Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
Donderdag 20 Juni 1929
38e Jaargang
Geen oplossing
STER-TAB
NO 72 INTERC. TELEPHOOR 92
NIEUWE
LMGEDUKER COIIRAHT
Deze courant verschijnt
Dinsdag, Donderdag en Zaterdag
Abonnementsprijs
per 3 maanden f 1.15
Uitjw: Firma i. H. KEIZER.
Redacteur I.KEIZER.
Bureel Hoordschanwoude.
Advertentiën van 15 regels 75
cent, elke regel meer 15 cent.
Groóte letters naar plaatsruimte
Wij vernemen, dat de Bond van Exporteurs in
Noordholland op zijn j.l. Dinsdagnamiddag van
4—8 uur gehouden algemeene ledenvergadering
te Hoorn, de zaak van fondsvorming, teneinde de
nadeelige gevolgen van eventueel optredende
aardappelziekte gedeeltelijk te kunnen bestrijden,
heeft behandeld.
Volgens ingewonnen inlichtingen heeft het be
stuur voorgesteld f20 per waggon, voor uitvoer
bestemd, in 't fonds te storten. Het fonds zou bij
niet optreden van de aardappelziekte intact blij
ven; dus geen potverdeeling maar een vooraf
vastgesteld puntenstelsel.
Bij eventueele schade, in elk voorkomend geval
te onderzoeken, zou slechts 40 pOt. van de schade
worden vergoed.
Na lange bespreking is tot stemming over het
voorstel overgegaan, met het resultaat, dat het is
aangenomen met zeven stemmen tegen.
Een dergelijk besluit kan echter alleen worden
uitgevoerd, indien de tegenstemmers bereid zijn,
zich te gedragen overeenkomstig de gevallen be
slissing. Hit hebben de tegenstemmers pertinent
geweigerd, waardoor er van fondsvorming niets*
komt.
Naar ons nader is meegedeeld, heeft de voor
zitter van den Bond, de heer C. .Wagenaar, te
Alkmaar ,naar aanleiding van dit onorganisato
risch optreden va neen minderheid, daarin aanlei
ding gevonden, zijn functie als voorzitter en be
stuurslid neer te leggén.
Wat zich in de tuinbouworganisatie heeft af
gespeeld, herhaalt zich thans in de organisatie
Een kleine minderheid regeert en deelt feitelijk
de lakens uit. Opmerkelijk is, dat de tegenkanting-
tegen het o.i. zeer goede voorstel, zoowel in tuin
bouw- als koopliedenorganisatie uit denzelfden
hoek is gekomen, nl. de Streek en Medemblik.
Of het een met het ander verband houdt, is
moeilijk te bewijzen. Onwillekeurig gaat 't ver
moeden dien kant uit.
Wat zich dit voorjaar in de beide organisaties
heeft voorgedaan, is wel een bewijs, dat de Noord
hollander nog weinig doordrongen is van het be
sef, dat een goed organisatie-mensch hebben moet.
Het echte solidariteitsgevoel ontbreekt maar
al te veel, nog altijd is men bevreesd, dat A een
voordeeltje zou kunnen hebben, waar B in ver
beelding geen kans op heeft.
Er is een te kort aan vertrouwen. Dat is het
jammerlijk resultaat, dat nu helder aan den dag
is getreden.
EEN ANDERE VOORSTELLING.
Blijkens 't verslag in ons blad van j.l. Dinsdag
van de vergadering van den Noordermarktbond is
ook daar 'de kwestie van de fondsvorming ter
sprake gekomen. Hoewel de zaak voor deze aard
appelcampagne zeer waarschijnlijk als afgedaan
kan worden beschouwd, lijkt het ons toch niet
ondienstig tegenover de daar geuite meeningen,
het o.i. zeer goed te verdedigen standpunt van
den handel er tegenover te stellen,
i De handel wenscht de geweldige risico door 't
altijd dreigend ziektegevaar, te verminderen. Elk
jaar kan de koopman gevoelig in deze weinig of
geen winst brengende tak van zijn bedrijf getrof
fen worden. 'tZou wel een wonder wezen, als zeg
in een tijdvak van. 4 a 5 jaar geen .ziekte optrad
De koopman koopt, in 't eerste stadium der
ziekte, op 't oog volkomen gezonde aardappelen,.
Ze zijn echte rbesmet. Aan de aardappelen kleeft
een verborgen gebrek, van welks bestaan de koo-
per bij 't tot stand.komen van den koop niets
afwist.
Is het nu absurd, te beweren, dat de verkooper
gehouden is iets bij te dragen in 't verlies, waar
in den veehandel b.v. de verkooper voor verbor
gen gebreken geheel aansprakelijk blijft?
j Wat vraagt den Bond? Een schijntje, f20 per
waggon, en wie kan uitmaken hoe groot 't deel is,
dat de tuinder daarvan draagt? De buitenland-
sohe kooper zal er waarschijnlijk ook aan bij
dragen.
Bij 't optreden van de ziekte hebben de tuinders
toch al een strop, werd opgemerkt. Wat wonder,
men heeft 'n ziek product.
Als de ziekte optreedt, houdt alle storting op.
Alleen wil men eenigszins gewaarborgd zijn voor
de gevallen, waarbij men niets van zieke knollen
afwist. Uit de handelswinst op aardappelen zal
wel geen enkele koopman een reserve kunnen
kweeken. Wie dat beweert, kent den toestand
niet. Wie 't niet gelooft, probeere het maar eens
en exporteere een enkele campagne -dit gevaarlijke
product. De redactie van de „Tuinderij"' heeft de
wenschelijkheid van fondsvorming 't vorig jaar
ruiterlijk erkend.
l/u/ Ia het Mc,
Langs de straat
Wel zelden is er zooveel bedrijvigheid geweesti
aan den weg en langs den weg té Broek alsl
thans, 't Is een lust Broek door te wandelen,
overal beweging, drukte, 't is gewoom geweldig.
Loop of fiets langsi den straks even ver
maarden als voorheen beruchten Twuijverweg.
Men schoeit, lost zand, er wordt hard gewerkt.
Thans krijgt ge reeds een voorstelling, hoe de
wejg straks wordt. De weg te krijgen bochten
vervallen; de bocht bij dan molen wordt' zeer
verbeterd. Op plaatsen wordt de Twuijverweg een
Boulevard. j
Loop van den Twuijverweg naar 't vermaarde
goede Broek. Links ziet ge een rooilijn vastge
steld achter den spoorlijn vanaf de "nieuwe huizen
aan den Dijk tot het perceel vóór dat Van den
heer Adema. Daar komt' een behoorlijk breed pad
en met eenige fantasie waant ge u in Amster
dam-West, waar men ook rooilijnen vaststelt. Zou
den we in dien hoek niet) in 't klein Mokum- (kun
nen nadoen? Zeer in 'tl klein, geen grond op
spuiten, geen gemeentelijke grond- en bouwpoli-
biek mitsgaders dure exploitatie. Maar een in kaart
ibrengen van het terrein, met vaststelling van een
bouwplan. Van straten en huizen!
Want dat Broek uitbreiden moet, is zoo vast
als 'n huis. Wolkenkrabbers bouwen we niet, der
halve moeten we het in de ruimte zoeken. En
waar willen we anders heen, dan naar heti bui
tenland? 'Mr,
Daar aan den Dijk en bij1 'tl Buitenland ligt stel-'
l'g „Broek Zuid" of „Broek Nieuwf', in spé.
Wandel verder, en ge verwondert u, telkens moeti
ge u verwonderen, wijl ge telkens wat anders ziet.
Ia, dat er nog een oud huis staat is een wonjdei,
want Broek is door een bouWmanie aangetast. Daar
rechts komt een autsigarage, heusch dat zal op*
knappen. Zoo'n inrichting kunnen we hier nog
gebruiken, wij Broekers zijn zelfs na de jongste
.„Brandnetel eu Distel" in ons blad noch angstig,
noch sidderend bij 't zien van koning automobilist.
Daar vindt ge sinds enkele weken zoo waar een
keurig mooi burgerwoonhuis verrezen- We zeggen
't was noodig tijd. We zien heien op 't terrem'
ran de firma K. Wagenaar, waar een modern
kantoorgebouw komt met vergroote aanlegstijger.
Over de brug is men voor die L. G. |C. aan het
graven, hedenmorgen is het' gebouw uitgezet en
>zag ik de teekening van 'tgeen op dit terrein
steaks zal prijken. Staat ge op 't terrein, dan
zegt' ge: wat 'n lap, wat 'n ruimte. Als straks 't
gebouw gr staat, tien tegen één, dat de Broekers
zeggen: „Zoa groot had ik 't me toch niet kun
nen denken." Steaks rijden de autofs zeer waar
schijnlijk door de Zuidelijkste breede inrij-deurer)
binnen, draaien en keeren er naar 't begeereiv
der bestuurders, lossen aan het binnen 't gebouw
gelegen twintig meter lange haventje en de rijders
zien in de wazige verte zoo iets als een uien-
sorteermachine en er naast als molshoopen in een
wei nog zoo'n paar dingsigheden; dat moetten
itiomatensorteermachine wezen.
'k Geloof dat 't een practisch, móói gebouw
wordt, gemakkelijk met schuitje en auto te berei
ken. Broek zal er werkelijk van opknappen. Maar
't gezicht op de veilingsoverkapping zijn we vanaf
de straat kwijt. Enfin, misschien is dit nog be
vorderlijk voor de roeisport.
Of de Openbare School nu ook nóg vergroot;
wordt, is nog niet beslist. Maar de Bijzonjdere
School maakt nu al den indruk van een Broeker
wolkenkrabber in miniatuur te wezen; 't dak staat
er ten deele op en vanaf dit dak kijkt men over
alles heen.
Broek bouwt, 't groeit. Er is levm vn de brou
werij en wie ziet dat nu niet graag. Onze nijvere,
ambachtslui hebben volop werk, er (wordt een
behoorlijke boterham verdiend.
O we mopperen allen wel eens. Nu eens zijn
de 'aardappelen tie goedkoop, dan weer Is het
beschot te klein. D© koopman weet geen duit te
verdienen. De ambachtsman klaagt op zt>n tijd
■en de burgerman doet van "de weeromstuit mee.
Doch alle gij brommers, klagers, "bedilaars kijkti
uit uw oogen en Het al die bedrijvigheid. Past op
or ige zit onder de auto van dien niets verdienendenf
koopman, spiegelt u in de ruiten van dien kla-
genden winkelier. Trekt je niets aan van dat
gezicht van dien bouwer; hij is haar den notaris
geweest, hij „heit 'n akkertje kocht"' en zegt
&zijn centen benne op".
Daar loopt een ambtenaar van de belastingen
en prevelt in zijn vaktermen: „Uiterlijke teekenen
van welstand."
Algemeen Overzicht
Dte gebeurtenissen op Curagao. De
Kapitein van ÏKöpenick even herdacht.
Veel commentaar. Vaste stationnee-
ring van een vaartuig? De verkie
zingen-reclames op muur en straat.
Vriendelijkheden van kleverigen aard.
Het bioscoopconflict in het Zuiden.
Nederland-België. Een „witboek en
een „grijsboek". Een oplossing aan
staande? Over gesjacher en drij
verij. Onvriendelijke woorden.
De Zuiderzee. Geen financieele
ramp. Niets bekend over onverant
woordelijk omspringen met 's Lands
penningen.
De overval op Willemstad, waarvan we de
vorige week melding maakten, heeft sindsdien
de gemoederen in beroering gebracht. Daar was
inderdaad ook aanleiding te over voor. Het geval
op zichzelf is van ernstigen aard en iets bijzon
ders zeker, waar we niet meer leven in de tijden
van roofridders en het banditisme als internati
onaal en nationaal verschijnsel, zooal niet totaal
uitgeroeid, toch geacht mocht worden te zijn ge
bracht binnen zekere perken. Maar daar in het
Westen in de nabijheid van een der Zuid-Ame-j
rikaansche Staten, waar de interne aangelegen
heden nog niet juist op evenwicht en stabiliteit
van langeren duur wijzen, daar ziet een sterke
bende kans het stoute stukje uit te voeren, dat
zeker op greftzenlooze brutaliteit wijst. Bij het
leze nvan de bijzonderheden van het geval komt
bij dezen en genen misschien even de gedachte op
aan een grap, welke indertijd door den „kapitein
van Köpeneck" werd uitgehaald. Er is misschien
tusschen wat daar te Kopeneck en 't geen nu te
Willemstad gebeurd is, een beetje overeenkomst,
maar wat de Duitsche grappenmaker deed was
van meer onschuldigen aard. Voor zoover ons be
kend vielen er geen dooden bij. Wellicht komt
het heele geval op Curacao neer op de bedoeling:
wapenroof, die dan ook met succes plaats gehad
moet hebben. Van verschillende zijden is commen
taar gelever dop wat daar in onze West-Indische
bezitting geschiedde. Door meerdere leden van
ons Parlement zijn tot de regeering vragen ge
richt met betrekking tot den overval, vragen,
die we hier niet alle kunnen vermelden, maar
waaronder er een was, die betrekking had op het
zenden van oorlogsschepen naa rde W.est. Of de
regeering bereid was de in verband met de inci
denten op Curagao genomen militaire maatrege
len alsnog ongedaan te maken, de uitgezonden
oorlogsschepen terug te roepen en aan de Kamer
uitvoerige en nauwkeurige inlichtingen te ver-
schafefn omtrent wat op Curagao voorviel. Voorts
nog enkele andere vragen. De inlichtingen zijn
inmiddels aan den volke van Nederland wel ver
schaft. Van een terugroepen der schepen is nog
niets vernomen, en we nemen gaarne aan, 'dat de
regeering wel doordrongen zal zijn van de nood
zakelijkheid voor eenige toezicht in de West-In
dische wateren te zorgen. Minister Koningsber
gen heeft o.m. meegedeeld, dat hij wel dacht dat
in de West permanent een vaartuig zou worden
gestationneerd met het oog natuurlijk op het
voorkomen van een herhaling van het gebeurde.
De verkiezingen in ons land op den 3en
Juli, 'zooals men weet, beginnen zoo zachtjes aan
wat meer leven in de politieke brouwerij te bren
gen, al blijkt dit niet bepaald uit een druk bezoek
aan vergaderingen. Maar overigens zijn er aan
wijzingen, waaruit men kan opmaken, dat er niet
stil gezeten wordt. In de voornaamste steden zijn
muur- en straatschilderingen te over en zoo hier
en daar eenige „vriendelijkheden" tusschen de
vertegenwoordigers van verschillende partijen on
derling. Zoo bijv. te Amsterdam, waar in den
nacht van Zaterdag op Zondag door tegenstanders
van de sociaal-democratie het bureap. van het
hoofdorgaan der S.Di.A.P., „Het Volk" en eenige
op schuttingen aangebrachte politieke reclames
met een teeraehtige vloeistof werden bespoten.
Ongetwijfeld is het voor de betrokken partij, wier
eigendom werd besmeurd, onaangenaam dit te
moeten ondervinden. De hier bedoelde wijze van
bestrijding is niet bewonderenswaardig. Het te
gendeel is waar, maar overigens- en het „Hdbld."'
vestigt er o.m. de aandacht op, is het gebeurde
alleszins geschikt de reclame der S.D;.A.P. in
het oog te doen vallen. Uit welk oogpunt het
evenwel door de betrokkenen niet bezien wordt.
Al sinds geruimen tijd is er op het terrein der
bioscoop in de Zuidelijke provincies, met name
Limburg en Noord-Brabant een conflict hangen
de, dat tot sluiting van bioscopen heeft aanlei
ding gegeven.
De oorzaak van het conflict is gelegen in de
keuring en nakeuring der films. Die Nederland"
sche Bioscoopbond heeft zich in de zaak gemengd
en voert strijd tegen de nakeuring. Het gaat er
bij dit conflict ook over of in verband met de na
keuring het aantal goedgekeurde films voor de
verschillende inrichtingen wel groot genoeg zal
zijn. Naar dezer dagen de burgemeester van Til
burg tijdens een raadszitting heeft opgemerkt,
zouden de Zuidelijke Gemeenten bereid zijn een
oplossing van het conflict in de hand te werken,
mits van de zijde van den Bioscoopbond geen
principieele bezwaren zouden worden ingebracht
tegen de keuringsorganen (het dagelij ksch bestuur
der Gemeenten en Gedeputeerde Staten). Zoolang
het conflict nog duurt, zal men het intusschen
in vele Zuidelijke gemeenten zonder bioscoop moe
ten doen.
Verschenen is een „witboek"' waarin zijn gepu
bliceerd de diverse bescheiden betreffende de tus
schen ons land en België hangende vraagstukken;
hierbij zijn opgenomen de stukken, welke tusschen
de regeeringen der beide landen gewisseld sinds
in April 1925 het verdrag werd verworpen, dat
destijds zooveel stof heeft doen opgaan. Uit den
aard der zaak is het Witboek te uitvoerig dan
dat we hier den inhoud kunnen weergeven. Bel
gië' heeft zijn publicaties veryat in een „grijsboek"'
Naar de opvatting van sommigen moeten de beide
landen minder ver van elkaar staan, dan men
meende. Wat niet weg neemt, dat in sommige
Belgische en Fransche bladen op een en ander
commentaar geleverd wordt, die de grens tusschen
vriendelijk en onvriendelijk naar de kant van
het laatste overschrijdt. Zoo meldt de „Indépen-
dance „Bolge" onder meer, dat uit de bekend
gemaakt edocumenten blijkt, dat Nederland gedu
rende 10 jaren gesjacherd heeft en steeds nieuwe
concessies heeft geëischt, naarmate het de betee-
kenis van de voordeelen, die het toestond in
kromp. Nederland heeft, aldus het blad, het be
wijs geleverd, dat het niet van een rechtstreek-
sche overeenkomst tusschen beide landen wil we
ten, zoodat België niet andèrs overblijft dan de
zaak voor een andere instantie te brengen. Ver
der wordt o.m. gezegd, dat de toekomst Neder
land zal leeren, dat het ongelijk had te luisteren
naar kleingeestige drijverij van Rotterdamsche
kooplui. Dit zijn zeker geen vriendelijke woor
den. Door andere bladen wordt er de nadruk op
gelegd, dat het tusschen beide landen niet gaat
om de interprestatie van oude, reeds bestaande
verdragen, maar om de herziening dier tractaten
in verband met de nieuwe behoeften der scheep
vaart. De bedoeling van de door onze regeering
gevraagde publicatie zal wel zijn geweest de ge-
wenscht ehelderheid te brengen, inzake wat er
tusschen beide landen is besproken. Of nu inder
daad uit het „witboek" en uit het „grijsboek"
valt op te maken, dat de oplossing van "het Bel
gisch Nederlandsch probleem aanstaande is Het
Fngelsche blad de „Times"' meent van het tegen
deel overtuigd te moeten zijn.
Blijkens een verklaring van "den Minister van
Waterstaat behoeft het vertrouwen in de ramin
gen van de uitgaven voor de Zuiderzeewerken
niet geschokt te worden en uit het feit, dat da
ramingen worden overschreden mag niet afge
leid worden, dat er aan het opmaken dier ramin
gen niet genoeg zorg zou zijn besteed. De techni
sche basis waarop het werk is opgezet, naar de
Minister zegt, tot nu toe proefhoudend gebleken
en er heeft zich geen verschijnsel voorgedaan,
waaruit zou moeten worden afgeleid, dat tot an
dere, meer kostbare constructie- en werkwijzen
zou moeten worden overgegaan. Uit de becijfe
ringen van den Minister moet blijken, dat het
nietis te voorzien, dat de drooglegging vaja 'de
Zuiderzee tot een financieele ramp voor ons land
zal leiden. De kostprijs van het land zal over-
eenkomen met de waarde er van. Verder zegt de
minister o.m., dat het hem niet bekend is, dat
bij de Zuiderzeewerken op onverantwoordelijke
I wijze met de gelden van den Staat wordt omge
sprongen en aangezien in het voorloopig verslag,