ei
Zij Ata steeds Uw ideaal!
Het oude dorp
Iets over de Wetgeving
van Nederland.
handige
-*W '-r-
ATA
Ata is uitstekend in zijn
werking en in 't gebruik
zeer voordeelig.
Alles blijft nieuw door
Het radicale Schuur- en Reinigingsmiddel.
Eenig Importeur E. Ostermann 8c Co'» Handel Mij., Amsterdam Fabrikante: Henkei 8c Cie. A. G., Düsseldorf
~Te Broek op Langendijk waren enkele jonge
menschen door den Kerkeraad uitgenoodigd om be
lijdenis des geloofs af te leggen. Tot deze behoorde
ook Klaas Dotter, Maart je Pietersd., Maart je Jans
Rijswijk en Trijntje Jans Rijswijk.
Deze aanstaande lidmaten, bij openbare afkondi
ging aan de gemeente voorgesteld, werden druk
besproken. Om de leer, die zij voorstonden.
In particuliere gesprekken gaven ze te kennen,
dat er aan de Gereformeerde leer 't een en ander
ontbrak, o.a. betreffende Doop en Avondmaal.
Trouw leerden ze, dat een geloovige niet meer
zondigde voor zijn eigen rekening, hij was in
Christus gegrepen, Die zonde voor hem gemaakt
was.
Het gebed des Heeren was dan ook niet voor den
waren christen; deze kon niet bidden: „vergeef
ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen
schuldenaren." Immers, hij had geen persoonlijke,
hem toegerekende zonden meer.
Louris Hillen en Arent Smekes lichtten de be
zwaren der gemeente voor den kerkeraad toe; op
het leven der voorgestelde lidmaten viel niets fei
telijks aan te merken, maar de uitlatingen over de
belijdenis waren niet conform de leer der kerk.
De kerkeraad onderzocht de zaak. Hij moest er
kennen, dat de besproken aanstaande lidmaten 'n
gereformeerde belijdenis hadden gedaan, maar
achtte het noodig de bezwaarden te hooren.
En hieruit is een zeer lang onverkwikkelijk ker
kelijk geschil ontstaan, waardoor de geheele ge
meente in opschudding kwam. Het bleek uit alles,
dat men hier te doen had met een ernstige leer-
af wij king, waarin de geheele gemeete zich
mengde, liet gevolg was, dat de zaak zelfs classi-
kaal werd behandeld.
Kerkelijke wegen zijn vaak heel lang. Ook deze
weg.
Na lange, vaak herhaalde besprekingen, vond de
kerkeraad eindelijk vrijmoedigheid de aangeklaag
de a.s. lidmaten aan te nemen.
Maar vrede werd het niet. De Hebreïstische
ketterijen, want zoo werden ze hier genoemd, wer
den in Noordholland veel aangetroffen. Meerdere
attestaties maken er melding van.
Het was niet rustig in de gemeente: er was geen
instemmigheid en de genoemde lidmaten konden
zich in de prediking door Ds. Rentmeester gehou
den, niet vinden.
Inzonderheid Klaas Dotter zocht het elders.
Toen hij in 1734 van hier naar Oost-Zaandam
vertrok, begon de kwestie opnieuw te branden,
zooals we een volgend keer hopen te zien.
(Uit vroeger tijden)
Nadruk geheel of gedeeltelijk verboden.
De veerschipper had in vroegeren tijd een ge
wichtige taak te vervullen! Hij zorgde voor het
vervoer van alle mogelijke goederen en bood in
de Toef van zijn schuit een gemakkelijk plaatsje
aan de menschen, die naar ,,'de stad" moesten.
Geen wonder, dat de veerdienst op Alkmaar in den
ouden tijd evenzeer de belangstelling van het
publiek had als de autobusdienst tegenwoordig.
Ook de overheid bemoeide zich met den veerschip
per. kWij leztn, dat Noordscharwoude, Zuidschar-
woude en M' ek te zamen één veerschipper had
den. Toen öro\781 een nieuwe veerschipper moest
worden benoemd, werd er 'ook een nieuwe instruc
tie voor dien functionaris gemaakt. Daarin stond
o.a., dat hij verplicht was eiken Vrijdag door
de sluis van Broek te varen. Blovendien moest
hij op Dinsdag en .Woensdag van de voorjaars-
en najaarsmarkt te Alkmaar met de schuit naar
Alkmaar gaan. Hij moest direct na aankomst in
het dorp de brieven en couranten in de dria
dorpen bestellen „daar en zoo liet behoort.'
Den 29sten Juli 1781 ontving Jan Voogt zijne
aanstelling als veerschipper. In die aanstelling
stonden nog allerlei voorschriften, waaraan de
schipper zich te houden had, zoo wat zijn; per
soon, de schuit en het personeel betrof. Zoo
moest hij zich „bescheiden gedragen tegen de pas
sagiers, altijd nugteren en bekwaam zijn en zijn
reijsen zoo spoedig mogelijk volvoeren". Hij moest
hebben „een bequame en overdekte schuyt, de
zelve ordentelijk onderhouden in -zooverre, dat
door lekkage geen hinder aan passagiers of be
derf aan goederen kon worden toegebragt. Hij
moest in zijn dienst hebben „een nugteren en be
kwaam persoon", die in staat was hem bij ziekte
te kunnen vervangen.
Passagiers mochten pakjes, mandjes en derge
lijke meenemen, als ze geen beletsel waren in de
schuit en zij behoefden daarvoor niet te betalen,
maar voor koffers, groote sluitmanden, zakken
met zaad enz. moest worden betaald volgens de
lijst van vraagloonen. Meer dan die lijst aangaf
mocht niet worden gevorderd. Nauwkeurig was
in die lijst aangegeven wat de vrachtprijs was.
Ziehier voor de curiositeit eenige voorbeelden.
Voor een passagier 5 stuivers (retour/.
vet kalf 6 stuivers.
nuchteren kalf 2 stuivers.
I' vet varken 4 stuivers.
mager varken 3 stuivers.
mand met eieren 1 stuiver.
vat bier 4 stuivers.
brief (met bestellen) 2 stuivers.
Wie had het recht den veerschipper te benoe
men Niemand minder dan de (Staten van Holland
en Westfriesland bemoeiden zich er mee. Zoo
werd in 1787 aangesteld Bartholomeus Bialder
van Broek, nadat door de vroedschap een brief
van recommandatie was gezonden aan de Sitaten.
KOlR|T AAANGHBONBiENl
Br waren menschen, die tijdens het begin van
de stadhouderlooze regeering gruwelijk mopper
den, anderen, die zich gelaten in den toestand
schikten, althans zich met het voorloopig be
wind tevreden stelden. Tpt deze laatsten behoorde
ook admiraal De B/uyter.
Op zekeren dag zat deze in een trekschuit. (Met
groote ergernis hoorde hij, hoe één der passagiers
zie hop hoogst onbetamelijke wijze over de Sta
ten uitte.
Dit verdroot den wakkeren zeeman, die den
schipper verzocht den passagier het zwijgen op te
leggen. Toen dit niet baatte nam de Buyter een
kort besluit. Hij pakte den smalenden spreker
op en zette hem overboord, om in 't frissche wa
ter wat af te koelen.
mer voortaan uit 50 leden, de T.weede Kamer uit
100 leden zou bestaan.
De Kieswet van Houten (1896) onderscheidt
belasting-, huur-, loon- spaarbank- en examen
kiezers.
De wereldoorlog veranderde veel. In 1917 ver
kregen alle mannen kiesrecht en werden de be
letselen voor het toekennen van vrouwenkies
recht weggenomen. In 1922 werd het vrouwen
kiesrecht in de grondwet vastgelegd.
Het systeem van algemeen kiesrecht is thans
dus in zijn volle consequentie aanvaard. Ex komt
nog bij, dat sedert 1917 de wet voorschrijft ver
kiezing op den grondslag der evenredige verte
genwoordiging. Zoo is langzamerhand dus, door
het uitbreiden van het aantal kiezers, uit de
Staten Generaal gegroeid eene werkelijke volks-i
vertegenwoordiging. H.
Voor de totstandkoming eener wet is, zooals
ik in mijne vorige artikelen uiteenzette, de goed
keuring noodig van de Eerste en de Tweede Ka
mer. De vraag doet zich voor hoe deze twee»
kamers wel ontstaan zijn.
Zooals u zich uit de geschiedenis nog wel
herinneren zult, werden in 1815 België en Neder
land samengevoegd. (Men wenschte een bufferstaat
tegen het revolutionaire Frankrijk. Groot-Neder
land werd geboren. Noodzakelijk werd toen eene
grondwetsherziening en de nieuwe grondwet
bracht het tweedekamerstelsel, tot voordien onbe
kend. De invoering van het Tweede Kamerstelsel
had 'vooral plaats door toedoen van de Belgische
leden der Grondwetscommissie; deze waren vrij
wel éénstemmig voor eene Tweede Kamer. Al
leen waren ze het onderling niet eens over de
samenstelling ervan. Een gedeelte wilde overname
van het Engelsche systeem: één kamer van er
felijke pairs en één van de Gemeenten. Anderen
wilden eene Eerste Kamer samengesteld uit en
door de Edelen en bisschoppen; in de Tweede
Kamer zouden geen edelen zitten. De Hollanders
wilden van het tweekamerstelsel heelemaal niets
weten. Een tweede kamer zou de grondwet van
aard en natuur doen veranderen, geheel omver
werpen.
Ten slotte is er 'toch eene tweede Kamer jjeko-
men. De tweede kamer (thans Eerste), benoemd
door den Koning, zou bestaan uit hen, die door
diensten aan den Staat bewezen, "door hunne ge
boorte of gegoedheid onder de aanzienlijksten van
den lande behoorden. Zij had tot taak overijling
in wetgeving te voorkomen, in moeilijke tijden'
aan de driften heilzame perken 'te stellen, den
troon te omringen door een bolwerk, waartegen
alle partijen afstuitten. Men diene n.l. niet uit
het oog te verliezen, dat de Koninklijke macht
nog zoowat onbeperkt was.
De uitstelling der Eerste Kamer had anders
in dit opzicht niet veel reden van bestaan., De
vreedzame Staten Generaal van 1814 geleken al
zeer weinig op een wilden bergstroom, welks ver
woestende werking te keeren een strenge plicht
was. Van eene volksvertegenwoordiging in den
tegenwoordigen zin van het woord, was aller
minst sprake. Eerst langzamerhand heeft zich
in de moderne staten deze „volksvertegenwoor
diging ontwikkeld. Groot was echter de vrees
voor de democratie.
3 De Februari-revolutie (1848) van Parijs, ge
volgd door een revolutie te .Weenen en zelfsi te
Berlijn heeft een grooten stoot gegeven, van de
Staten-Generaal een volksvertegenwoordiging te
maken. De Koning hier sloeg de schrik om het
hart. Tot de genoemde gezanten zei hij: „Vous
voyez devant vous un homme, qui de trés conser-
vatif est devenu en 24 heures trés libéral" (voor u
staat iemand, die in 24 uur van zeer conservatief,
zeer liberaal geworden is).
Voortaan werd de Tweede Kamer rechtstreeks
Voortaan werd de Tweede Kamer rechtstreeks
gekozen, al kwam men ook niet verder dan tot
de invoering van een vrij beperkt consuskies-
recht. 'Men moest een zekere som in dei directe
belastingen betalen om kiezer voor de volks
vertegenwoordiging te kunnen worden.
In 1887 komt een verdere uitbreiding van het
kiezerstal. Na 1887 werden voor de goedkeuring
van het kiesrecht vereischt „kenteekenen van ge
schiktheid en maatschappelijken welstand". De
kieswet zou bepalen, welke personen kiezer wa
ren. Tevens werd toen bepaald, dat de Eerste Ka-
Borstelhout schoonmaken.
Het borstelhout kan onbedekt zijn, of het kan;
bedekt zijn met vernis, verf, celluloid, schildpad,,
zilver, koper. Het onbedekte h«ut wordt, nadat dei
vezel is schoongemaakt, met witsel en een lapje
flink afgeschuurd. Daarna naspoelen en let goed
op, dat er geen witsel tusschen de vezel is blijven
zitten.
Gevernist borstelhout.
Dit wordt afgenomen met lauw water en ge
boend met was, wanneer het droog is. (Wordt
het vernis leelijk, dan kan het weer opgeknapt
worden door het over te vernissen mét spiritus-
vernis. Dit is in drie verschillende kleuren te
krijgen en wel blank, rood en zwart. Strijk dit
niet een kwastje dun en regelmatig over het hout
heen, maar denk er aan dat er geen vernis in de
haren komt. Het drogen gaat erg vlug.
Geverfd borstelwerk.
Dit wordt afgenomen met lauw water en ge
boend. Wordt de verf leelijk, dan moet eerst alle
oude verf er af gehaald worden. Het beste gaat
dit met heet sodawater en zand. Is het hout
droog, dan kan de. nieuwe verf er dun over heen
gestreken worden.
Celluloid.
Dit wordt ook eerst afgenomen met lauw wa
ter. Wordt het witte celluloid geel, dan kan het
afgenomen worden met spiritus, daarna wordt het
geboend met was in dezelfde kleur.
Schildpad.
Dit wordt ook afgenomen mét lauw water en
daarna geboend met was in dezelfde kleur.
Zilver.
Om de haren wordt eerst een schoone doek ge
daan, en dan wordt het metaal gepoetst met krijt
en spiritus. Gewerkt zilver wordt uitgeborsteld
met zeepsop en flink afgewreven met een zachte
doek.
Koper.
Glad koper wordt gepoetst met Brasso en mét
krijt nagedaan om de laatste resten vét weg. te
nemen.
Gewerkt koper
wordt liefst niet met Brasso gepoetst, omdat er
dan veel kopergroen in de naden gaat zitten,
daarom wordt dit ook flink uitgeborsteld met
terpentijn öf petroleum. Er mag niets in de vezel
komen, omdat die lucht niet gauw er af, gaat.
Dit wordt ook flink nagewreven met krijt, die
eerst in 't doekje is gewreven.
Het schoonmaken van een vette kraag.
Maak deze geregeld schoon, door ze flink af
te nemen met benzine. Werk nooit met benzine
bij een vlam, daar dit veel te gevaarlijk is.Wrijf
daarna de kraag met een schoone doek na.
Een vette bontkraag kan ook schoongemaakt
worden met benzine, maar beter helpen zemelen,
die even warm gemaakt zijn. Strooi deze op het
vette gedeelte en wrijf flink met een schoone doek
in alle richtingen. Klop daarna de kraag aan de
achterkant flink uit.
Levenswijsheid
Onze roem ligt niet hierin, dat we nooit vallen,
maar dat wij opstaan telkens als wij vallen.
Houdt het kwaad tegen voo rhet bestaat.
Eet aan tafel, zooals gij zoudt eten aan de
tafel eens konings.
Indien ik een berg opbouw en ophoud vóór
de laatste mand vol aarde op den top is aange
bracht, dan is mijn werk mislukt.
Drift is de dronkenschap der Ziele.
Luiheid loopt zoo langzaam, dat de armoede
haar spoedig inhaalt.
Te weten wat wij niet weten is een heele kunst.
De groote figuren op het gebied der menschheid
zijn vrouw in hun gevoelen en man in hun kracht.
In een staat, die door goede beginselen be-
heerscht wordt, zijn armoede en lage positie din
gen om zich over te schamen: in een slecht be
stuurden staat zijn rijkdom en rang dingen om
zich over te schamen.
Studeeren zonder denken is ijdel, denken zonder
studeeren is gevaarlijk.
't Welsprekendst is gewis de man,
Die zelf zich overreden kan,
Om (wat* ook anderen mogen praten)
Het goed. te doen, en 't kwaad te laten.
In jeugd en ouderdom snakt ieder op den duur
Naar hulp van vreemde hand. Zoo leert ons
de natuur
Als eerste en laatste les, huivaardigheid
te toonen.
(Young).
Als de storm is opgestoken,
Losgebroken,
't Schuimend zeenat kookt en bruist,
't Schip geslingerd naar de wolken,
Neergeploft wordt in de kolken
Daar de leviathan huist.
Als bij 't buld'ren der winden,
Eik en linden,
Sidd'ren, wank'len, nederslaan
Dan den goeden God te vinden
In den God ook van d'orkaan.
Wordt slechts door zijn welbeminden
In ootmoedigheid verstaan. "(Beets).
Laat ieder komend uur, dat haastig zal
verstrijken
Met nieuwe wetenschap uw ouden schat
verstrijken,
Laat ieder vluchtig uur, dat in 't verleden
stort,
Getuigen, dat gij wijs en tevens beter wordt.
Zeg nooit van een leugen, dat ze onschuldig
is ,o fniet bedoeld was. Houdt er u, eens voor
altijd niet mee op. Onverschillig of een leugen
klein of groot, opzettelijk of toevallig si, onze
ziel wordt er door bezoedeld.
Treft u een slag van het lot, doe dan als de
bal; hoe harder hij geslagen wordt des te hooger
is zijn vlucht.
Ik heb vele menschen geruïneerd gezien, om
dat ze dikwijls goedkoop gekocht hadden.
Land- en Tuinbouw
Het is wel eigenaardig dat bij het keuren van
de paarden voor het stamboek steeds nog alleen
op het exterieur wordt gelet, terwijl bij de koeien
de productie aan melk en botervet een ernstig
woordje mee gaat spreken. Beide soorten dieren
zijn toch qroductiedieren, alleen wat ze producee-
ren is verschilend. Het paard levert kracht, de koe
melk. Dat men bij het paard de kracht, die het
dier kan ontwikkelen nog niet laat meespreken
bij het beoordeelen van het dier, zal wel moeten
worden toegeschreven aan de groote moeilijkheid
die het op de juiste wijze bepalen van de krachts
ontwikkeling met zich brengt. Het gaat er niet al
leen om, of een paard een zware vracht in bewe
ging kan brengen, of dat het een behoorlijk zware
vracht alngdurig voort kan trekken, of het zich
na een groote krachtsinspanning spoedig herstelt,
maar om al deze zaken tezamen.
In Amerika en ook In Duitschland heeft men ge
tracht met behulp van wagens voorzien van dyna
mometers de kracht der paarden te meten. Men
heeft ze er laten trekken op een gladde, oneffen en
mulle weg. Maar steeds weer voelde men, dat de
juiste methode nog niet gevonden was, dat er nog
steeds vragen over bleven te beantwoorden, dat
men geen afdoende wijze had, de krachtsontwikke
ling vast te stellen.
Deze schijnt thans gevonden te zijn in de rem-
rosmolen van prof. Visser te Wageningen, Prof.
Visser is uitgegaan van de gewone rosmolen, waar
op hij een dynamimeter bevestigde om de trek
kracht na te gaan. De boom der rosmolen is 8 M.
lang. In een bijgebouwtje is het mogelijk de ros
molen te remmen, door verschillende belasting. De
démonstratie remrosmolen is bovendien voorzien
van lange glazen cylinders, waarin gekleurd water.
Hoe grooter de krachtsontwikkeling van het paard
is, hoe hooger het water in de buizen stijgt. Het is
dan mogelijk voor omstanders, om de uitgeoefende
kracht direct na te lezen. Prof. Visser heeft op
verschillende tentoonstellingen in ons land met dit
werktuig gedemonstreerd, o.a. te Deventer, Ensche
dé, en den Haag. Dit jaar is hij er ook mee naar
Keulen en Hamburg geweest. In de Veldbode geeft
hij een verslag van zijn bevindingen. De remros
molen is eenigszins veranderd. De 8 M. lange boom
die anders ten deele door het paard moest worden
gedragen, loopt nu met een paar katrolletjes over
een rail, die om de trekplaats is opgesteld. Dit
heeft tegelijk tot voordeel, dat bij langdurige ver-
richtingsproeven de menner mee kan rijden, door
dat er een zitplaats op is bevestigd. Het is nu mo
gelijk geworden met dit werktuig een onderzoek
te doen instellen le naar de maximum rtekkracht
uit den rusttoestand. Dit zou 3 maal achtereen
kunnen plaats vinden over de afstanden van 8 M.
met een rusttijd van 5 minuten. Dit is niet alleen
van belang met het oogop de te halen trekkracht
maar ook om de willigheid tot trekken te toonen.
In de 2e plaats kan een onderzoek ingesteld wor
den naar de maximum trekkracht gedurende bijv.
4 ronden van 50 M. De bedoeling daarvan is, de
nabootsing van het trekken van zware lasten bie
ten uit het land of over een steile brug. In de der
de plaats kan een onderzoek plaats vinden naar
longen- en hartwerking door het paard met een
rtekkracht van 100 K.G. 30 ronden van 50 M. bin
nen den tijd van 15 minuten te laten afleggen.
Daarbij wordt dan genoteerd hartslag en adem
haling voor het trekken .onmiddellijk erna en 15