Haarden Kachels Hike Breijer's I1T-B3P0333I3 Zaterdag b October i»29. H8e Jaargang Firma R. J. HOUWING Speciaal Cnrsetten - Magazijn Buitanlandsch Overzicht No 118 IIITERC. TELEPHOOR L|\;(dDl]kEBVroiR4,\1 Dinsdag, Donderdag en Zaterdag Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier Abonnementsprijs - per 3 maanden f i.i5 - liitpe: Firma J. H. KEIZER. Redacteur I. H. KEIZER. Bureel Noordschafwoude. Groote kttew na4r pka**uim<» MIEHT 1 IEL (44 ALKMAAR Keuze uit pl.m. IOO modellen. TOB HOOIT. EERST ERVARINGEN DAN WOORDEN Het is onze geestelijke luiheid, dat we naar woorden verlangen en ervaringen schuwen A. Mankes. Zijn woorden leege, holle dingen? Kunnen wij niets aan woorden hebben? Ja, wij kunnen er zelfs heel veel aan hebben ze kunnen ons onnoemelijk veel zeggen. Bedenk maar eens, hoe dichters en schrijvers ons kunnen treffen en ontroeren, hoe ze ons geestelijk kunnen verheffen en meevoeren. Maar laten we ook bedenken, dat we eerst door onze levenservaringen rijper zijn geworden voor die kunstgenietingen. Een kind wordt niet getroffen door het woord van een dichter, het staat in wijs heid en ervaring zooveel achter bij hen. We kun nen het kind wel zeggen: dat dichterwoord is waar, je moet je er aan houden maar het zal er inner lijk niets bij ervaren en misschien alleen uit gemak zucht wel willen aannemen, dat het zoo is. Uit gemakzucht, uit geestelijke luiheid maar aan nemen dat het zoo is. - Hoe dikwijls doen wij men- schen -dat? Wij zoeken naar woorden, verschuilen ons daarachter, noemen die woorden misschien wel onze principes, onze idealen. We klemmen er ons aan vast en als de ervaringen komen, staan we met die principes en idealen zoogenaamd „boven de werkelijkheid." Boven de werkelijkheid staan is heel mooi, als wij dat werkelijk uit overtuiging en uit zuiver ge voel kunnen doen. Maar zoolang het een pose is is het enkel lafheid om aan de werkelijkheid te ontkomen. We moeten door de werkelijkheid heen er boven uit! Zoek dus niet in boeken naar een levenshouding, laat u ook door niemand een levenshouding aan praten. O, misschien zijn die levenshoudingen heel mooi. maar ze zijn nog niet voor u. Alles wat ui terlijk op ons toekomt is waardeloos. Alleen door innerlijke ervaringen wordt ons leven rijker en waardevoller. We zullen dan de woorden van den dichter leeren verstaan en voelen, we zullen dan rijp worden voor grootsclie ontroeringen, die woor den ons kunnen geven. Dan pas krijgen woorden waorde. Pas als ze ra ken aan onze wel doorleefde ervaringen. Dr. JOS DE COCK. (Nadruk verboden.) Voor de lezers van dit blad geeft onze psycholo gische medewerker dr. Jos de Cock, van Merlenstr. 120 den Haag, gratis zielkundige adviezen o.m. over de wijze waarop zij hun geest kunnen ver- frisschen en hun wilskracht en energie kunnen versterken. Mochten de beantwoordingen te uitvoerig worden dan direct schriftelijk aan de aanvragers. LEZER te N. S. Als de uietrlijke wereld voor ons verdwenen is, dan gaat de innerlijke open. Om dit inwendige le ven te gevoelen behoeft men niet in een toestand van half waken en half slapen te zijn. Iedereen heeft het oog, om dt te zien, wanneer hij zich maar niet door het uiterlijke des levens laat ver blinden. Wij leven nu in de werlued van het uiterlij ke leven, wij moeten ons daarin voegen, maar bo venalmoeten wij ons innerlijke leven be schermen en bewaren tegen alle uiterlij ken schijn der werled in. VERZONDEN BRIEVEN. G. K. te N. S. P. te Z. S. Mej. M. te O. Algemeen Overzicht Nazomer. Einde zomertijd. De kente ring nadert. Onze luchtlijn Holland-In- I dië. Tegenspoeden in de lucht zoowel als I te land. Spoorwegongeval. De onbe- 1 waakte overwegen. Van ongewenschte gasten. Behendigheidswedstrijd tusschen Nederland en België. Wie zal de zigeu ners hebben? Gebrek aan mijningenie- uers voor Indië. Buitenlanders benoemd Alastrim-geruchten in de Residentie. Zaandamsche staking opgeheven. Een monument voor onze „zeehelden." De zomer kan maar niet scheiden lijkt het. Dag 'in dag uit, week in week uit mooi weer, nazomer weliswaar, zonder de verschroeiende hitte, maar zomer toch, met nog veelkleurigen bloementooi. Maar desniettemin, de kentering moet wel haast komen. De eigenlijke herfst, de officieele herfst, was op den 22sten der maand precies op tijd, maar heeft niet veel meer gedaan dan even terrein ver kennen. Het was hem blijkbaar nog te vroeg. Nu i§ het zoover, dat de zomer officieel afscheid van ons neemt. In den nacht van vijf op zes October moeten de klokken een uur teruggezet of stilgezet worden. We winnen een uur en dan zijn we weer in den normalen gang, we houden ons dan voor- loopig alleen maar aan de zon en de ontevreden heid over den nieuwerwetschen zomertijd kan ge voegelijk eenige maanden rusten tot het volgende jaar. Met onze luchtverbinding tusschen Indië en het Moederland gaat het maar wat goed. Het eene vliegtuig vertrekt na het andere voor den verren tocht en we aanvaarden dit feit, alsof het de meest gewone zaak van de wereld betrof. We weten al niet beter of het hoort zoo: een luchtverbinding met Indië. Wel zeker, we staan voor niets meer te kijken tegenwoordig. Toch, er zijn aan den tocht nog wel eenige gevaren vermoedelijk, die zeker niet onderschat zullen worden door de koene mannen, die het luchtruim gaan doorklieven van hier naar Indië. En, al gaat het schitterend in menig opzicht er is ook melding te maken van tegenspoed. Het tweede vliegtuig dat op reis was van Bangkok naar Medan werd door het slechte weer op de westkust van het schiereiland Malakka gedwonegn een nood landing te maken. Bij die landing moet het toestel nogal ernstig gehavend zijn. Dergelijke tegenspoed zal intusschen op den moed en den durf en den ondernemingsgeest van onze dappere vliegeniers wel niet veel meer invloed hebben als de tegen spoed welke onze voorvaderen uit de zeventiende eeuw ondervonden bij hun ontdekkingstochten ter zee, op hun ondernemingsgeest heeft gehad. En, ongelukken zegt men, kunnen overal gebeuren ook te land met de nspoortrein. Wat o.a. dezer dagen in de Streek in de nabij heid van Hoorn gebleken is, waar een goederentrein geladen met landbouwproducten op een stootblok reed. Het ongeval kostte aan den hoofdgeleider van den trein het leven. En, veel groenten gingen verloren, wat natuurlijk niet het ergste is. En dan het ongeluk dat plaats had op den onbewaakten overweg bij Princenhage, waar twee kleine kleu ters in een genoegelijk ritje wreed gestoord werden en het met den dood moesten bekoopen. Er is over de onbewaakte overwegen al heel wat gezegd en geschreven, maar dat neemt niet weg, dat een on geval als het hierbedoelde althans niet wordt op gevat als iets, dat zoo behoort. Men gewent aan veel, zoo niet aan alles, maar daar is tijd voor noodig. Er blijkt een strijd te zijn ontbrand tusschen de Nederlandsche en Belgische politie aan de weder- zijdsche grens. Niet wat men noemt een gewone kloppartij maar eigenlijk meer een behendigheids- wedstrijd in het over de grens brengen van tal van zigeunerbenden. Naar het „Hbld." verneemt moe ten er in België zeer veel zigeunerbenden aanwe zig zijn, die afkomstig zijn uit Zuid Frankrijk waar men ze ook liever kwijt dan rijk was. Het is be grijpelijk dat men de ongewenschte gasten vooral met het oog op den komenden winter graag zou willen loozen en nu wordt getracht de benden over onze grens te brengen. Doch, onze marechaussee, onze ryksveldwacht, ziet scherp toe. En nu kunnen de Belgische autoriteiten aan de zigeuners wel het bevel geven binnen enkele dagen het Belgisch ge bied te verlaten, maar ze moeten, toch ergens blij ven, dat spreekt. De Belgische gendarmen drijven hen in de richting van ons land, maar wij wen- schen van het bezoek verschoond te blijven en de Belgen pjobeeren nu hier of daar een gaatje te vinden, waardoor en waarlangs het zigeuner volk je kan aftrekken en de Hollanders traenten dit te voorkomen. Een aardig spelletje, zoolang het spel blijft. En, zeker is het niet alles, zigeuner te zijn. Ons kleine landje is rijk en groot, door zijn bezittingen in het verre Oosten. We zijn o.a. een voornaam mijnbouwend volk. Doch het gaat daar in Inidë met den mijnbouw eignlijk wat te hard. Te hard, omdat de uitbreiding van den mijnbouw daar te lande geen gelijken tred houdt met de toe name in Nederland van het aantal mijn ingenieurs Thans moet het zoo erg zijn, dat bij gebrek aan Nederlandsche liefhebbers, een achttal buitenlan ders moet worden uitgezonden om bij het mijnwe zen in Indië een betrekking te aanvaarden. Of het nu inderdaad zoo erg is dat buitenlanders in onze bezittingen min of meer verantwoordelijke positie gaan innemen, dit staat niet aan ons om te beoor- deelen. Er zijn nu eenmaal menschen, die het voor ons land beschamend vinden, dat ons land niet genoeg bestudeerde jongelui beschikbaar heeft om den gestadigen gang en de voortdurende uitbrei ding van het mijnwezen in Indië te steunen. Er zijn er ook, die misschien in de noodzakelijkheid van 't in dienst hemen van buitenlandsche gestudeerden een kansje te meer zien voor de „pénétration paci- fique." Bismarck moet indertijd al gezegd hebben, dat Nederland zich zelf wel annexeert (bij Duitsch land.) Of die annexatie door het benoemen van buitenlandsche ingenieurs (waaronder misschien ook wel Duitsche) zal bevorderd worden is intus schen nog de vraag. Hoe dit zij, het gebrek aan Nederlandsche mijningenieurs moge den Holland - sche studeerenden een prikkel zijn zich op de mijn bouwkunde te gaan toeleggen. Waarvoor anders heb ben we in Delft zulke groote en grootsche gebouwen staan? In de Residentie liepen dezer dagen geruchten, dat er daar ter stede alastrimgevallen verzwegen zouden zijn. Men wil blijkbaaar een verklaring vin den voor het zeker wel opmerkelijke feit, dat de bevolking van den Haag, schoon in veel en velerlei contact met het nabijgelegen Rotterdam tot dus ver zoo goed als verschoond bleef van alastrim. Op zich zelf is dit gelukkig, wanneer het een feit is, maar juist wordt er, blijkens het gerucht, aan getwijfeld of het een feit is, dan wel of inderdaad zich riieerdere gevallen hebben voorgedaan, die ver zwegen werden. Blijkens de verschillende berichten is de alastrim nog niet tot staan gekomen, uit Delft o.a. kwamen nog dagelijks berichten omtrent smaakt als room Rechthouders Zwachtels en Voutmanchetten Uilsiüitend verkrijgbaar in prima kwaliteiten (Depót PALTHE - Almelo) Mac Donald vol verwachting op reis ge gaan naar Amerika. Veel vriendelijkhe den. De basis dus gevonden. Hoe het verkeeren kan. Ontwapening te land. Painlevé aan het woord. Oude wapens opgeruimd. Wie zal ze koopen. Reden tot vrees niet uitgesloten. Verouderde, nieuwe luchtschepen te zwaar, te klein, te langzaam. Nieuw ministerie in Oosten rijk. De doodstraf. De Belgische beul overleden. De stad Berlijn voor tien millioen opgelicht. Mac Donald heeft de reis naar Amerika aan vaard en naar gemeld wordt vol verwachting. Hij verwacht veel van zijn verblijf in Amerika en Ca nada. Hij hoopt, dat de vijf zeemogendheden, die indetrtijd de overeenkomst van Washington onder teekend hebben, opnieuw zullen gaan overleggen, om tot een nog beter resultaat te komen. We mo gen wellicht aannemen, dat de zaak er (althans tusschen Amerika en Engeland) al goed voorstaat. Immers, de Engelsche premier zou de reis niet aan vaarden voor een eenigszins betrouwbare basis ge legd was voor zijn mondelinge besprekingen te Washington. Hij is dus op reis gegaan en, zal met veel vriendelijkheden ontvangen worden. Hij komt aan te New York, waar hem het eere-burgerschap der stad zal worden aangeboden. Het kan raar loo- pen in de wereld. Mac Donald heeft zich inge scheept op de „Berangarid", een schip dat oor spronkelijk Duitsch bezit was (onder den naam van „Impérator") maar dat na den oorlog in handen der Engelschen kwam. En op dat schip werden hem, Mac Donald, als verblijf aangewezen, de apartementen, die indertijd voor den toenmaligen Duitschen Keizer Wilhelm werden ingericht. Het kan verkeerenEn terwijl Mac Donald op reis gaat, om de ontwapeningsplannen, voor zoover nieuwe gevallen. Al zijn de medici het nog niet eens misschien over den aard der ziekte of over de juis te benaming, daarover zijn we het toch wel eens, dat alleen een krachtige bestrijding kan helpen. De ervaring heeft geleerd, o.a. in Zwitserland dat het jaren kan duren voor deze ziekte geheel bedwongen wordt. De bij het conflict in het houtbedrijf betrokken organisaties van werknemers te Zaandam, hebben in het laatst der vorige week met hun leden ver gaderd, om o.a. te bespreken, wanneer de hervat ting van het werk zal beginnen, nu er een einde aan de staking gekomen is. Besloten is na ver schillende besprekingen, het werk op zeven Octo ber te hervatten. Het conflict in het houtbedrijf, dat thans geëindigd is, heeft zes maanden geduurd Het plan bestaat te den Helder een monument op te richten ter eere van het Nederlandsche red dingwezen, een monument om den landgenoot en den vreemdeling te wijzen op den heldenmoed en de plichtsbetrachting dergenen, die hun leven wa gen om dat van anderen te redden. Het moet een mooi monument worden maarer is veel veel geld voor noodig de vloot betreft te helpen bevorderen, wordt ook nog altijd druk gesproken over ontwapening en beperking te land. Niet, dat er in de laatste dagen te Genève of elders belangrijke besluiten geno men zijn, waaruit zou zijn af te leiden, dat de ont wapening te land of de krachtige beperking om zoo te zeggen al voor de deur staat. Zoover is het nog niet. Maar, toch wordt er durk over gesproken al is het maar alleen in Frankrijk, waar Painlevé, de minister van oorlog, Zondag in een redevoering nogmaals gewezen heeft op de groote rol, welke Frankrijk heeft gespeeld op het gebied van de be vordering van den vrede, en hij heeft ook doen uitkomen, dat op het gebied van ontwapening, geen land ter wereld nog gekomen is tot een beper king van bewapening als die, welke Frankrijk zich getroostte, door het terugbrengen van den mili tairen diensttijd op één jaar, en dit wel, zonder dat Frankrijks veiligheid daardoor verzwakt werd (om trent de mogelijkheid of waarschijnlijkheid waar van men zich zeker toch van te voren wel behoor lijk zal hebben vergewist.) In die vermindering van den diensttijd zal het waarschijnlijk wel niet zitten, dat Frankrijk zoo veel oude wapens heeft, waarvan het zich de vol gende maand zal ontdoen, door verkooping. Er moet veel oud en antiek sul bij zijn, maar ook nog wel een aardig partijtje door de Britsche en de Amerikaansche legers achtergelaten machinegewe ren. De verkooping zal plaats hebbr,n onder voor waarde, dat alles binnen het jaar het land uit moet zijn. Als de Franschen het maar kwijt zijn. Toch, zou men zeggen, kan het Frankrijk niet onver schillig zijn wie de oude wapens (waaronder ook bruikbare) koopt en met welk doel. Het klinkt heel poëtisch te beweren, dat de zwaarden tot ploegen worden omgesmeed, maar ploegen kunnen wellicht gemakkelijxer en goedkooper vervaardigd worden dan uit geweren en kanonnen. Inelk geval, als dat de bedoeling was, kon Frankrijk zelf de wapens nog gebruiken. Er moeten menschen zijn, ook in Frankrijk, die vreezen dat de wapens gekocht zul len worden door een of anderen oorlogszuchtigen stam en dat de Fransche wapens nog eens zunen dienen om misschien wei in handen van rebellen hier of daar (de wereld is zoo groot) een bruik baar wapen te vormen. En, ten siotte zou zich het geval kunnen voordoen, dat Frankrijk ergens met zijn eigen kogels uit zijn eigen geweren begroet werd .En daarom zijn er, die beweren, dat het be ter zou zijn, alles maar te vernietigen en niets te verkoopen, wat toch mogelijk ook weer velen aan het hart zou gaan, vanwege het geld dat indertijd die dingen gekost hebben. Oude wapens! Wanneer is eigenlijk een wapen oud? Dat is moeilijk te zeg gen. Iets nieuws kan al weer oud zijn of althans verouderd. Dat blijkt in Engeland, waar men o.a. twee nieu we luchtschepen heeft gebouwd, die hun proef tocht nog moeten doen. Beweerd wordt, dat deze luchtschepen nu al niet meer deugen omdat ze te zwaar, te langzaam en te klein zijn om in de mo derne luchtvaart een eenigszins goede figuur te maken. Het is te begrijpen waar de bouw van een paar luchtschepen altijd zooveel tijd in beslag neemt, dat er tusschen den aanvang en de voltooi ing alle gelegenheid is het in de bouwplannen vast gestelde op velerlei wijze te overvleugelen. In Oostenrijk is een nieuw kabinet opgetreden. Er was sedert langen tijd onrust in dat land en de verschillende partijen stonden zoo vriendelijk tegen over elkander, dat zelfs van een te verwachten burgeroorlog gesproken werd. Blijkens de laatste berichten schijnt het gevaar voor een burgeroorlog zoo goed als te zijn geweken en hebben de thans bematigde elementen de macht zoodanig in han den, dat er kans bestaat, dat de binnenlandsche moeilijkheden langs volkomen wettelijken weg een oplossing zullen krijgen. Duitschland en Oostenrijk leggen zich toe op de invoering van een zekere eenheid in het stelsel van strafwetten. Maar hee- lemaal eens zijn de Duitschers en Oostenrijkers het niet, met name niet over de doodstraf. In Duitsch land bestaat de doodstraf nog, in Oostenrijk is ze afgeschaft. Maar er is toch overeenstemming mo gelijk, waar in Oostenrijk een sterke strooming be staat voor wederinvoering. Nu behoeft het met de doodstraf overal waar ze bestaat zoo'n vaart niet te loopen. In België is he nog niet tot een offi cieele afschaffing gekomen. De doodstraf bestaat er dus wettelijk wel, maar ze werd sinds vele jaren niet meer toegepast. Toch werd het ambt van beul nog vervuld op een onbloedige wijze. De terecht stellingen bepaalden zich er toe, dat wanneer ie mand ter dood veroordeeld was, de „beul" een paal oprichtte, waaraan het vonnis met den naam van den veroordeelde werd vastgespijkerd. Thans is de „beul" overleden. Of er een nieuwen benoemd zal v/orden en of er gegadigden voor het eertijds ge vloekte ambt zullen zijn? Als het goed betaald wordt, vermoedelijk nog wel, te meer daar de man volegns de hedendaagsche Belgische opvattingen zijn bedrijf zonder zwaard kan uitoefenen en dus het griezelige er af is. In Berlijn is weer een finantieel schandaaltje van nogal grooten omvang. Drie gebroeders hebben zich o.a. aan eenige honderden vervalschingen schuldig gemaakt ten nadeele van de stad Berlijn welke zij, de gebroeders Sklarek, in totaal een schadepost) e van tien millioen mark zouden heb ben berokkend. De gebroeders (die een contract hadden met de stad inzake leverantie van alle klee deren en textielgoederen aan de stedelijke bedrij ven) namen b ijde Stadsbank voorschotten op de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1929 | | pagina 1