Hl 21 111 1930 IMieiÈsluil hoof Hels De economische toestanden van ons land richt ontvangen onverwijld de reis te onderbreken en naar een Russische haven in de Zwarte Zee te rug te keeren. Hiermede wordt dus van Russische zijde het be richt bevestigd, dat oorlogsschepen de Bosporus zijn doorgevaren en de overeenkomst inzake de ziee- engten hebben geschonden. :v" wm Artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 13 Juni 1929 tot vaststelling van een Algemeenen Maat regel van Bestuur als bedoeld bij eenige artikelen van de Arbeidswet 1919 het zoogenaamde werk tijdenbesluit voor Winkels, dat op 1 Januari jongst leden in werking is getreden luidt letterlijk als volgt: „Behalve gedurende den wekelijkschen rusttijd, „bedoeld in art. 1, mag geen arbeider, die in een „winkel arbeid verricht, bovendien op één dag „der week geen arbeid verrichten vóór of na 1 „uur des namiddags. „Indien de in artikel 1 bedoelde rusttijd begint „op den dag, dat de arbeider na 1 uur des na middags geen arbeid mag verrichten, moet de „rusttijd ten minste een en veertig uren bedra den." Bij de uitvoering van het eerste lid van dit ar tikel een voorschrift, dat in sommige andere lan den, o. a. in Oostenrijk reeds lang vigeert, doch dat voor ons land geheel nieuw is doen zich verschil lende moeilijkheden voor. Wie zich op de hoogte heeft gesteld van de talrij ke publicaties adressen, vereenigingsverslagen, ar tikelen, ingezonden stukken die aan de invoering van het Winkelwerktijdenbesluit reeds vooraf zijn gegaan, weet, welke kwesties zooal rijzen bij het in praktijk brengen van dezen schijnbaar zoo eenvou- digen regel. Eenerzij ds werd de wenschelijkheid betoogd van vaststelling van een algemeenen, voor alle onder het Besluit begrepeen zaken geldenden, vrijen mid dag bij gemeentelijke verordening. Van den ande ren kant hebben velen hiertegenover op het nadeel gewezen, dat een verplichte sluiting op één der zes middagen van de werkweek voor den handeldrij- venden middenstand huns inziens medebrengt. De belangen van vele winkeliers, die minder bezwaar hebben tegen sluiting vóór dan na één uur, staan tegenover die van het winkelpersoneel, dat meer profijt heeft van een vrijen middag dan van een vrij en ochtend. Het vermijden van deze controverse door toepassing van een ploegenstelsel stuit op, voor vele handelaren, onoverkomelijke bezwaren. Spe ciaal ook voor de meeste kapperszaken, schijnt het invoeren van een ploegensysteem vrijwel onmogelijk te zijn. Verder is er onder meer het probleem van de filiaalhouders, die, tenzij zij uitsluitend of in hoofdzaak met de leiding belast zijn van den win kel of de winkelafdeeling, waarvan zij aan het hoofd staan (hetgeen impliceert, dat zij lager per soneel onder zich moeten hebben, dat de gewone werkzaamheden onder hun leiding verricht), vallen onder de bepalingen betreffende de 53-urige werk week, de rusttijden enz. bepalingen, die niet gelden voor den handeldrijvenden winkel-eigenaar tenzij zij aan het hoofd staan van een winkel, waar, behalve zij, tenminste drie personen arbeid plegen te verrichten (art. 16 van het Besluit.) Van de vraagstukken, samenhangende met de uit voering van het Winkel werktijdenbesluit, staat vooral ook de kwestie van den vrijen halven dag in het middelpunt van de belangstelling. SCHIPPERSDRAMA. Man en vrouw omgekomen? Omtrent het ongeval, de ijzeren tjalk Donderdag voor Lemmer overkomen, wordt nader gemeld, dat zoo goed als vast staat, dat het de tjalk „Dankbaar heid" van schipper Post is. Bij navraag langs de kust is nergens gebleken dat de schipper en zijn vrouw in een roeiboot zouden zijn aangekomen. Men meent zeker te weten, dat Post aan boord geen roeiboot had. Schipper de Jonge, van het motorschip „Climax" uit Oude Pekela, dat de tjalk zpu hebben aange varen, verklaart, dat hij zien bijna niet kan voor stellen, dat tengevolge van deze aanvaring die vol gens hem niet noemenswaard was, de tjalk zou zijn gezonken. De burgemeester van Lemmer heeft een visschers boot, naar de plaats, waar de tjalk gezonken is, gezonden, om daar te ankeren met lient op, daar de tjalk juist in de vaargeul ligt. Vermoedelijk is het scnip lek geworden en heeft het in den lpop van den nacht water gemaakt. De opvarenden, man en vrouw, zouden in bed door 't water kunnen zijn verrast, zich niet meer hebben kunnen redden en in het schip zijn verdronken. Door de lantaarn aan het want vermoedt men, dat het schip voor anker ligt. Het was ongeladen. DE SPOORDIJK BIJ MOORDRECHT. Bij, Moordrecht zijn op den spoorweg proefborin gen gedaan, waarbij is gebleken dat onder de spoor baan een veenlaag van vijf tot zes meter ligt. Gelijk wij reeds mededeelden is het zeer waar schijnlijk dat deze proefboringen over de geheele lijn Rotterdam-Gouda noodig zullen zijn en indien dit het geval is zullen er eenige maanden mede ge moeid zijn. Blijkt het, dat onder de geheele baan een zoo dikke veenlaag is, dan zal naar alle waar schijnlijkheid de baan moeten worden gereconstru eerd. De wissel, die bij Moordrecht is gelegd, heeft goed voldaan. Het traject waarover nu op enkel spoor wordt gereden is teruggebracht tot drie kilo meter en tengevolge daarvan zijn de vertragingen aanmerkelijk minder geworden. Thans is men geëindigd met het storten van zand teneinde te kunnen nagaan of het veen inmiddels door de hoeveelheid zand, welke reeds gestort is, is weggeperst. Er wordt nog wel beweging in den dijk geconstateerd, al is het dan ook zeer weinig be- teekenend. Nieuwstijdingen ZOUTAANSLAG OP DE TELEFOON-ISOLATOREN TE ROTTERDAM. Sinds de stormen van de laatste dagen doet zich bij de Rotterdamsche telefoon een zeer eigenaardig verschijnsel voor. Er schijnt met die stormen een zout-vloed over het Rotterdamsche gebied te zijn neergestreken. Men kan dat waarnemen aan de ruiten van de woningen. Alle ruiten op het Noord westen zien er smerig uit en als men met den vin ger over den buitenkant van het venster strijkt en men proeft even, dan is de zoutsmaak dadelijk te onderkennen. Deze zoutaanslag heeft voor de telefoon onaan gename gevolgen. Alle isolatoren zijn aangeslagen, met het gevolg, dat alle buitennet-aansluitingen Pernis, Alblasserdam, Terbregge enz. verstoord zijn. Eén stevige regenbuit zou het euvel wegspoelen, maar daar ziet het er op het oogenblik niet naar uit, zoodat, naar men vreest, de telefoondienst wel genoodzaakt zal zijn, om aan de klagers voldoening te geven, alle isolatoren schoon te maken. Het zijn er niet zoo heel veel, want voor het grootste deel zijn de aansluitingen per kabel, maar een massa welk geeft dit in elk geval. Ook bij den Rijkstelefoondienst heeft de zoutvloed storend gewerkt. Tot dusver kwam een dergelijk natuurverschijnsel alleen aan de kust voor. Een bewijs hoe onafgebroken de stormvlagen de „zui vere zeelucht" tot veertig en vijftig kilometers en nog verder het land in, hebben door gewaaid. SPANNENDE UREN AAN DE MAAS TE MEGEN Het plaatsje Megen in Noordbrabant aan de Maas was dezer dagen nog laat in rep en roer, aldus le zen wij in de „Msb." Toen een van Megen's inge zetenen om half elf met zijn auto langs den Maas dijk reed, ontdekte hij'een paar lichten onder wa ter, in de Maas. Bij nadere beschouwing bleek dat een vierspersoons gesloten Ford in de Maas lag, alleen een stukje van de kap kwam boven het wa ter uit. Heel Megen liep uit. Een van de toeschou wers riep, terwijl hij op een donker voorwerp wees dat bij de auto dreef: „een lijk, een lijk." Na eeni ge moeite gelukte het „het lijk" op te visschen, dat een koffer bleek te zijn. Inmiddels had men reeds een gat in de kap van de auto gestooten, maar niets kwam er uit, geen levende en geen doode. Dan zijn ze er uitgespoeld riep men en men begon te dreg gen. Enkele paters, de dokter en de burgemeester waren inmiddels ook gekomen om de eerste hulp te verleenen en wachtten met alle Megenaren op den afloop van de dreggerij. Inmiddels was vastge steld, dat de auto van enkele Nijmegenaars was, die dien avond in Megen een uitvoering hadden gege ven, 2 dames en 4 heeren. Uren verstreken, de span ning was geweldig. Toen het half drie geworden was, besloot men de pogingen te staken en des morgens verder te dreggen. Maar des morgens, toen Megen wakker werd, werd men tevens van de groo- te zorg verlost. Wat was nu het geval? De Nijmege- naren waren om tien uur weggereden uit het dorp, den dijk op, den dijk af en de Maas in. Twee van de heeren waren goede zwemmers en brach ten (behalve zichzelf) de vier anderen behouden op het droge. In hun natte plunje wandelden ze toen maar weer naar het café, waar ze de uitvoering hadden gegeven, vertelden daar wat hun was overkomen en omdat ze toch niet meer weg konden, gingen ze naar bed. Megen is nu weer in diepe rust. Buitenland POSTBiIEFSTAL TE LONDEN. Twee geregistreerde postzakken van een handwagen gestolen. De brutaalste postdiefstal van de zeventig, die er in de afgeloopen maandeii in Engeland zijn gepleegd, heeft Vrijdagmorgen plaats gehad in de Kingsway. Een donkerblauwe auto reed om streeks half acht de Kingsway 'op en neer en 1§ta- tionneerde tegen acht uur, in een Zijstraat. Tóen een ambtenaar van het ministerie van Lucht vaart de postzakken, die voor het departement bestemd waren, in ontvangst nam, reed hij ze met een handkar naar een anderen ingang van het departement. Op dat oogenblik kwam de donker blauwe auto langzaam aanrijden, een jonge man sprong er uit, greep twee geregistreerde post zakken van den handwagen en vloog daarmee wee rde auto in, die daarna in snelle vaart naar Holborn reed. Dozijnen menschen waren van liet voorval getuige. Men kon de auto echter niet doen stoppen. Later werd verklaard, dat er waar schijnlijk geen belangrijke geheime stukken in de gestolen zakken zitten. Een Beuter bericht meldt dat de gestolen post zakken naar men meent officieele documenten in cijferschrift en geheime documenten over de vluchten van een nieuw vliegtuig bevatten. Men acht het niet waarschijnlijk dat geld de drijfveer van den diefstal was. OVER DEN OCEAAN GEWAAID. De Britsche driemaster „Neptune II" uit St. John in Newfoudland, een houten schip van 126 ton, is dezer dagen de baai van Tobermory aan de west kust van Schotland binnengesleept. Het schip was den 29 November uit St. John's vertrokken met een lading levensmiddelen voor een reis van 100 mijl naar Newton in de baai van Bonavista in Newfound land maar werd 48 dagen lang door den wind dwars den Oceaan overgedreven. De „Neptune II" was op 30 mijl afstands van de haven van bestemming, toen de wind het noodig maakte dat het schip de open zee koos. Behalve de bemanning van vijf kop pen, van wie er een gewond werd, had het schip vijf passagiers aan boord, waaronder een vrouw. Het bereikte veilig den vuurtoren van Ardnamurchan, het westelijkste punt van het vasteland van Schot land, waar het 't anker liet vallen en opgemerkt werd door een voorbijvarend stoomschip. Het schip dat in 1920 in Denemarken gebouwd was, was in staat het geweld der golven te weerstaan hoewel de verschansing werd stukgeslagen en de twee kleine booten verbrijzieald werden. Een deel der lading werd beschadigd. Aan levensmiddelen had men door den aard der lading geen gebrek maar de watervoor raad was zeer beperkt, zoodat er een rantsoenee ring moest worden ingesteld. Aan het uiterlijk der bemanning en de passagiers was duidelijk te zien welk een beproeving zij hadden doorstaan. Het laatst had men op 23 December van het schip gehoord; sedert dien datum niet meer. GELUKTE LIST VAN AUTOBANDIETEN. Autobandieten hebben dezer dagen te Londen met succes een list gebezigd om aan de hen vervolgen de politie te ontkomen. Zij waren met een auto voor gereden voor een bontwinkel in Brompton Road en hadden een reservewiel door het venster geworpen Een politie-agent hoorde den slag en zag drie of vier mannen wegrijden met een auto, waarin de in houd van de uitstalling, voor honderden ponden aan bont, geladen was. De agent en een burger gin gen de auto met een taxi achterna en hadden de ze bijna ingehaald, toen er uit de auto der ban dieten iets viel, dat op het lichaam van een vrouw leek. De taxi week uit om het niet te overrijden en stopte. Bij' onderzoek bleek dat het „lichaam" een wasfiguur was, gelijk met het bont uit de uitstal ling meegenomen. Door deze list wisten de bandie ten te ontkomen. DE SCHENDING VAN DE BOSPORUS Naar uit Moskou wordt gemeld publiceert het of ficieuze Sovjet- persagentschap „Tass" een bericht van den volgenden inhoud: „De Russische pantser kruisers „Parisjkaja Kommoena" en „Profintren", die wegens machineschade Napels moesten aandoen hebben van den oorlogsraad der Sovjet-Unie be- Binneiiland DE PAPEGAAIENZIEKTE. Dr. K. Kuiper, de directeur van den Rotterdam- schen dierentuin geeft in „De Groene Amsterdam mer" naar aanleiding van de psittacosis en hare mogelijke verbreiding den raad te streven naar 'n internationale regeling van het dierentransport. Voorschriften betreffende de eischen waaraan 't transport van levende dieren heeft te voldoen, moe ten de beschaafde landen gezamenlijk trachten vast te stelen. Dat een psittacose-infectie ooit zulk een uitbreiding heeft kunnen krijgen ligt m i. in hoofdzaak aan de hoogst primitieve huisvesting en verzorging ,die men voor die dieren nog goed ge noeg vindt. Al heeft de mensch principieel gesproken on loochenbaar het recht dieren, ook uit den wilden staat te vangen en gevangen te houden even ze ker heeft hij den zedelijken plicht zijn levend ei gendom zoo goed mogelijk te verzorgen geheel af gezien van het feit, dat zijn eigen belang dit in den regel meebrengt. Hiermede is de vinger op een wondeplek gelegd. Er is in ons land van vereenigingen ook eene, naar ik geloof die zich ten doel stelt algemeene wettelijke regelingen ter bescherming van het dier in het leven te roepen. Zij kan heel zeker nuttig werk doen. Als de Amazonen transporten uit Z. Amerika behoorlijk verzorgd en verpakt moeten wor den, is de kans op een ernstige psittacose-epidemie ën onder de vogels, en daarmede zooals gebleken is onder de menschen, al zeer gering. KALENDERHERV ORMlNG. Het hoofdbestuur der Ned. Maatschappij voor Nij verheid en Handel heeft den departementen de vol gende vragen voorgelegd ter zake een eventueele kalenderhervorming A. Paschen. Bent u voor een vaststelling van een datum voor Paschen en zoo ja, moet die dan zoo laat moge lijk gesteld worden (ongeveer half April)? B. Kalenderhervorming. 1. Worden, uit practisch oogpunt, de verschillen de bezwaren, die tegen den tegenwoordigen kalen der worden ingebraent, door u gedeeld? Zoo ja, zijn die uws inziens van voldoende gewicht om op een hervorming van den kalender aan te dringen? 2. Hebben deze bezwaren er toe geleid, dat u in uw onderneming (ten behoeve van productie-, in koop- verkoopstatistieken, omzet- en kostprijsbere kening, materialen verbruik, loonsbepalingen, enz.) een eigen kalender gebruikt waarbij gerekend wordt met 52 perioden van één week, met 13 van vier we ken, óf een andere, van den gewonen kalender af wijkende tijdsindeeling? 3. Zoo ja, ondervindt u nadeel van die afwijking van deze tijdsindeeling van die van den gewonen kalender en acht u het noodig om ook dezen laat- sten te hervormen of kan uw bedrijf volstaan met een rationeelen kalender voor eigen gebruik, naast den gewonen? 4. Zoo neen, hebt u dit nagelaten, omdat het gebruik van een meer rationeele tijdsindeeling voor uw bedrijf niet van belang is of omdat aan het hebben van een eigen tijdsindeeling naast den ge wonen kalender overwegende bezwaren waren ver bonden? 5: Wanneer u een hervorming van den kalender wenscht, bent u dan voor: a. een vasten kalender van 12 maanden, ver deeld in 4 gelijke kwartalen van twee maanden, van 30 en één van 31 dagen met één extra dag, of b. een vasten kalender van 13 maanden van 4 weken met één extra dag? 6. Wanneer u geen kalenderhervorming wenscht welke zijn dan uw voornaamste bezwaren tegen een dergelijke hervorming? Geheel zonder schokken gaat de ontwikkeling van den economischen toestand in den laatsten tijd niet Wij staan daarin zeker niet alleen. In de Vereenigde Staten van Amerika is de depressie in vollen gang. Blijkens de laatste publicatie in „Trade Winds", een uitgave van de Union Trust Cy. 'te Cleveland, wordt in het voorjaar reeds herstel verwacht en een bloeipe riode in den komenden zomer. Ten onzent is de ontwikkeling anders, omdat de hoogconjunctuur zich nauwelijks als zoodanig deed gevoelen. Er was hier slechts van een uiterst Van groote schommelingen kon derhalve geen sprake zijn. De soliede en voorzichtige politiek van de Nederlandsche bank en ook van de groote parti culiere banken, heeft het zelfs mogelijk gemaakt, dat er, ondanks d§ Beurscrisis van November, thans weer ruim crediet kon worden verleend, hetgeen zich o m. afspiegelt in de pas bekend geworden verlaging van de rentetarieven der Nederl Bank. f Omtrent de bijzonderheden aan den economi schen toestand van ons land volgens de gegevens van het laatste Maandschrift van het Centraal Bureau voor de Statistiek, kan het volgende worden opgemerkt. Zooals vrij geregeld plaats vindt, daalde ook in November j.l. de steenkolen- en bruinkolenpro ductie. j 1 De hoeveelheid afgegeven stroom der electri- eiteitsfabrieken gaat nog steeds met flinke spron gen omhoog. Van belang is de verbetering in den Scheeps- j bouw. De suikerproductie blijft beneden die van verleden jaar. Hetzelfde is 't geval 'met de zeevis- i seherij ofschoon de hooge prijzen tengevolge had- j den ,dat de totaalopbrengst toch nog hooger was dan verleden jaar. Een duidelijk teeken van opbloei blijven dê cijfers van de gehouden aanbestedingen te geven, 1 die zoowel over het geheel als meer in het bijzon der voor den fabrieksbouw, ver boven de cijfers van verleden jaar blijven. Zoowel de invoer als de uitvoer daalde in No vember ten opzichte van October; daarentegen, was de invoer toen grooter dan in November 1928, terwijl de uitvoer in beide maanden vrij wel gelijk was. Het goederenvervoer over zee is nog steeds belangrijk hooger dan verleden jaar, ofschoon dat te Botterdam in November een achteruitgang vertoont vergeleken bij October. Ook het binnenscheepvaartgrensverkeer daalt in den laatsten tijd, maar blijft nog belangrijk beven dat van verleden jaar. Dc dalende beweging in de conjunctuur blijkt wel duidelijk uit het indexcijfer der groothandel- prjzen, hetwelk in November 1928 genoteerd stond op 148 (1913 100), in October j.l. op 140 en in November op 137. De beteekenis van de recente beurscrisis demon streert zich het scherpst, indien wij tien, hoe het indexcijfer van de koersen van aandeelen in No vember 1928 op ;ilG stond genoteerd (1921 19:25.100) in September j.l. op 117, in Octo ber 113, en in November op 100, welke stand in December ongewijzigd bleef. Ook de cijfers der faillissementen werpen op de debacle een scherp licht. September 210, Oc tober 247 en November 271. Merkwaardig daar bij is ,dat in het najaar van 1928 het aantal faillissementen tot nog toe beduidend grooter was De werkloosheid blijft volgens de tot dusver bekend geworden cijfers beneden die van 1928. Belangrijk stijgt de woningbouw. Zooais uit het overzicht blijkt, heeft ook ons land de gevolgen van den beursstorm te zien gegeven, doch anderzijds toonen de gegevens wel aan ,dat een spoedig herstel verwacht mag wor- Land- en Tuinbouw KAMERPLANTEN IN DEN WINTER. Hoewel het in geen enkel jaargetijde meevalt de kamerplanten in goede conditie te houden is het toch in den winter, als de natuur niet mede werkt, heelemaal niet gemakkelijk. Dit komt ech ter nog meer tot uiting bij de planten uit voch tigere regionen, waar het meteen meestal veel langer licht is dan bij ons. Zoo is het b.v. heele maal niet gemakkelijk een palm, die licht en vochtige lucht verlangt in den winter in de ka mer goed te houden, want, in de kamers is het meestal donker en de atmosfeer is er juist droog. Deze droge, schrale lucht is funest voor het al lergrootste deel der kamerplanten, met name voor de reeds genoemde palmen en ook clivia's, Aza lea's, Gromelias, Begonia's, Varensoorten enz. Droge lucht is verkieslijk voor de meeste zg. vetplanten b.v. Agave, Echiveria's, Cactussen, Geraniums enz. Over het algemeen zou men kun nen zeggen, dat planten met dikke bladeren of met bladachtige stengels in den winter liefst een droge atmosfeer hebben en planten met dunnere bladeren juist vochtige lucht. Men voelt dus wel, dat het niet gemakkelijk is aan deze eischen in een en dezelfde kamer te voldoen. Men zou nog wel twee verschillende kamers voor de plan ten kunnen houden, maar, dan zit men weer met het vorstvrij houden, wat in een koudere kamer weer niet gemakkelijk is. Een van de eerste gevolgen, 'van te droge lucht in de kamer is b.v. het afvallen der bloemknop pen of soms het verdrogen van de bloemknoppen bij de bloeiende planten, vooral de Azalea's. Ook de bladeren vallen soms af :en dan is men natuur lijk nog verder van huis.1 E'en tweede gevolg er van 'is, dat men last krijgt van verschillende insecten of larven er van, die over het algemeen juist een droge lucht ver kiezen boven een dito vochtige. Dit zijn b.v. de luizen, thrips en de dopluizen bij palmen b.y. (ook bij cactussentre ft meu soms dopluizen aan. De gewone luizen zijn bij de meeste menschen wel zoo bekend, dat we daar'niet verder over be hoeven te spreken, maar alleen willen we er op wijzen, dat men ze weg kan krijgen, door ze te spuiten met gewooil water en dat herhalen ver volgens door de spuiten met een oplossing van 1 Liter brandspiritus en 1 Kg- groene zeep per 100 Liter water. Men heeft natuurlijk slechts een geringe hoeveelheid noodig, maar dan deelt men deze getallen eenvoudig. De doeluizen zijn minder bekend, en wel in die mate, dat er veel planten'zijn die er last van hebben, zonder dat de eigenaars er erg in hebben. Dopluizen lijken namelijk in het geheel niet op luizen zooals wij die ons meestal voorstellen. Het zijn namelijk niets anders dan kleine, witachtige dopjes, waaronder de luis zit, of waaronder later in den tijd niets anders Zitten dan een massa eie ren. Pooten ziet men dus niet en ze 'kunnen zich op het laatst ook niet meer verplaatsen. Men neemt deze luizen dus waar .alsof het kleine vlek jes waren en men begint eerst met de bestrijding, als er reeds veel aanwezig zijn en dan hebben ze natuurlijk reeds veel onheil gesticht. De eenige manier om er af te komen is, ze met een sponsje of desnoods met een tandenborsteltje af te wrijven terwijl dat sponsje of borsteltje gedoopt wordt in dezelfde oplossing, die reeds genoemd is. Thrips is voor den leek nog moeilijker te her kennen, maar de kenner zietraan de kleur van de bladeren direct, of een plant er last van heeft, ja dan neen. De bladeren gaan dan namelijk ver kleuren en zien er aan den bovenkant vaal uit. De insecten zelf zijn met het bloote oog niet gemakkelijk waar te nemen als men ze tenminste niet kent. Bij Azalea's ziet men in den winter (ook wel in den zomer) soms bladeren, die buitengewoon dik zijn en soms vervormd tot echte gallen; ook de knoppen vertoonen soms dit verschijnsel. De kleur van die vergroeiingen is meestal lichter groen dan het overige van de plant. Deze verdikte bladeren worden veroorzaakt door een zwamziekte, die werkelijk bij sommige soorten heel schadelijk worden kan. Afzoeken en verbranden van die bladeren en gallen is het meest, uitvoerbare bestrijdingsmiddel in het klein. De kweekers, die er soms last van mochten hebben kunnen een bespuiting uitvoeren met Bor- deauxsche pap en die zoo noodig herhalen. St. Pancras. v. HEB.WIJNEN.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 3