I De Verloren Zoon Moraal ALLERLEI Levenswijsheid - Moraal of zedelijkheid is al datgene, wat is vol gens de geldende zeden en gewoonten die in het latyn mores heeten. Daarvan komt het begrip mo raal, een begrip waar erg mee geschermd wordt, veel meer geschermd zelfs dan nuttig en noodig is. Allereerst dient opgemerkt te worden dat het al zeer moeilijk is te bepalen, wat wel en wat niet valt onder het zedelyk goede. Wat de een goed noemt, noemt de ander verkeerd. Waar de een zich aan stoot, daar vindt de andér niets aanstoo- teiijks in. Grenzen zijn daar dus bijna nie,t te trekken. Weliswaar zijn er zaken, die iedereen goed noemt of die iedereen slecht vindt, maar bij de grensgevallen begint dit algemeen geldende oor deel te wankelen en verzwakt. Die grens is geen lijn, maar een breede strook, die onverdeeld ge bied is, noch goed, noch slecht, maar zoo midden tusschen deze twee. Er zou een heele lijst gegeven kunnen worden van wat in die grensstrook vait en men zou al gauw geneigd zijn om benaive de alge meen geidenue moreeie begrippen, goed en slecnt, nog een derde bindende regel te geven, die dan loopt over oe middelmaat tusschen goed en slecht Hierin zou dan een aparte maatstaf moeten wor den aangelegd, die voor elk afzonderlijk geval apar te regeis zal moeten hebben. Soms komt wel eens een rechtzaak je voor, waarin de beklaagde volgens de wet strafbaar is, doch vol gens oe publieke meening geenszins. Dit gebeurt meermalen, dat een' bindende rechtsregel in strijd is met de publieke moraal. Sommige eischen in zoo een geval genoorzaamneid aan oe rechtsregels. Maar ik zou er wiiien bijvoegen, dat dan die rechts regels moeten worden herzien, tot ze aan het leven' aangepast zijn. Toch erken ik ook de verplichting om een rechtsregel bindend toe te passen, zoolang die rechtsregel bestaat. Toch ligt de beslissing in moreeie kwesties niet op het terrein van de rechtsregels, maar in het hart van den betrokken persoon. „Ieder zij in zijn hart overtuigd" zeide reeds eeuwen geleden een groot man. Alleen het geweten is de goede maat staf, mits men deze maatstaf laat corrigeeren door rechtsregels, wanneer blijkt, dat het geweten te ruim of misschien ook te bekrompen is. Dit is vrij heid, die niet in losbandigheid kan omslaan, de ware vrijheid, die maakt dat men in moreel opzicht onberispelijk is. Kort en bondig VOOR EN UIT DE ZAKENWERELD. Een van de redenen, waarom zoo veel oud geves tigde firma's achterblijven is, dat ze niet meer zoo energiek op nieuwe zaken afgaan. Vroeger succes is gewoonlijk gevaarlijk, daar het dienstbaar is aan luiheid, aan verslapping, aan het kalm afwachten op binnenkomende orders. Het is verstandig luchtkasteelen te bouwen, maar dwaasheid is het, daar op te houden. Ga te rug naar uw fundeering, stapel steen op steen, tot dat gij uw kasteel bereikt. Dan is het van u. Machiavelli heeft gezegd, dat de menschelijke geest verdeeld kan worden in drie klassen; ten Ie van hen, die uit zichzelf zien, ten tweede van hen die zien als men het hun aantoont, en ten derde van hen, die noch uit zichzelf zien, noch als men het hen aantoont. Het zakenleven eischt menschen, die uit zichzelf zien en die snel handelen, nadat ze de indrukken in zich hebben opegnomen. Heden ten dage is de gewaardeerde employé de- geen, die zijn werk goed doet en die voortdurend zoekende is naar nieuwe zakenmethoden, wegen en middelen om winst te vormen. De menschen, die ik het beste heb zien slagen in hun leven, zijn altijd de opgeruimde en hoop volle menschen geweest, die hun zaken deden met een glimlach op het gezicht en de kansen en ver anderingen van dit vergankelijk leven als mannen aanvaardden en zoodoende de waarheid begrepen van het oude spreekwoord, dat goede tijden en. slechte tijden en alle tijden voorbij gaan. Italië heeft 'een zilveren munt, die het volgende opschrift draagt: „Beter één dag te leven als een leeuw dan honderd jaar als eèn schaap." Ford zegt: „Men kan iemand niet afmeten naar 'zijn nederlagen. Men moet weten welk gebruik hy er van maakt. Van welke beteekenis waren zij voor hem? Welk voordeel trok hy er uit? „Ik dank God, dat ik geen manipulator ben gewor den" zeide Humphry Davy, „want de gewichtigste mijmer ontdekkingen zijn mij ingegeven door mis lukkingen." Ga nooit boos weg van iemand, die ge lief hebt. Elke goede daad vindt haar belooning in haar zelf. Kleine zaken zyn kleine zaken, maar getrouw te zijn in kleine zaken is een groote zaak. Wie handelen wil moet het doel niet te ver stel len. Wie altyd aan het dageiyksch brood denkt, wordt zelf oudbakken. „God verhoede, dat ik doen en voor hem vluchten Het is te hopen, dat er altyd menschen zullen zou" zeide Judas Maccabacus, toen men hem aan- zijn, die het schoone kunnen zien in alledaagsche spoorde met zyn leger van slechts achthonderd dingen. getrouwen te vluchten voor het Syrische heir, dat twintigduizend man sterk was. „Indien onze tijd Kunst is passie en de eenige, eindelooze, onver- gekomen is, laat ons dan manmoedig sterven voor gankplijke passie waarin het leven het opperste onze broederen, en onze eer niet bezoedelen." en innigste wezen uit. „Zwaar was de strijd' zegt miss Yonge „even zwaar als die welke gestreden werd door de drie honderd te Thermopylae, en de uitslag was dezelf de. Judas en zyn achthonderd werden niet van het slagveld verdreven, zy bleven er dood liggen. Maar hun werk was gedaan. De zedelyke uitwerking van zulk een nederlaag is grooter dan die van menige overwinning. Die levens, zoo duur verkocht, waren de prys der vryheid voor Judas' broeder. Jonathan on Simon legden hem in zyns vaders graf en vol eindden het werk, dat hij begonnen was, en toen Smon stierf, waren de Joden, eenmaal zoo ver drukt, het welvarendste volk van het Oosten. De tempel werd herbouw op zyn ruïnen en de hel dendaden der Maccabaeen gaven het geheele volk de kracht om desverlangd hun leven te laten ter verdedigng van het heilig geloof hunner vaderen." Wie me nadoet is dikwyls mijn vyand, meestal vervelend en altyd een dwaas. Slecht is alleen het liefdelooze en boosaardige hart, slecht is wat voortkomt uit lage, onmensche- lyke motieven. Wie overdryft legt een te groote yver voor de. zaak in de verkeerde richting aan den dag, waarin zich onze belangen bevinden. Tante (tot Tommy, die naar de baby komt ky- ken:) „Wat denk je dat hij zegt, Tommy?" Tommy: (met een schuin oog paar de tafel ky- kend): „Het klinkt als „Geef Tommy een stuk koek." (Passing Show.) Naar het Duitse h. „En wat voor goede voornemens hebt u voor het nieuwe jaar?" Nummer 88: „Ik heb het rooken, drinken, dobbe len en naar de bioscoop gaan opgegeven voor 5 jaar.' (Passing Show.) Was het werkeiyk zoo en dacht de trekvogel er niet aan een nest te bouwen, dan was hy des te gevaarlyker voor haar kind en was het haar moe derplicht zoo gauw mogelyk een einde te maken aan zijn verblijf. Zij nam zich haar zwakheid kwa- lyk, dat zy het niet over haar hart kon verkrygen, haar gast, die nu weer geheel reisvaardig was, aan zyn weggaan te herinneren, daar hy er zelf heele - maal niet naar verlangde. Zy voelde hoeveel zy missen zou als zy piet meer voor een zoon had te zorgen, als zij zijn vertrouwelyk „Frau Mutter" of haar evenals haar dochtertje „Moedertje" noem de, niet meer zou hooren. Ook had zy voor zichzelf de uitvlucht dat het moeilyk ging eengast tot vertrek aan te sporen. En aldus deed het haar te- geiyk aangenaam en onpleizierig aan, toen er ein delijk een brief uit Augsburg kwam, door beide ouders geschreven, die aan het slot hun zoon in prentten, dat hy de gastvryheid van de edele vrouw aan wie hy zyn leven had te danken, niet misbrui ken moest, maar zoo gauw zyn wonden genezen waren, de terugreis moest ondernemen en zyn be zorgde moeder moest toonen, dat er werkelijk geen gevaar meer was en dat de straf voor zyn wysneu- zigheid deze maal nog genadig was geweest. Toen de jonge Koert dezen brief aan moeder en dochter had voorgelezen, sprak geruime ntyd nie mand een woord en daarna, toen zij te middernacht scheidden, spraken zy slechts over ernstige of on verschillige dingen. Dat het de laatste nacht was, die zy zoo met elkaar pratend hadden doorgebracht wist elk van hen en wilde toch niemand bekennen Ook moeder en dochter zaten nog geruimen tyd op daar zy heelemaal geen slaap hadden. Lize ging de kamer uit om de oude Diana, nog iets te zeggen wat zy doen moest. Toen zy terugkwam had zy een vel papier in de handen en was zoo bleek als het papier zelf. „Moedertje" zeide zy met een hortende stem, „dit heeft Diana my zooeven gegeven. Het is van hem. Wilt u het eerst lezen?" „Lees het maar" zeide de moeder, „het kan niets verkeerds zyn.' „O, moeder" fluisterde het meisje, „ik kan niet lezen. Het schemert my voor de oogen. Ik weet, dat het een afscheid is." „Geef het dan .maar hier" zeide mevrouw Helena en ontvouwde den brief. „Hy vraagt je" zeide zy na eenigen tyd, „of je er niets tegen zoudt hebben, als hy aan my om je hand vroeg. Hy doet het schrifte lijk, want als je niets van hem wilt weten, zooals hy helaas wel vreezen moet, omdat je altijd om hem gelachen hebt, dan wil hy je niet meer onder de oogen komen, maar weggaan zonder afscheid te nemen." Het meisje gaf geen antwoord en ook de moeder zweeg een tydlang. Plotseling voelde mevrouw He lena de armen van hdar kind om haar hals en haar betraande oogen tege nhaar wangen en zy stamel de aan haar oor: „Ik zou gestorven zyn, moeder tje, als hy niet van my gehouden had." Toen trok moedert haar kind op haar schoot, zooals zy haar sinds haar prilste jeugd niet meer gedaan had, drukte haar stevig aam haar hart en zeide met bevende stem: „God zegen jullie, kinderen." Den geheelen nacht deed niemand een oog dicht. Eerst tegen den morgen sliepen zy een paar uren en Lize die het eerst wakker werd, kon, hoezeer zy haar moedertje de rust gunde, nauwelijks afwach ten, dat zy zou opstaan en hem het antwoord op zyn brief zou schryven. Toen eindeiyk mevrouw Helena boven kwam, vond zy haar gast die ook pas in den vroegen morgen zyn oogen gesloten had nog in diepen slaap en ging terzyde van het bed zitten terwyl zy het goedaardige, jonge gezicht be keek, dat van hoop en moed, zelfs in zyn slaap, straalde. Toen hy echter nog niet wakker werd riep zij hem by zyn naam. Hy ging van schrik rechtop zitten en kon door de verwarring geen woord zeg gen, vooral omdat de gedachte of de moeder reeds van zyn schryven wist en wat zy daarop zeggen zou, hemb ontsteld maakte. Maar ofschoon ook het gelaat van mevrouw Helena ernstig belef, zoo gaven haar eerste woorden hem toch troost en vertrouwen Wetenswaardigheden WEET GIJ dat in het afegloopen jaar in de Ver. Sta ten in totaal 20500 personen om het leven zyn geko men tengevolge van motor- en auto-ongelukken? dat van die slachtoffers er ongeveer 10.000 voetgangers waren? dat-de oude John D. Rockefeller in totaal reeds 600.000.000 dollar voor liefdadige doeleinden, onderwys, philantropie en openbaar nut schonk? dat thans 24 millioen menschen Turksch spreken tegen 30 millioen ee^teuw geleden? dat een zonnige jeugd haar lichtstralen nog werpt in hoogen ouderdom? dat het gemiddelde inkomen van salaris- trekkenden in 1927 2000 dollar was? dat de Engelsche koning ook lid is van het Parlement? dat het koloniaal bezit van Frankryk groo ter is dan Buropa? dat het Engelsche bijna zoo groot Is ais dat de politie van Philadelphia thans spre kende films maakt van de bekentenissen en ver- hoóren der misdadigers? dat vriendelykheid de sleutel is tot aller ZONDAG: Eierschoteltje spruitjes aardappelen vleesch gevulde bananen. DINSDAG: Varkenslapjes koolraap aardappelen wentel teefjes. WOENSDAG: Kerrysoep biefstuk appelmoes aardappelen griesmeelpap. DONDERDAG: Stamppot snyboonen met rookworst vanillevla met sinaasappelen. VRIJDAG: Stokvisch ryst aardappelen gefruite uien watergruwel. Witte boonën ZATERDAG: zure saus aardappelen rijst met kaneelsaus. 1 lepel paneer EIERSCHOTELTJE. 6 eieren 2 dl. melk 2 lepels bloem boter zout peper nootmuskaat meel. BEREIDING: Kook de eieren hard, pel ze en snyd ze in plakjes. Verwarm roerende de boter met Neef: „Hier ben ik tante om u te bedanken voor de motorfiets die u my met Kerstmis hebt gegeven" (Humorist.) de bloem en voeg met kleine beetjes tegeiyk de melk toe. Laat het sausje even doorkoken en roer j de eierplakjes er door. Maak het op smaak met zout, noot en fyngehakte peterselie. Doe het meng- 1 sel over in een vuurvastschoteltje, strooi er een dun laagje paneermeel over, leg hier en daar een klontje boter en laat er in de oven een korstje op komen. GEVULDE BANANEN. 8 bananen 8 noten 2 lepels room 1 lepel basterd suiker iets citroensap 4 Fransche vruchtjes. BEREIDINGPel de bananen en houd de schil zooveel mogelyk heel en snyd ze in dunne plakjes, houd voor iedere banaan ongeveer zes schyfjes ach ter voor de garneering. Vermeng de rest met fyn- gesneden noot, de room, de suiker en het citroen sap en druk de stukjes wat fyn. Vul met dit meng sel de bewaarde bananenschil en garneer de boven kant met schyfjes banaan, die dakpansgewys op elkaar komen te liggen en leg tusschen ieder schyf- je een half geconfyt vruchtje. Dit gerecht kan niet lang van tevoren bereid worden, daar de bananen dan leeiyk van kleur worden. Schik de gevulde bananen op een schotel tusschen sinaasappelen en mandarynen in. Ü£9 KANEELSAUS. halve liter melk 2 volle theelepels kaneel 1.5 lepel boter 2.5 lepels bloem 2 lepels suiker. „Lieve zoon" zeide zij, „je kunt hier niet langer1 blyven. Na hetgeen wat je aan myn kind geschre ven hebt, past het niet, dat ik je aanmoedig nog langer van onze welgemeende gastvryheid gebruik te maken. Zoo gauw je voor de reis klaar bent, scheiden wy van elkaar én Valentyn laat je door het tuinpoortje uit. Ga dan naar „het Zwaantje" terug waar je je paard terug vraagt. Verzin tot verklaring van je lang wegblyven een verhaal dat je het meest ge loofwaardig voorkomt. Ook wil ik, dat je, voor je het huis verlaat, met mijn kind spreekt, alsof zy je vreemd gebleven was. Zij houdt veel van je en als ik eerlyk wil zyn, zou ik niets liever wenschen dan zoo'n flinken zoon te krygen, daar myn eigen zoon en hier zuchtte zy helaas weg is, zooals ik je later wel eens vertellen zal. Maar ik wil niet, dat je ouders denken, dat we je iher verpleegd hebben om een dochter aan een man te brengen. Zelf kon je er misschien berouw van hebben en las je weer in de wereld bent, nauwelyks begrypen, wat je aan myn eenvoudig kind, zoolang je niemand anders tot gezelschap hadt, voor byzonders hebt kunnen vinden. Dus je zult van ons weggaan, zonder dat een bindend woord door de een of ander gesproken wordt en ook mijn kind zal tyd hebben om haar jong hart ernstig te onderzoeken of niet medehj- den en de bekoring van het avontuuriyke haar voorgespiegeld oorzaak zyn in jou den door. den hemel voor haar bestemden bruidegom te zien. Als je dan met je ouders gesproken en hun toestem ming verkregen hebt en het is nog je vaste wil, laat het ons dan weten, schriftehjk of mondeling, en God zal er dan Zyn zegen op geven. En nu ver laat ik je lieve zoon en verwacht je beneden voor het ontbyt, want je moet niet zonder eten en drin ken van huis gaan." zy stond op, nadat zy den jongen man, die in sprakeloos geluk geluisterd had, met moederiyke hartelykheid op het voorhoofd gekust had. Maar als hy uit dit bewys van haar genegenheid de hoop koesterde, dat zy het met het overige niet zoo streng zou nemen voor het afscheid ook zyn geliefd meisje aan zyn hart te drukken, dan kende hy den ernstigen aard der moeder niet. Precies zooals zy Roer boter, bloem en kaneel tot een gladde massa, voeg by kleine beetjes tegeiyk de warme melk toe en tot slot de suiker. Laat de saus even doorkoken en geef ze bv. by ryst. RIMPELS. Een middel tegen rimpels in het gelaat. Twee gelyke deelen boonen- en gerstemeel wor den met een rauw ei vermengd. Als deze massa volkomen hard en droog is, wordt ze tot fyn poe der gemalen en tot een zalf aangeroerd. Een dikke laag van deze zalf doet gedurende den nacht lang zamerhand alle rimpels verdwynen en maakt de huid weer zacht. Om de roodheid van het gezicht veroorzaakt door vermoeienis te doen verminderen, doet men een eetlepel brandewyn in lauw water, en wascht er het gezicht mede. Als de vrouwen, wat lekker eten en drinken be treft, met de mannen gelyk op willen doen, zal een schoone gelaatstint spoedig verdwynen. Een schoo ne gelaatstint is niet bestaanbaar met veel te eten, en allerminst met veel gebruik van alcohol. DOOFHEID BIJ KINDEREN. De meest gevallen van doofheid by kinderen wor den veroorzaakt door slaan om de ooren. DOEKEN WASSCHEN. Zyden doeken en dassen wascht men gemakkehjk en mooi in aardappelwater. Men wryft rauwe aard appelen fyn en perst ze uit. Met dit water gewas- schen wordt het vuil geworden goed niet alleen schoon en loopen de kleuren niet dooreen, maar de zijde krijgt een eigenaardige glans. Stalen pennen kan men lang goed houden als men ze na het gebruik in een verschen aardappel steekt, of een poosje in den vlam houdt. SINAASAPPELSCHILLEN. Sinaasappelschillen zyn tot allerhande doeleinden te gebruiken. Men droogt ze en raspt of stoot ze, zyverleenen geur en smaak aan allerlei gebak en pudding en men kan er ook limonade van berei den. VOCHTIGE SCHOENEN POETSEN. Vochtige schoenen zyn moeilyk glanzend te kry gen. Voegt men echter by de schoensmeer eenige druppels melk dan heeft men de schoenen spoedig glanzend. Fyne lederen schoenen houdt men zacht en glan zend als men ze dageiyks met eiwit of vaseline in smeert. De acrobaat bovenop de autobus ziet zyn meis je op het trottoir. (Passing Show.) hem gezegd had, verliep het afscheid en als Lize I hem niet, toen zy hem een hand gaf, aangekeken had met een blik, die tegen een lange bekentenis I van innige trouw en liefde opwoog, dan zou hy, in plaats van vervuld met blyde hoop, in twijfel ver trokken zyn, of hy hier een hart gevonden had, dat hem in leven en dood toebehoorde. Een ring liet hy op zyn kamer achter. Er was een papier omheen gewikkeld, dat slechts één regel aan de moeder be vatte, waarin hy vroeg, dit aandenken te bewaren totdat zy hem eens zou toestaan het haar kind aan te bieden. Valentyn en Dina had hy zoo ryk voor hun verpleging beloond, dat die goede men schen ontsteld naar mevrouw Helena kwamen, of mynheer-Koert zich misschien vergist had. Toen zy echter de behuilde oogen van Lize zagen gingen zy stilletjes weg en begonnen velerlei gevolgtrekkin gen te maken. Het was zoo ongeveer in den middag, dat de meer te menschen thuis waren dat Koert ongemerkt door den tuin van mevrouw Amthor uitgelaten werd. Er gingen een paar uur voorby voordat moeder en dochter een woord zeiden. Zy waren beiden inniger dan ooit met elkander verbonden, wat zich uitte in honderd kleine liefdesbetuigingen, zonder dat zy elkaar in de oogen durfden te zien, alsof ze een geheim voor elkaar hadden. Toen het koeler werd wilde juist de moeder haar kind, dat in den tuin rondwandelde, zeggen dat zy haar hoed moest op zetten, en een doekje omslaan om een wandeling te doen door de stad, als Valentyn plotseling met een verschrikt gezicht binnen kwam en zeide, dat de president van de rechtbank er was, die twaalf dagen geleden mevrouw ook bezocht had en mevr. weer te spreken vroeg. Hy had iets zeer gewichtigs mede te deelen. Mevrouw Helena wier eerste ge dachte was, dat Koert tenslotte nog een onvoor zichtigheid begaan had, had nog even gelegenheid om den ouden knecht in te prenten, dat hy Lize niets van het bezoek mocht zeggen, toen de sta tige heer al binnentrad en met een gezicht dat veel vormeiyker en ambteiyker was dan by zyn eerste bezoek mevrouw Helena om een gehoor onder vier oogen vroeg. Wordt voorfgezet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 6