Liefde en Misdaad Zomersproeten ver dwijnen spoedig door een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. De ioerd van Saint-Quen. Rechtzaken Buitenland NOODWEER IN HET BUITENLAND;. Het noodweer, dat dezer dagen geheel Beieren teisterde, heeft een nog veel grootere ramp, 'dan uit de berichten bleek, ten gevolge gehad. Dje graan-, de fruit- en de aardappeloogst is in vele streken bijna volkomen vernield. Men rekent op een schade van vele millioenen. Ook de Beiersche Paltz werd door 't nood weer getroffen. Dje schade aan akkers en wegen is ontzettend. Djoor de kracht van het noodweer werden verscheidene personen gewond. Het krachtigst woedde de storm in het Beier sche woud, in de steden Djeggendorf en Zwiesel. Breede kringen der boerenbevolking hebben ten zeerste door de economische gevolgen der ramp te lijden. Zaterdagmiddag heeft het boven vele streken van den Ghiemgau opnieuw zwaar gehageld. Tien minuten lang kletterden geweldige hagelsteenen neer. Verscheidene gemeenten werden door den hagel geheel vernield. De oogst werd bijna ge heel vernietigd, de akkers werden met den grond gelijk gemaakt. Het noodweer, dat Donderdag in Bohemen ge woed heeft, heeft alle sombere berichten overtrof fen. Die berichten van de aangerichte schade beginnen nu pas 'door te komen. Die schade loopt in de millioenen. Ook menschenlevens vallen er te betreuren, Het aantal gewonden is nog niet bekend. Overal op de straten liggen omgewaaide wagens. Onder een daarvan vond men den voer man, die omgekomen was. Bij Neuhaus in Ziuid- Bohemen is een locaaltrein door den storm ont spoord, waarbij 10 menschen gewond zijn. EEN GROOTE ZEERAMP. Twee duikbooten van de Engelsche marine zijn met elkander in aanvaring gekomen, met het treurig gevolg, dat één duikboot is gezonken. Een en twintig man van de H 47 verdronken. De commandant van de H 47 behoort tot een der beide opvarenden, die er het leven hebben af gebracht. De geheele bemanning van het vaartuig bedroeg 23 koppen. De H 47 behoort tot de zesde duikbootenflot tielje. Zoodra het bericht van de ramp te Ports mouth ontvangen werd, werden de sleepbooten jGrapper" en „Resolve" naar het tooneel der rainp uitgestuurd met bergingsuitrustingen aan boord. De L 12 heeft ongeveer dertig officieren en manschappen. Beide dui.kbooten behooren tot de klassen van voor den slag bij Jutland. Een N.T.A. bericht meldt, dat de botsing der twee duikbooten plaats had in het St. Georges- kanaal tusschen Groot-Brittannië en Ierland, vlak voor St. Davidstead. DE NIEUWE REUZEN-VLJEGBOOT D|ER D ORNIERFABRIEKEN. Op het Zwitsersche gedeelte van het Meer van Constanz, boven Altenrhein in de nabijheid van Rohrschach, is in de afgeloopen dagen de bouw voltooiid van de reuzen-vliegboot der Dornier- fabrieken. Heden is een groot aantal gasten uit- genoodigd om het vliegtuig te bezichtigen. Met OF 43) Robert had op dit appartement twee ineenloo- pende kamers, een studeer en een slaapvertrek, beide ingericht met antieke meubels van artis tieke waarde, afkomstig van graaf Henriot de Nayle. Alleen zijnde opende Robert Vernière met een sleutel ,die nooit in andere handen kwam, een prachtige kast uit de XVIe eeuw en verborg daarin de reistasch, die 't geld der misdaad be vatte. „Dit fortuin," mompelde hij, „komt niet uit mijn handen, of ik moet er over kunnen beschik ken zonder iemands achterdocht op te wekken." De booswicht ging naar bed zonder zelfs eenige gewetenswroeging te gevoelen. Om half twaalf kwam mevrouw Vernière thuis met haar zoon Philippe de Nayle. Van haar kamenier hoorde zij, dat mijnheer was thuis gekomen, doch zij ontving dit bericht zonder een zweem van blijdschap of verwondering te toonen. Zij had voor haar man niets anders meer over dan een ijskoude onverschilligheid, die nog geen haat was, maar daartoe toch wel zou kunnen overslaan. „Tot morgen, Philippe!" sprak zij tot haar zoon, met een kus van hem afscheid nemend. Het telegram in cijferschrift door den baron Schwartz, den 2en Januari van Parijs afgezonden, kwam op den avond van denzelfden dag, na door de handen van den koopman Schmidt te zijn ge gaan, aan hare bestemming. 'tWas toen half acht. De baron Schwartz vroeg in dit telegram, dat men te Berlijn de terugkomst van Robert Vernière zou surveilleer en. Een geheime agent begaf zich naar 't station, waar die terugkomst kon worden verwacht. Om acht uur zag hij den gesignaleerde het goederenbureau instappen en aldaar zijn valies opeischen, dat hem, tegen afgifte van het desbe treffende regu, werd ter hand gesteld. Hij zag ook, hoe op dat valies een strook papier was geplakt met de woorden „ParisBerlin". Er viel dus niet aan te twijfelen, of Robert Vernière was uit den trein gestapt, die slechts enkele minuten te voren regelrecht uit Parijs was gekomen. Het spreekt haast van zelf, dat de agent niet dacht aan den verbazend-snellen trein, die in verbinding met de Londensche boot over Brussel, Keulen en Berlijn naar Petersburg ging. Zijn zending was afgeloopen. Maar wat hij niet zag was, hoe Robert Vernière, alleen op zijn de proefvluchten zal echter eerst over eenige we ken begonnen worden. Het toestel biedt een over weldigenden aanblik. Als men er voor staat, ge looft men eerder een klein-model torpedoboot te 1 zien dan een vliegtuig. De romp is zeer elegant van lijn en is in tegenstelling met het gebruike lijke Dornier-Wal-type niet plat van onderen, maar loopt uit in den vorm van een( kiel, wat bij ruwe zee groote voordeelen kan opleveren. De 1 metalen wanden kunnen een hoogen druk ver- dragen en de romp is door waterdichte schotten verdeeld. De nieuwste vindingen der moderne vliegtuig-techniek zijn bij den bouw toegepast. De spanwijdte van het toestel bedraagt 48 meter, de lengte is 40 meter en de hoogte 10 meter. De draagvlakken hebben een oppervlakte van 490 1 vierkante meter. De vliegboot is uitgerust met twaalf Siemens- Jupiter-motoren, elk van 526 P.K., zoodat men in totaal de beschikking heeft over 6500 P.K., waarmee een maximumvliegsnelheid van 250 KM. per uur en een startsnelheid van 190 K.M. per uur kan worden bereikt. Het geheele schip is in drie dekken ingedeeld. Het onderste dek wordt gebruikt voor het bergen der brandstof; voorts zijn er de bagageruimte en de slaapplaat sen voor de bemanning, die uit ongeveer tien man zal bestaan. Het middendek is het zooge naamde passagiersdek. Voor aan den boeg van het toestel is een ruimte met ankerkabels en ander materiaal, daar achter ligt de voor de passagiers bestemde ruimte, verdeeld in cabines en een groote eetzaal, waarin de veertig passagiers, waarop "het toestel voorloopig berekend is, rijkelijk ruimte vinden. Op het bovenste dek bevindt zich de stuurcabine, die veel overeenkomst vertoont met die van de „Graf Zeppelin". Vooraan zitten de piloten, daarachter is de kaartenkamer, dan de machine-centrale en ten slotte de radio-kamer. Bijzonder interessant is de bedrijfscentrale, van waaruit de motoren bediend worden. Van de schakelborden voeren leidingen naar de motoren, •die alle afzonderlijk doch ook samengekoppeld in werking gesteld kunnen worden. De piloot zelf behoeft zich eigenlijk in het geheel niet meer met de directe controle der motoren te bemoeien, doch kan te allen tijd den machinist zijn orders geven door middel van een telegraaf, terwijl in het toestel ook pneumatische buizen voor het ver zenden van brieven van het eene naar het andere gedeelte van het vliegtuig zijn ingebouwd. OOK EEN AFSiTANDiSRIT. Een 44-jarig paard loopt 700 K.M. In alle rust en stilte is een boer uitfOostpruisen met zijn paard vorige week te Berlijn aangeko men. Dit feit op zich zelf zou niets bijzonder zijn Wanneer het paard niet den eerbiedwaardigen leeftijd van.... 44 jaar had bereikt. Per dag legde het gezelschap gemiddeld 25 K.M. af. De langste afstand die per dag afgelegd werd was 36 K.M. en het paard is in uitstekendeconditie te Ber lijn aangekomen, alwaar het enkele dagen gerust heeft en toen weer per trein naar Oostpruisen is teruggezonden. Het is inderdaad een geweldige prestatie voor een paard van dien leeftijd. De Oostpruisische fokkerij mag met trots van deze verrichting gewag maken, want volgens de hip- pologen is dit feit in de geschiedenis der paarden sport en fokkerij geheel op zichzelf staand en zal ook niet zoo spoedig meer herhaald worden, om dat er nu eenmaal zeer weinig paarden een der- gelijken hoogen leeftij bereiken en dan nog krach tig voor zulke prestaties zijn. De eigenaar hoopt dat „Alterchen" nog wel Je vijftig zal halen en geeft hem van nu af aan het genade-brood. EX-KEIZER WILHELM. Weer geruchten over zijn terugkeer naar Duitschland. De Parijsche correspondent van het „H.bld. meldt kamer zijnde, het papier dat op zijn valies zat, met een spons met water natmaakte en het daar na geheel verwijderde, zonder dat er op dat valies eenig spoor van het plakkaat achter bleef. Wat de agent rapporteerde, bewees wel zoo waande men dat de baron Schwartz zich in' zijn veronderstellingen moet vergist hebben. Hem werd dan ook een bijna gekscherend antwoord toegezonden. Om kort te gaan, Robert Vernière's straffeloos heid scheen ten volle verzekerd te zijn. Toch was er iets, een kleinigheid slechts, dat hem in de oogen zijner vrouw "bijna verdacht had kunnen maken. De knecht had bij het afborstelen van zijn goed in een der buitenzakjes een spoorwegkaartje gevonden en. een in achten toegevouwen stuk pa pier en die twee dingen op een guéridon gelegd in den gang naast den stoel, waarop hij het schoongemaakte goed had gelegd. Toevallig viel op die dingen Denise's oog, toen zij den volgenden morgen door de gang liep, terwijl haar man nog sliep. Zij nam het spoorwegkaartje op, las daarop „ParisBerlin", zag dat het niet was afgeknipt en wierp het, zonder aan die bizonderheid veel waarde te hechten, met het stuk papier, dat zij sechts even had ingezien, in de bronzen vaas, welke op de guéridon stond. Toen ging zij naar beneden. In 't huis van de Friedrichstrasse dejeuneerde men om twaalf uur, na des morgens een kop koffie of een kop chocolade gebruikt te hebben. Robert Vernière stond dien morgen zeer laat op en verscheen in de ontbijtkamer, toen 't reeds twaalf uur had geslagen. Hij vond daar zijn. vrouw en haar zoon, slechts op hem wachtende om aan tafel te gaan. Glimlachend en opgewekt trad de booswicht binnen; de jonge man kwam hem tegemoet. „Bonjour, Philippe," sprak Robert, zijn stief zoon de hand drukkend, „ik had waarlijk niet durven hopen, u bij mijn terugkomst hier te zul len vinden, maar 't is mij zeer aangenaam^ dat weet je wel." En toen tot zijn vrouw met ge huichelde lievigheid: „Toegevend als ge zijt, mijn beste Denise, zult ge mij wel excuseeren, dat ik gisteren avond je thuiskomst niet heb afgewacht, maar ik had onderweg koude gevat en voelde mij vreeselijk vermoeid." Philippe de Nayle was achttien jaar oud, een mooie jongen, en zoo ontwikkeld dat men hem voer twee en twintig aanzag. G|p zestienjarigen leeftijd had hij het instituut van Nancy verlaten, waar hij een zeer 'degelijke opvoeding had genoten en was hij gekomen op de nijverheidsschool van Ohalons, waar hij zich voorbereidde tot de lessen van de polytechnische school. Uitstekend waren steeds zijn vorderingen geweest te Ohalons, zoo- In een brief uit Berlijn aan L'Öeuvre, getee- kend „Duesburg", wordt ongerustheid uitgespro ken .over den mogelijken terugkeer van ex-keizer Wilhelm naar Duitschland. nadat op 22 dezer de Wet tot bescherming van de republiek, waarvan de regeering de vernieuwing niet heeft kunnea verkrijgen, afgeloopen zal zijn. Volgens den schrijver heeft het Duitsche kabi net o ver deze mogelijkheid beraadslaagd en is het van meening, dat het daarna niet langer het recht heeft om Wilhelm, indien deze toegang mocht vragen als Duitsch burger, dien toegang te ontzeggen. Art. 28 van de constitutie verhin dert wel een Staatsgreep, maar kan niet worden toegepast als de ex-keizer verklaart, volstrekt geen booze bedoelingen te hebben en slechts naar Duitschland te willen komen om daar vreedzaam zijn dagen te eindigen. Het eenig mogelijke om zulk een terugkeer te verhinderen is, dat men hem vast houdt, waar hij is. Niet de Duitsche regeering kan hem tegen houden, maar de Nederlandsche moet hem een vertrek-visum weigeren. Naar de correspondent meent, is Wilhelm zelf, oud en door velen in Duitschland vergeten, geen gevaar meer voor de republiek. Maar zijn aan wezigheid zou, met of zonder zijn wil, geëxploi teerd worden door anderen. Daarom moeten de Nederlandsche autoriteiten doordrongen zijn van hun verantwoordelijkheid. Door de machtf der omstandigheden zijn zij het, die te waken hebben voor het behoud der Duitsche republiek. Ze mo gen den man op het kasteel te Doorn het leven zoo aangenaam maken als ze willen, maar laat ze vooral opletten, dat hij er niet per vliegtuig vandoor gaat! zoo besluit de schrijver. VOOR; DEN POLITIERECHTER, Zitting van Dinsdag 9 Juli. Meneer hield niet van bemerkingen. De caféhouder en aannemer van straatwerk, Splinter Spierenburg uit Alkmaar, had in de ge meente Heilo een werk onderhanden en onder zijn werklieden behoorde ook zekere heer Gerrit A. ,die echteT niet presteerde hetgeen de heer Spierenburg, zelf een prima vakman, van hem verwachtte, hetwelk hij A. dan ook in gepaste bewoordingen onder het oog bracht. De beleedigde werknemer scheen deze terechtwijzing echter niet in dank te willen accepteeren, althans na rijpe overweging gaf hij zijn patroon onverwachts een hevigen slag met een hard voorwerp, men zegt een klomp, op zijn neus, waardoor Spierenburg pijnlijk werd getroffen als noodzakelijk gevolg. De aangevallen aannemer haastte zich een zoo onbehouwen medewerker op staanden voét te ont slaan en deed tevens aangifte van de mishande ling, met het resultaat, dat G. A. heden; moest terecht staan. Verdachte was evenwel niet ver schenen, doch had buitengerechtelijk toegegeven, wel te hebben geslagen, doch niet met gebruik making van een klomp. Er werd evenwel aangenomen dat het een min derwaardige mishandeling was en verdachte werd door den fungeerenden politierechter mr. Lede- boer, veroordeeld tot f25 boete of 25 dagen. De officier had het gebeurde nog hooger aangeslagen en f 50 boete of 50 dagen gevraagd. Een boerenveldslag in het Waarland. De Weled. heeren landbouwers Aris en Antoon P., alsmede Johannes Theodorus L., beide eerst- genoemden steunpilaren van het Waarland, ter wijl Joh. L. te Heerhugowaard resideert, waren na zwaarwichtige besprekingen onder 'n stevig, glas Heinekens pils met 'n afzakkertje tot de conclusie gekomen dat de landbouwer Aris Groen hen in een veefondskwestie niet netjes behandeld wel practisch als theoretisch en de fijne, aristo cratische handen gingen mét een geschiktheid, waarop een bekwaam werkman niets zou vin den aan te merken, met hamer beitel, zaag en ander gereedschap om. Zijn illusie was om eenmaal zijn naam te ver binden aan deze óf gene uitvinding op technisch gebied. Daarbij kwam, dat hij een bekwaam teeke naar was, die in zijn vrijen tijd soms aquarellen vervaardigde, die terecht bewonderd werden. XLI. Men nam aan tafel plaats en aangezien daarbij een knecht bediende, wilde mevrouw Vernière liever niet een discours beginnen betreffende de resultaten van Roberts bezoek aan Parijs. Deze kon zich nog altijd niet de overeenkomst van Philippe verklaren. ,,'tls de gewone nieuw-jaarsvacantie, waarvan Philippe hoe kort ze dan ook wezen mag geprofiteerd heeft om' hier heen te komen," luid de Denise's inlichting. „Nu, dat vind ik heel aardig van Philippe," sprak Robert met opgeruimdheid en begon toen een gesprek met zijn stiefzoon, voornamelijk be treffende diens studiën, waarover hij, als be kwaam ingenieur, zeer goed in staat was, zich een zelfstandig oordeel te vormen. De jonge graaf, die, in de goede beteekenis van het woord, geheel een kind was van zijni tijd, hechtte niet veel waarde aan titels of rijkdom, maar wond zich op bij het denkbeeld, dat hij eenmaal in het door hem gekozen vak nog een man van beteekenis zou kunnen worden. „Ik heb ook diezelfde illusies gehad en hard gewerkt," verklaarde Robert Vernière. „Em waar toe heeft mij dat alles geleid? Tot een ruïne bijna." „Dat komt misschien," bracht Philippe in 't midden, „omdat gij met uw kennis en uw talenten zijt gekomen in een land, waar uw hoedanigheid als Franschman een onoverkomelijke hindernis was voor 't succes." Philippe hield niet van Duitschland en hoewel hij bij den oorlog van 1870 en 71: nog niet ge boren was, had hij genoeg gelezen van die ontzet tende tijden, vooral Fransche lectuur, o'm veel meer met de Franschen dan de Duitschers te synrpathiseeren. Het discours liep verder over de te Ohalons gemaakte studiën en Robert Vernière was 'inder daad verwonderd over de groote vorderingen door Philippe in korten tijd gemaakt. jNu, je bent heel wat sterker dan ik dacht," sprak hij ten slotte, „en als 't mij ooit gegeven werd aan het hoofd te staan van een flink con structie-magazijn, zou ik geen oogenblik aarzelen om jou daarbij tot mijn medewerker te benoe men... Laat dat je toonen Philippe, welk een vertrouwen ik in je verdiensten stel." had en besloten nu dezen geachten landbouwer eens 'n visite te maken, teneinde hem hun grieven onder en zoo noodig „op" het oog te brengen; De heeren arriveerden alzoo op Woensdag 8 Mei deftig in een automobiel te Harencarspel en had- den weldra volop gelegenheid om Aris Groen hun bezwaren ter kennisse te brengen. Het duur- de dan ook niet lang of Aris Groen, die al lek- ker naar de 60 tippelt en dus niet veel kans meer had tegen drie jonge, ruwe en tamelijk onver schillige snurkers, zat geducht in 't nauw en haastte zijn dochter zich de hulp in te roepen van de nabij wonende gebroeders Piet en Hendrik Danenberg, die hun dorpsgenoot dan ook niet' in de prut lieten zitten, doch moedig zijn partij opnamen. De drie aanvallers lieten zich echter, ook toen niet in een hoek drukken en de kleine, roodhoofdige Jan L. gaf van zijn onvolprezen vechtkunst blijk door Piet Daneberg het hoofd aan bloeden te timmeren met een stuk paal, ter wijl hij broer Hendrik trachtte het noodige respect af te dwingen met een mestvork. Daar de heeren Aris en T. P. inmiddels Aria Groen had afgeknokt, speelde het slot van dit van christelijke liefde getuigend drama heden voor den politierechter en werd, ondanks hun onschuldbetuigingen Aris P. veroordeeld tot f20 boete of 20 dagen, Tpon P., die bij, den politie rechter geen onbekende grootheid was en reeds eenige-pialen veroordeeld wegens beleediging, op ruiing etcetera tot f40 boete of 40 dagen,. Obk Jantje L. werd opgeknapt met 40 pop of 40 dagen en bovendien moest hij aan den heer Piet Danen berg f 7 betalen aan dokterskosten en vervoer per auto. Want aangezien Piet lijdt aan toevallen, had hij met zijn beschadigd en bloedend hoofd niet per fiets naar den dokter durven gaan, doch zich deftig per taxi naar Dr. Maats laten tuffen. Had Piet geen gelijk? Pinksteramusement in zeebad. Gedroogde scharrcnlucht". In den nacht van 20 op 21 Mei, hoogfeest van Pinksteren, genoot de te Egmond aan Zee staan de danstent bezoek van danslustigen, wijd uit den omtrek en ontbrak daar ook niet een gezel schap uit Castricum en Heemskerk, tusschen weifes gedelegeerden weldra een zekere wrijving ontstond, met gevolg dat de 20-jarige fabrieks arbeider H. Veenstra uit Castricum do<^r een messteek aan het hoofd werd getroffen en bloe dend verwond. Als verdacht van dit bloedig bedrijf stond dan heden terecht de 25-jarige rosblonde tuinder, Joh. v. LH, die evenwel beweerde, dat niet hijj, doch zijn broeder Jacob den Castricummer arbeider had verwond, echter niet met een mes, doch met een z.g. kopsleutel, en teneinde die bewering vol doende te kunnen staven, had hij als getuigen a decharge meegebracht zekere B. Kok uit IJmui- den en de tuinders Ri. Baltus en H. A. Groenveld uit Heemskerk. Böor Catharina Winter, het meisje, waarmede de getroffene uit was geweest, werd verdachte pertinent als de dader herkend, waarop deze, meer brutaal dan hoffelijk opmerkte, dat deze getuige zoo Idronken was geweest, dat zij niet meen tot dansen in staat was. Zij heeft eenige maanden ge- loopen "met zijn broer Jacob en om deze te sparen, wilde zij hem er „inluizen". Olok Veenstra en de getuige Jacob de Winter uit Castricum hadden gezien, dat verdachte met een blinkend voorwerp had toegeslagen, doch aan gezien de drie getuigen a decharge daarentegen bleven volhouden, dat zij Jacob van Lieshout aan Veenstra een slag had zien toebrengen, viel het moeilijk uit deze tegenstrijdige verklaringen de juiste toedracht te distilleeren en werd derhal ve op voorstel van den heer Officier de zaak verwezen naar de meervoudige strafkamer. Denise's moederhart klopte van blijdschap bij het hooren dier loftuiting, gedaan door iemand, die ,in spijt van al zijn ondeugden, toch zeker gerechtigd was een onafhankelijk oordeel uit te spreken in een zaak als deze. Na afloop van het déjeuner, gaf Philippe de Nayle, die enkele visites had te maken, zijn moeder een kus, drukte zijn stiefvader de hand en verliet de eetzaal. Mnn en vrouw bleven onder vier oogen. Een tijd lang bleven beiden het stilzwijgen bewaren. Daarop begon Denise: ,JSedert lang reeds, je weet het, bemoei ik mij met uw doen en laten niet meer, althans niet bui tenshuis, maar nu je mij uit eigen beweging het doel van uw reis naar Parijs hebt gezegd, name lijk om je met je broer te verzoenen en door een leven van gezé'tten arbeid je best te doen om T verkwiste vermogen te herstellen en de achting der wereld terug te krijgen, nu heb ik,£ geloof ik, wel het recht je de vraag te stellen, hoe dat onderhoud met Richard is afgeloopen." „Ik heb Richard in 't geheel niet gezien," ant woordde de broeder moor der. „Niet? Ben je dan niet te Parijs geweest?" „Jawel, maar eenmaal daar zijnde, heb ik niet durven doen, wat ik mij hier had voorgenomen... We stonden ik heb er je geen geheim van ge maakt, Denise nagenoeg op vijandelijken voet met elkander. Het stuitte mij zoo tegen de borst juist hem te moeten erkennen, hoeveel ik al ver kwist- 'had van uw geld en hoe op 't oogenblik tusschen u' en mij de verhouding'is. Ik weet stel lig, dat, als ik Richards hulp had ingeroepen, hij mij zou geantwoord hebben: „Een associatie met jou, Robert, moet noodwendig mij armer maken, omdat ik de eenige zou zijn, die bij die associatie iets aanbreng. Ik sta ook niet alleen op de wereld, ik heb een dochter. Ik denk aan haar zooals jon vrouw denkt aan haar zoon en ik wil zelfs met geen sou een fortuin, 'dat haar toekomt, vermin deren om jou in de gelegenheid te stellen je for tuin te maken!" „Dat zijn dingen ,die ge voor uw vertrek hadt moeten bedenken." „Dat heb ik wel gedaan," antwoordde Robert, „maar ik verbeeldde mij toen, sterker te zijn dan ik het in waarheid was en ik herhaal je, dat ik, vlak bij het doel zijnde, daarvoor ben teruge- deinsd." ,/Wie weet, of je broer je niet op een geheel andere wijze zou hebben te woord gestaan? D« meest gewettigde wrok vermindert veel door den tijd..." „O, je kent Richard niet." „En dat spijt me genoeg. Je weet, hoe; ik er op aan heb gedrongen om met hem kennis te ma ken, toen wij pas getrouwd waren... jij wildét het nooit."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1929 | | pagina 4