Hl 21 111 1930
IMieiÈsluil hoof Hels
De economische toestanden van
ons land
richt ontvangen onverwijld de reis te onderbreken
en naar een Russische haven in de Zwarte Zee te
rug te keeren.
Hiermede wordt dus van Russische zijde het be
richt bevestigd, dat oorlogsschepen de Bosporus
zijn doorgevaren en de overeenkomst inzake de ziee-
engten hebben geschonden.
:v" wm
Artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 13 Juni
1929 tot vaststelling van een Algemeenen Maat
regel van Bestuur als bedoeld bij eenige artikelen
van de Arbeidswet 1919 het zoogenaamde werk
tijdenbesluit voor Winkels, dat op 1 Januari jongst
leden in werking is getreden luidt letterlijk als
volgt:
„Behalve gedurende den wekelijkschen rusttijd,
„bedoeld in art. 1, mag geen arbeider, die in een
„winkel arbeid verricht, bovendien op één dag
„der week geen arbeid verrichten vóór of na 1
„uur des namiddags.
„Indien de in artikel 1 bedoelde rusttijd begint
„op den dag, dat de arbeider na 1 uur des na
middags geen arbeid mag verrichten, moet de
„rusttijd ten minste een en veertig uren bedra
den."
Bij de uitvoering van het eerste lid van dit ar
tikel een voorschrift, dat in sommige andere lan
den, o. a. in Oostenrijk reeds lang vigeert, doch dat
voor ons land geheel nieuw is doen zich verschil
lende moeilijkheden voor.
Wie zich op de hoogte heeft gesteld van de talrij
ke publicaties adressen, vereenigingsverslagen, ar
tikelen, ingezonden stukken die aan de invoering
van het Winkelwerktijdenbesluit reeds vooraf zijn
gegaan, weet, welke kwesties zooal rijzen bij het in
praktijk brengen van dezen schijnbaar zoo eenvou-
digen regel.
Eenerzij ds werd de wenschelijkheid betoogd van
vaststelling van een algemeenen, voor alle onder
het Besluit begrepeen zaken geldenden, vrijen mid
dag bij gemeentelijke verordening. Van den ande
ren kant hebben velen hiertegenover op het nadeel
gewezen, dat een verplichte sluiting op één der zes
middagen van de werkweek voor den handeldrij-
venden middenstand huns inziens medebrengt. De
belangen van vele winkeliers, die minder bezwaar
hebben tegen sluiting vóór dan na één uur, staan
tegenover die van het winkelpersoneel, dat meer
profijt heeft van een vrijen middag dan van een vrij
en ochtend. Het vermijden van deze controverse
door toepassing van een ploegenstelsel stuit op, voor
vele handelaren, onoverkomelijke bezwaren. Spe
ciaal ook voor de meeste kapperszaken, schijnt het
invoeren van een ploegensysteem vrijwel onmogelijk
te zijn. Verder is er onder meer het probleem van
de filiaalhouders, die, tenzij zij uitsluitend of in
hoofdzaak met de leiding belast zijn van den win
kel of de winkelafdeeling, waarvan zij aan het
hoofd staan (hetgeen impliceert, dat zij lager per
soneel onder zich moeten hebben, dat de gewone
werkzaamheden onder hun leiding verricht), vallen
onder de bepalingen betreffende de 53-urige werk
week, de rusttijden enz. bepalingen, die niet
gelden voor den handeldrijvenden winkel-eigenaar
tenzij zij aan het hoofd staan van een winkel,
waar, behalve zij, tenminste drie personen arbeid
plegen te verrichten (art. 16 van het Besluit.)
Van de vraagstukken, samenhangende met de uit
voering van het Winkel werktijdenbesluit, staat
vooral ook de kwestie van den vrijen halven dag in
het middelpunt van de belangstelling.
SCHIPPERSDRAMA.
Man en vrouw omgekomen?
Omtrent het ongeval, de ijzeren tjalk Donderdag
voor Lemmer overkomen, wordt nader gemeld, dat
zoo goed als vast staat, dat het de tjalk „Dankbaar
heid" van schipper Post is. Bij navraag langs de
kust is nergens gebleken dat de schipper en zijn
vrouw in een roeiboot zouden zijn aangekomen.
Men meent zeker te weten, dat Post aan boord geen
roeiboot had.
Schipper de Jonge, van het motorschip „Climax"
uit Oude Pekela, dat de tjalk zpu hebben aange
varen, verklaart, dat hij zien bijna niet kan voor
stellen, dat tengevolge van deze aanvaring die vol
gens hem niet noemenswaard was, de tjalk zou zijn
gezonken.
De burgemeester van Lemmer heeft een visschers
boot, naar de plaats, waar de tjalk gezonken is,
gezonden, om daar te ankeren met lient op, daar
de tjalk juist in de vaargeul ligt.
Vermoedelijk is het scnip lek geworden en heeft
het in den lpop van den nacht water gemaakt. De
opvarenden, man en vrouw, zouden in bed door 't
water kunnen zijn verrast, zich niet meer hebben
kunnen redden en in het schip zijn verdronken.
Door de lantaarn aan het want vermoedt men, dat
het schip voor anker ligt. Het was ongeladen.
DE SPOORDIJK BIJ MOORDRECHT.
Bij, Moordrecht zijn op den spoorweg proefborin
gen gedaan, waarbij is gebleken dat onder de spoor
baan een veenlaag van vijf tot zes meter ligt.
Gelijk wij reeds mededeelden is het zeer waar
schijnlijk dat deze proefboringen over de geheele
lijn Rotterdam-Gouda noodig zullen zijn en indien
dit het geval is zullen er eenige maanden mede ge
moeid zijn. Blijkt het, dat onder de geheele baan
een zoo dikke veenlaag is, dan zal naar alle waar
schijnlijkheid de baan moeten worden gereconstru
eerd.
De wissel, die bij Moordrecht is gelegd, heeft
goed voldaan. Het traject waarover nu op enkel
spoor wordt gereden is teruggebracht tot drie kilo
meter en tengevolge daarvan zijn de vertragingen
aanmerkelijk minder geworden.
Thans is men geëindigd met het storten van zand
teneinde te kunnen nagaan of het veen inmiddels
door de hoeveelheid zand, welke reeds gestort is, is
weggeperst. Er wordt nog wel beweging in den dijk
geconstateerd, al is het dan ook zeer weinig be-
teekenend.
Nieuwstijdingen
ZOUTAANSLAG OP DE TELEFOON-ISOLATOREN
TE ROTTERDAM.
Sinds de stormen van de laatste dagen doet zich
bij de Rotterdamsche telefoon een zeer eigenaardig
verschijnsel voor. Er schijnt met die stormen een
zout-vloed over het Rotterdamsche gebied te zijn
neergestreken. Men kan dat waarnemen aan de
ruiten van de woningen. Alle ruiten op het Noord
westen zien er smerig uit en als men met den vin
ger over den buitenkant van het venster strijkt
en men proeft even, dan is de zoutsmaak dadelijk
te onderkennen.
Deze zoutaanslag heeft voor de telefoon onaan
gename gevolgen. Alle isolatoren zijn aangeslagen,
met het gevolg, dat alle buitennet-aansluitingen
Pernis, Alblasserdam, Terbregge enz. verstoord zijn.
Eén stevige regenbuit zou het euvel wegspoelen,
maar daar ziet het er op het oogenblik niet naar
uit, zoodat, naar men vreest, de telefoondienst wel
genoodzaakt zal zijn, om aan de klagers voldoening
te geven, alle isolatoren schoon te maken. Het zijn
er niet zoo heel veel, want voor het grootste deel
zijn de aansluitingen per kabel, maar een massa
welk geeft dit in elk geval.
Ook bij den Rijkstelefoondienst heeft de zoutvloed
storend gewerkt. Tot dusver kwam een dergelijk
natuurverschijnsel alleen aan de kust voor. Een
bewijs hoe onafgebroken de stormvlagen de „zui
vere zeelucht" tot veertig en vijftig kilometers en
nog verder het land in, hebben door gewaaid.
SPANNENDE UREN AAN DE MAAS TE MEGEN
Het plaatsje Megen in Noordbrabant aan de Maas
was dezer dagen nog laat in rep en roer, aldus le
zen wij in de „Msb." Toen een van Megen's inge
zetenen om half elf met zijn auto langs den Maas
dijk reed, ontdekte hij'een paar lichten onder wa
ter, in de Maas. Bij nadere beschouwing bleek dat
een vierspersoons gesloten Ford in de Maas lag,
alleen een stukje van de kap kwam boven het wa
ter uit. Heel Megen liep uit. Een van de toeschou
wers riep, terwijl hij op een donker voorwerp wees
dat bij de auto dreef: „een lijk, een lijk." Na eeni
ge moeite gelukte het „het lijk" op te visschen, dat
een koffer bleek te zijn. Inmiddels had men reeds
een gat in de kap van de auto gestooten, maar niets
kwam er uit, geen levende en geen doode. Dan zijn
ze er uitgespoeld riep men en men begon te dreg
gen. Enkele paters, de dokter en de burgemeester
waren inmiddels ook gekomen om de eerste hulp
te verleenen en wachtten met alle Megenaren op
den afloop van de dreggerij. Inmiddels was vastge
steld, dat de auto van enkele Nijmegenaars was, die
dien avond in Megen een uitvoering hadden gege
ven, 2 dames en 4 heeren. Uren verstreken, de span
ning was geweldig. Toen het half drie geworden
was, besloot men de pogingen te staken en des
morgens verder te dreggen. Maar des morgens, toen
Megen wakker werd, werd men tevens van de groo-
te zorg verlost. Wat was nu het geval? De Nijmege-
naren waren om tien uur weggereden uit het dorp,
den dijk op, den dijk af en de Maas in. Twee
van de heeren waren goede zwemmers en brach
ten (behalve zichzelf) de vier anderen behouden
op het droge.
In hun natte plunje wandelden ze toen maar
weer naar het café, waar ze de uitvoering hadden
gegeven, vertelden daar wat hun was overkomen en
omdat ze toch niet meer weg konden, gingen ze
naar bed.
Megen is nu weer in diepe rust.
Buitenland
POSTBiIEFSTAL TE LONDEN.
Twee geregistreerde postzakken van een
handwagen gestolen.
De brutaalste postdiefstal van de zeventig, die
er in de afgeloopen maandeii in Engeland zijn
gepleegd, heeft Vrijdagmorgen plaats gehad in
de Kingsway. Een donkerblauwe auto reed om
streeks half acht de Kingsway 'op en neer en 1§ta-
tionneerde tegen acht uur, in een Zijstraat. Tóen
een ambtenaar van het ministerie van Lucht
vaart de postzakken, die voor het departement
bestemd waren, in ontvangst nam, reed hij ze met
een handkar naar een anderen ingang van het
departement. Op dat oogenblik kwam de donker
blauwe auto langzaam aanrijden, een jonge man
sprong er uit, greep twee geregistreerde post
zakken van den handwagen en vloog daarmee
wee rde auto in, die daarna in snelle vaart naar
Holborn reed. Dozijnen menschen waren van liet
voorval getuige. Men kon de auto echter niet
doen stoppen. Later werd verklaard, dat er waar
schijnlijk geen belangrijke geheime stukken in
de gestolen zakken zitten.
Een Beuter bericht meldt dat de gestolen post
zakken naar men meent officieele documenten
in cijferschrift en geheime documenten over de
vluchten van een nieuw vliegtuig bevatten. Men
acht het niet waarschijnlijk dat geld de drijfveer
van den diefstal was.
OVER DEN OCEAAN GEWAAID.
De Britsche driemaster „Neptune II" uit St. John
in Newfoudland, een houten schip van 126 ton, is
dezer dagen de baai van Tobermory aan de west
kust van Schotland binnengesleept. Het schip was
den 29 November uit St. John's vertrokken met een
lading levensmiddelen voor een reis van 100 mijl
naar Newton in de baai van Bonavista in Newfound
land maar werd 48 dagen lang door den wind dwars
den Oceaan overgedreven. De „Neptune II" was op
30 mijl afstands van de haven van bestemming,
toen de wind het noodig maakte dat het schip de
open zee koos. Behalve de bemanning van vijf kop
pen, van wie er een gewond werd, had het schip vijf
passagiers aan boord, waaronder een vrouw. Het
bereikte veilig den vuurtoren van Ardnamurchan,
het westelijkste punt van het vasteland van Schot
land, waar het 't anker liet vallen en opgemerkt
werd door een voorbijvarend stoomschip. Het schip
dat in 1920 in Denemarken gebouwd was, was in
staat het geweld der golven te weerstaan hoewel de
verschansing werd stukgeslagen en de twee kleine
booten verbrijzieald werden. Een deel der lading
werd beschadigd. Aan levensmiddelen had men door
den aard der lading geen gebrek maar de watervoor
raad was zeer beperkt, zoodat er een rantsoenee
ring moest worden ingesteld. Aan het uiterlijk der
bemanning en de passagiers was duidelijk te zien
welk een beproeving zij hadden doorstaan.
Het laatst had men op 23 December van het
schip gehoord; sedert dien datum niet meer.
GELUKTE LIST VAN AUTOBANDIETEN.
Autobandieten hebben dezer dagen te Londen met
succes een list gebezigd om aan de hen vervolgen
de politie te ontkomen. Zij waren met een auto voor
gereden voor een bontwinkel in Brompton Road en
hadden een reservewiel door het venster geworpen
Een politie-agent hoorde den slag en zag drie of
vier mannen wegrijden met een auto, waarin de in
houd van de uitstalling, voor honderden ponden
aan bont, geladen was. De agent en een burger gin
gen de auto met een taxi achterna en hadden de
ze bijna ingehaald, toen er uit de auto der ban
dieten iets viel, dat op het lichaam van een vrouw
leek. De taxi week uit om het niet te overrijden
en stopte.
Bij' onderzoek bleek dat het „lichaam" een
wasfiguur was, gelijk met het bont uit de uitstal
ling meegenomen. Door deze list wisten de bandie
ten te ontkomen.
DE SCHENDING VAN DE BOSPORUS
Naar uit Moskou wordt gemeld publiceert het of
ficieuze Sovjet- persagentschap „Tass" een bericht
van den volgenden inhoud: „De Russische pantser
kruisers „Parisjkaja Kommoena" en „Profintren",
die wegens machineschade Napels moesten aandoen
hebben van den oorlogsraad der Sovjet-Unie be-
Binneiiland
DE PAPEGAAIENZIEKTE.
Dr. K. Kuiper, de directeur van den Rotterdam-
schen dierentuin geeft in „De Groene Amsterdam
mer" naar aanleiding van de psittacosis en hare
mogelijke verbreiding den raad te streven naar 'n
internationale regeling van het dierentransport.
Voorschriften betreffende de eischen waaraan 't
transport van levende dieren heeft te voldoen, moe
ten de beschaafde landen gezamenlijk trachten
vast te stelen. Dat een psittacose-infectie ooit zulk
een uitbreiding heeft kunnen krijgen ligt m i. in
hoofdzaak aan de hoogst primitieve huisvesting en
verzorging ,die men voor die dieren nog goed ge
noeg vindt.
Al heeft de mensch principieel gesproken on
loochenbaar het recht dieren, ook uit den wilden
staat te vangen en gevangen te houden even ze
ker heeft hij den zedelijken plicht zijn levend ei
gendom zoo goed mogelijk te verzorgen geheel af
gezien van het feit, dat zijn eigen belang dit in
den regel meebrengt.
Hiermede is de vinger op een wondeplek gelegd.
Er is in ons land van vereenigingen ook eene,
naar ik geloof die zich ten doel stelt algemeene
wettelijke regelingen ter bescherming van het dier
in het leven te roepen. Zij kan heel zeker nuttig
werk doen. Als de Amazonen transporten uit Z.
Amerika behoorlijk verzorgd en verpakt moeten wor
den, is de kans op een ernstige psittacose-epidemie
ën onder de vogels, en daarmede zooals gebleken is
onder de menschen, al zeer gering.
KALENDERHERV ORMlNG.
Het hoofdbestuur der Ned. Maatschappij voor Nij
verheid en Handel heeft den departementen de vol
gende vragen voorgelegd ter zake een eventueele
kalenderhervorming
A. Paschen.
Bent u voor een vaststelling van een datum voor
Paschen en zoo ja, moet die dan zoo laat moge
lijk gesteld worden (ongeveer half April)?
B. Kalenderhervorming.
1. Worden, uit practisch oogpunt, de verschillen
de bezwaren, die tegen den tegenwoordigen kalen
der worden ingebraent, door u gedeeld? Zoo ja, zijn
die uws inziens van voldoende gewicht om op een
hervorming van den kalender aan te dringen?
2. Hebben deze bezwaren er toe geleid, dat u in
uw onderneming (ten behoeve van productie-, in
koop- verkoopstatistieken, omzet- en kostprijsbere
kening, materialen verbruik, loonsbepalingen, enz.)
een eigen kalender gebruikt waarbij gerekend wordt
met 52 perioden van één week, met 13 van vier we
ken, óf een andere, van den gewonen kalender af
wijkende tijdsindeeling?
3. Zoo ja, ondervindt u nadeel van die afwijking
van deze tijdsindeeling van die van den gewonen
kalender en acht u het noodig om ook dezen laat-
sten te hervormen of kan uw bedrijf volstaan met
een rationeelen kalender voor eigen gebruik, naast
den gewonen?
4. Zoo neen, hebt u dit nagelaten, omdat het
gebruik van een meer rationeele tijdsindeeling voor
uw bedrijf niet van belang is of omdat aan het
hebben van een eigen tijdsindeeling naast den ge
wonen kalender overwegende bezwaren waren ver
bonden?
5: Wanneer u een hervorming van den kalender
wenscht, bent u dan voor:
a. een vasten kalender van 12 maanden, ver
deeld in 4 gelijke kwartalen van twee maanden,
van 30 en één van 31 dagen met één extra dag, of
b. een vasten kalender van 13 maanden van 4
weken met één extra dag?
6. Wanneer u geen kalenderhervorming wenscht
welke zijn dan uw voornaamste bezwaren tegen
een dergelijke hervorming?
Geheel zonder schokken gaat de ontwikkeling
van den economischen toestand in den laatsten
tijd niet Wij staan daarin zeker niet alleen.
In de Vereenigde Staten van Amerika is de
depressie in vollen gang. Blijkens de laatste
publicatie in „Trade Winds", een uitgave van
de Union Trust Cy. 'te Cleveland, wordt in het
voorjaar reeds herstel verwacht en een bloeipe
riode in den komenden zomer.
Ten onzent is de ontwikkeling anders, omdat
de hoogconjunctuur zich nauwelijks als zoodanig
deed gevoelen. Er was hier slechts van een uiterst
Van groote schommelingen kon derhalve geen
sprake zijn.
De soliede en voorzichtige politiek van de
Nederlandsche bank en ook van de groote parti
culiere banken, heeft het zelfs mogelijk gemaakt,
dat er, ondanks d§ Beurscrisis van November,
thans weer ruim crediet kon worden verleend,
hetgeen zich o m. afspiegelt in de pas bekend
geworden verlaging van de rentetarieven der
Nederl Bank. f
Omtrent de bijzonderheden aan den economi
schen toestand van ons land volgens de gegevens
van het laatste Maandschrift van het Centraal
Bureau voor de Statistiek, kan het volgende
worden opgemerkt.
Zooals vrij geregeld plaats vindt, daalde ook in
November j.l. de steenkolen- en bruinkolenpro
ductie. j 1
De hoeveelheid afgegeven stroom der electri-
eiteitsfabrieken gaat nog steeds met flinke spron
gen omhoog.
Van belang is de verbetering in den Scheeps- j
bouw. De suikerproductie blijft beneden die van
verleden jaar. Hetzelfde is 't geval 'met de zeevis- i
seherij ofschoon de hooge prijzen tengevolge had- j
den ,dat de totaalopbrengst toch nog hooger was
dan verleden jaar.
Een duidelijk teeken van opbloei blijven dê
cijfers van de gehouden aanbestedingen te geven, 1
die zoowel over het geheel als meer in het bijzon
der voor den fabrieksbouw, ver boven de cijfers
van verleden jaar blijven.
Zoowel de invoer als de uitvoer daalde in No
vember ten opzichte van October; daarentegen,
was de invoer toen grooter dan in November
1928, terwijl de uitvoer in beide maanden vrij
wel gelijk was.
Het goederenvervoer over zee is nog steeds
belangrijk hooger dan verleden jaar, ofschoon
dat te Botterdam in November een achteruitgang
vertoont vergeleken bij October.
Ook het binnenscheepvaartgrensverkeer daalt
in den laatsten tijd, maar blijft nog belangrijk
beven dat van verleden jaar.
Dc dalende beweging in de conjunctuur blijkt
wel duidelijk uit het indexcijfer der groothandel-
prjzen, hetwelk in November 1928 genoteerd
stond op 148 (1913 100), in October j.l. op 140
en in November op 137.
De beteekenis van de recente beurscrisis demon
streert zich het scherpst, indien wij tien, hoe het
indexcijfer van de koersen van aandeelen in No
vember 1928 op ;ilG stond genoteerd (1921
19:25.100) in September j.l. op 117, in Octo
ber 113, en in November op 100, welke stand in
December ongewijzigd bleef.
Ook de cijfers der faillissementen werpen op
de debacle een scherp licht. September 210, Oc
tober 247 en November 271. Merkwaardig daar
bij is ,dat in het najaar van 1928 het aantal
faillissementen tot nog toe beduidend grooter was
De werkloosheid blijft volgens de tot dusver
bekend geworden cijfers beneden die van 1928.
Belangrijk stijgt de woningbouw.
Zooais uit het overzicht blijkt, heeft ook ons
land de gevolgen van den beursstorm te zien
gegeven, doch anderzijds toonen de gegevens wel
aan ,dat een spoedig herstel verwacht mag wor-
Land- en Tuinbouw
KAMERPLANTEN IN DEN WINTER.
Hoewel het in geen enkel jaargetijde meevalt
de kamerplanten in goede conditie te houden is
het toch in den winter, als de natuur niet mede
werkt, heelemaal niet gemakkelijk. Dit komt ech
ter nog meer tot uiting bij de planten uit voch
tigere regionen, waar het meteen meestal veel
langer licht is dan bij ons. Zoo is het b.v. heele
maal niet gemakkelijk een palm, die licht en
vochtige lucht verlangt in den winter in de ka
mer goed te houden, want, in de kamers is het
meestal donker en de atmosfeer is er juist droog.
Deze droge, schrale lucht is funest voor het al
lergrootste deel der kamerplanten, met name voor
de reeds genoemde palmen en ook clivia's, Aza
lea's, Gromelias, Begonia's, Varensoorten enz.
Droge lucht is verkieslijk voor de meeste zg.
vetplanten b.v. Agave, Echiveria's, Cactussen,
Geraniums enz. Over het algemeen zou men kun
nen zeggen, dat planten met dikke bladeren of
met bladachtige stengels in den winter liefst een
droge atmosfeer hebben en planten met dunnere
bladeren juist vochtige lucht. Men voelt dus
wel, dat het niet gemakkelijk is aan deze eischen
in een en dezelfde kamer te voldoen. Men zou
nog wel twee verschillende kamers voor de plan
ten kunnen houden, maar, dan zit men weer met
het vorstvrij houden, wat in een koudere kamer
weer niet gemakkelijk is.
Een van de eerste gevolgen, 'van te droge lucht
in de kamer is b.v. het afvallen der bloemknop
pen of soms het verdrogen van de bloemknoppen
bij de bloeiende planten, vooral de Azalea's. Ook
de bladeren vallen soms af :en dan is men natuur
lijk nog verder van huis.1
E'en tweede gevolg er van 'is, dat men last
krijgt van verschillende insecten of larven er van,
die over het algemeen juist een droge lucht ver
kiezen boven een dito vochtige. Dit zijn b.v. de
luizen, thrips en de dopluizen bij palmen b.y.
(ook bij cactussentre ft meu soms dopluizen aan.
De gewone luizen zijn bij de meeste menschen
wel zoo bekend, dat we daar'niet verder over be
hoeven te spreken, maar alleen willen we er op
wijzen, dat men ze weg kan krijgen, door ze te
spuiten met gewooil water en dat herhalen ver
volgens door de spuiten met een oplossing van
1 Liter brandspiritus en 1 Kg- groene zeep per
100 Liter water. Men heeft natuurlijk slechts een
geringe hoeveelheid noodig, maar dan deelt men
deze getallen eenvoudig.
De doeluizen zijn minder bekend, en wel in
die mate, dat er veel planten'zijn die er last van
hebben, zonder dat de eigenaars er erg in hebben.
Dopluizen lijken namelijk in het geheel niet op
luizen zooals wij die ons meestal voorstellen. Het
zijn namelijk niets anders dan kleine, witachtige
dopjes, waaronder de luis zit, of waaronder later
in den tijd niets anders Zitten dan een massa eie
ren. Pooten ziet men dus niet en ze 'kunnen zich
op het laatst ook niet meer verplaatsen. Men
neemt deze luizen dus waar .alsof het kleine vlek
jes waren en men begint eerst met de bestrijding,
als er reeds veel aanwezig zijn en dan hebben
ze natuurlijk reeds veel onheil gesticht. De eenige
manier om er af te komen is, ze met een sponsje
of desnoods met een tandenborsteltje af te wrijven
terwijl dat sponsje of borsteltje gedoopt wordt
in dezelfde oplossing, die reeds genoemd is.
Thrips is voor den leek nog moeilijker te her
kennen, maar de kenner zietraan de kleur van de
bladeren direct, of een plant er last van heeft,
ja dan neen. De bladeren gaan dan namelijk ver
kleuren en zien er aan den bovenkant vaal uit.
De insecten zelf zijn met het bloote oog niet
gemakkelijk waar te nemen als men ze tenminste
niet kent.
Bij Azalea's ziet men in den winter (ook wel
in den zomer) soms bladeren, die buitengewoon
dik zijn en soms vervormd tot echte gallen; ook
de knoppen vertoonen soms dit verschijnsel. De
kleur van die vergroeiingen is meestal lichter
groen dan het overige van de plant.
Deze verdikte bladeren worden veroorzaakt
door een zwamziekte, die werkelijk bij sommige
soorten heel schadelijk worden kan. Afzoeken
en verbranden van die bladeren en gallen is
het meest, uitvoerbare bestrijdingsmiddel in het
klein. De kweekers, die er soms last van mochten
hebben kunnen een bespuiting uitvoeren met Bor-
deauxsche pap en die zoo noodig herhalen.
St. Pancras. v. HEB.WIJNEN.