Liefde en Misdaad Nieuwstijdingen Re§htzak@n FEUILLETON De Uteord van Sainf-Duen. SPSRT EN WEOSTRMBEN EEN KAMERCANDIDAAT GEARRESTEERD. Op last van de Justitie is dezer dagen aangehou den en in het huis van bewaring te Rotterdam op gesloten P. A. T. te Hekelingen, de secretaris-pen- ningmeeste van den Plattelandersbond, die tevens als no. 3 op de lijst-Braat figureert. T. is de zoon van een postbeambte uit de plaats zijner inwoning en hij wordt ervan verdacht aangeteekende brie ven, geldswaardige papieren inhoudend, te hebben ontvreemd. T. is in 't bezit gevonden van een bedrag van en kele duizenden francs en een paar honderd gulden Nederlandsch geld. Hij geeft voor, dat dit de heele partijkas is. Het Belgische geld was bestemd, om een drukker in Antwerpen te betalen, die het ver- kwiezingsmateriaal voor den Plattelandersbond had geleverd. Men vertrouwt deze verhalen van T. op den Noordsingel niet geheel en al. Daarom wordt een onderzoek ingesteld. Dit onderzoek wordt niet ver gemakkelijkt door het feit, dat de boekhouding van T. als secretaris-penningmeester van zijn partij wel een jaar achter is. Nader meldt men uit Tekelingen aan de N.R.Ct. omtrent de arrestatie .van T.: Zaterdag 11 Mei werd op het postkantoor te Hekelingen een geldzending vermist, bestemd voor de Coöp. Boerenleenbank aldaar en verzonden door de Centr. Raiffeisenbank te Utrecht, tot een totaal bedrag van 4000.Justitie en politie werden met deze vermissing in kennis gesteld. Het onderzoek werd opgedragen aan den commissaris van politie te Hellevoetsluit. Diverse personen in en buiten de gemeente zijn gehoord. Uit het onderzoek is wel duidelijk gebleken, dat de dader of daders te Heke lingen moesten worden gezocht. Na eenigen tijd van rust, hoorde men Donderdag avond 20 Juni plotseling in de gemeente, dat de zoon van den brievengaarder, P. A. T., een man van ongeveer 30 jaar, en secretaris-penningmeester van den Plattelandersbond, op zijn terugreis uit Wad- dinxveen, waarheen hij den heer Braat, die daar een politieke spreekbeurt had vervuld, vergezeld had, was gearresteerd op vermoeden den diefstal gepleegd te hebben en overgebracht naar Spijke- nisse. Vrijdagmorgen vroeg arriveerde de rechter commissaris uit Rotterdam, mr. Marx, die het on derzoek verder zou leiden. In Hekelingen was het den heelen Vrijdag door een drukte van belang, wel 20 personen zijn van hun woningen door veldwach ters afgehaald en op de secretarie te Spijkenisse gehoord. Tot 's avonds negen uur hebben de ver- hooren geduurd. Het slot was, dat P. A. T. naar Rotterdam is getransporteerd en daar opgesloten in het huis van bewaring. Ook op de boekhouding van den Plattelandersbond is beslag gelegd. Ongeveer 11 jaar geleden is te Hekelingen ook eens een geldzending van 1300.vermist. Men heeft op den dader van dien diefstal nooit de hand kunnen leggen. De moordzaak-Lans. De rechter-commissaris in de moordzaak-Lans, mr. Huiggen, heeft het nieuwe onderzoek, dat de rechtbank gelastte, reeds de vorige week krachtig aangepakt. Vrijdag is de agent Brons, die, zooals men zich herinnert, op de terechtzitting van Maandag met zulk een belangrijk proces-verbaal voor den dag kwam, aan een zeer langdurig verhoor, dat niet minder dan 4V2 uur duurde, n.l. van 's morgens 10 tot 's middags half drie, onderworpen. Daarna is ook de agent Komes, die op den avond van den moord gezien zou hebben, dat de procuratiehouder Van Oudheusden een krab, althans een roode vlek in den hals had, gehoord. EMIGRATIE LANDARBEIDERSGEZINNEN Z. W. FRANKRIJK. Door tusschenkomst van de regeeringscommissie voor emigratie van landarbeidersgezinnen naar Zuid-West-Frankrijk. In verband met de tot dus verre gunstige resultaten heeft genoemde commis- 1 sie besloten met de proefneming voort te gaan. j Maatregelen worden getroffen voor het vertrek de- zen zomer van nog vier R. K. gezinnen, terwijl in voorbereiding is de vestiging van een groep Pro- testantsche gezinnen in de streek van Montauban en Nerac. rijen der Kennemer Sportclub) beiden vrijgespro ken. Klaes R., Alkmaar onjuiste aangifte vermogens belasting, ƒ800.- boete subs. 80 dagen. Zitting van 25 Juni. Uitspraken vorige zitting. ..Piet E. Den Haag en Jozef M. Rotterdam, gele genheid geven tot hazardspel (wedden op drave- OF* 37) „De omstandigheden, waaronder Aline's vader ge- storven is," antwoordde de reèhter van instructie, „maken een lijkschouwing onvermijdelijk." Twee mannen brachten uit den wagen een soort 1 van ziekbed, tevens draagbaar, waarop het'lijk van den directeur der fabriek moest worden neergelegd, j De inspecteur Berthaut, die hen vergezelde, zag den rechter aan met een vragende blik. „Ga uw gang!" antwoordde deze. Enkele minuten later, toen de wagen van de Mor gue weer weg was met den droevigen last en het geratel der wielen niet meer werd gehooid, zcide de rechter tot den chef der veiligheidspolitie: „Wees nu zoo goed te telegrafeeren naar de prefectuur te Parijs om nieuwe agenten, want de mannen, die - hier den geheelen nacht op de boen zijn geweest, moeten afgelost worden. Zij hebben behoefte aan rust en u zelf zeker niet minder.Zorg vooral dat het ineengestofte huis van mijnheer Vernière streng wordt bewaakt Na nog enkele bizondere orders omtrent die be waking, als anderszins, te hebben gegeven, gingen 1 Savanne en zijn neef Henri per rijtuig naar het paleis van justitie ten einde aldaar den procureur i der Republiek te spreken. XXXVII. Mathilde Savanne, de dochter van den rechter, was ruim achttien jaar, slechts een paar maanden ouder dan Aline Vernière, het eenige kind van den ongelukkigen Richard. Ze waren beiden in 't zelfde pensionaat opgevoed en hadden dat, thans een groot jaar geleden, gezamenlijk verlaten. Richard Vernière, weduwnaar, en steeds den ge heelen dag in het touw, zag de onmogelijkheid in, zich veel met zijn dochter te bemoeien en haar in de wereld te brengen; de beide meisjes waren zeer aan elkander gehecht, en met het oog op 't een en ander werd besloten, dat zij bij elkander zouden blij ven onder 't gastvrije dak van Daniel Savanne, waar Vernière zijn vrije uren doorbracht en geregeld des Zondags kwam dineeren. Daniel Savanne en Richard Vernière zagen met groot genoegen, hoe innig hunne dochters aan elkander gehecht waren en als het ware elkander aanvulden. Mathilde was levendig, opgewekt, speel ziek zouden we haast zeg^én, Aline daarentegen kalm en stil min of meer droomerig van aard een teergevoelig meisje. Henri Savanne woonde bij zijn oom met die twee onder 't zelfde dak, al had hij ook, dicht bij het NIEUWE ZAKEN. Voortzetting afgekeurde trekhond-procedure uit Helder. De held uit dit trekhondenwetsdrama, den voor- maligen melkslijter Krijn van D. vertoonde heden een afwezigheidsschittering. Hoewel hij als oud melkboer wel met water vertrouwd zal zijn, was 't weer hem zeker te nat en liet hij, vertrouwend op zijn goed gesternte, de zaak maar aan de heeren over. Zijn opgegeven getuige, een 19-jarig jongmensch was behoorlijk present, nu misschien ook wel in sas over dit gratis snoepreisje naar Groot-Gort- buikerburg, Hij maakte een betrouwbaren indruk en verklaarde dat van D. den hond aan een touw had vastgehouden, maar die hond had doen rus ten op den kruk van den wagen, zoodat het wel eenigermate leek of de hond aan den wagen was vastgeraakt. De verbalisant, majoor Hofman, bleef echter be slist bij zijn proces- verbaal en meening, dat van D. zijn hond met een touw aan wagen en halsband bevestigd, den wagen had laten voorttrekken. Natuurlijk bleef bij de tegenstrijdige verklarin gen de piogelijkheid van een vergissing bestaan en waar de rechtbank steeds de stelling huldigt „in dubio abstine fratres" (in twijfel onthoudt u mij ne broeders, blijft de kans bestaan, dat monsieur Krijn wordt vrijgesproken. Maar dat zullen we a.s. Vrijdag hooren. Hou je geldbuideltje maar klaar Willem! De aanvankelijk zoo gevaarlijk lijkende straf zaak tegen den heer W. S. P. een ingezetene van de geboortestad van Bosboom Toussaint, Hofdijk, Piet de Doore, Frerik de poep en meerdere be roemdheden op litterair en alcoholisch gebied, ging vandaag uit als een stervend Verkade's wa xinelichtje. Mijnheer liet de boeren maar stikum dorschen en had zijn ziel en zaligheid toever trouwd aan zijn advocaat. Gehoord werd nog in specteur der Dir. Belastingen le Afdeeling Dibbits die mededeeling deed dat verdachte alles wat de fiscus van hem had te vorderen bereidwillig had afgetikt. De rechtbank achtte zich nu voldoende ingelicht, het onderzoek werd gesloten, en de uit spraak bepaald op a.s. Vrijdag 27 Juni. Twee onsmakelijkheden tot besluit. Hierna volgden twee zaken, die men verplicht was, wegens den onaangenamen geur, met geslo ten deuren te behandelen. No. 1 betrof Jaap M. een 66-jarig ineengeschrompeld meubelmakertje te Alkmaar, thans logee in het gerenommeerde ho tel Garni, ook wel genoemd „hotel Bellevue" van Madame Justitia, welke oude heer zich op min der loffelijke wijze had bezig gehouden met jon ge kinderen. Tegen hem werd 10 maanden gev. gevorderd. Voorts verscheen een gepensionneerd O. I. militair met een hangsnor Frans de M. wonen de te Helder, die zich grappen, had gepermitteerd strafbaar gesteld bij art. 239 2e lid we boek van strafrecht. Tegen deze dichte deurenklant verde digd door mr. Smal, werd gevorderd 5 maanden gev. Mr. Smal stelde voor een nader onderzoek naar dezen vreemden sinjeur in te doen stellen. VOOR DEN POLITIERECHTER Zitting van Maandag 24 Juni. Je ben niet gelukkig met zoo'n tegenknokker De machinist M. Buitenhek, die op 21 Februari aan het bakkeleien raakte met den Zuiderzeewer- ker Willem K„ werkend te Barsingerhorn, bleek op geen stukken na opgewassen te zijn tegen den onbehouwen polderwerker die zijn proefstuk in het aftakelen van zijn medeschepselen reeds lang geleden met groot succes had afgelegd. Hij maakte gebruik van alle middelen die de na tuur hem had geschonken. Hij schopte, en hij sloeg rolde al vechtend als een kwaje kater met den armen verfrummelden machinist van den hoogen dijk en gaf hem tot overmaat van ramp nog een flinke jaap met een scherp mes zoodat de mishandelde tegenpartij nog de hulp van den geneesheer moest inroepen om weer in zijn fat soen te komen. De Zuiderzeedemper was heden op zijn beurt patient, maar van den politierechter. Meneer staat als een ruwen klant bekend, reeds eenige malen veroordeeld, wien den politierechter heden niet minder dan zes weken gevangenisstraf toe diende.. De officier was nog zoo vriendelijk ge weest 75.- boete te vorderen, doch de Politie rechter was van meening dat het nu welletjes en dirigeerde dezen geweldenaar den sukkalamolen. Zijn fortuin verschopt. Zekere heer O. G. een 29-jarig reiziger uit het Ooijevaarsnest zooals het complex nieuwe straten poëtisch wordt genoemd, was voor eenigen tijd vertegenwoordiger der „Velo"-waschmachines, en had zoo 25 gulden vast weekgeld, vrij wonen en 5 procent van den omzet, zoodat hij ieder week op pl.m. veertig piek kon rekenen. Maar helaas, de representant der Velootjes beschikte op al te vrij moedige en royale wijze over de kas van den werk gever met gevolg dat na gehouden controle bleek dat er een slordige 1200 pop tekort was. Daar hij niet bij machte bleek dit tekort aan te zuiveren, stond hij heden wegens verduistering terecht, ge lukkig door de gunst van de reclasseering en de genade van den politierechter werd de straf be-, paald tot een voorwaardelijke veroordeeling en wel 4 maanden met 3 proefjaren Het polderhek moet gerespecteerd worden Onlangs stonden voor het bokkebankie de land bouwer Arie B. en de brandstoffenhandelaar Jan K„ omdat zij vereend van zin een aan den Hens- broeker polder toebehoorend damhek hadden be- schadigd, er zat toen in dat nuchtere zaakje zoo veel muziek, dat het werd verwezen naar den rech I ter-commissaris, doch het scheen dat deze Edel- achtbare Heer er ook geen sjoege van kon krijgen althans toen het monsterproces heden weer op de j rol verscheen, verklaarde de officier deemoedig, dat het geval hem even helder was als vulpeninkt I en Z.Ed. derhalve die soesah maar van de baan I schoof door vrijspraak te vragen. Maar de politie rechter, die misschien wel professor Mullens doch ter, deberoemde somnabule had geraadpleegd, was het niet eens met den officier, sprak weliswaar Arie B. vrij, maar gaf Jan K. 1 gulden boete of 1 dag hechtenis aan zijn pilowsche directoirtje, om hem duidelijk te maken dat voor en ondanks al les een polderhek geëerbiedigd diende te worden. Ledigheid is des duivels oorkussen, De 41-jarige boerenrentenier Cornells B„ een groote en daarnaar geëvenredigd grove emeritus agrariër, heeft bepaald teveel ledigen tijd en ver zint hij amusementen, die hem leelijk in ongele genheid hebben gebracht. Inplaats van koeien mei ken, melkt hij nu huisjes en een van de bewoners is zekere mej. Dekker, die misschien niet lief ge- hoeg lonkte als Kees om de huur kwam en welke jufrouw hij nu op zulk een minderwaardige wij ze belabbekakte, dat hij thans wegens benadeeling van eer en goeden naam voor den politierechter terecht stond. Hij had rondverteld dat de juffrouw in zekere relatie stond met den rijwielhersteller, J. C. Prins, uit Schagen en de deur op slot ging als Prins bij haar een visite bracht. Prins wien deze j mooie reclame ter oore kwam, liet begrijpelijk 't er niet bij zitten en diende met goed gevolg een aanklacht tegen Cornelis B. in. Het schijnt dat papa B. zich ook nog vermaakt heeft met schan delijk gemeene brieven te schrijven omtrent mej. Dekker en deze onwaardige handelingen tezamen genomen maakten, dat B. het heden toen hij te recht stond lang niet lekker had voor den politie rechteren zijn portemonnaie een leelijke opstopper kreeg bovendien, daar hij tot niet minder dan ƒ150 boete of 60 dagen werd veroordeeld. Het had weinig gescheeld of de politierechter han groote Kees, met voorbijziening van alle gel delijke pleisters op de wond, tot gevangenisstraf veroordeeld. Vader moet er voor bloeden. Jacob Pieter E. de 19-jarige reuzelange veehou- derszoon van Tessel, was zoo enorm stom geweest om in een snertzaakje, een jachtwetovertreding be treffende, dat op 21 Maart door den kantonrechter te Helder was behandeld, als onder eed gehoord hoord getuige in strijd met de waarheid te ver klaren, dat hij den verdachte Piet Bremer, zijn neef, den geheelen dag niet had gezien, terwijl zonneklaar bleek, dat hij met hem in het jachtveld had getippeld. Daar hij dien leugen hardnekkig bleefvolhouden was een vervolging wegens mein eed het resultaat van zijn malle uitslooverij en moest de papa heden het gelag betalen, daar zoon tje werd veroordeeld tot ƒ200.- boete of 3 maan den hechtenis.. Het was nog een schijntje, want 't maximum is 6 jaar fhikpruimen, gevarieerd door ratsslobberen en bruine boonen bikken. Maartens bloed werd zuiver karnemelk. De 62-jarige bedienaar van de beroemde Alk- maarsche vlotbrug, een verkeersgelegenheid uit den tijd van de Batavieren, Maarten P. was al sinds vier jaren lang woest op den melkslijter B. uit Oudorp, omdat deze hem in ruil voor een spik splinternieuw melkemmertje ter waarde van 1 en 10 spie een oud in de handen gestopt. Deze wrok was oorzaak, dat Maarten op 27 April, toen een zoon van den malkslijter met zijn melkwagen de brug zou overgaan, met hem bijna aan het vech ten raakte en zijn piepersj assert je al gereed hield om zijnleven zoo duur mogelijk te verkoopen. Ge lukkig evenwel kwam het niet tot bloedvergieten maar kon Maarten toch niet nalaten met al de kracht die hem overbleef den melkslijter het ver nietigende woord „emmerdieftoe te brullen. We gens beleediging stond Maarten thans terecht en werd veroordeeld tot 15 boete welk bedrag hij met de beau geste van een Rotschild onmiddellijk voldeed. Ze moeten niet aan Jan's hoofd zeuren. De expediteur Joh. K. uit Hoorn bevond zich op 21 April met zijn vrachtauto te Midwoud en werd toen aangehouden door den rijksveldwachter Slegt van Oostwoud, vergezeld van een ambtenaar der belastingen, welke heeren den expediteur eens wenschten te onderhouden over zijn inschrijvings biljet. Maar 's heeren K.'s hoofd stond lang niet goed wat bleek uit de op zijn minst genomen on tactische uitlating aan het adres van den rijks politieman, dien hij een staaasruifopvreter noem- gasthuis, waaraan hij tot nog toe verbonden was, zijn eigen kamers in de rue Charenton, waar hij dikwijls middagmaalde, doch hoogst zelden over nachtte. ,,'t Was Daniel Savanne wij weten het reeds die met vaderlijke zorg en liefde den jongen man, sedert den dood zijner moeder had geleid. Henri hield veel van zijn oom en van zijn nicht Mathilde. Maar voor Aline Vernière gevoelde hij meer dan gewone toegenegenheid en vriendschap. Nu Aline arm en ongelukkig was geworden, moest hij haar nog meer beminnen, haar leed ver zachten en zoo spoedig als het onder de gegeven omstandigheden te doen was, haar het jawoord ontlokken. Maar de taak, die zijn oom hem had opgelegd en die hij had aanvaard, was ontzettend. Hij zag zich verplicht het hart te breken van haar, die alles en alles voor hem was. Al was Mathilde Savanne ook nog zoo vroolijk van aard, zij kon ook ernstig zijn waar het noodig was, zij bezat een diep gevoel en een helderen geest. Toen oom en neef met hun rijtuig gekomen wa ren bij 't paleis van justitie, stapte de eerste uit om den procureur der Republiek te gaan spreken. Dat duurde gelukkig niet lang, en toen ons tweetal zich begaf naar den boulevard Males-herbes, zeide de rechter tot zijn neef: „Het arme kind moet nu dadelijk de waarheid kennen. Ik ga naar mijn bureau, waar ik nog heel veel heb af te doen; daar kunt ge mij vinden zoo dra ge u gekweten hebt van de zeer moeielijke taak, die ik u heb opgelegd." „Iets anders oom", zeide Henri. „Zoudt ge mijn vader geen telegram zenden?" „Een telegram zou hem toch niet meer bereiken, Henri, want hij is nu reeds in volle zee. Als we thuis zijn, doe je misschien het best met eerst mijn dochter te waarschuwen. Dan zoudt ge met uw beiden Aline langzaam het verschrikkelijke nieuws kunnen onthullen en haar met uw beider liefde kunnen troqsten." Thuis gekomen, handelde Henri zooals zijn oom gezegd had, en reeds de wijze, waarop de anders zoo levendige en zorgelooze Mathilde het ontzet tend verhaal opnam, deed Henri beseffen, welke bezwaren er aan zouden verbonden zijn om de fee der gevoelende Aline, wier eigen vader was ver moord, alles te openbaren. „O, Henri," riep Mathilde uit, „ik ben haast zeker, dat die arme Aline het besterven zal!" „Om Geldswil, zeg dat niet! Wij moeten haar met de grootste omzichtigheid de vreeselijke waar heid doen beseffen." „Zij komt het niet te boven, Henri," hield Ma thilde vol. „Zooals je weet, is zij even zwak van gestel als haar moeder, die jong gestorven is, en al wordt ze ook niet plotseling gedood door den slag, die haar moet worden toegebracht, ik vrees, dat hij toch haar uiteinde verhaasten zal!" „Als dat waar was," sprak Henri, „bleef ook mij niets anders over dan te sterven, want ik heb Aline lief alsof zij een deel van mijzelf ware." „Ja? Is dat waar? O, dan bestaat er misschien nog redding voor dat kind! In uw liefde voor haar is misschien haar heil, haar redding gelegen. Nooit heeft Aline mij haar meisjesdroomen verteld, maar het neemt niet weg, dat ik toch reeds lang begre pen heb, dat zij u liefheeft, misschien zonder van die liefde zich zelf ooit eenigg rekenschap te heb ben gegeven. Nu moesten we, dunkt me, zoo han delen: alvorens het arme meisje al die afschuwe lijke dingen mee te gaan deelen, zal ik haar zeg gen, dat je haar liefhebt, niet als vriend, niet als broeder, maar als man, en dat het uw grootste verlangen is haar als uw vrouw gelukkig te doen worden. Al komt daarna ook de verschrikkelijkste smart, zij zal begrijpen dat het haar plicht is te blijven leven voor u." Nauwelijks had Mathilde die laatste woorden uit gesproken, of de deur die het vertrek waarin zij waren gescheiden van de z.g. studeerkamer der beide jonge meisje, werd geopend en Aline, bleek als een geest, verscheen op den drempel, zich vast klemmend aan de post van de deur om niet ineen te zinken. „Ik weet alles," stamelde zij met een gebroken stem, „ik was daarik heb geluisterdmijn arme vader is niet meer! Henri en Mathilde vlogen gelijktijdig naar haar toe, doch voor dat zij bij de deur waren, was Aline geheel bewusteloos neer gevallen. Henri wist in zijn radeloosheid niet, wat hij doen moest, maar Mathilde voegde hem toe: „Wees bedaard en tracht je te beheerschen; help mij om haar op het bed te leggen en ga dan dade lijk den dokter halen." Henri gehoorzaamde. Twintig minuten later was dokter Arnaud, een huisvriend, die gelukkig zeer dicht bij woonde, reeds bij de patiente. In korte woorden hadden Henri en Daniël Sa vanne hem de toedracht der zaak verklaard. Na een zeer nauwgezet onderzoek zeide ten slotte de geneesheer: „Hoe geweldig de schok ook moge geweest zijn, ik geloof niet, dat we hier aan een levensgevaar behoeven te denken. Kalmeerende middelen zullen op de nerveuse en zeer gevoelige natuur van me juffrouw Vernière wel spoedig een gunstige uitwer king hebben, daarvoor sta ik in." Met een drievoudige zucht van verlichting, wer den des dokters woorden aangehoord. Hij schreef een recept voor, dat hij Henri Savan ne ter hand stelde met de belofte den volgenden morgen vroegtijdig te zullen terugkeeren. „Nu weet ze, dat haar vader dood is, zonder dat wij het haar behoeven te zeggen, dacht Henri. „Zij weet, dat ik haar bemin en dokter Arnaud durft voor haar leven instaan. Dat alles had ik waarlijk een uur geleden niet durven hopen." Na afloop van het diner, waaraan men kan het zich voorstellen een zeer droevige stilte heerschte, trok de rechter van instructie zich weder in zijn kamer terug. Behalve zijn verplichtingen als magistraatsper soon, achtte hij als vriend van Richard Vernière zich ook verplicht hiervoor te zorgen, dat Richards broeder, Robert, zoo spoedig mogelijk van 't ge beurde werd onderricht, met de kennisgeving, dat de. Dergelijke kwalificaties zijn niet bepaald be- vordrlijk voor de welvaart van je portemonnaie en de heer K. zal nu ook wel spijt hebbëTi dat hij geen ander compliment heeft bedacht, aangezien hij tto 25.- boete of 25 dagen werdl veroordeeld. Het publiek vertrouwen leelijk geschonden. Een te Castricum wonend heer met name Ge- rardus T. had op 5 Mei de miserabele aardigheid een aantal te veld staande narcissen eigendom van den kweeker Heere, tot den grond toe af te snijden, waardoor hij ook de bollen hog blijvend bedierf. Deze verkrachter van openbare eerlijk heid en goeden gemeenschapszin werd echter he den naar behooren gestraft en tot ƒ20.- boete oi 20 dagen veroordeeld. 'n Krollende kater die niet van het ërf af wilde Leendert de B„ een Egmond Zeesche dorpsgan- nemedes en trollervisscher, dacht zeker sjans te krijgen bij Mien Zwart, de vrouw van den poone mepper Wijker en verscheen op 4 Mei in het holle van den nacht op het erf, misschien wel met het doel om haar een katteserenade te brengen. Leen was al begonnen om in het Egmond Zeesch te zin gen Een landsknecht, onder een venster" maar juffrouw Mien was van Leen's schapenbas in het minstniet gediend en beduidde hem meermalen om zich weg te pakken. Toen deze uitnoodiging geen effect sorteerde, diende de verontwaardigde vrouw denvolgenden dag een klacht in met het gevolg dat de slaapwandelaar heden tot 25.- ot 25 dagen werd veroordeeld. De schrik voor de glasverzekering. Als de Alkmaarsche sjouwerman Jan K. teveel gesikkerd heeft is ie werkelijk een steun voor de plaatselijke glazenmakers, die hem als zoodanig werkelijk wel eens met een extraatje mogen ver eeren. Ook op 21 Mei was Jan weer echt op dreef en mepte met een rijwiel een ruit pijger in het danslokaal „Amicitia". Toen hij daarop ter op- frissching onder veel belangstelling naar het schuurtje werd getransporteerd, liet hij zich nog niet onbetuigd trok zijn balschoentjes uit en tim merde twee ruiten kapot in het gemeentelijk spek hok, Voor al die heldendaden eischte heden de officier 2X40.- boete of 2X40 dagen hechtenis, doch de politierechter was of van meening dat de officier het er nu wat al te dik op lei of bevreesd dat Jan te lang om zijn piereverschrikkertje ver legen zou zijn, althans de straf werd gereduceerd tot 2X15.- boete of 2X15 dagen hechtenis. Dat ging van een leien dakje. Een te Castricum wonend ingezetene Jan M., die reden meende te hebben om zijn buurman's ooren te wasschen, maakte dien heer op 5 Mei in ongezouten bewoordingen duidelijk hoe hij over hem dacht en bezigde daarbij de niet bepaald aan gename titels van schoft, schurk en ploert. Deze fijne bewoordingen werden hem heden berekend op 5.- per stuk en had hij te betalen 15,- boe te, desver kiezend ook af te doen met 15 dagen enveloppenplakken ten bate van het rijk. De stooker Nicolaas Wilhelmus V., momenteel en pension met volledige bediening in de strafge vangenis te Groningen, is een nationale oplichter die reds 25 keer zijn praktijken met succes beoe fende, doch onlangs te Helder tegen denlamp liep Op grond van de malle fratsen die hij verkocht, ward zijn bovenverdieping eens zorgvuldig nage- streund enkwamen de heeren zenuwartsen tot de conclusie dat hij een psychopaat was, dat wil zeg gen, niet mal genoeg voor Medemblik maar toch worden. Hij werd dan vandaag weer heel uit Gro ningen gehaald om de boodschap in ontvangst te nemen. Maar och heere jé, meneer was er lang niet mee ingenomen met de eer een psychopaat te zijn. Neen, hij had ze nog alle vijf netjes op z'n plaats, en met een welsprekendheid die diepe be wondering afdwong en een standwerker op de Za- terdagavondmarkt goud waard moest zijn, pro beerde hij den politierechter over te halen, hem ditmaal nog eens voorwaardelijk te veroordeelen. Maar de politierechter liet zich niet lijmen om dat hij vooruit wist er door den linkmichel tus- schen genomen te worden. Hij veroordeelde den steeds doorratelenden Klaas tot 2 dagen gevange nisstraf met last hem daarna ter beschikking der regeering te stellen. En droevig zuchtte Klaas: Rasmona, wat heb ik het kwaad, Ik ben psychopaat, Ik val van de graat, Want ik ben kind van den Staat. OUB'KAfiiSPELl Zondag a.s. zal op het B.T.S.-terrein de wed strijd D;.T.S. 1Beverwijk 1 plaats hebben, wel ke ontmoeting plaats heeft voor de kampioenscom petitie van den N.H.VV.B. Uit is van B. na een tamelijk zwaren strijd gewonnen, zoodat we mo gen aannemen, dat D|. het Zondag wederom zoo ve rzal weten te brengen. In ieder geval mogen we een spannenden strijd tusschen deze 2 preten denten verwachten. diens overkomst naar Parijs dringend vereischt werd om de belangen zijner nicht Aline te behar tigen. Hij schreef zeer eenvoudig met 't voornemen alle bizonderheden, ook omtrent de plannen voor de toekomst der fabriek, later mondeling te verkla ren. Dat schrijven, in een couvert, zond hij met een begeleidenden brief aan den Franschen ambassa deur te Parijs, met verzoek het ingeslotene door zijn tusschenkomst zoo spoedig mogelijk te doen toekomen aan Robert Vernière, wiens adres hem onbekend was, maar die te Berlijn moet wonen en gehuwd was met de weduwe van den graaf Henriot de Nayles. Maar al kwam de ingesloten brief onverhoopt niet aan 't adres, zoo redeneerde Daniël Savanne, dan zou Robert Vernière toch onmiddellijk uit eigen beweging naar Parijs komen, zoodra hij 't noodlottig nieuws uit de couranten had vernomen. Verder hield de rechter zich bezig met de ver- hooren, door hem in de zaak „Richard Vernière" afgenomen, na te lezen, of beter gezegd te bestu- deeren, zoo ook het proces-verbaal van den politie commissaris van Saint-Ouen en het visum-reper- tum van dokter Bordet, of hij hier of daar niet een lichtstraaltje mocht ontdekken, dat hem kon brengen op het goede pad, en bleef zoodoende, on danks zijn vermoeienis, nog tot des nachts één Uur aan het werk, Slechts enkele uren van volmaakte rust, die hij zoo gelukkig was steeds te kunnen genieten, waren voor hem voldoende om weder geheel op krachten te komen. Met het aanbreken van den dag zond hij reeds iemand uit om een rijtuig en ging, alvorens het huis te verlaten nog eens Aline's kamer binnen, waar hij zijn dochter en zijn neef wakende vond bij het ziekbed. Aline's roerloosheid verontrustte hem, doch Henri stelde hem gerust met te zeggen, dat die toestand niet het gevolg was van de vroe gere bewusteloosheid, maar moest worden toege schreven aan het door dokter Arnaud voorgeschre ven medicament. „Ga je van morgen naar je dienst, Henri?" was de vraag van Daniël Savanne. „Neen, Oom, ik heb gisteren avond al een brief je gezonden, dat men mij voor vandaag moest excuseeren. Ik wil er bij wezen als straks dokter Arnaud komt „Goed, goed mijn jongen! Wacht mij niet aan het dejeuner." „Gaat u er dan al weer op uit Oom?" 't Moet wel Henri! Ik wil nu allereerst naar het gasthuis Saint-Louis om te weten in welken toe stand zich Veronica Sollier bevindt. Daarna moet ik op het parket wezen en tegen twaalf uur ben ik weer te Saint-Ouen. Daniël kuste zijn dochter, bracht voorzichtig zijn lippen op Aline's voorhoofd, drukte zijn neef de hand en ging heen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1929 | | pagina 4