Algemeene Jaarvergadering van de Langedijker
Groenten-Centrale op Donderdag 6 Maart 1930, in
het lokaal van den heer Mantel te Hensbroek.
Bij het binnentreden der zaal wordt de aandacht
getrokken door een aardig uitgevoerde gedachte
om boven het tooneel waar het Bestuur heeft plaats
genomen, een versiering aan te brengen van Uien,
Koode kool, Bloemkool', Gele kool en Witte kool, ter
wijl langs 4e wanden van de zaal kleine tuiltjes
witte en gele narcissen zijn aangebracht, onderbro
ken door frisch groen.
Eenvoudig maar keurig.
Onder de aanwezigen zien wij, behalve de afge
vaardigden van de verschillende aangesloten ver-
eenigingen en het Bestuur, denheer Burgemeester
van Broek op Langendijk A. Slot A.Pz„ die steeds
als voorman op de Marktbestuursvergaderingen
aanwezig is, den heer Balk, Secretaris van de Pro
vinciale Commissie, den heer W. Dirkmaat, Markt-
betaalmeester, de heeren C. Wagenaar en J. Kra
mer, vertegenwoordigers van de Groothandelaren-
vereeniging „De Koophandel", den heer van Die,
keurmeester, den heer Keizer, den dagelijkschen
man op de veiling en den E. A. Heer Kooiman,
Burgemeester van Hensbroek.
Te ongeveer fcwart voor elf, opent de voorzit
ter, de heer S. de Boer Kz., van Zuidscharwoude,
deze vergadering met het uitspreken van een rede
welke wij reeds in ons vorig nummer in haar ge
heel hebben gepubliceerd.
Een hartelijk applaus klinkt op na het beëindi.
ge nvan deze welkomstgroet.
Tijdens deze rede, werden de gasten door den vrz.
hartelijk welkom geheeten.
Mededeelingen en ingekomen stukken.
De voorz. doet mededeeling, dat de heer Valstar,
voorz. van het Centraal Bureau, door ongesteldheid
verhinderd is de vergadering bij te wonen.
Van de heeien «azeloop en Jb. de Groot is onder
dankbetuiging voor de ontvangen uitnoodiging, be
richt van verhindering ingekomen.
Van de Prov. Comm. is een schrijven ontvangen
in verband met de zoo gevreesde wr-atzjekte on
der de meest vatbare soorten, zijnde Bravo, Kam
pioen en De Wet.
Zij is van oordeel, dat maatregelen dienen te
worden genomen om den uitvoer van aardappelen
niet in gevaar te brengen', en adviseert deze vat
bare soorten te doen vervangeen door de onvatbare
soort de Bevelander.
De Comm. zou aan de vereenigingen willen op
dragen haar leden en particulieren te adviseeren
deze vatbare soorten niet meer te kweeken.
Tevens is de Prov. Comm. bereid om mede te
werken tot het verkrijgen van onvatbaar pootgoed
der Bevelander.
De voorz. voegt hier aan toe, dat iedere vereeni-
ging hiermede zéker haar nut zal doen.
Notulen.
Deze zijn gelezen door een Commissie bestaande
uit afgevaardigden van ieder.e vereeniging en wor
den op advies van Hensbroek, namens die Com
missie onveranderd goedgekeurd.
Het Jaarverslag.
Aan de orde wordt thans gesteld het Jaarverslag
van den Secretaris van het Marktbestuur, dat in
zijn uitgebreidheid, niet alleen een zuiver beeld
geeft van wat in het afgeloopen jaar is gedaan,
maar tevens menige nuttige raadgeving en menig
opwekkend woord bevat.
Naar aanleidining van dat verslag vraagt de hr.
BUTTER (Koedijk; in verband met het gedeelte
waarin over den rabarberverbouw wordt geschreven
om overleg te plegen met-de verbouwers van ra
barber.
De VOORZ. antwoordt dat dit een andere kwestie
is en niet het verslag betreft.
De heer WIT (Groentecultuur) zegt, dat er in het
verslag ook iets voorkomt over de reclame. Spr. zou
gaarne zien, dat er het volgend jaar in het ver
slag een overzicht werd gegeven van de wijze,
waarop door het Centraal Bureau de reclame wordt
gevoerd.
Door den VOORZ. wordt hierop geantwoord, dat
heden juist een verslag hierover van het C. B. is
ontvangen, waaruit door hem het volgende uittrek
sel wordt gegeven:
Het 1/20 pCt., geheven als vaste bijdrage der aan
gesloten vereenigingen voor de reclame, berekend
over den; veilingsomzet van 1928, verhoogde de
rechtstreeksche bijdragen der veilingen van 16.000
gulden in 1928 tot ruim 50.000 gulden in 1929.
Het saldo van de reclamekas groot f 6000, en van
de gewone rekening, groot f 4000, en de bijdrage
uit de reservekas groot f 9000, vormden m£t het 1/20
pCt. een bedrag van f 69.000 dat voor de reclame in
1929 beschikbaar was.
Op ruime schaal is in 1929 evenals in vorige ja
ren voortgegaan met het verspreiden van de beken
de Receptenboekjes.
Deze wijze van reclame bleek ook in 1929 een suc
ces te zijn. Groot was de belangstelling bij het pu
bliek en de medewerking, die wij bij de verspreiding
der receptenboekjes van de zijde der handelaren,
speciaal der groenten- en fruitwinkeliers, mochten
ondervinden.
Duidelijk waarneembaar is de toenemende belang
stelling, die er bij de handelaren in groenten, fruit
en aardappelen valt waar te nemen om door re
clame hun omzet te verhoogen, wat aan den afzet
onzer producten ten goede komt.
Reclameplaten „Eet meer groenten en fruit, het
geeft gezondheid, kracht en levenslust."
Deze plaat is op ruime schaal onder groenten- en
fruitwinkeliers verspreid en heeft in vele winkels
een eereplaats. De reclame, met deze platen ge
maakt is daarom vooral een onmisbaar geworden
reclamemiddel, omdat de' geweldige reclame ge
maakt' voor zuidvurchten en ge-importeerd fruit,
een gevaar vormt voor het gebruik van Hollandsche
groenten en fruit. Het zou onjuist zijn om tegen
over de gewelidge reclame, die voor de zuidvruch
ten wordt gemaakt geen doelmatige en flinke re
clame voor onze eigen Hollandsche producten te
stellen.
Met dezelfde plaat werd ook de reclame voort
gezet in de stations en op de perrons. Steeds meer
gaat het reizend publiek zich gewennen aan het
gebruik van fruit, ook gedurende de reis, zoodat een
Spoorwegreclame een voortdurende prikkel daartoe
vormt.
Lichtbakken. deze bijuitstek mooie en doelmati
ge reclame in de belangrijkste en gunstigst gelegen
winkels, viel in zeer goeden smaak.
Bij de steeds toenemende lichtreclame maken on
ze lichtbakken, waarin het fruit, dat naar het sei
zoen steeds wisselend kan worden geplaatst, en ook
al is de winkel des avonds gesloten, zich aan het
publiek blijft opdringen, een goed figuur. Ze vor
men in het midden der etalage een voor ons pro
duct waardevol reclamemiddel.
Tramreclame. De tramreclame in de electrische
trams onzer groote steden was ook een nieuwe vorm
van reclame, die in het afgeloopen jaar is toege
past. Het toonen van een goed uitgevoerde trans
parant van onze groenten en ons fruit aan het da
gelijks grooter wordend aantal van hen, die in on
ze steden van de tram als vervoermiddel gebruik
maken, mag tot de goede reclamemiddelen gerekend
worden.
In samenwerking met de Kleinhandelaren in on
ze groenten en fruit is ook de reclame op papieren
zakken voortgezet.
Steeds grooter wordt het aantal winkeliers dat van
de reclame gebruik maakt, waardoor onafgebroken
de leus wordt aangeheven„Eet meer groenten en
fruit, het geeft gezondheid, kracht en levenslust."
Voor het gebruik van tomaten is in het afgeloo
pen jaar in het hoogseizoen nog een speciale re
clame gevoerd door een Tomatenplaat, die door het
geheele land op reclamezuilen en op andere plaat
sen is aangeplakt.
Reclame in het buitenland.Tentoonstelling te
Keulen. Speciaal de deelneming aan de tentoon
stelling te Keulen was voor onze positie op de Duit-
sche markten, speciaal in het Rijnland en Westfa-
len een schitterend succes.
Reclamekaarten. Onze papierenreclame met re
clamekaarten is regelmatig voortgezet door de ver
spreiding onder de importeurs in tien verschillende
landen, waarheen in meerdere of mindere mate ons
product werd geëxporteerd.
Proefzendingen. Ook door proefzendingen op
bescheiden schaal naar plaatsen, waar ons product
nog onbekend is, maar waar toch een afzetmogelijk
heid geacht wordt te bestaan, is in het afgeloopen
jaar reclame gemaakt.
De belangrijke bijdrage van de provincie Noord-
Holland, ten bedrage van f 10.000 stelde het C. B.
in staat behalve voor het hierboven genoemde nog
een belangrijke reclame voor vroege aardappelen
in Duitschland te voeren.
De behoefte hieraan werd gevoeld door de gewel
dige concurrentie die de Nederlandsche vroege
aardappel ondervindt speciaal van de Belgische
vroege aardappel.
Kort voor en gedurende de vroege aardappelcam-
pagne is door het geheele Rijnland en Westfalen
een groote zuilreclame gevoerd met een sprekende
reclameplaat voor. Nederlandsche vroege aardappe
len, ondersteund door het verspreiden van meerde
re reclamekaarten. Daarnaast zijn aan de detail-
verkoopers voortdurend kaarten en platen verstrekt
om de aandacht hunner klanten op de kwaliteit
en de sorteering van de vroege Hollandsche aard
appel te vestigen.
Ook door proefzendingen met kool zoowel naar
Engeland als naar enkele gunstig gelegen markten
in Noord-Amerika, waarheen nog geen rechtstreek
sche of zijdelingsche export van kool plaats had, is
voor dit speciaal Noordhollandsch prpduct recla
me gemaakt.
De heer BALDER (Groentecultuur) zegt, dat zijn
vereeniging nu zeker tevreden is gesteld, maar zou
toch gaarne het volgend jaar een klein uittreksel
in het jaarverslag vinden.
De VOORZ. doet de toezegging dit te zullen uit
voeren.
De heer P. SLOT A.Pz., (burgemeester van Broek
op Langendijk) brengt in de allereerste plaats
dank voor de uitnoodiging als voorz. van het markt
bestuur. Spr. herinnert er aan dat men acht jaar
terug' ook in deze zaal vergaderde. Maar toen was
het boos, zeer boos weer en feliciteert hij er
allen mede, dat het thans mooi weer is.
Door den voorz. is reeds uitvoerig antwoord ge
geven op de vraag van den heer Wit, maar hij be
droeft er zich over dat de „Tuinderij" zoo slecht
wordt gelezen. Daavin toch komen geregeld de ver
slagen voor van wat er door het C. B. wordt ge
daan. Spr. kan er ook volkomen in meegaan dat er
een gedeelte wordt overgenomen in het jaarverslag.
Door den heer C. KLOOSTERBOER (Sint Pan-
cras) wordt voorgelezen het gedeelte uit het jaar
verslag waarin zijn bedanken als bestuurslid van
de L.G.C. wordt gememoreerd, en waarin hem dank
wordt gebracht voor wat hij in die jaren voor le
den en Bond heeft gedaan. Vanaf de oprichting
was hij lid van het bestuur, en was hij steeds een
bestuurslid in den waren zin van het woord.
Naar aanleiding van dit bedanken wenscht hij
het volgende te zeggen:
„Toen de heer Gootjes in 1929 als Bestuurslid
van de L.G.C. bednakte, deed hij dat eveneens als
bestuurslid van „De Tuinbouw." Op die vergadering
werd op zijn verlangen met volle medewerking van
ons bestuur zijn zwager, den heer Duif als bestuurs
lid gekozen en tevens tot bestuurslid van de L.G.C.
Hoewel hij niet eens op die vergadering was.
Daar de heer Gootjes lid was van het Dag. Best.
van de L.G.C. zou in zijn plaats een ander worden
gekozen.
Toen- dat geschiedde kwam de heer Duif met
mijn persoon in herstemming. Hoewel ik meer dan
30 jaren met den heer Gootjes bestuurslid van „De
Tuinbouw* was geweest en vanaf de oprichting
met hem zitting voor onze vereeniging in de L.G.C.
had, achtte hij het blijkbaar niet dienstig om zijn
zwager een seintje te geven dat hij zich voor zijn
voorz. diende terug te trekken.
Ook de heer Duif deed dit niet en werd gekozen.
Op de daarop volgende bestuursvergadering van
„De Tuinbouw" bracht onze secretaris, de heer
Hoogland deze benoeming ter sprake, en de eerste
woorden van den heer Duif waren: „Ja, ik heb het
gevoeld. Ik heb niet goed gedaan. Ik zal bedanken
als Dag. Bestuurslid." Deze woorden werden door
ons bestuur eenparig met blijdschap aangehoord.
De heer Duif heeft bedankt en ondanks hij toen
geen lid meer was kreeg hij toch een uitnoodiging
voor een kort daarop volgende Dag Bestuursver
gadering. Na die vergadering bleef hij weer lid
van het Dag. Best. Nu zal een ieder toch gevoelen,
dat ik als ondergschikte van den heer Duif, die
tevens zijn eens gegeven woord had gebroken, niet
meer naar de L.G.C.-vergaderingen kon gaan. Na
deze gebeurtenissen trof het mij in uw jaarverslag
te lezen, dat C. KI. een bestuurslid was in den bes
ten zin van het woord. Toch verzoek ik u, M.H. de
voorz., als goed vriend mijnerzijds, om in uw notu
len te willen opnemen, dat C. KI. om begrijpelijke
redenen tot zijn spijt als lid van het bestuur van
de L.G.C. moest bedanken.
Op deze zaak wordt niet verder ingegaan en wordt
het Jaarverslag goedgekeurd.
Rekening en verantwoording van den
Penningmeester.
In het in het verslag opgenomen rapport van den
accoutantsdienst van het Centraal Bureau uit de
Veilingen wordt tot decharge van den Penning
meester, den heer C. Spaan, geadviseerd, daar alles
in volkomen overeenstemming werd bevonden met
de overgelegde bescheiden.
De heer DE VRIES (Sint Pancras) vestigt de aan
dacht op de post onderhoudskosten groot f3658.09.
Meermalen zoo zegt hij is door mij ge
vraagd ook ambachtsmenschen uit andere gemeen
ten in deze werken te doen deelen. Graag zou hij
zien dat het meer verdeeld werd, bijv. leder jaar
een andere gemeente.
Tevens ziet hij een post van f 22.50 voor een rond
vaart. Het bedrag vind ik niet zoo erg, maar wan
neer de menschen hier alles hebben gezien gaan
ze ons bestrijden in het buitenland.
Het Nederlandsche volk wil vrijhandel, maar de
menschen, die hier komen zijn de ergste protectio-
nisten die er zijn en hooge tolmuren optrekken.
Spr. verzoekt bij het houden van nog meer rond
vaarten goed toe te zien waar de menschen van
daan komen.
Door den heer Z.WETSMAN Jr. (Koedijk) worden
nog eenige inlichtingen gevraagd over een paar
posten.
De VOORZ. antwoordt den heer de Vries, dat het
gewone onderhoud door de ambachtsmenschen uit
Broek wordt verricht. Wanneer de vergadering het
wenscht, zal het natuurlijk verdeeld worden, maar
misschien wordt het dan moeilijker en duurder,
want in verschillende gemeenten zijn de leden van
onzen bond vertegenwoordigd. Dat is ook de reden
waarom het onderhoudswerk in Broek wordt-, ge
houden.
Wat de excursies van buitenlanders betreft, deze
worden door hen zelf betaald.
Burgemeester SLOT zegt, dat er bij het bezoek
van buitenlanders steeds goed wordt uitgezien en
deze als het ware worden geselecteerd. Het laatste
gezelschap was een aantal mannen en vrouwen
van het Deensche eiland Amager.
En men dient toch ook eenige voorkomendheid te
betoonen.
De heer DE VRIES (Sint Pancras) is het, wat
het eerste betreft wel in sommige opzichten met
den voorz. eens, maar hij zou h'et toch eens willen
probeeren.
Ook is hij het wel met burgemeester Slot eens,
wat het Deensche gezelschap betreft. Maar voor
dien waren het altijd Duitschers geweest. Zij heb
ben ons geëxploiteerd.
Door den PENNINGMEESTER wordt een toelich
ting gegeven aan den hier Zwetsman.
Inzake het verdeelen van het werk wordt door de
vergadering geen beslissing genomen.
Door den VOORZ. wordt hierna aan den heer
Spaan een woord van dank gebracht voor zijn accu
raat beheer. De rekening is zeer in omvang toege
nomen, maar altijd is alles keurig in orde.
Door een der leden van de Comm. van controle
wordt hierna rapport uitgebracht over het gedane
onderzoek.
Hierbij wordt niet alleen medegedeeld dat alles
in volkomen orde is bevonden, maar worden den
Penn. woorden van hulde toegezwaaid voor zijn ac
curaat beheer en nette boeklrouding en tevens dank
gebracht voor den vriendlijken ontvangst ten zij
nen huize.
De vergadering keurt hierna de rekening goed.
Vaststelling der algemeene vergade
ring volgens art. 10 der Statuten.
De keuze moet ditmaal gedaan worden tusschen
Zuidscharwoude en Heerhugowaard.
De vergadering besluit het volgend jaar in Zuid
scharwoude te vergaderen.
DE VOORSTELLEN.
Van het Bestuur.
Het Bestuur stelt voor om ten hoogste 1/10 pro
cent van den omzet beschikbaar te stellen voor de
reclame.
De VOORZ. zegt dat 1/20 procent van den om
zet in de algemeene reclame wordt bijgedragen
maar tevens 1/20 procent voor de reclame voor de
Noordhollandsche producten. Wanneer er door de
N.H. veilingen een bedrag van f 10.000 voor de laat
ste wordt bijeengebracht, dan legt de Provincie er
nog f 10.000 bij, zoödat ook voor de bijzondere re
clame heel wat kan worden gedaan.
Het voorstel van het Bestuur wordt hierna zonder
discussie aangenomen.
Van „De West" te Koedijk.
O den „Vierbond" te reorganiseeren of op te
heffen.
Toelichting:
Het is het gevoelen van ..De West" dat de „Vier
bond" niet volledig aan zijn doel beantwoord.
Prae-advies van het Bestuur:
Het bestuur acht 't het best om de regeling te
houden zooals het thans is, doch dat de besluiten
die genomen worden gelijktijdig worden uigevoerd.
De VOORZ. zegt dat de toelichting niet erg dui
delijk is, en zoo was het voor het bestuur moeilijk
om te begrijpen wat de bedoeling was.
Wat den Vierbond betreft daarvan is de samen
stelling zoo, dat er niets valt te reorganiseeren
of op te heffen. Het is niet anders dan een gemoe
delijke bijeenkomst ter bespreking van verschalen
de gemeenschappelijke v'eiiingsbeiangen, terwijl er
gezegd mag worden dat de Vierbond reeds veel en
nuttig werk verricht.
Tevens worden op deze bijeenkomsten de afge
vaardigden van „Koophandel" uitgenoodigd ter be
reiking van goede resultaten.
Echter vermoed ik dat dit voorstel zijn oorsprong
vindt in de bonnen.
De heer ZUT (Koedijk) zegt, dat dit lichaam een
sta in den weg is gezien de besluiten, die het vorig
jaar genomen zijn. Herhem maar op, want de be
sluiten, die wij nemen, worden toch niet uitge
voerd.
In verband hiermede noemt spr. eenige voorbeel
den en wel het snijden van witte kool en het in
voeren van het U.C.B.-merk en vreest, dat, wanneer
er besluiten worden genomen, men weer om den
tuin geleid zal worden.
De VOORZ.: dus het was toch goed gezien, dat
het in de bonnen zat.
Ook door ons is het natuurlijk besproken en meen
den wij de bonnen niet alleen te kunnen afschaf
fen. Noch „Koophandel" noch een van de andere
drie veilingen wilde er aan.
Daarom zou het opheffen niet goed zijn, want
veel besluiten moeten eenparig worden uitgevoerd.
Daarom kan de Vierbond veel nuttig werk doen.
De heer DE VRIES (Sint Pancras) zegt, dat de
Vierbond geen bond is, maar een los federatief ver
band. In Sint Pancras is aangenomen om niet meer
op bonnen te verkoopen. En dan heeft de Vierbond
niet het recht om onze besluiten te verwerpén.
Daarmede zijn onze statuten verkracht.
Bij de L.G.C. mochten geen bonnen meer worden
verschaft. De Vierbond heeft geen dwingende macht
Door ons werd aangenomen onder het U.C.B.-merk
te veilen, maar Noordscharwoude doet het niet.
Hieruit ziet men dat de bond geen macht heeft.
De VOORZ. zegt, dat het besluit om voor het U.
C.B. te veilen uit onze organisatie is voortgekomen.
Maar het besluit over de bonnen is genomen in
overeenstemming met de andere veilingen en den
handel.
De heer JB. KRAMER (Zuidscharwoude) is van
oordeel dat de zaken hier te scherp worden gesteld.
Hij ziet wel het nut van den Vierbond. Het voorstel
van „De West" was onvolledig en wij konden de be
doeling moeilijk begrijpen.
L.G.C., N.M.B., Warmenhuizen en Obdam hebben
gemeenschappelijke belangen en die moeten zoo
goed mogelijk worden behartigd.
En nu meen ik dat de Vierbond er volkomen in
is geslaagd die belangen te dienen.
Daarom moeten wij den Vierbond niet opheffen,
maar versterken, omdat ik van oordeel ben, dat de
bond veel waarde heeft om verschillende zaken te
bespreken en te regelen.
Feitelijk moest de Bond dan ook meer zeggens
kracht hebben. Wanneer dat zoo was, kon het niet
bestaan, dat de eene markt iets invoerde en de
andere niet.
De heer VISSgR (Dag. Bestuur) zegt, dat de L.G.
C. besloot geen bonnen meer te geven omdat wij
meenden dat ook de andere veilingen het niet meer
zouden doen.
Het is dan ook een verzuim geweest van het be
stuur om het vorig jaar mede te deelen hoe de toe
stand was.
Toen het tot uitvoering van het besluit zou ko
men, meenden wij daartoe geen vrijmoedigheid te
hebben, omdat er een andere overeenkomst be-
I stond met de drie zusterveilingen.
Ik meen dat deze vergadering nu volkomen het
recht heeft deze overeenkomst op te zeggen, wan-
j neer zij daartoe wil besluiten.
Wij weten natuurlijk dat er moeilijkheden zijn
I verbonden aan het niet meer afgeven van bonnen,
j maar die kunnen dan nader worden besproken.
De heer ZWETSMAN Sr. (Koedijk) zegt, dat toen
het bestuur van de L.G.C. zich neerlag bij het be
sluit van den Vierbond, het heeft gehandeld als
mannen.
Nij zegt de voorz. dat de Vierbond niet is op te
heffen of te reorganiseeren.
Hiermede is Koedijk het volkomen eens, dat het
opheffen van den Vierbond niet op onzen weg ligt.
Maar wanneer wij den Vierbond gaan versterken
zooals de heer Kramer wenscht, dan zouden wij
toch al heel onvoorzichtig doen, vooral daarbij let
tende op het feit, dat de eene veiling soms een
anderen kant uit wil dan een tweede.
Wel meenen wij dat de Vierbond gereorganiseerd
kan worden. De Vierbond moet blijven bestaan,
maar hij heeft het allerminst het recht om door
ons genomen besluiten omver te werpen.
Spr. zou daarom aan het bestuur der L.G.C. wil
len verzoeken dat bij besprekingen in den Vierbond
er rekening mee wordt gehouden dat niet van de
door de algemeene vergadering genomen besluiten
wordt afgeweken.
De VOORZ. antwoordt, dat het bestuur nooit
anders heeft gehandeld dan de besluiten die geno
men waren uit te voeren, ook los van den Vierbond
En dat zal zoo blijven. Alleen nu met de bonnen
is het anders geloopen.
Verder wil Zuidscharwoude den Vierbond gaan
versterken en Koedijk wil dat niet.
Dat staat geheel lijnrecht tegenover elkander. En
hierin ga ik liever met Koedijk mee.
Wij kunnen als L. G. C. best de genomen beslui
ten zelfstandig uitvoeren.
Het bestuur heeft dan ook gemeend den bond te
laten zooals die in zijn tegenwoordige constellatie
is. Want dan kunnen wij gezamenlijk veel bereiken.
Burgemeester SLOT wenscht een woord van ad
vies te laten hooren. Wij hebben een landelijke or
ganisatie en we hebben een Provinciale Organisa
tie. Ik sta tegenover den vierbond zeer nuchter dus
kan men van mij niet zeggen, dat het een preken is
voor eigen parochie.
Spr. kan zich volkomen aansluiten bij hetgeen
door den heer Zwetsman is gezegd. De vierbond is
geen organisatie met een eigen statuut.
De Vierbond is ontstaan, omdat men meende
bepaalde streekbelangen beter te kunnen beharti
gen onderling dan in provinciaal verband.
Als de vergadering zou besluiten, dat de L.G.C.
niet meer heengaat, dan is het af, maar een rege-
lijk besluit zou ik ten zeerste betreuren.
Ten opzichte van veel dingen hebben we gelijke
belangen. En het is soms gewenscht eens een praat
je te houden daarover met de naburige veilingen.
Wat de werkwijze-van den bond betreft, deze is
heel eenvoudig. De uitnoodigende veiling heeft de
leiding van die vergadering. Alleen permitteeren
we ons de luxe van er een vasten secretaris op na te
houden en wel den heer Klant van Warmennuizen.
Wannëer ik dan nu moet adviseeren, dan zou ik
willen zeggen: bedank niet, want we hebben veel
gelijke belangen, die gezamenlijk kunnen worden
geregeld en-besproken.
Laat de vierbond blijven bestaan en laat hem
zooals hij is.
Daarom adviseer ik de vergadering in dezen geest
te handelen.
De heer ZWETSMAN Jr. (Koedijk) zegt, dat het
bestuur den Vierbond zoo wil laten. Daar kan Koe
dijk in geen geval in meegaan gezien het verloop
van de het vorig jaar genomen besluiten op de
vergadering van de L.G.C.
Wanneer er geen stokje voor wordt gestoken zal
men blijven handelen zooals nu is gebeurd.
Wij moeten den Vierbond het recht ontnemen
om de besluiten, in een bewuste vergadering van
de L.G.C. genomen, ongedaan te kunnen maken.
Nu is de kracht van aen Vierbond gegaan boven
die van eigen organisatie.
De heer KRAMER (Zuidscharwoude) zegt, dat,
wanneer wij wenschen dat de genomen besluiten
gemeenschappelijk worden uitgevoerd, wij den Vier
bond moeten erkennen en anders kunnen wij hem
wel opheffen.
Spr. herinnert in dit verband aan de wortelen-
sorteering. Door de L.G.C. werd het ingevoerd,'
maar de Noordermarktbond - deed het niet.
Wij hebben het gehad met de invoering van het
U.C.B.-merk. Men maakte zich bang, omdat de
Noordermarktbond het-niet deed.
Juist met het oog op deze dingen is het ge
wenscht, dat aan den Vierbond meer zeggenschap
wordt gegeven.
Alleen dan kunnen besluiten gemeenschappelijk
worden uitgevoerd, wanneer de Vierbond versterkt
wordt.
De hier gehouden redevoeringen door de andere
heeren zijn in strijd met de ondervinding ,in strijd
met de praktijk.
De VOORZ. zegt, dat de bonnenkwestie niet de
schuld is van den Vierbond, maar van ons bestuur.
Altijd hebben wij de besluiten uitgevoerd, zooals
die door de vergadering werden genomen. Zoo ook
hebben wij aan de hand van het besluit het U.C.
B-merk ingevoerd.
En zeker is er nog niemand ongelukkig door ge
worden dat we als eenling besluiten hebben geno
men en uitgevoerd.
De heer ZWETSMAN Sr. (Koedijk) zegt, dat het
niet anders de bedoeling is van Koedijk, dan om
een ruggesteun te geven aan het bestuur.
De heer ZUT (Koedijk) zegt, dat er gesproken is
over de vergaderingen van den Vierbond als een
onderonsje, als van een burenpraatje. Maar wij
houden niet van dergelijke praatjes. Wij wenschen
algemeene besprekingen. Daarom zou spr. willen
voorstellen dat er behalve de besturen ook nog af
gevaardigden van de aangesloten vereenigingen op
die vergadering tegenwoordig waren.
De VOORZ. antwoordt dat men daar voorloopig nog
niet aan toe is. Het bestuur, waarin de verschillen
de aangesloten vereenigingen zijn vertegenwoordigd
is voorloopig daartoe nog best alleen in staat.
En voorts wil hij er nog op wijzen, dat de punt
ten, die in den Vierbond worden besproken, eerst
ter sprake worden gebracht in het marktbestuur.
Hierna wordt het prae-advies van het hoofdbe
stuur aangenomen en het voorstel van „De West"
verworpen.
Van „De West" te Koedijk.
Om geen witte kool meer te snijden.
Toelichting.
„De West" is van oordeel, dat het niet snijden
van witte kool, gezien de laatste twee jaar, geen
belemmering is voor den goeden handel.
Prae-advies van het Bestuur:
Het Bestuur acht het 't best om de regeling, die
het vorig jaar door den „Vierbond" genomen is,
te handhaven.
De VOORZ. zegt, dat de L.G.C. volkomen gerech
tigd is van dit punt af te stappen en zij zich niet
aan den Vierbond behoeft te houden. Wij mogen
dat uitvoeren.
Maar als bestuur moeten wij het bestrijden en
niet zoo maar voetstoots de kool gaan verkoopen.
Twee jaar terug was het prae-advies van het be
stuur om de kool wel te snijden en de gesneden
WM