Nieuwsblad y. Holl. Noorderkwartier
Donderdag 2g Augustus 1029 38e Jaargang
No 102 IMTERC. TELEPHOOH 52
NIEU WE
LAI6IIUKII COURANT
De2« oourant verschijnt
Dinsdag, Don-dei dag en Zaterdag
- per ?n^S^18i.i5 - llitgwe: Firma I. H. KEIZER.
Redacteur J. H. KEIZER. Bikb«I Noordscharwoyde.
Advertentiën van L5 regels 7S
oent, elke regel meer IS cent.
Groote Letters naar plaatsruimte
Woensdagavond vergaderde de raad der gemeente
onder voorzitterschap van den Weled. Achtb. Heer
Jhr. A. L. van Spengler, Burgemeester dezer ge
meente.
Secretaris de heer J. Th. Kunnen.
Na opening door den voorzitter, worden de notu
len van de vorige vergadering onveranderd goed
gekeurd en vastgesteld.
Z.E.A. doet mededeeling dat bericht van verhin
dering is ingekomen van den heer Groen.
Afwezig de heer J. Kroon.
De voorzitter doet mededeeling dat door hem in
handen van den Comm. der Koningin in deze pro
vincie de vereischte eeden zijn afgelegd als herbe
noemd burgemeester.
Van Ged. Staten is goedkeuring verkregen op de
suppletoire begrooting.
Bericht is ingekomen van den comm. der konin
gin dat de commissie is benoemd die een onderzoek
zal instellen naar de al of niet ten rechte genoten
5 pet. van nieuwbouw door den directeur der gem.
lichtbedrijven. (De namen der heeren, die in deze
commissie zitting hebben, zijn reeds eerder door
ons bekend gemaakt.)
Van het uitvoerend comité van het muziekcon
cours te Noordscharwoude dankbetuiging voor den
ontvangen prijs.
Tenslotte is nog ingekomen de bekende circulaire
van het'comité van actie tegen de door Ged. Staten
voorgestelde salarisregeling voor Burgemeesters, -
Secretarissen en Ontvangers.
Voorgesteld wordt deze stukken voor kennisgeving
aan te nemen.
Naar aanleiding van het ingekomen schrijven
van den Commissaris over de kwestie aan de licht
bedrijven, vraagt de heer du Burck, dit stuk in zijn
geheel voor te lezen, omdat ieder ingezetene belang
in deze zaak stelt, en aan de hand van de door de
commissie te nemen conclusies zal weten, hoe zij
haar werk heeft opgevat.
De voorziter zegt hieraan niet te kunnen vol
doen. De stukken hebben ter inzage gelegen voor
den raad, zoodat Z.E.A. met de gewone mededee
ling dat het stuk is ingekomen kan volstaan.
De heer du Burck. Dat u daarmede volstaan kan,
zal ik niet tegenspreken, maar ik doe het in het
belang dergenen, die interesse hebben voor deze
zaak.
De voorzitter. Het is hier een raadsvergadering.
De stukken hebben voor leden en pers ter inzage
gelegen en ik acht het niet noodig dit schrijven
voor te lezen.
Hierna worden al de stukken voor kennisgeving
aangenomen.
Aanvragen om subsidie zijn ingekomen van:
a. de Noordhollandsche vereeniging „Het Witte
Kruis;
b. van de Commissie voor de Malariabestrijding
door de bevolking in Noordholland.
c. Van de r. k. militaire vereeniging te Amers
foort. Alle voor 1930.
Deze aanvragen zullen bij de behandeling van
de begrooting in bespreking worden gebracht.
Van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te
Alkmaar is een schrijven ingekomen, waarin ver
zocht wordt aan die gemeentebesturen, die nog
geen beslissing namen omtrent het verleenen van
een subsidie aan de commissie van Aalst voor de
kanalisatie van Noordholland, alsnog een dergelijk
besluit te nemen.
De voorzitter herinnert aan het genomen besluit
om gedurende 40 jaar 600 per jaar bij te dragen.
Voorts heeft de Kamer verzocht om een onder
houd om deze kwestie nog eens te bespreken.
B. en W. zouden willen mededeelen dat de toe
gezegde bijdrage na breede motiveering gegeven is.
Terwijl de bijdrage van de gemeente Zuidséharwou
de in vergelijking met die van andere gemeenten,
van dien aard is, dat zij in overeenstemming is
met den finantieelen toestand der gemeente.
Wat Jiet gevraagde onderhoud betreft, daar staan
B. en W .niet afwijzend tegenover, maar zij achten
dit vooralsnog niet noodig.
De heer Zeeman zegt, dat verschillende raden 't
verzoek ontvangen aan de deputatie een onderhoud
te willen verleenen en meestal wordt het toege
staan.
In het begin werd onze gemeente aangeslagen
voor een bedrag van 1400, maar raadselachtig ge
noeg werd dit later een bedrag van 1700. De min
derheid van de nraad was ook tegen een bijdrage
van ƒ600.
Verschillende raden hebben toezegging voor het
verleeenen van een bijdrage gedaan. Het kan ze
ker zijn nut hebben wanneer hierover nog eens
besprekingen worden gevoerd.
Wanneer het nu eens om een klein bedrag ging
waarmede de bijdrage zou nloeten worden ver
hoogd om het kanaal te krijgen, dan zou spreker
gaarne de deputatie willen ontvangen.
Het onderwerp is er belangrijk genoeg voor,
De heer du Burck gevoelt er niet veel voor om
de deputatie uit de Kamer te ontvangen. In de
raadsvergadering van een maand of 8 terug is dit
punt breedvoerig besproken waarbij onze fractie
niet aanwezig was
De voorzitter: U moet geen verkeerde dingen
ophalen. Maar gaat u door.
De heer du Burck: De meerderheid van den raad
zal nu dan ook zeker niet zijn voor het ontvangen
van een deputatie. Behalve onze fractie waren er
nog twee leden niet voor het verleenen van een
bijdrage. Toen is op middeleeuwsche wijze een voor
stel aangenomen, waarvoor geen meerderheid in
den raad was.
De voorzitter: De raadsleden moeten aanwezig
zijn bij de behandeling van dergelijke belangrijke
onderwerpen en niet de raadszaal gaan verlaten,
om officieele woorden te gebruiken.
De heer du Burck: Onze fractie was tegen de sub
sidie.
De voorzitter: Dat wist ik niet, althans niet
officieel.
De heer du Burck: Dan weet u het nu. Wij ach
ten een onderhoud geheel overbodig en kunnen
daarom meegaan met het voorstel van B. en W.
De heer Kramer zegt wel iets te gevoelen voor
het idee van den heer Zeeman. Maar waar de zaak
van alle kanten is bekeken en het waarschijnlijk
wel onmogelijk zal zijn om den raad een ander"
idee bij te brengen, omdat wij toch niet van zin
zijn, de gevraagde 1700 te geven welke bijdra
ge voor onze gemeente te hoog geraamd is meen
ik de zaak zoo te moeten laten loopen.
Van verschillende zijden is medewerking toege
zegd, en tenslotte verwacht ik dat de Provinciale
Staten zullen ingrijpen en de zaak doen uitvoe
ren, door het restant voor rekening van de Provin
cie te nemen.
Spreker kan zich vereenigen» met het voorstel van
B. en W.
De heer Kroon komt ter vergadering.
De heer Bekker zegt, dat het zijn doel eerst was,
een hoogere subsidie te verleenen, maar toen ik
tot de overtuiging kwam dat de door mij voorge
stelde 1000 te bezwaarlijk voor de gemeente zou
den zijn, ben ik met een bijdrage van ƒ600 mee
gegaan.
Betreurenswaardig zijn de woorden van den heer
du Burck, en wanneer het een strop voor de ge
meente moet worden, dan is het een strop, door
hun optreden aan de gemeente opgelegd.
De heer Zeeman: Het was ons nooit bekend dat
die raadsfractie er tegen was en van doordrijven is
geen sprake geweest. Een der heeren was ook te
genwoordig op de vergadering met den heer Rin
gers, en daar is door hem nooit het tegen uitge
sproken, waar toch gelegenheid voor was. Het
is een leugen dat de raad zooiets wist. Dan had
men eerder moeten spreken en niet napleiten.
De voorzitter zegt, dat in de vergadering van B.
en W. ook nog de meening is uitgesproken, dat wan
neer andere gemeenten ook tot het verleenen van
een bijdrage besluiten, het niet onmogelijk is, dat
spoedig een aanvang zal worden gemaakt met de
uitvoering van de kanalisatieplannen.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangeno
men.
Verslagen over 1928 zijn ingekomen van:
a. Den keuringsdienst voor waren in het dis
trict Alkmaar.
b. Het Centraal Archief voor Maatschappelijk
Hulpbetoon.
c. De commissie voor de malariabestrijding door
de bevolking in Noordholland.
d. de vereeniging voor Nederlandsche Gemeen
ten.
Thans worden door B. en W. aangeboden de re
kening van de gemeente, het Burgerlijk Armbe
stuur en de Lichtbedrijven.
De rekening van. de gemeente geeft aan een ont
vangst voor den gewonen dienst van ƒ61166. 28,
een uitgaaf van ƒ55295.90, batig Saldo ƒ5870.38.
De kapitaaldienst sluit in ontvangst op een be
drag van 4442.94,/a in uitgaaf op 4259.79 batig
saldo van 183.15V2.
De rekening van het Burgerlijk Armbestuur sluit
met een post aan ontvangsten van 2483. 36'/2 aan
uitgaven 2695.40 nadeelig saldo 212.03'/2.
De rekening van het gasbedrijf geeft aan een
overschot van 5133.57 en het electriciteitsbedrijf
van 1834.47.
Voor het onderzoek worden aangewezen de hee
ren Kramer, du Burck en Zeeman, die zich deze
aanwijzing laten welgevallen.
De voorzitter wenscht er nog op te wijzen, dat
de post uitgaven voor de schoeiingen en de gemeen
testraat hooger is dan op de begrooting staat ge
raamd. Dit vindt echter zijn oorzaak in het feit,
dat de schoeiing langs de Voorburggracht een vol
ledig herstel eischte.
In behandeling wordt thans genomen het vraag
stuk of een ophaaldienst al dan niet zal worden in
gesteld, welke vraag om prae- advies in de vorige
vergadering naar B. en W. was gerenvoyeerd.
De voorzitter zegt, dat geheel los van het prae-
advies van de Gezondheidscommissie te Schagen,
een schrijven is ingekomen, waarin aangedrongen
wordt op het instellen van een ophaaldienst.
De meerderheid van B. en W. stelt voor niet in te
gaan op het verzoek van Noordscharwoude, om tot
het instellen van een ophaaldienst over te gaan,
omdat naar haar meening de noodzakelijkheid niet
blijkt en het voor de gemeente flnantieel te be
zwaarlijk zal blijken te zijn.
De heer Zeeman zegt nog op hetzelfde standpunt
te staan als in de vorige vergadering en is nog ver
sterkt in zijn meening dat het wel zeker noodza
kelijk is. Spr. begrijpt niet best, dat men kan zeg
gen dat het niet noodzakelijk is.
Een ieder die zijn oogen de kost geeft, kan en
moet overtuigd zijn van de noodzakelijkheid.
Zooeven nog zei iemand tegen mij, dat hij den
dienst ten zeerste noodzakelijk achtte. Hij had een
aanschrijven gekregen van het polderbestuur om
bij hem voor den wal te baggeren. En nu sta ik
toch verwonderd dat dezelfde menschen, die in 't
polderbestuur zitten, zeggen, dat het niet noodza
kelijk is.
Men kan het den menschen toch niet euvel dui
den dat er droge plekken bij hen voor den wal ko
men het is het gebrek aan een organisatie die
het vuil ophaalt.
En wanneer dan gezegd wordt dat het niet nood
zakelijk is, dan begrijp ik er niets meer van.
Een dergelijke dienst is ten algemeenen dienste
van de gemeente.
En zal het nu zooveel kosten? Ik schat het op
een 600.
Wanneer iemand eens 5 maal in de veertien da
gen het vuil ophaalt dan wordt er al heel wat be
reikt.
Voor mij is dan ook niet de vraag hoeveel het
kost, van overwegend belang, maar wel of een op
haaldienst noodzakelijk is of niet.
Broek op Langendijk heeft het verworpen en doet
niet mee.
Maar wanneer men overtuigd is van het goede,
dan moeten wij ons niet spiegelen aan de onwilli-
gen, maar zien naar Noordscharwoude.
Finantieel kan het meent spr. toch ook niet
zoo'n bezwaar zijn.. Men leest thans steeds van
feesten aan den Langendijk en daar is dus toch ook
nog geld voor.
De heer du Burck zegt dat het idee van een op
haaldienst ook hem nog steeds toelacht. Iedere on
aangenaamheid zou men wel willen wegruimen.
Maar er zijn van die onaangenaamheden waarvan
men zegt „zijn ze wel zoo erg?" En die onaange
naamheden vergelijkt men wel eens met de draag
kracht van de gemeente. Zoo althans vat ik mijn
taak als gemeenteraadslid op.
Nu mag Zeeman spreken van de feesten, die hier
aan den Langendijk worden gehouden, en waar
schijnlijk bedoelt hij daarmede de winkelweken,
maar hierin vergist hij zich toch wel eenigszins.
Het doel is niet om het geld uit te geven, maar
om het geld erin te krijgen en den winkeliers een
dragelijk stuk brood te verschaffen. Hieruit toch
spreekt voor mij, dat de winkeliers het niet zoo
rooskleurig hebben.
Eenige jaren terug was ook in de gemeente Oud
karspel een dergelijke dienst maar is weder afge
dankt. Ik veronderstel dat men dat gedaan heeft,
omdat de onuitvoerbaarheid is gebleken en wat mij
nog waarschijnlijker voorkomt, omdat het toch niet
veel gaf.
Door deze dingen ben ik tot de conclusie geko
men dat het toch niet veel geven zal. Ik geloof niet
dat de onaangenaamheden achterwege zullen blij
ven.
Ook heb ik debatten gelezen in de raden van Koe
dijk en Broek op Langendijk en deze hebben mij
versterkt in mijn meening, dat we teveel geld zou
den verspendeeren, wanneer we dezen dienst gin
gen instellen.
De zaak rolt nog, hoewel het Bannebstuur wel
wat meer zijn plicht kon doen wat betreft het uit
baggeren van de vaarten.
Ik geef heusch niet zooveel om geld, wanneer het
goede dingen betreft, maar er zijn wel andere nut
tige zaken, die meer om voorziening schreien.
En dat ik niet zooveel op geld zie, zóu ik kun
nen bewijzen, door te zeggen, dat wanneer het
zoover was, ik niet zou medewerken aan het geven
van een salaris van 24 per week aan een gemeen
tewerkman, die dat werkje zou moeten opknappen,
die zou daarvoor meer verdienen.
Spr verklaart zich voor het prae-advies van de
meerderheid van B. en W., omdat de bezwaren
hem grooter toeschijnen dan de voordeelen.
De heer Kroon acht het nog niet zoo noodzakelijk
De heer Zeeman weet het bedrag niet, maar hij is
de helft in de war. Wij voelen allen wel dat het
goed zou zijn, maar wanneer men rekent 24 per
week plus een schuit, en dan de resultaten, dan
kost het mij teveel. Om het vuil in den schoon
maaktijd een paar maal op te halen, daar ben ik
wel voor.
De heer Dijkhuizen heeft ook eens uitgekeken hoe
het ging met een dergelijke instelling ep is daar
voor eens naar Noordscharwoude geroeid. En aan
den westkant waar hij langs ging lag het gruwelijk
vol, zoodat men er bijna kon doorkomen.
Op mijn gezegde, dat hier toch een ophaaldienst
was, werd mij door iemand ten antwoord gegeven,
dat dit allemaal kwam aaftdrijven van Zuidschar-
woude en Koedijk. En terugkeerende, was voorbij
de Prinsengracht geen vuil meer te zien.
Wanneer het vuil uit andere gemeenten toch toe
stroomt, is hij heelemaal niet voor het instellen
van een ophaaldienst.
Alleen dan heeft een dergelijke dienst nut, wan
neer het vuil ook van de akkers wordt opgehaald.
Spr. sluit zich aan bij het prae-advies van de
meerderheid van B. en W.
De heer Kramer zegt, dat aan de hand van de
discussies en van hetgeen hij zelf ook heeft opge
merkt hoewel het mooie van den dienst niet is
te ontkennen dat de practische uitvoering voor
deze gemeente niet gemakkelijk zal zijn.
Wanneer men de hoeveelheden ziet van den dage
lijkschen dienst in een stad, dan is het voor onze
gemeente niet noodzakelijk daarvoor een algehee-
len dienst in het leven te roepen.
Volkomen sluit ik mij aan bij de woorden van
den heer du Burck, dat de banne haar plicht na
laat om het vaarwater op diepte te houden. Wat
de man in Noordscharwoude met zijn schuit ver
voerd is in hoofdzaak afkomstig van de scholen en
een paar bedrijven, maar van particulieren is er
maar weinig bij.
Van het land af wordt alles in de sloot geworpen
Het zal niet mogelijk zijn de verordening door te
voeren, omdat men niet de voile medewerking van
de menschen heeft.
Gezien die mentaliteit zal men niet veel resul-
taat hebben, omdat de menschen het niet zullen
bewaren, ook al moeten zij maar een uur op den
vuilnisman wachten.
In den schoonmaaktijd zal men het misschien be-
waren voor den dienst.
Spr. kan zich vereenigen met het prae-advies.
De heer Bekker zegt dat de finantien in hoofd
zaak het bezwaar vormen. Noordscharwoude met
zijn kapitalen, daar. kan Zuidscharwoude niet te-
genaan. En men zal minstens 30 politie-agenten
noodig hebben om 1 bekeuring te begaan.
De voorzitter zegt, dat er in de gehouden discus-
sies is medegedeeld, dat er in Oudkarspel jaren te-
rug een dienst is geweest, maar ook in Noordschar
woude. Deze moesten worden opgeheven door ge
brek aan belangstelling. Maar ten opzichte van het
besluit van Noordscharwoude kan thans worden
gezegd, dat het niet voor tegenspraak vatbaar is,,
dat de ophaaldienst daar thans uitermate voldoet.
Aan de hand van gegevens van de vorige jaren,
smaakt als room
werd de dienst.voor 1 jaar ingesteld, maar men kan
nu spreken van een groot practisch resultaat, een
resultaat dat bewezen kan worden door de uitge
oefende controle.
Het is slechts een klein percentage dat uit con-
servativiteit toch het vuil te water werpt.
In Noordscharwoude staan slechts 10 personen
op een lijst, die weigeren het vuil mede te geven
aan den ophaaldienst.
En dan kan men toch moeilijk zeggen, dat de ge
meente Noordscharwoude niet als voorbeeld kan
dienen.
Tot mij spreekt in groote mate de noodzakelijk
heid, wanneer men ziet wat er in het water wordt
geworpen. En dan moet men onderscheid maken
tusschen dat wat van de akkers komt en uit de
woningen.
Er wordt ook gezegd dat de Banne het water in
orde moet houden en haar plicht verzaakt.
Nu moet men in mij niet zien, iemand die voor
de Banne gaat pleiten, maar ik zou de zaak willen
omkeeren en zeggen dat de menschen een gele
genheid moeten hebben om hun vuilnis kwijt te
raken.
Want wat er thans in het water wordt geworpen
moet er later weer uit gehaald worden.
Wanneer de menschen geen gelegenheid hebben
om het vuil kwijt te raken, en er zou proces-ver
baal worden opgemaakt, zou die omstandigheid ze
ker als verzachtende maatregel bij de strafbepaling
worden toegepast.
De pessimistische geluiden over den dienst in
Noordscharwoude moet ik dan ook ten sterkste te
genspreken.
Z.E.A. staat zelf zeer sceptisch tegenover het op
halen in den schoonmaaktijd, Zouden de menschen
het dan gaan bewaren, wanneer ze het elf maan
den lang in het water hebben kunnen werpen?
Ik ben een groot voorstander voor een dienst van
gemeentewege hoewel ik ook niet blind ben, dat
dit natuurlijk geld zal moeten kosten.
De man zal niet het volle werk aan den dienst
behoeven te geven, maar tevens andere gemeente
werkzaamheden kunnen verrichten waarvoor thans
een ƒ200 wordt uitgegeven aan een los werkman.
Dit zou kunnen worden opgedragen aan den ge-
meetewerkman die vermoedelijk wel niet zal ver
schijnen.
De heer Bekker zegt wel voor een ophaaldienst
te zijn als het maar niets, of althans niet te veel
kost.
De heer Zeeman zegt, dat er tegenwoordig al veel
groentenafval door de tuinders op den kant van
den akker wordt geworpen. Men kan echter na
tuurlijk geen onkruid op den akker bewaren.
Waar de heeren blaken voor den ophaaldienst,
wanneer hij niets kost nemen ze hem niet.
Men praat honderd uit, maar daden blijven weg.
Organiseer een dienst, en de menschen worden
opgevoed in de richting van het nut niets meer te
water te werpen.
Spreker zou gaarne zien. dat het althans voor 1
jaar werd geprobeerd.
Met alleen de heer Zeeman tegen, wordt het prae
advies van de meerderheid van B. en W. aangeno
men om alleen in den schoonmaaktijd het vuil te
doen ophalen.
Rondvraag.
Door den heer Bekker wordt de aandacht geves
tigd op den onaangenamen geur die heerscht bij
de slagerij tegenover de zuurkoolfabriek en zou
gaarne zien dat hiertegen iets gedaan kon worden.
Dit zal in de vergadering van B. enW. nader wor
den besproken.
Door den heer Dijkhuizen wordt gevraagd of er
een bijzondere reden voor is dat de begrooting en
de rekening zoo laat worden aangeboden.
De voorz. Alleen de rekening is aangeboden. Het
is niet laat in vergelijking met andere gemeenten.
Wettelijke voorschriften bestaan hieromtrent niet.
De heer du Burck: Bij de stukken is een schrij
ven over de kwestie van de 5 pet
De voorz.: Dat is voor kennisgeving aangenomen
en ik moet er bezwaar tegen maken daarop terug
te komen.
De heer du Burck: U wilt me zeker wel weer
niet begrijpen. Maar ik bedoel het heusch goed.
In dat stuk staat dat belanghebbenden voor 16
Juli op- of aanmerkingen bij de commissie had
den kunnen indienen. Nu zijn we 26 Augustus.
De voorz.: Dit stuk is onder den hamer door en
ik zal daar niet op antwoorden.
De heer du Burck verzoekt om, wanneer weer der
gelijke stukken inkomen, waarop op- of aanmer
kingen kurnen worden gemaakt, daarmede den
raad in kennis te stellen.
De voorz.: De voorz. houdt zich aan den regel
en brengt ze in de eerstvolgende raadsvergadering.
De heer du Burck: Wilt u dan een raadsvergade
ring daarvoor houden?
De voorz.: Meneer Kroon heeft u nog iets?
De heer du Burck: Ik wachtte op antwoord van
u, anders had ik nog wel iets gehad.
De voorz.: Meneer Kroon, heeft u nog iets?
De heer Kroon wil in het openbaar verzoeken,
om bij eventueele verkiezingen rekening te houden
met andermans eigendommen en niet zoo maar te
plakken, zooals thans is gedaan.
De voorz. zegt, dat allen dit zeker zullen onder
schrijven.
De rondvraag is hiermede ten einde, waarop de
voorzitter de vergadering sluit.