'is niet nieuw, trad
na groote oorlogen meermalen op. Eerst na jaren
sullen de landen dit proces te boven komen.
Daar naast is er een groote verschuiving ge
komen in den wereldhandel. Stellen we het aan-
eel van Europa eener- en Amerika anderzijds vóór
4914 op het cijfer honderd, dan zien we na den
-■orlog in 1923, deze cijfers voor Europa gedaald
p 65, die van mAerika gestegen tot 140.
De groote depressie, die na den oorlog in Europa
h 't zakenleven viel op te merken, die nog niet
eheel week, vindt in de groote verschuiving haar
-rzaak. En de gevolgen hiervan zijn niet weg
e nemen door tarieven, daar is geen sprake van.
j De heer Lovinck was tijdens den oorlog grooten-
eels in Indië. In 't zakenleven daar heeft men vai)
'en oorlog weinig gemerkt. Wat voorheen uit Ëu-
opa kwam, leverde toen Azië, Amerika en Japan.'
Japan heeft in en door den oorlog een markt in
nze koloniën voor zijn goederen weten te vinden
n is thans een zware concurrent.
f Amerika bereisde de heer Lovinck in de oor-
bgsjaren; ook daar was er geen sprake van t,e
"ort. Men verdiende veel en er was van 'alles volop.
Ook dient men zich wel te herinneren, wat de
Leschiedenis inzake de kwestie der invoerrechten
'eert. Als Directeur-Generaal van den Landbouw
eeft hij den tijd van Duitschland's eerste tarief-
etgeving meegemaakt. Eiken dag opnieuw kwa-
en er petities op het departement, die allen ge-
"igden van de vrees, dat onze tuinbouw ten doode
'as opgeschreven, 't Was in 't jaar 1904, de tuin
bouw was nog niet zoo georganiseerd als nu.
p 't departement zagen we den toestond niet
bnlf zco ernstig in. Toen zijn er afgevaardigden
,'it den tuinbouw uit Noord-Holland, 't Westland
,n Utrecht op rijkskosten naar Duitschland ge-
tan. Zie hebben dat land bereisd en gaven hun
gen de kost. Thuis gekomen, zagen ze de toe
komst lang zoo donker niet meer in. Ze hadden
bezien op hoe lagen itrap daar de cultuur stond,
hoe bodem en klimaat niet meewerkten. En ze
keiden: ,,dat gevalletje komen we te boven". De
:uitkomst heeft bewezen, dat ze goed hebben ge
zien.
Nog onlangs hebben de afgevaardigden van dep
tuinbouw uit deze streek in Sleeswijk Holstein
geconstateerd, dat ook in 1928 de Duitsche tuin
bouw niet op één 'lijn piet de HoLlandsche kan
[worden gesteld. Dr. Lovinck zat eens aan, aan
een feestmaaltijd te Bonn, bij gelegenheid van
Seen tentoonstelling. Een Duitsche tuinbouwkundige
zei zeer terecht: „Mijne Heeren, 'k zie eerder
kans alle vruchtboomen in Rijnland om te enten,
dan van jullie Hollandsche tuinders te maken."
Wij blijven altijd onzen voorsprong Behouden,
dien wc danken aan 't gunstig "klimaat, geschik'cep
Jiodem en gunstige ligging tegenover het Duitsche
industriegebied. i
Bij de bespreking van onze houding tegenover
het vraagstuk van retorsie en, actieve handels
politiek stelle men zich de structuur van onzen
Nederlandschen land- en tuinbouw voor oogen.
Die is in de laatste veertig jaar totaal ver
anderd. De ouderen onder ons herinneren zich
nog wel de crisis, die de landbouw in de jaren
'80'90 heeft moeten doorworstelen. v
Als oorzaken van die crisis zijn te noemen:
de groote graanuïtvoeren uit Amerika, Canada en
Rusland, waar men mot wefhi'g onkosten produ-
ceeren kon en waardoor de Hollandsche markt
met graan werd overstroomd. De gevolgen bleven
niet uit. De land- en pachtprijzen daalden en in
dien tijd riep men om beschermende rechten
Beroemd is geworden de 'motie-Modderman, die
de regeering uitnoodigde ter bescherming van den
Nederlandschen graanbouw 'rechtten te heffen. Deze/
motie is Verworpen. i
Wat is liet gevolg geweest? Een totale omkeer
in onzen landbouw. Men ging over tot de inten
sieve cultuur, de bedrijfsmethoden werden Ver
beterd. Wat 'n vLoek dreigde te worden, bleek een
zegen. Onze Nederlandsche landbouwer drijft nu op
twee factoren: op goedkoop buitenlandsch graan
en kunstmest.
De heer Lovinck heeft zich de moeite eens g-e-
nomen, de handelsbalans van den J&ndbouw uit
de statistiek op te stellen en verkreeg merkwaar
dige uitkomsten.
Voor de landbouwdoeleinden wordt een waarde
ingevoerd van ongeveer 400 (millioen gulden, waar
van ruim 300 millioen aan mais gerst, koeken enz.
Bij de huidige structuur van den landbouw zal het
toch niemand in zijn hoofd krijgen, deze artikelen
tc belasten. Wie snijdt öu eig^n keel af? Aan mesth
stoffen ,en andere noodzakelijke grondstoffen voe
ren we voor den landbouw voor 80 millioen in;
ook hierop zal wel niemand eenig recht willen toe
passen.
Nu blijven er nog een twintig millioen over,
en daaronder zijn wel posten als slachtpaarden en
Argentijnsch vleesch, waarop aanmerkingen zijn
te maken. Edoch, ze leggen geen gewicht in dc
schaal.
Zien we wat de landbouw uitvoert; dan con-
stoteeren we, dat de invoer van graan en mest
stoffen óns in staat stelt voor 700 millioe uit te
voeren in den vorm van kaas, boter, vleesch,
vet enz.
'Men late het volle licht op onze bodemcultuur
vallen, men late ons volk zien, hoe gecompliceerd
de verhoudingen zijn.
'Nu is het een feit, daj er enkele grove mis
standen. in de buitenlandsch? tarieven zijn aan te
wijzen. Zoo o.ra. de beruchte en te laken sanitaire
maatregelen, die feitelijk verkapte invoerverboden
zijn. Dan de Duitsche tijdbepalingen Tn 't tarfef
voor enkele groenten ,b.v. salade; de meestuegun-
suging worat tiier tot een Fictie, want als wii
met onze salade aan de markt komen, geldt een
ander tarief als wanneer Italië 't artikel levert.
Po heer Lovinck acht hier een vechttarief niet
't aangewezen middel. Spanje heeft tiidieliik onze
kaas zwaar belast; als repraissaille zou Holland
sinaasappelen hebben kunnen belasten- Langs den
weg van overreding is het gelukt Spanje tot andere
gedachten te brengen. De goede verstandhouding
bleef, ons goed recht is erkend. Ook ten opzichte
Van Canada mag gewezen op gelijk resultaat.
En Nederland heeft niet nagelaten, toen Amerika
c.ns vergiftige gerst leverde, te wijzen op de schrille
tegenstelling tusschen Amerika's houding tegen
over onze producten, waarop het altijd zocht naar
zwammen en insecten en zijn export van vergif
tigd voeder.
Deze feiten hen onder 'toog1 brengen, helpt meer
dan b.v. een hooger recht op auto's.
Onze markt speelt voor Amerika waarlijk geen rol.
Als de toestanden ernstiger waren, zou de heer
Lovinck niet tegen vechttarieven opzien. Edoch,
de toestanden zijn er niet naar; de welvaart elders
is waarlijk niet grooter dan hier-
Naar aanleid vug: van enkele vragen kon de spre
ker npg enkele zaken nader toelichten.
,Hoe bleek hij thuis in de zaak van de biet- en
rietsuikeifabricage. Hij gaf zijn hoorders een glas
heldere uiteenzetting van deze zaak; hoe n.l. er een
overproductie is; ook een na-oorlogs-verschijnsel.
Te Honoloeloe zag spreker de rietsuiker-cultuur
uitgeoefend op gronden, daarvoor ongeschikt- Te
Cuba is men in oorlogstijd eveneens tot sterke uit
breiding overgegaan. In de Bietsuiker-cultuur ziet
men gelijk verschijnsel in alle landen vani Europa
Zoc kregen we een productie boven- consumptie.
Voor den oorlog kwamen de afgevaardigden van de
suikerproduceerende landen op gezette tijden te
Brussel bijeen, en maakten afspraken, ten einde
overproductie te voorkomen.
Na den oorlog deed elk land wat goed was in
eigen oog. Men zal noodgedwongen weer bij elkaar
moeten kiemen. De heer Lovinck zal met overtui
ging stemmen vóór het initiatief-onltwerp v. d.
Heuvel, dat den bietenbomwers een premie belooft
van fi.50 pér ton bieten. t
Als daar nu onze coöperatieve fabrieken door
de Slechte jaren geholpen kunnen worden:, acht
spreker die uitgave gerechtvaardigd.
Volmondig werd toegestemd, dat de uitzonde
ringsbepaling in het Duitsche tarief voor warm-
bloedpaarden een schadelijke is. Hier gaf de heer
Lovinck een overzicht van de gevolgde Duitsche
vóór-oriogsche economische politiek, die buiten
gewoon leerzaam was. 't Gaat niét aan, alles te
melden, 't zou te lang worden, dit stukje.
Maar zegt het feit, dat de uitvoer van DuLt'sch-
lar.d naar Nederland grooter is, dan die van Ne
derland naar Duitschland, u dan niets? werd ge
vraagd. I
Waaruit bestaat die invoer? zegt de heer Lo
vinck. Graag 70*1 hij van den vrager de posten ver
nemen, waarop met eenige kans op succes 're
torsie ware toe te passen, zonder eigen belang
ïe schaden. 1
Op de vraag, of dit argument dan niet in ge
lijke mate voor Duitschlandgiel®; 'dat toch onze
markt evenmin kan ontberen, als wij de Duitsche,
kon met 't oog op den tijd niet afdoende wor
den ingegaan.
De heer Lovinck heeft zich .bereid verklaard, na
d« verkiezingen nog eens vtoor de tuinder.» po
kooplieden op te treden. f
Deze mededeeling lokte een dankbaar applaus
uit.
'k Geloof niet, dat iemand zal zeggen: dat is
j een Stemmingsbeeld, 't lezen niet waard. Of meo
het in alle opzichten; eeps is met de spreker,
I doet weinig ter zake. Dit wil ik echter wel zeg-
§en: wie over lanÉ?- en tuinbouwzaken met deu
heer Lovinck discussieeren wil, moet welbeslageo
ten ijs komen. Doch als vele mannen van be-
teekenis is de heer Lovinck buitengewoon een
voudig: men ziet er niet tegen op, hem iets te
vragen. Hier heeft hij den blik van velen verruimd,
zijn hoorders aan 't depken gebracht.
Opmerkelijke overeenstemming trof men tusschen,
woord en daad bij dezen em.nenten. deskundig®
en den heer Colijn. Beiden hebben een wereld
kijk. Afgedacht van politieke richting twee mannen,
'die een sieraad zijn van ons volk.
Veigadering van den Vierbond, gehouden Za*
terdag j.l. in het L andbouwhuis te Alkmaar.
Het initiatief tot deze vergadering, waartoe
ook was uitgenoodigd de vereeniging Koophandel,
was genomen door de L.G.C.; de heer S. de Boer
fungeerde als voorzitter.
Deze heette allen welkom, speciaal ook de ver
tegenwoordigers van Koophandel en constateerde,
dat steeds meer samenwerking werd gezocht tus
schen handel en de veilingsvereenigingen, wat
naa rspr.'s oordeel beiden ten goede komt. Voorts
werd door spr. opgemerkt, dat gedurende onge
veer I1/2 jaar geen vergadering van den Vierbond
was gehouden. De L.G.C. oordeelde een bespre
king der punten van de agenda gewenscht, wat
niet uitsloot, dat tevens andere zaken in deze
bijeenkomst besproken zouden kunnen worden.
Hierna lezing der notulen van de vorige ver-
'gadering door den permanenten Secr. den heer
Klant, deze notulen werden aldus vastgesteld.
Voorgelezen werd' een schrijven der veilingsver-
eeniging te Obdam, met kennisgeving van verhin
dering en de mededeeling, dat men daar accoord
ging met de te nemen besluiten, indien ze voor
de veiling aldaar uitvoerbaar zouden zijn. Dit
optlokte aan de vergadering de opmerking, dat
men aan dit schrijven niet veel houvast heeft.
Vervolgens kwam in bespreking een schrijven
van Koophandel, waarin er op gewezen werd, dat
niet aan alle vier veilingen gelijk gehandeld
wepd met betrekking tot de vaststelling van
een minimum prijs. Na eenig debat werden de
notulen nagegaan, waarbij bleek, dat deze vast
stelling van een minimum prijs gold voor minder
waardige producten, dus niet uitsluitend voor uit
schot, zooals wel werd opgevat. Algemeen werd
het wensehelijk geacht, het eens genomen besluit
te handhaven.
Voorts werd er van de zijde van Koophandel op
gewezen, dat bij afkeuring van partijen niet op
alle veilingen gelijke bepalingen bleken te gel
den, wat nader werd toegelicht.
Een tamelijk langdurige bespreking werd over
deze zaak gevoerd, waarbij o.a., zooals bij het
nagaan der notulen bleek, naar voren kwam dat
de veilingsbesturen ook recht hebben van keur
op de verladen producten en bij fraude den be
trokken handelaar boete kunnen opleggen of voor
bepaalden tijd het koopen op de veiling ontzeg
gen, terwijl hij'dan ook niet zal kunnen koopen
op een der andere veilingen; voorts bleek mede,
dat ten aanzien van andere veilingsaangelegen
heden ook op de verschillende veilingen verschil
lende bepalingen golden, terwijl de wenschelijk-
heid werd bepleit hierin zooveel doenlijk gelijk
heid te brengen. Besloten werd, dat door een
comm. de geldende bepalingen met elkaar zullen
worden vergeleken en getracht zal worden een
ontwerp samen te stellen, waarin met dezen
wensch rekening is gehouden. Toegezegd werd
Koophandel met eventueel te nemen besluiten in
kennis te zullen stellen.
Hierna werd overgegaan tot behandeling der
punten op de agenda geplaatst. Het eerste voor
stel gold het bonnenstelsel. L.G.C. stelt voor na
1 Jan. tot het einde der campagne geen bonnen
meer af te geven.
Na toelichting door den voorz. werd namens
den N.M.B. gewezen op het daar ingediende voor
stel en het daarop verstrekte praeadvies door het
Bondsbestuur, terwijl namens Warmenhuizen
werd'gezegd, dat daar de meening is gevestigd,
dat afschaffing der bonnen schade zal doen aan
den afzet, terwijl Oudkarspel bepleit geheele af
schaffing der bonnen.
Van de zijde van Koophandel werd beweerd,
dat afschaffing der bonnen beslist nadeelig zou
werken op den afzet.
De voorz. merkte nog op, dat sommige hande
laars het steeds buiten bonnen schijnen te kun
nen stellen, terwijl anderen ze geregeld noodig
schijnen te hebben; voorts, dat tijdens de zomer-
campagne geen bonnen worden gevraagd, waarom
spr. zich afvraagt of het gedurende wintercam-
pagne niet eveneens zonder bonnen kan gaan.
Het bonnenstelsel toch is ingevoerd als nood
maatregel, doch heeft langzamerhand geleid tot
misbruiken.
Nadat het debat nog eenigen tijd is voortgezet,
waarbij wel blijkt, dat men algemeen van gevoe
len is, dat de afgifte van bonnen zooveel mogelijk
beperkt dient te worden, doch geen eenstemmig
heid wordt verkregen, meent de voorz. de dis
cussie te kunnen sluiten met de opmerking, dat,
waar de zusterveilingen in dezen niet met de L.
G.C. meegaan, ook deze haar besluit moeilijk zal
kunnen handhaven. Meer succes werd verkregen
met het volgende voorstel n.l. het verplicht vei
len voor rabarber in te voeren. De bedoeling
heeft bij de L'.G.C. voorgezeten, deze veiling te
houden, door elke veiling b.v. een paar dagen
per week, welke veilingsdagen dan uit elkaar
dienen te loopen; voorts te veilen op monster om
dan den volgenden of daarop volgenden dag te
leveren. Algemeen blijkt men er voor, dit inge
voerd te krijgen. Nadat nog eenige opmerkingen
waren gemaakt omtrent het binden der bossen,
het gewicht per bos en de sorteering, werd over
gegaan tot. bespreking van het derde L.G.O.-
voorstel, op de agenda vermeld als: Alle goede
producten worden geveild voor het U.C.B.-merk.
Wijl de redactie van dit voorstel zeer beknopt is,
acht ae voorz. het gewenscht dit voorstel wat
breedvoerig toe te lichten, vooral ook om de be»
doeling er van goed te doen uitkomen.
(Daar de heer C. Wagenaar de verg. zal moe-
teu verlaten, vraagt deze eerst even het woord
te mogen hebben met betrekking tot het gebrek
aan spoorwagens. De heer Wagenaar wees op het
nadeel voor den handel zoowel als voor de tuin
ders, uit dit. gebrek aan wagens voortvloeiend,
bij de Spoorwegmaatschappij schijnt men dit niet
best te gevoelen. Na eenige discussie, waaruit
blijkt ,dat men algemeen het gevoelen van den
heer Wagenaar deelt, werd besloten van uit deze
vergadering een telegram aan de Directie te zen
den en op directe voorziening aan te dringen.
Mede verklaart de heer W. zich voor het voorstel
om goede producten te veilen voor het U.C.B.-
merk).
Door den voorz. werd nu het voorstel toege
licht, waarbij hij vooral deed uitkomen, dat de
hoofdbedoeling was, dat alles wat goed kan wor
den aangevoerd, ook goed gepresenteerd wordt
ter veiling. Natuurlijk zal voor producten, die
minder goed van kwaliteit zijn, een mildere keu
ring toegepast dienen te worden. Kenbaar werd
gemaakt, wat hieromtrent in de bestuursvergade
ring van den N.M.B. was besproken. (Reeds ver
meld in het nr. van Zaterdag j.l.).
Breedvoerig werd de zaak besproken en daarbij
o.a. opgeme'rkt, dat hetgeen werkelijk goed wordt
aangevoerd, zonder nadere aanduiding, gerekend
wordt geschikt te zijn voor export onder het U.
C.B.-merk, terwijl andere producten een of an
dere aanduiding zullen hebben. Te Warmenhui
zen zal men ook de zaak nader bespreken, terwijl
de vertegenwoordigers van den 'N.M.B. te ken
nen gaven, dit punt alsnog te plaatsen op den be
schrijvingsbrief voor de algem. verg., op'dat de
aangesloten vereenigingen nog haar meening er
over kunnen uitspreken in de nog te houden leden
vergaderingen.
Hiermee was man genaderd tot de rondvraag.
Door den handelaar Slot Frans werd hierbij de
vraag gesteld, of het niet mogelijk zou zijn alleen
best doorschot te doen veilen, waarop door den
voorz. werd te kennen gegeven, dat dit onuit
voerbaar zou blijken te zijn; natuurlijk moet een
partij voldoen aan hetgeen er ter veiling voor
den handelaar zichtbaar van is, doch deze moet
zelf in staat geacht worden er den prijs voor te
bepalen.
Door burgemeester Slot werd nog opgemerkt,
dat hij deelde de meening van den voorz., doch
de tuinbouwers zouden hierin wellicht aanmer-
keijke verbetering kunnen aanbrengen door eerder
door te schieten en het doorgeschotene wat spoedi
ger naar de veiling te brengen en niet eenige
dagen te laten liggen.
De handelaar J. H. Wagenaar, vraagt of er
geen maatregelen zijn te treffen om op de ver
schillende weekdagen een meer gelijkmatigen aan
voer op de veilingen te hebben.
De voorz. merkte op, dat als hoofdfactor hierbij
op den voorgrond treedt de prijs, welke den vo-
rigen veilingsdag werd besteed.