I Hike Breijer's Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier No. 5 ZATERDAG 1! JANUARI 1!)30 Speciaal Corsetlen - Magazijn TELEFOON INTERCOMMUNAAL NO. 39c Jaargang NIEUWE Ub.lllIJKHt Redactaur J. H. KEIZER. Bureel Noordscharwoude. DEZE COURANT VERSCHIJNT DINSBAG DONDERDAG en ZATERDAG. 3tsS»a«„ ï.is. Uitgave: Firma I. H. KEIZER. ADVERTENTIEN Van 15 regels 75 cent; elke regel meer 15 cent. GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. TOB NOOIT. HET KWAAD MOET DE WERELD UIT. En zij leefden lang en gelukkig. Sprookjes dat zijn de rechtvaardige verhaal tjes. De ondeugd wordt gestraft de deugd be loond. Er is door onze paedagogen in den laatsten tijd aan die sprookjes veranderd. De booze stief moeder van Sneeuwwitje danst zich niet meer dood op Sneeuwwitjes bruiloft ze wordt door haar stiefdochter liefderijk opgenomen en komt tot in keer. Het „happy end" waarbij het voor iedereen zoo voordeelig mogelijk afloopt, is ook hier doorge drongen. Maar eerlijk gezegd, ik geloof dat de kinderen en de mensch/n eigenlijk ook die gemoderniseer de sprookjes nogal „tam" vinden. De oorspronke lijke sprookjes zoo wreed en wraakzuchtig had den onze liefde, daar genoten we van. De heks uit „Hans en Grietje" werd „lekker" verbrand en „Blauwbaard" „fijn" doodgeschoten. De booze heks die in een fee veranderde Blauwbaard die een weldoener der menschheid werd Bah nee, dat is saai. De booze menschen krijgen straf gaan dood verdwijnen en de brave heldin leeft met haar dapperen held lang en gelukkig. Het is zoo'n heerlijk rustig idee, als 't kwaad voor goed is opgeborgen, als niets het geluk van goede menschen meer in den weg staat - het kwaad moet de wereld uit „en ze leefden lang en gelukkig.' Ja, wij houden allen van verhaaltjes, waarin het rechtvaardig toegaat. En instinctief verwerpen we de mooie bekeerings-theorieën. Het kwaad moet niet in goed verkeeren. Het kwaad moet verdwij nen. Want, niet waar, een goede blauwbaard blijft toch Blauwbaard een fee geworden heks, draagt toch haar heksenverleden met zich mee. In den oven dus met Blauwbaarden en heksen. In den oven dus met alle kwaad. We willen altijd zoo graag schipperen we willen wel ons best doen om een beter mensch te worden, maar kalm pjes aan, op de manier van het moderne sprookje. We gaan onze gebreken verbeteren. Indien we lui zijn, worden we een beetje minder lui, indien we gierig zijn, geven we aarzelend eens een dubbeltje weg. De heks in ons betert zich maar ze blijft een heks. Een heks, die luiheid, gierigheid heet. Om on ze deugden te laten leven, moet de heks sterven. Pas als ze radicaal verbrand is kunnen we tevreden zuchten en gerust zijn. Met zoo'n bekeerd of half bekeerd heksje is er geen slot aan het verhaal, 't Is een zoet, saai preekje geworden. Weg met de heks weg met het kwaad. Laat het dood zijn voor goed. Opdat het goede ,lang en gelukkig kan leven." Dr. JOS DE COCK. (Nadruk verboden.) Voor de lezers van dit blad geeft onze Psycholo gische medewerker dr. Jos de Cock, van Merlenstr. 120, den Haag, gratis zielkundige adviezen o.m. over de wijze waarop zij hun geest kunnen verfrisschen en hun Wilskracht en Energie kunnen versterken. De vragen zullen in dit blad geregeld worden be handeld. Mochten de beantwoordingen te uitvoerig worden, dan direct schriftelijk aan de aanvragers. MOEDER te N.S. De beste raad dien wij u kunnen geven is, raad pleeg eens een arts. Hoogstwaarschijnlijk is uw zoontje niet gezond. Jonge kinderen moeten dartel en bewegelijk zijn. VERZONDEN BRIEVEN. Denker te N. S. Mej. P. te Z.S. Binnenlandsch Overzicht Stormachtig begin van 1930. Het oude jaar een record dat niemand verbeterd wil zien. Intusschen werk aan den winkel. Baldadigheid. Ook een record. Het werk van „opgeschoten" jongens. Druk te in de residentie. Verdiensten en gezel ligheid. al gaat deze laatste langs de mas sa heen. Aantrekkingskracht. De „adellijke" dame geweigerd. De confe rentie geen gelegenheid voor „flaneurs" om den tijd te dooden. Maatregelen ter voor koming van rampen als die te Paisley in Schotland. Naar binnen openslaande deuren uit den tijd Kalmte alleen kan je redden. Een waar woord. De eerste nieuwe week van het pas ingetreden jaar heeft zich gekenmerkt door veel- en drukbewogen- heid in de natuur. Evenals in het buitenland heb ben ook hier te lande op onze kusten zware stormen gewoed en menig schip heeft het weer zwaar te verantwoorden gehad. De voorspelling omtrent een strengen en langdurigen winter zijn tot nog toe althans tot op het oogenblik dat we dit schrijven nog niet in vervulling gegaan. Wat niet weg neemt, dat ook hier het bekende woord: „wat niet is kan nog komen" waar is. We zitten midden in den winter en het kan gaan Vriezen wanneer het wil. De dolle liefhebbers van de ijssport buiten be schouwing gelaten, zullen er wel niet veel menschen zyn, die naar herhaling verlangen van den vori- gen winter al is het aan den anderen kant met een open winter naar veler inzicht ook niet het ware. Bij den aanvang van het nieuwe jaar zijn, zooals gebruikelijk, vele en velerlei wenschen uitgespro ken, aan de hartelijkheid en de welgemeendheid waarvan men maar het best doet niet te twijfelen. Waarom zouden de menschen ook op den eersten dag van het jaar niet eens in groote meerderheid oprecht kunnen zijn. Afgezien van al het goede, dat het afgeloopen jaar gebracht heeft, en dat men el kaar bij den nieuwen jaarkring zeker weer toe- wenscht, zijn er dingen en omstandigheden te over die men ais weldenKend mensch elkaar zeker niet toewenschen mag en kan. Hierbij denken we er bijvoorbeeld aan dat het afgeloopen jaar een record jaar geweest is. Wat betreft de verschillende branden. Het oude /aar was een jaar van bran den we wezen er in het kort al op in ons vorig overzicht. Niet alleen over het geheele land mag van een record gesproken worden. Het record was ook plaatselijk, wat o.a. Amsterdam ook kan zeggen zooals uit een desbetreffende statistiek blijkt. Het totaal aantal branden in Amsterdam bedroeg in het afgeloopen jaar ongeveer tweenonderdvijftig meer dan in 1923. En daaraan hééft voor een deel ook schuld de langdurige strenge winter. Het aantal schoorsteenbranden toch was aanmerkelijk hooger. Verder de groote droogte, die oorzaak was, dat sommige branaen zoo te Amsterdam als el ders een grooteren omvang kregen. In verschil lende plaatsen heeft het stadsbeeld nogal schade geleden. Overigens mogen de groote branden dit goede gehad heoben, dat er werk aan den winkel kwam. intusschen is het record van 1929 er zeker een dat naar we hopen in het loopende jaar niet verbeterd zal worden. Het is, zouden we zeggen, zoo al welletjes geweest. Er zijn van die records waar van wel niemand verbetering wenscht. Of we in het afgeloopen jaar ook op het gebied der criminaliteit een record geslagen hebben. Om nierover te kunnen oordelen zullen we eventueel de statistieken moeten afwachten. En het record op het gebied der baldadigheid? Het hoogtepunt. On willekeurig is men geneigd bij het vernemen van een buitengewoon kras staaltje van baldadigheid te beweren dat men zooiets nog nooit beleefd heeft. Misschien zou men hier alleen van gradueele niet van principieele verschillen kunnen spreken. Ver moedelijk was de jeugd in vorige eeuwen ook niet voor de poes. Doch, record of niet, ongewoon is zeer zeker het staaltje van baldadigheid, dat dezer da gen gemeld is. Dat betrof het feit, dat in een tot de gem. Wanneperveen behoorend plaatsje door op geschoten jongens een onbewoond gebouw omverge haald werd, zoodat er slechts een ruine overbleef. Ongetwijfeld moet men de jeugd ook de opgescho ten jongens (een vrij onbepaalde en algemeene uit drukking) haar mausement gunnen. Men kan nu eenmaal niet alles verbieden, noch mag echter al les toegelaten. Enfin zooals gezegd het gebouw werd in een ruine herschapen. Werk aan den win kel dus, als men dan toch nog iets goeds in het geval wil zien. De Haagsche conferentie brengt ook thans weer veel drukte en beweging in de residentie. In zoo verre is ze voor ons een buitenkansje, dat er wa aan verdiend wordt om van de gezelligheid nog niet te spreken, die intusschen vrijwel langs de massa heen gaat. Er lekt van wat er geconfereerd wordt niet zoo heel veel naar buiten uit. Wat op zich zelf al zoo heel erg niet ist omdat de materie, welke daar onder de afgevaardigden behandeld wordt in al de onderdeelen van dien aard is, dat wel geen publiek ook het Haagsche niet den wensch of den eisch zal stellen dat het (besprokene) gemeen goed wordt Misschien zou het anders zijn als ons land meer direct bij de zaken betrokken was. Doch ons land, doch liever onze residentie in hoofdzaak, is gastvrouw. Toch moet er van die conferenties on zichtbare aantrekkingskracht uitgaan welke op de fantastisch aangelegde geesten invloed uitoefent. Naar gemeld wordt, waren er ook tijdens de eerste conferentie ook menschen, die allerlei voorwend sels bezigden om 'zich een plaatsje in de vergader zalen te verschaffen. Bij de conferentie va rtthans moet zich het geval hebben voorgedaan, dat een buitenlandsche dame, die zich achtereenvolgens als barones en gravin aandiende, toegang trachtte te krijgen tot de zittingen, ook de gehime. Wat zij van het bijwonen der zittingen verwachtte of hoop te is niet bekend, en dat doet niet ter zake, waar de ongewenschte gast ondanks haar adellijke ti tels en de door haar opgegeven relaties en entece- denten, eenvoudig buiten de deuren gehouden werd Wat ook maar goed is, daar het succes van de in dringerige dame allicht een precedent geschapen zou hebben, waarvan misschien door menig Haag sche flaneur, gaarne gebruik gemaakt zou zijn om zich ook toegang te verschaffen. Er zijn nu een maal menschen, die zich al heel lekker gevoelen, als ze de kans krijgen in de een of andere vergade ring waar ze niets mee te maken hebben, den tijd te dooden. Er zijn misschien wel landen, waar een dame als de hierbedoelde onmiddellijk onder verden king van spionnage gevallen zou zijn. De bioscoopramp te Paisley in Schotland geeft aanleiding tot het vragen of hier te lande wel alles in het werk gesteld wordt om te zorgen, dat dergelij ke rampen hier onmogelijk zijn. Ongetwijfeld zal het geval te Paisley wel oorzaak zijn dat nog eens in het bijzonder de aandacht van de betrokken au toriteiten gevestigd wordt op de maatregelen wel ke in bioscopen en andere inrichtingen, waar veel publiek bijeenkomt, genomen worden. Naar we in het Hbld. lezen moeten in de eerste plaats wel in de groote steden de maatregelen van dien aard zijn dat een ramp als die te Paisley voorviel, vrijwel on denkbaar is. Om maar iets te noemen, we mogen wel aannemen dat de inrichtingen, scholen en der gelijke, van welke de buitendeuren naar binnen o- pengaan vrijwel uit den tijd zijn. Vermoedelijk heb ben we dit wel te danken aan de treurige ervarin gen welke men elders o.a. in Amerika met naar bin nen opengaande deuren heeft opgedaan. De Rotter damsche correspondent van genoemd blad wijst er in een beschouwing o.nf? op, dat naar de meening van een der brandweerautoriteiten in geval van brand een eerste vereïschte is, de aanwezigen rus tig te houden zoolang dit mogelijk en verantwoord is, niets van den brand te laten merken. En zoo zal het wel bij alle mogelijke ongevallen zijn. Het in den volksmond zoo gebruikelijke „kalmte kan je redden' is vooral bij ongevallen, een waar woord, dat het betrachten waard is. Nieuwstijdingen EEN SPOOK TE ROTTERDAM. Witte gedaante met vurige oogen brengt den Schiedanmschen Dijk in rep en roer. De „Tel." vertelt: Rotterdams spook is een welopgevoed en fatsoen lijk spook. Het weet wat de Maasstad aan griezel sensatie toekomt en zorgt op behoorlijke wijze, dat zij op het gebied va ngeestverschijningen een goed figuur slaat en niet behoeft achter te blijven bij steden als Utrecht en Gouda. Het vervult op nauw gezette wijze de plichten die des spooks zijn. Het holt met een groote dosis lawaai op den zolder rent trappen op en af, jaagt den menschen doodstuipen op het lijf, verschijnt op gezette tijden in een hel der wit hemd en maakt angstige klopgeluiden zoo dat de haren ten berge rijzen. Het is lijkbleek met vurige oogen, veroorzaakt permanent kippenvel en is geheel volgens de regelen onvindbaar. En dat nu geruimen tijd. Het spook heeft pand 173 aan den Scniedamsche dijk tot zijn speciaal opera terrein uitgekozen, zeer tot ongenoegen echter van de bewoners, die zenuwacntig zijn en met voortdu- renden angst in hun woning verblijven. Het publiek echter schijnt een warme genegenneid te koesteren Het praat er veel oved en gaat in grooten getale kijkendoch blijft op een eerbiedigen afstand Men toont zich dansbaar na een avond van op winding en heerlijk griezelen en gaat voldaan weg doen neemt zich vast voor den volgenden avond zoodra het donker is, terug te komen. Want het is vooral des avonds, dat het spook zich manifesteert Roven het cafe Ida op den Schiedamscnendijk Ttt bevindt zich op de derde verdieping een groote zolder, toebehoorende aan de bekoners van oe 2de en eerste etage. Deze zolder is door een tusschen- schot in tweeen gescheiden en beide gedeelten zijn aan de straatzijde van een dakkapel met naar bui ten opensiaanae deuren voorzien. Voor het linker raam heeft het spook, dat volgens de bewoners reeds geruimen tijd door het huis rondwaart zich gisteren openlijk aan den volke vertoond. Tot hun ontzetting zagen voorbijgangers en omwonenden 'n wit masser, waarin een paar vurige oogen brand den. Plotseling werd het raam opengeklapt en daar na door een onzichtbare hand weer dichtgetrokken. Dit ging met een hevig gestommel gepaard. Langzaam verdween de verschijning om daarna nog weer even op te komen. Met verstarde blikken za- gén de ooggetuigen dit aan en stonden als aan den grond genageld. Men zal vermoedelijk reeds een week met den indringer onder éen das hebben ver toefd merkte een der bewoners huiverend op. Door ongewoon kloppen gaf het spook als regel van zijn tegenwoordigheid blijk, doch Zondagavond is het pas goed begonnen. Het was toen, alsof eenige men schen met helklinkende stappen regelmatig over oen zolder heen en weer liepen en soms iets zwaars achter zich sleepten. Een der bewoners van de bo venste verdieping trok de stoute schoenen aan en begaf zich naar boven. Doch toen heerschte plotse ling een angstwekkende stilte en den geheelen avond heeft net geluid zich niet herhaald. Maandag gaf de verschijning een reprise van haar optreden en Dinsdag was het lawaai oorverdoovend. Angstig ontvluchtten de bewoners het pand. Een hernieuwd onderzoek leverde niets op Op den zolder enkel een leegte, die geheimzinnig iets scheen te willen ver bergen. Des nachts was het rustig. Woensdag werd het rumoerige spook voor het eerst door het publiek waargenomen. Een viertal stoutmoedige mannen die meenden dat de historie lang genoeg had geduurd klom naar boven en zou manhaftig het spook grijpen en aan de kaak stel len. Doch nauwelijks had men een voet op den zolder gezet of de witte gedaante met het lijk- bleeke masker en de vurige oogen vertoonde zich en kwam zwevend op de dappere mannen af. Een sma delijke vlucht was het poovere resultaat van den zoo goed begonnen aanval. De volksoploop begon telkens grootere afmetin gen aan te nemen en de politie was gedwongen in te grijpen en de menschen uiteen te drijven. Eenige agenten stelden een onderzoek in doch zij vonden ook nu weer niets bijzonders. Intusschen maken de bewoners een hoogst zenuw achtigen tijd door en vooral aan de kinderen doet de geheele geschiedenis geen goed. Enkele families hebben reeds verhuisplannen. Voor alle mysterieu- se verschijnselen zoekt men gaarne een verklaring en zoo komt het wellicht dat enkele bewoners het optreden van het spook toeschrijven aan het feit, dat vroeger in het pand mensch£n hebben gewoond die aan spiritisme deden. Met belangstelling ziet men de ontknooping van het geval tegemoet. Het spook heeft zich gisteravond schuil gehouden zeer tot teleurstelling van de duizenden, die om streeks te half acht te hoop waren geloopen. De op sensatie beluste knapen zijn echter op andere wij ze schadeloos gesteld. De politie had nl. versterking gerequireerd en om halfacht was de toeloop van nieuwsgierigen zoo groot dat er een ernstige ver keersopstopping was ontstaan. Eenige keeren heeft de politie toen met den gummistok charges uitge voerd om het publiek te verspreiden. Langen tijd bleef het nog onrustig en velen moesten tot door- loopen worden aangemaand. Tot incidenten is het evenwel niet gekomen. Uii den Omtrek OUDE NIEDORP. Door den minister van defensie is aan P. J. Raat- gers alhier, dienstplichtige van de lichtmlng 1930, voor een jaar vrijstelling verleend wegens persoon lijke onmisbaarheid. Mint II Mfanu Tel. 528 (PALTHE 20 pCt. korting). t BOVENKARSPEL. Donderdag jl. is aan de groenteveiling alhier 'n verkoop gehouden van snijbloemen over de klok. De aanvoer was minder groot dan de vorige maal. De opbrengst bedroeg 11 tot 12 cents per stuk. De verpakking had plaats in cartonnen doozen, die per stuk drie pond lichter zijn dan de houten krat, tot heden voor dit doel in gebruik. OBDAM. Ondanks de minder bevredigende resultaten van het tuinbouwbedrijf gaat de omzetting van weide in tuingrond door. Verschillende perceelen worden gescheurd welk werk door den open winter wordt begunstigd. Plaatselijk Nieuws BROEK OP LANGENDIJK. Gevonden voorwerpen: een tweetal portqmonnaies. een tweetal jongenspetten. een band van een regenjas. een paar handschoenen. Verloren voorwerpen: eeneen tweetal rijwielbelastingmerken 1930. een ruimer van ,1416 (monteurgereedschap.) Inlichtingen zijn te bekomen bij den gemeente veldwachter alhier. LANGEDIJK. KORT VERSLAG VAN DE WIJKVER PLEEGSTER T. B. C.-HUISBE- ZOEKSTER, OVER AFGELEGDE ZIE KENBEZOEKEN EN T. B. C. HUISBE ZOEKEN IN HET JAAR 1929. ZIEKENBEZOEK. In 1929 werd en aan 115 patiënten gebracht 2656 ziekenbezoeken. In 1928 was het eindcijfer 2236. Dus 420 bezoeken meer dan het vorig jaar. TUBERCULOSE HUISBEZOEK. Voor T.B.C.-huisbezoek stonden ingeschreven op 1 Januari 1929 26 huisgezinnen. In den loop van dit jara kwamen er bij 18 gezinnen, totaal 44 gezinnen. Afgeschreven door overlijden en vertrek 4 gezin nen. zoodat op 1 Januari 1930 onder toezicht waren 40 huisgezinnen. Aan deze 44 gezinnen werden gebracht voor ver pleging 126 bezoeken. Huisbezoek 443. Maatschap pelijk werk 1, tezamen 570 bezoeken. Uitgezonden werden naar Sanatoria 5 patiënten. Uitgezonden werden naar een ziekenhuis 1 pa tient. Uitgezonden werden naar een vacantiekolonie 3 patientjes. Deze laatste op kosten van het Centraal Genootschap af deeling Langendijk. Uitgeleend werden aan 21 personen 44 artikelen en wel: 10 ledikanten 9 ligtenten 5 ligstoelen 3 kamerschermen 3 stel matrassen 3 thermo meters 11 sputumpotjes. 3 maal had ontsmetting plaats van lijf- en bed- degoed. 2 maal een woningverbetering. De cijfers van t.b.c. huisbezoek en -bestrijding toonen aan, dat t.b.c. helaas geen onbekende ziek te aan den Langendijk is. Hoewel thans 40 gezin- ne nstaan ingeschreven, zullen er waarschijnlijk nog wel meerder gezinnen en patiënten zijn, waar 't huisbezoek en de controle gewenscht zijn. Waar t.b.c. een ziekte is, die het liefst moet worden voorkomen of bij aanvang krachtig moet worden bestreden, en iedere patient met open t.b.c. een bron van infectie is, voor de omgeving, is huis bezoek nuttig en noodig. Moge dit kort verslag een vernieuwde opwekking zijn, om deze wreede en gevreesde ziekte krachtda dig te bestrijden. BROEK OP LANGENDIJK. ACTIE UIT DE BROEKER BURGERIJ VOOR EEN BAD- EN ZWEMINRICHTING. In ons blad wezen we reeds op de wenschelijkheid dat in de welvarende gemeente Broek op Langen dijk een bad- en zwemgelegenheid zou worden ge sticht. Verschillende vooraanstaande burgers betuigden hun sympathie. De jeugd is voor het plan enthou siast. Een voorloopig comité is opgericht en heeft te gen Dinsdagavond half acht een vergadering uit geschreven in de zaal van den heer Borst, en noo- digt alle belangstellenden dringend uit, deze sa menkomst bij te wonen. Het comité hoopt op een flinke medewerking en groote belangstelling van de zijde van de burgerij.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 1