ALLERLEI meester zijn taak als burgemeester in zeer ruimen zin opvat. In het belang van de gemeente. In 1931 treedt de wet op de finantieele verhou ding tusschen rijk en gemeenten in werking en dan ontvangt de gemeente f3000 van het salaris van den burgemeester terug. Spr. vraagt of het aanstellen van een ambtenaar niet in het belang van de gemeente moet worden geacht, vooral waar het zoo'n klein bedrag betreft. De voorz. antwoordt nog aan den heer Kostelijk, dat vanavond weer posten op de begrooting zullen worden gevoteerd. Daar mogen B. en W. niet bui ten gaan. Maar u toetst de bedragen van de reke ning aan de bedragen van de begrooting Bii de rekening heeft ieder raadslid het recht de doelma tigheid van de uitgaven door B. en W. gedaan te controleeren. Door u wordt de doelmatigheid en rechtmatig heid van de uitgave aan den ambtenaar vanaf Ju li tot Januari betwist. Dan kunt u dat bij het na zien der rekening ter kennisse brengen van Ged Staten, die dan verder wel zullen beslissen Den heer de Boer ben ik erkentelijk voor de vrien delijke woorden tot mij gericht. Ook is mij eens door den heer Kostelijk gezegd, dat ik mij niet moest bemoeien met al de kwesties die hier voorkwamen. Maar ik verricht graag mijn taak als burgerva der en van zeer nabij weet hij, dat door mij een kwestie, die al zeer lang liep. tot oplossing is ge bracht. Volgens eed en geweten zal ik mijn plicht doen zonder aanzien des persoons, Zal door mij recht worden gedaan. Wethouder Bakker zegt dat het allereerst door hem het voorstel is gedaan om de handhaving van den ambtenaar tot Januari goed te keuren. Dan hadden B. en W. gelegenheid zich nog eens te kun nen beraden. Alles wat door den heer de Boer is gezgd doet mij sympathiek aan. Ook ik geloof dat het in het belang van de gemeente is, wanneer hier een amb tenaar wordt aangesteld. Maar gezien de uitspraak van den raad werd door mij geen vrijheid gevon den het bedrag op de begrooting te plaatsen. Door bemiddeling van den secretaris van ons Gewest hebben wij een compromis gesloten, en zal na 1 Januari volstaan worden met een volontair De raad zal daarvan de consequentie te hebben aanvaarden. Wethouder Kroon zegt niet voor het op de be grooting brengen van de post te zijn geweest, om dat hij de benoeming van een ambtenaar van den raad wilde laten uitgaan. De heer Kostelijk herinnert aan den tijd, dat hij nog wethouder was, en toen men voor het feit stond, men zich afvroeg: wat moeten we doen. Onze bedoeling was de gemeente te krijgen in de klas waarin zij behoorde, omdat zij een klas te hoog stond. Toen hebben wij besloten uit een oogpunt van bezuiniging den nieuwen burgemeester tevens se cretaris te maken. De burgemeester is, toen hij solliciteerde hier op de secretarie geweest om te weten dat de raad hem zou stemmen als secretaris. Toen is hem tevens medegedeeld dat er een amb tenaar aanwezig was, en zeker niet overbodig was. Waarop door den burgemeester werd geantwoord, dat hij een ambtenaar niet noodig achtte. Wanneer hij een burgemeester en een burger vader is, dan wil ik hem herinneren aan deze, door hem gesproken woorden. Daarom vind ik het een zuiver standpunt wan neer de burgemeester daarvoor de f200 uitlegt. De heer Zaagman zegt, dat den laatsten tijd de gemoederen zeer geprikkeld zijn. We zijn hier een kleinen raad en moeten in gemoedelijkheid de za ken behandelen. Hierna worden de algemeene beschouwingen ge sloten en wordt overgegaan tot de behandeling van de begrooting. Bij de post jaarwedde ambtenaren en bedienden ter secretarie doet de heer de Boer het voorstel een ambtenaar of een volontair aan te stellen op een salaris van f300. De heer Kostelijk zegt dat het hem een raadsel is, dat eerst het volle bedrag op de begrooting heeft gestaan en dit later weer is verminderd. De voorz. antwoordt dat het plaatsen van het volle bedrag op een misverstand berustte. Wat nu het voorstel van den heer de Boer be treft, acht Z.E.A. het in het finantieel belang van de gemeente, dat er een leerling-ambtenaar wordt werkzaam gesteld naast den burgemeester. Hij kan er nog aan toevoegen dat de tegenwoordige ambte naar blijft zitten en door hem met hetzelfde sala ris zal worden betaald. De heer Groen zegt van dezelfde meening te zijn als de heer Kostelijk. De combineering van de 2 functies beteekende een voordeel voor de gemeente en wanneer de secretaris hulp noodig heeft, laat hij die dan zelf nemen, evenals uw voorganger. Op het oogenblik dat u solliciteerde wist u dat dat de bedoeling was. Spr. kan er zich niet mee vereenigen een ambtenaar aan te stellen. De hr. Zaagman zegt dat Nrd. en Zuidscharwou- de ook geen ambtenaar hebben. En wanneer u eens ziek mocht worden, dan zal zich dat ook wel.weer redden. We hebben in u een goed secretaris en moet u dat werk toch ook afkunnen. In de vorige vergadering werd geen meerder heid gevonden voor het aanstellen van een amb tenaar en spr. wenscht zich ook nu bij dat stand punt te bepalen. Wethouder Kroon acht het een groot gemis, wan neer er geen ambtenaar is. Hij aanvaardt de volle consequentie voor de aanstelling. De voorz. Wanneer men doordrongen is van de noodzakelijkheid dat er een bescheiden kracht naast den burgemeester werkzaam is, dan geeft men hem die, ook al verdient de burgemeester f 10.000. De gemeente kan nu na 1 Januari parasiteeren op den burgemeester, zooals door den heer Zaag man is gezegd, dat ik dat deed op de gemeente. De heer Kostelijk. U behoeft voor mij geen amb tenaar te nemen van f 300. U kunt er voor mij een nemen, zooals gezegd heeft, met geld toe. Wanneer u het doet, gaat het ter vergemakkelijking van u zelf. De heer Zaagman zegt dat hij het woord para siteeren niet heeft gebruikt. Hij moet dit ten stel ligste afwijzen. Door mij is gezegd, dat ik een amb tenaar niet noodig acht. In stemming gebracht wordt het voorstel van den heer de Boer verworpen met alleen de voorsteller en wethouder Kroon voor. Door den heer Kostelijk wordt gevraagd hoe het komt dat de post verlichting en verwarming van het gemeentehuis f 50 hooger is geraamd. De voorz. antwoordt, dat men, gezien de uitga ven in 1929, bang is, niet toe te kunnen met f 100, en daarom is het bedrag op f 150 gebracht. Eveneens verstrekt de voorz. een toelichting op de posten bureau- en schrijfbehoeften en drukwer ken, waarmede de heer Kostelijk tevreden is. Bij de post salaris gemeente-veldwachter thans f1200, komt in behandeling het verzoek van den gemeente-veldwachter om verhooging van zijn sa laris. B. en W. stellen voor het salaris te brengen op f 1300 en het bedrag voor kleeding en uitrusting van f 160 op f 200. De heer Kostelijk zegt dat men hier een politie heeft die geacht is en haar werk best doet. Spr. kan met het voorstel meegaan. j ko°ee„ eeeernfaagman is het met deze woorden vol- Ook de heer de Boer kan er zich mee vereenigen De heer Groen acht Boon als een man die in de gemeente goed bekend staat en kan zich met het voorstel vereenigen. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van B. en W. besloten. De voorz. feliciteert de politie met deze verhoo ging en zegt dat het ten volle is verdiend. In verband met den post voor onderhoud brand spuithuisje groot f60, vraagt de heer Kostelijk of het brandspuithuisje niet overbodig is geworden' De voorz. antwoordt, dat de spuit wel weggaat maar de wagen blijft toch, voor het vervoeren van het materiaai by brand, zooals kleeden, slangen „jevens za! hierin worden bewaard het materiaal voor de brandkranen, terwijl nog op twee andere gedeelten van de gemeente van dit materiaal zal worden ondergebracht. „„V°urJde eerste maal komt °P de begrooting voor een bedrag van f 500 voor de tuberculosebestrijding In de hierop gegeven toelichting, zegt de voorz dat een Prov. Blad er op wijst, dat de Provincie subsidie geeft aan die gemeenten, die op hun pro gram verpleging van t.b.c. patiënten hebben staan. Door de Provincie wordt "50 procent gegeven van het bedrag dat door de gemeente wordt besteed tot een maximum van f500. iJR dfi1 loop van dit iaar hebben B. en W. van het Witte Kruis een verzoek gekregen bij te dragen in de uitzending van een kind. Het Witte Kruis is het instituut van verbinding tusschen de gemeente en het uit te zenden kind of uit te zenden patient. Aan het einde van het jaar kan de helft van de Provincie worden teruggevorderd, onder voorwaar de dat de patient in de verpleegkosten bijdraagt, of voor dit College moet onomstootelijk komen vast te staan dat de patient in geen geval kan bijdra gen m de verpleegkosten. Door B. en W. is medewerking toegezegd voor de uitzending van het kind van den heer Steegers, in de hoop, dat de raad zich met het ingenomen standpunt van B. en W. zou kunnen vereenigen. De heer Zaagman zou graag een verslag van het hoofdbestuur van het Witte Kruis ontvangen in verband met deze t.b.c.verpleging. waarop door den voorz. wordt geantwoord, dat het hoofdbestuur er geheel buiten staat. Z. E.A. vraagt dan tevens of door den raad aan B. en W. machtiging kan worden gegeven zoo noo dig het bedrag van f 500 te mogen overschrijden. De heer Kostelijk zou voorloopig niet verder wil len gaan dan f 500. Wanneer het noodig is kan toch weer raad worden geschaft. De heer de Boer is er niet tegen vrij mandaat te verleenen. De heer Groen wil deze post zoo handhaven en later weer praten. De raad keurt de houding van B. en W. en de post van f500 goed. Door de afd. Langedijk van de vereeniging voor Kinderherstellings- en vacantiekolonies is het ver zoek ingediend om van gemeentewege de helft van de verpleegkosten voor haar rekening te nemen van ieder kind, dat uit deze gemeente wordt uitgezon den. In 1929 zijn vanuit deze gemeente 7 kinderen ter verpleging uitgezonden. Op de begrooting is geplaatst een bedrag van 200 gulden. B. en W. stellen voor in principe te besluiten de helft van de verpleegkosten voor rekening van de gemeente te nemen onder beding, dat de gemeente een opgave ontvangt van de kinderen en de namen van de ouders of verzorgers om te kunnen beoordee len of ook deze niet een zeker gedeelte kunnen bij dragen. Deze houding voor 1930 zoo te bepalen en voor dit jaar het gevraagde tot wederopzegging toe te staan. Overeenkomstig het voorstel van B. en W. wordt door den raad besloten. Subsidie aan ziekenhuizen en sanatoria f447. Na toelichting wordt ook deze post voor het Cenrtaal Neutraal Ziekenhuis goedgekeurd. Als vertegenwoordigers in het college van Re genten worden aangewezen de heeren baron von Friedag, burgemeester van Schoorl, en burgemees ter Haringhuizen van Wieringerwaard. Bij de post onderhoud huizen en torens wordt op een vraag van den heer Kostelijk of het verhoog de bedrag in verband staat met reparatie met den toren, door den burgemeester bevestigend geant woord. Voor onderhoud van de straat is uitgetrokken 'n bedrag van f 3500. Op een vraag van den heer Kostelijk antwoordt de voorzitter, dat het in de bedoeling van B. en W. ligt, om ook in 1930 weder eenige stukken grondig te verbeteren. Onderhoud pompen en riolen. Op een vraag van den heer Zaagman waar dit gebeurt, antwoordt de voorz. van bij Zeeman en bij de Boer. Kosten algemeene begraafplaats. De heer Zaagman zegt dat er f 175 is uitgetrokken voor salaris en f 25 voor andere kosten. De voorzitter zegt dat de laatste gelden zijn uit getrokken voor het snoeien en dergelijke. Kosten gemeentereiniging f 125. Dit bedrag staat in verband met het besluit van den raad, om in het voorjaar dezen dienst voor een zes weken te doen werken. Wethouder Bakker had het bedrag liever hooger gezien in navolging van wat in Noordscharwoude wordt gedaan. Aanschaffen schoolmeubelen f 500. De heer Kostelijk wijst op de verhooging van dit bedrag en dacht dat de raad vooruit wist, waar voor dit noodig was. De voorz. zegt dat het in de bedoeling lag van B. en W. het lokaal van het hoofd der school van nieu we banken te voorzien. Tevens zijn er eenige andere onkosten bij voor nieuwe gordijnen enz. De heer Kostelijk zegt dat de banken in het lo kaal zeer los staan. Spr. zou met een klas een proef willen nemen om de banken te repareeren door de leggers te veranderen. De voorz. antwoordt, dat de banken af zijn. Ze zijn verschillende malen gerepareerd, en ze zijn ondoelmatig. De heer Kostelijk. Er zijn geen nieuwe leggers onder gekomen. Ook zijn er geen schroeven ge bruikt maar oude spijkers. De heer Groen gelooft ook niet, dat de reparatie afdoende is geweest en zou dezelfde leggers er on der willen doen aanbrengen als bij de nieuwe ban ken, omdat ze dan veel vaster zullen staan. Wethouder Kroon zegt, dat de banken niet meer voldoen aan de eischen. Door den gemeente-opz. is medegedeeld, dat de banken met nieuwe balken niet goed zijn te maken. Wij komen in de school met deze banken ver bij andere scholen ten ach- Wethouder Bakker gaat met de woorden van den heer Kroon accoord. De banken kunnen misschien opgelapt, maar het zal geen afdoende verbetering brengen. Spr. hoopt dat de raad in de aanschaffing zal toestemmen en uit spr. den wensch, dat ook nog eens closets zullen worden aangebracht. De heer Zaagman is van oordeel, dat wanneer de banken geregeld onder handen waren genomen, dat het dan nooit zoover zou zijn gekomen. Spr. zou een begrooting willen vragen van kosten van reparatie. Aanschaffen leermiddelen en onderhouden f1025 De heer Kostelijk vraagt of daarbij inbegrepen is de kosten voor lichamelijke oefeningen en voor handenarbeid. De voorz. zegt dat daarbij is begrepen een be drag van f50 voor handwerken en f50 voor han denarbeid. De aanschaffing van leermiddelen voor het zevende leerjaar vormt echter de grootste post terwijl er tevens een bedrag is van f 196 te besteden voor den aankoop van turnartikelen. De heer Kostelijk zegt wel voor handenarbeid te zijn maar zou het toch niet zoover willen doorvoe ren, dat de school een ambachtsschool wordt. Ove rigens vindt spr. het een reuzeverhooging en zegt dat het wel wat tegen zijn zin gaat. Spr. zegt ook niet zooveel te gevoelen voor het turnonderwijs op de school, en zou zich liever wil len bepalen tot de vrije- en ordeoefeningen Nadat de voorz. nog eens heeft medegedeeld dat de grootste verhooging is van de invoering van het 7de leerjaar en men hierdoor aan een wettelijke ver plichting moet voldoen, wordt de post onveranderd gehandhaafd, nadat B. en W. de toezegging hebben gedaan bij het hoofd der school aan te dringen op de grootst mogelijke zuinigheid bij het aanschaffen der turnartikelen. Bij de post vervolgonderwijs zegt voorz. dat B. en W. hiervoor niets hebben uitgetrokken, omdat zij de beslissing wilden laten aan den raad. Er hebben zich voor dit onderwijs 7 jongens aan gemeld, en het hoofd der school is bereid dit on derwijs te geven tegen dezlfde vergoeding als zijn voorganger genoot, zijnde f260. De heer Zaagman vindt het jammer dat het aan tal leerlingen zoo klein is, gezien het aantal leerlin gen, dat zich voor dit onderwijs heeft aangemeld. Spr. vraagt of men niet kan combineeren met de gemeente Noordscharwoude. De voorz. antwoordt dat door Noordscharwoude geen vervolgonderwijs wordt gegeven. Daar laat men het over aan het particulier initiatief en dan wordt daaraan subsidie verleend. De heer Zaagman vindt het een treurig cijfer voor Oudkarspel. De voorz. antwoordt dat dit mede een gevolg is van het zevende leerjaar en doordat de u.l.o.school gaat bloeien. Spr. meent dat men meer den weg op moet gaan, dit over te laten aan het particu lier initiatief en dan daaraan subsidie gaan ver leenen. De heer Kostelijk vindt het meer dan treurig wat de menschen hier voor dit onderwijs gevoelen. De heeren Bakker en de Boer gevoelen veel voor het onderwijs en zijn van oordeel dat het aantal leerlingen dit bedrag wel waard is. Wethouder Kroon is altijd een voorstander ge weest van vervolgonderwijs en het doet hem leed, dat er zoo weinig belangstelling voor is. Spr. is het echter met de anderen eens en zou nog eens een po ,ging willen aanwenden het aantal leerlingen op te voeren en anders met het aantal van 7 te begin nen. Door den heer Kostelijk wordt hierna voorgesteld geen gelden voor het vervolgonderwijs uit te trek ken en wordt hierin gesteund door den heer Groen. Wethouder Bakker stelt voor het bedrag van 260 gulden wel op de begrooting te plaatsen en dit voorstel wordt ondersteund door den heer de Boer. In stemming gebracht wordt het voorstel van wethouder Bakker aangenoimen met 4 tegen 3 dig, vooral in verband met het nemen van beslui ten inverband met de lichtbedrijven. Tevens is door hem vernomen dat er des nachts maar één persoon op de fabriek aanwezig is. en hij vraagt zich af of dit wel verantwoord is. Verzocht wordt deze onderwerpen in de ver gadering van de gascommissie te bespreken. De voorz'. doet hiervoor toezegging. De begrooting van het electrisch bedrijf wordt hier na eveneens goedgekeurd, waarbij tevens goedkeu ring wordt gehecht aan de voorgestelde verlaging van den stroomprijs en wel voor he licht van 26 op 23 cent en voor den krachtstroom voor over dag van 12 op 10 cent. De begrooting van het B. A. wordt eveneens vast gesteld met een gemeente-subsidie van f3600. De voorz. zegt dat deze vermindering van subsi die geen vermindering van armenzorg beteekent, maar omdat de rekening sloot met een batig saldo. Rondvraag. Door den heer Groen wordt weer gewezen op de ongunstige conditie waarin de Spoorstraat ver keert, door het vele water, dat er aan de kanten blijft staan. Spr. zou gaarne zien dat hierover eens met Nrd. scharwoude werd geconfereerd. De voorz. zegt dat na een gehouden bijeenkomst met de B. en W.'s van Zuid- en Noordscharwoude, B. en W. van Oudkarspel in de gelegenheid waren dit onderwerp nader met het college van Noord scharwoude te bespreken. Het resultaat daarvan is geweest dat men ten dezen opzichte voorstellen en plannen kan verwachten. De heer Zaagman vraagt hoe ver men nu ge vorderd is met de reorganisatie van de brandweer, nu de brandkranen worden geplaatst. •De voorz. zegt dat men dezer dagen gereed komt met het plaatsen van de kranen op den dijk en op de eilanden. Zoodra dit gereed is, zullen de manschappen die niet meer noodig zijn worden ont slagen, en zal men met de benoodigde manschap pen voor de bediening van de brandkranen excer- cities gaan houden. De spuit is echter in uitstekenden toestand, zoo dat, mocht het noodig zijn, oogenblikkelijk kan worden ingegrepen. De rondvraag levert verder niets op. waarna de voorzitter met een woord van dank aan de leden en de pers de vergadering sluit. Voor stemden de heeren Bakker, de Boer, Kroon en Zaagman. Het bedrag zal dus op de begrooting worden ge plaatst. Voor Volksfeesten is uitgetrokken een bedrag van 100 gulden. De heer Zaagman zegt dat dit een nieuwe post is die op de begrooting voorkomt. Hoewel hij geen groot bezwaar heeft tegen deze post, zou hij het bedrag toch liever willen schrappen, ook omdat de raad zich altijd ten gunste van een of andere ver eeniging heeft uitgesproken. De voorz. zegt dat het vorig jaar het geheele bedrag voorkwam onder het hoofd van subsidie aan sportvereenigingen. Waar Ged. Staten echter een zoo duidelijk mogelijke omschrijving van de te besteden gelden verlangen, is deze post thans on der het nieuwe hoofd geplaatst. Feitelijk Is het een memoriepost, want als er geen gebruik van wordt gemaakt, dan wordt er ook niets uit Betaald. De heer Zaagman zegt alleen dan tot handha ving van deze post te kunnen besluiten, wanneer de raad over iedere aanvrage krijgt te beslissen. De voorz. antwoordt dat er ook dan alleen gel den zullen worden gegeven uit deze post, wanneer door een of andere vereeniging een verzoek wordt ingediend. De post blijft hierna gehandhaafd. Bij de desbetreffende post stellen B. en W. voor de aansluiting bij de arbeidsbeurs niet langer te handhaven, omdat bij eventueel voorkomende werk loosheid de menschen worden te werk gesteld door de ijsclub met subsidie van de gemeente. Overeenkomstig het voorstel wordt besloten. De inkomstenbelasting is geraamd op een be drag van f22000 hetgeen een mindere opbrengst van f 1000 beteekent bij het vorige jaar. De voorz. zegt, dat mocht het volgend jaar de uitkomst van het tuinbouwbedrijf tegenvallen, evengoed tot verlaging van het vermenigvuldigings cijfer kan worden overgegaan, omdat dan kan wor den geput uit het voordeelig saldo van dit jaar. De post onvoorzien is groot f 4000. De kapitaaldienst sluit op een bedrag van f7000. Niemand verlangt meer het woord over de begroo ting, waarna deze wordt goedgekeurd. Bij de behandeling van de begrooting voor het gasbedrijf wordt voorgesteld een prijsverlaging ln het voordeel van het industriegas. Voorgesteld wordt een prijs van 8 cent voor de le 1000 kub. m. 7 cent voor de 2e 1000, 6 cent voor de 3e 1000 en daarboven 5 cent. De begrooting wordt goedgekeurd. Door den heer Bakker wordt er op gewezen, dat de transportbaan gewoon wordt afgeschreven. Spr. vraagt of die nog wel iets waard is. Zoo niet dan zou hij deze geheel willen afschrijven. Spr. heeft vernomen dat de transportbaan nooit gebruikt wordt. Spr. zou gaarne zien dat er eens door de leden van de gascommissie werd gevraagd waarom de transportbaan nooit wordt gebruikt. Spr. heeft te vens vernomen dat deze niet deugt De voorz. antwoordt, dat de transportbaan niet wordt gebruikt, omdat er een nieuwe motor ge plaatst moet worden. Door den strengen winter is de directeur niet in de gelegenheid geweest hier aan te beginnen. De dir. stelde er tevens prijs op, dezen motor in eigen beheer te plaatsen. Voorz. zegt het gesprokene in de gascommissie ter sprake te zullen brengen en tevens te zullen aandringen op het hooren van de werklieden die den heer Bakker hebben ingelicht. De heer Bakker zou verder gaarne zien, dat het voorstel werd gedaan, om te komen tot georgani seerd overleg. En tenslotte zou hij de kwestie van het overwerk daar besproken willen zien. Zooals t thans gaat, gaat het niet goed. De menschen wor den er niet voor betaald, maar genieten daarvoor vacantie. Daarmede kan hij zich niet vereenigetn. Door den heer Zaagman wordt gevraagd of er door de gascommissie nog reglementen worden ver strekt aan de raadsleden? Spr. acht zulks wel noo- SCHOONHEIDSMIDDELEN. In de eerste eeuwen der klassieke oudheid was het de man vooral, die op lichamelijke schoonheid bedacht was; later stonden beide geslachten zoo wat gelijk in hun streven naar uiterlijk schoon, terwijl men tegenwoordig in de eerste plaats aan de vrouw denkt als er van schoonheid gesproken wordt. In ieder geval heeft de schoonheidstechniek, dat wil zeggen, het streven der menschen om hun li chaam zooveel mogelijk te vormen en te vér vor men naar een bepaald schoonheids-ideaal, in den loop der eeuwen aller merkwaardigste veranderin gen ondergaan; elk tijdvak heeft zijn eigen schoon heids-ideaal gekend, waar onnoemelijke offers aan gebracht werden. Als rnen het moderne schoon heids-ideaal met een enkel woord moest kenschet sen, dan zou men daarvan zeggen, dat het vóór alles, natuurlijk tracht te zijn, doch ook in hooge matebovennatuurlijk zoo te zeggen. Onder dat „natuurlijke" wordt dan verstaan, het streven naar het bevorderen der schoonheid, door het lichaam gezond en krachtig te maken. Het „bovennatuurlijke" bestaat echter in de aanwen ding der tallooze geraffineerde middelen, die die nen moeten om de schoonheid der vrouw te con- serveeren vooral, zoodat zij haar jeud behoudt, ver over den natuurlijken tijd van bloei en schoonheid heen, iets wat de schoonheden van vroeger dagen ten eenenmale onmogelijk schijnt te zijn geweest. Zoo meldt de gecshiedenis dat madame de Pom padour op haar twintigste jaar al oud begon te worden en niettegenstaande de dikke laag schmink waarmee het altijd bedekt was, toch al vouwtjes en rimpeltjes vertoonde. Op vijf en veertig jarigen leeftijd stierf de markiezin totaal verlept en ver welkt! Als wij intusschen de menigte streng-hygiëni- sche perparaten nagaan, die de schoonheidscul tuur op het oogenblik ten dienste staan, dan kun nen wij ook best buiten de dikwijls gevaarlijke i kwakzalversmiddeltjes van vroeger. Doktoren zelfs stellen zich in dienst der schoonheidsbevordering; aesthetici doen al hun best op te wekken tot het aankweeken van lichamelijk schoon; gymnastiek- scholen en dans-academies leggen zich voortdurend 1 toe op de hervorming van gang en houding. Wat zou er alleen niet te zeggen zijn over het verzorgen der huid. Natuurlijk weten wij allen dat fijnheid, doorzichtigheid, fluweeligheid en tint i voor het grootste deel afhankelijk «fijn van onzen I totalen gezondheidstoestand. Maar gesteld die nu ook over het geheel zéér bevredigend is, dan nog kunnen wij zeer veel doen om de zachtheid der huid en de warmte van het teint te verhoogen. I Een eerste voorwaarde voor het goed verzor- I gen van de huid is: groote zindelijkheid. Een da- 1 gelijksche af sponsing van het geheele lichaam al naar behoefte met koud, lauw of warm water is uitstekend om de huid jong en soepel te houden. Een uitstekend middel tegen een onfrissche huid is 't luchtbad, dat wij dagelijks, volgens de beken de voorschriften kunnen nemen. Voor de slap geworden huid kent de nieuwste hygiëne behalve dampbaden, onder meer een zeer effectvolle pneumatische behandeling, die daarin bestaat, dat het bloed tot de oppervlakte gebracht wordt en de verwelkte deelen dus weer toevoer van levenssappen krijgen. Het onschadelijkste en tegelijk gemakkelijkste middel is echter wel: de massage, die eigenlijk ie dere vrouw moest kennen want verrassend is het resultaat met 'n streng doorgevoerde behandeling; van slappe hangwangen geen kwestie; de rimpels uit het voorhoofd en om de oogen verdwijnen na genoeg en heel de gelaatskleur krijgt weer jeugdige elasticiteit. Ook de tanden moeten rein gehouden en voor al in de richting naar beneden toe geborsteld wor den, wat tandpasta en mondwater aangaat, daar voor raadplege men zijn tandarts. VEERTIG MILLIOEN GEVERFDE LIPPEN Twintig millioen Amerikaansche vrouwen, op den leeftijd van 14 tot 64 jaar, gebruiken ijverig de lippenstift. Zooals door de Amerikaansche vereeni ging van kosmestiek en haarkunstnaars werd vast gesteld, zou men met de kleuren van de in een jaar in Amerika gebruikte lippenstiften alle huizen in Hollywood kunnen verven. De lippenstift-industrie staat, naar de meening van deze vereeniging, nog eerst aan het begin van haar ontwikkeling. Zoo als de voorzitster der haarkunstenaarvereeniging, mevrouw Mac Gavran, verklaarde, zal het gebruik .aan stiften in het komende jaar nog zeer aanmer kelijk toenemen, omdat de industrie nieuwe kleu ren voortbrengt en de voorliefde voor de "zonver brande teint eischt dat de kleur sterker wordt aan gelegd, om meer aantrekkelijke tegenstellngen te krijgen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1929 | | pagina 5