I Doorliggen duifenlandsch Overzicht Plaatselijk Nieuws Land- en Tuinbouw Kloosterbalsem De vlootconferentie en als deze,eens niet in het leven geroepen was. Om de pariteit tussehen Italië en Frankrijk hen verdrag van vrede en vriendschap. Italiaansohe con cessies? Politieke waarborgen. Het „Nieuwe Plan" door den Rijksdag bekrachtigd. Een nieuwe periode voor Duitschland. jEien kleine neder laag van de Engelsche regeering en een verworpen motie die conservatie ven naar aanleiding van de'weigering der Labour-regeering tot het nemen van nieuwe protectionistische maai - regelen. - De Kanaaltunnel-commis sie. De aanleg aan het particulier initiatief overgelaten. Met betrekking tot de vlootconferentie kan gemeld worden dat het nog steeds op en neer gaat. Den eenen dag worden we verblijd (als dil het woord mag zijn) met birichteen, volgens wel ke nog n'ioi alle hoop op een eindelijk succes verloren is, en den anderen dag wordt, vernomen, dat men naar He meening van sominigen tot aan de mislukking genaderd is. 'tGaat op die vloot conferentie o.m om de kwestie van de pariteit) tussehen Italië en 'Frankrijk. Men zou kunnen zeggen: 'toude liedje. Wat de een heeft, meent de ander ook te moeten hebben, wat'dan tenslotte loch weer'daarop uitdraait, dat een vermeerdering of eenige uitbreiding van "bewapening 'bij den een naar verhouding even groote vermeerdering of uitbreiding bij den ander tengevolge moet hebben. Italië, dat tot nog toe heel stijf op zijn stuk gestaan heeft met betrekking tot zijn eisch van pariteit met Frankrijk zou aan het begin dezer week bereid geweest zijn eenige belang rijke concessies te doen en misschien den eisch van pariteit geheel of gedeeltelijk prijs te geven. Italië zou dan bereid zijn onmiddellijk een ver drag van arbitrage en verzoening met Frankrijk te teekenen. Zou met die woorden „arbitrage" en „verzoening" lezende niet geneigd zijn te meenen, dat er zoo iets als oorlogstoestand tussehen beide landen bestaat? Naar neen,"het is inderdaad volle, vrede tussehen die tdwee,- al zal de tijd nog moeten leeren of ze elkaar ten slotte iets zullen toegeven en zoo ja, hoeveel ieder van hen voor het bereiken van een accoord van zijn "eischen zal laten vallen. Men zou zich, de berichten over de afwijkende meeningen der verschillende landen lezende, kunnen afvragen wat ter wereld had er van den Európeeschen vrede terecht moeten ko men, indien de vijf mogendheden nu eens niet bij elkaar gekomen waren om over de vlootaange- legenheden van gedachten te wisselen. Als dus elk land voor zich, en geheel naar eigen opvatting omtrent zijn rechten, maar eens was doorgegaan met de volvoering van de planneh, die het ook blijkens de uitspraken^ ter conferentie voor de veiligheid van den staat meent noodig te heb ben. De pariteit bijvoorbeeld, daarover wordt nu gepraat. Maar, liet vermoeden ligt eenigszins voor dc hand, dat zonder de besprekingen te Lon den, (indien dus de Londensche conferentie er niet geweest was) elk land zich wellicht aan eigen opvattingen omtrent vlootsterkte enz. zou gestoord hebben en gedaan zou hebben wat de hand had gevonden om te doen. In een en ander ligt misschien reeds eenig nut van de conferentie opgesloten, al zal het nog zeer de vraag zijn of de rem, die voorloopig door de conferentie wordt aangelegd, van eenige kracht zal blijken als er nu eens werkelijk van een mislukking sprake mocht zijn. Of de mogendheden tegenover elkaar van eenig toegeven van beteekenis zullen 'willen weten Frankrijk waarschijnlijk niet, althans niet met betrekking tot de pariteit ten opzichte van Italië. De eischen van de veiligheid, daarop komt het altijd maar neer. En Frankrijk, dat zooals o.a. door dc „Times" wordt opgemerkt, drie fronten te verdedigen heeft, kan volgens dit blad niet op den Italiaanschen eisch van pari teit ingaan. Wat dan tenslotte, als de Italiaan sohe bereidwilligheid geen fictie, maar .werke lijkheid mocht blijken, ook niet langer noodig is. Nu is het nog de vraag of er aan de situatie veel veranderen zou als Italië iets van zijn eischen liet vallen en bijv. een verdrag van vrede en vriendschap met Frankrijk sloot. Fr moeten lan den zijn, in Zuid-Europa, die al sinds lang met Italië een dergelijk verdrag hebben gesloten, maar die desniettemin op den duur nog even weinig vriendschappelijk behandeld worden als landen, die het nog zonder de officieele vriendschap van Italië inoeten doen. Hiervan kan Yoego-Slavië een voorbeeld zijn. De oplossing van het Fransche maritieme vraag stuk hangt daarenboven niet alleen af van de houding van Italië, maar ook van de houding van Engeland. Frankrijk's bereidwilligheid om even tueel zijn vlootbewapening te verminderen zou verband houden met het Fransche verlangen naar een zekere politieke waarborg van de zijde van Fingeland, maar het moet nog zeer onzeker zijn, om niet te zeggen, zeer onwaarschijnlijk, of En geland be#eid zal zijn zich met eenfgen politieleen of militairen waarborg ten opzichte van Frank rijk in te laten. De Duitsehe Rijksdag heeft het nieuwe plan (dat voor het plan Young- in de plaats is geko men aangenomen )en bekrachtigd. De actie van Hugenberg c.s. heeft dus in dezen weinig of geen succes gehad en de beweringen van de zijde der Hugenbergers,' dat het Nieuwe Plan .lijnrecht tegen de belangen "an den Duitschen Staat en het Duits die volk inging, heeft de aanvaarding van hét plan niet kunnen verhinderen. En al moge nu elk rechtgeaard D'Uitscher van meeriing zijn, dat de boete welke Duitschland heeft te betalen voor liet voeren, en het verliezen van den oorlog veel te zwaar is, al moge ook iedere Duitscher zelfs van meening zijn, dat elke boete onbillijk zou zijn, het Vredesverdrag heeft nu eenmaal die boete opgelegd, en nu beteekent het Nieuwe Plan in elk geval, dat die boete in een voor Duitsch land heel wat minder 'drukkenden vorm is gego ten .terwijl de Duitsehe verplichtingen nu defini tief zijn vastgesteld, terwijl rekening gehouden is met Duitschland's economische en financieel© capaciteit. Met de bekrachtiging van het nieuwe Plan, aldus zei dr. Muller, de Rijkskanselier in een voor den Rijksdag gehouden rede, met het Nieuwe Plan is voor Duitschland een nieuwe peri- de begonnen, de aanvapg van de Duitsehe her- stelarbeid. Hierbij 'komt nog deze winst, dat Duitschland ifrij komt te staan van elke buiten- landsche inmenging. Dc Rijkskanselier heeft in zijn rede ook dc verwachting uitgesproken, dat de bevrijding ook van die gebieden (als het Siaur- gebied) die nog niet ten volle aan Duitschland zijn teruggegeven, wel spoedig zou vólgen. ""De Engelsche regeering lrceft de vorige week een nederlaag geleden bij de behandeling van de mijnwet, 't Ging over de heffing van een zeker recht van de geheele sjeerikoolproductie. met de bedoeling uit de opbrengst van 'dat recht een; toeslag te verleenen op "den kolenexport. De La- xbourregeering heeft in het feit, dat ze met eenige stemmen in de minderheid bleef, geen aan leiding gevonden af te treden. Een andere neder laag had de regeering van MacDonald kunnen lijden, indien de door de conservatieven ingediende motie van afkeuring was aangenomen. In deze motiè werd van de zijde der conservatieven afkeu ring uitgesproken op He politiek der Labourregee- ring. Deze afkeuring had betrekking op de wei gering der Labourregeering over te gaan tot nieuwe protectionistische maatregelen, welke naar de meening der conservatieven (Baldwin c.s.) met het oog op de heerschende malaise en de werkloos heid noodig zou zijn. Bat intussehen de motie der conservatieven niet tot een nederlaag van de regeering zou leiden, werd al van te voren ver wacht, waar de liberalen met betrekking tot de protectionistische maatregelen, aan de zijde der Labour-regeering staan. Over den aanleg van een tunnel onder het En gelsche kanaal als verbinding tussehen Fingeland en het vasteland is al jarenlang gesproken. De desbetreffende commissie is met- haar rapport ge reed gekomen. Blijkens wat de „Evening News" omtrent dit rapport meldt, zou de commissie tegen den aanleg van den kanaaltunnel geen be zwaren hebben, noch wat betreft de constructie, noch wat de nationale veiligheid aangaat. De com missie beveelt dan aan het aanleggen van een voorloopigen tunnel, die vijf millioen zal kosten. De eigenlijke tunnel zou vijf en twintig milli oen pond kosten, maarvolgens de commissie zou de aanleg van den tunnel moeten uitgaan van het particulier initiatief en niet van de regeering. Naar het „Hbld." meldt, zou het gra ven van den tunnel acht jaar vorderen en zouden het eerste jaar drie millioen reizigers er gebruik van maken, wat da ritenslotte het graven van den tunnel tot oen eenigszins goede belegging zou kunnen maken. Als dan tenminste over acht jaar -het verkeer al niet in hoofdzaak door de lucht gaat. Wie zal zeggen in hoever dat mogelijk zal zijn. BROEK OP LANGE*DIJK. Gevonden- twee boodschaptasscheneen hand warmer van een rijwiel; een mesje; een jongens- pel; twee handschoenen; een sierkleedjê met een strengetje zijde; (nieuw); een'kinderportemonnaie. Als vermist aangegeven een klein houten schuitje. Inlichtingen bij de politie te Broek op Langen- dijk. ZHDCHARWOUÜE. Het bekende cofé ,,De witte Roos" alhier, eigen dom van den heer 'R. Smit te Alkmaar, is in eigendom overgegaan aan 'den heer M. Bruin te Waarland. BARSINGERHORN- Dc uitslag van 'den kolfwedstrijd te Barsinger horn is Eerste klasse: 1. A. Berkhout te Zuidschar- woude 535 p.; 2. G. Mettes, Zuidseharw. 534 p.: 3. S. Brander, Alkmaar 533 p.; Se riep rijs T. Pranger Noordscharwoude. 113 p. Tweede klasse: 1. P. Langedijk Noordscharw. 500 p.; 2. W. Kraakman, 'Zuidscharwoude 471 p.; 3. P. Butter, Alkmaar 453 p." S.crieprijs T. Kostelijk 'Noordscharw. 106 p. Derde klasse: 1. .7. Bakker Noordscharw. 148 p.; 2. J. Bruin Zuidscharwoude 440 p.; 3. P. v. d. Welle Zuidscharwoude '430 p.; Serieprijs W. Glas Zuidschaiwoude 142 p. jSajetkclvers. Ie klas; J. Peetoom N. Niedorp 454 p.: 2e pr. C. 8-mit Gz. 'Barsingerhorn 445 p. 3de prijs P. Dil Koog a. d. Zaan 4'28r'p.Serieprijs J. Schenk, Barsingerhorn 100 p. Uit den Omtrek ZIJDEWIND. Algemeene vergadering 'der R.K. Coöperatieve Boerenleenbank. Dinsdag 18 dezer hield bovengenoemde instel ling hare jaarvergadering ten lokale van den heer Goedthart te Zijdewind. Aanwezig waren 65 leden. De Directeur, de heer A. Dekker, sprak de Christelijke Groet, memoreerde den toestand van het beden in het bedrijfsleven, welke niet schitte rend genoemd mag worden, doch meende dat ons dit niet mocht ontmoedigen, overwegende dat ebbe en vloed een verschijnsel is wat al reeds vele) jaren is doorleefd, spr. verheugd er zich vervolgens over dat tijdens de zitdagen onzer bank alle ren ten prompt zijn binnengekomen en bovendien nog verschillende aflossingen zijn gedaan, terwijl dit verloopen jaar vele nieuwe leden zijn bijgekomen en niettegenstaande een extra uitgave wegens het vieren van ons zilveren jubilé toch nog een mooie winst op de balans mag prijken. Met den wensch dat de vergadering weer een aangenaam en zake lijk karakter zal mogen dragen, zooals dat steeds het geval is geweest en een hartelijk welkom aan de aanwezigen, opende spreker deze bijeenkomst en verzocht lezing der notulen. Nadat hieraan was voldaan, werden dezelve overeenkomstig samenstelling onveranderd vast gesteld. De Rekening welke daarna in behandeling kwam en op de convocatie was afgedrukt, gaf o.m. de volgende cijfers aan. Ontvangen spaargelden 'f324.230.71. Terugbet. voorschotten f63.990.15. Terug ontvangen depositogelden f157.000. Inte resten van voorschotten f 12.814.21. Verzilvering coupons effecten f 322.50, rente van depositogel den f2.702,58, provisie bij voorschotten f472.57 terwijl de uitgaven vermelden: Terugbetaalde spaargelden f288.555.95. Verstrekte voorschot ten f 149.514.84 in deposito gestort f104.000. Interesten spaargelden f 12.392.13. De rekening sloot in ontvangst en uitgaaf op een bedrag van f575.629.38, waarbij nog vermeld dient te wor den dat dit jaar onder uitgaven als buitengewone po3t mocht worden beschouwd de kosten verbon den aan het jubilé, waaronder f 1000, aan de ar men en in totaal bedragende f 1368.65. De Balans gaf aan de volgende cijfers. Inhoud der kas op 31 December 1929 f 17.488.89. Uit staande voorschotten f319.241.01. In deposito ge- plaatst f 5000 en waardepapieren f 200, waarte gen een passief van saldo's spaargelden f 310.631 Schuldig aan een zusterinstelling f 10.000, reser- 'vekapitaal f 19.864.45 winst over '29 f 1.452.11. Aangezien op een desbetreffende vraag van den voorzitter geen der aanwezigen nadere inlich tingen omtrent deze rekening en balans verlang de, werd een en ander dienovereenkomstig vastge steld. •Vervolgens werd door den heer F. C. Jong een .jaarverslag uitgebracht, hetwelk met een dave rend applaus door de vergadering en een hartelijk dankwoord van den Voorzitter werd bekrachtigd. De aftreden bestuursleden J. Ligthart en H., Wit, alsmede het aftredend lid van den Raad van Toezicht de heer J. Wit Sr. werden allen met 161 stemmen herbenoemd en namen deze benoe ming wederom in dank aan, terwijl de heer Ligt hart namens de drie herbenoemden een woord 'van dank aan de vergadering richte voor'het her nieuwde vertrouwen in hu ngesteld. Het salaris van flen Kassier den heer C. Jong Jbzn. bleef ongewijzigd bepaald op f 1000. Een bestuursvoorstel om de rentestandaard on gewijzigd te handhaven, 'te wetenvoor spaargeld dagelijksch opzegbaar op '3.60 voor een jaar vast op 4.08 en voor voorschotten op f4.80 werd aanvankelijk bestreden door den heer Jb. Moras te Slootgaard, die de afstand tussehen 3.60 en I 4.80 wat groot achtte, doch na toelichting geen 1 voorstel tot wijziging wenschte in te dienen, waarom ook dit bestuursvoorstel met algemeene stemmen werd aangenomen, i Een bestuursvoorstel om krachtens artikel 14 ,'ler Cooperatiewet het lidmaatschap van een drie- j (al leden die vertrokken zijn te laten vervallen, i werd eveneens met algemeene stemmen aangeno- men. Tot commissieleden belast met het onderzoek der rekening en balans werden aangewezen de heeren F. Broersen te Zijdewind, O. de Boer te 't Veld en F. Wester Wz. te Slootgaard Bij de rondvraag werden enkele huishoudelijke aangelegenheden 'besproken en enkele inlichtin gen verschaft, waarna sluiting volgde. ON ZE GROENTEN. Bloemkool. i Onder de groentensoorten, die het geheele jaar gevraagd en in ons land bijna het geheele jaar geteeld worden, behoort zeker wel in de eerste plaats de bloemkool te worden genoemd. De vroegste soorten worden in de eerste helft van September óf onder glas óf in den vollen grond gezaaid. In beide gevallen worden de jonge 'planten verspeend en onder glas overwinterd Veel luchten. Het is gewenscht zooveel mogelijk gebruik te maken van stëkpotjes, waardoor de planten latgr minder te lijden hebben. De bloem kool wordt óf geheel onder glas, óf tijdelijk onder glas, óf in den vollen grond verder gekweekt- Jle tijd van snijden staat hiermede in verband. Bij den aankoop van zand dit geldt voor alle groenten, maar in het bizonder voor kool dient l men de zekerheid te hebben, dat men de gewensch te soort ontvangt. Kweekt men zelf de planten niet, dan betrekt men die van een betrouwbaar adres. Deze planten noemt men „weeuwen". Het spreekt vanzelf, dat een goede grondbewer king vooraf moet gaan, terwijl een kleine gift Qhilisalpeler den jongen planten ten goede komt en ze beter bestand doet zijn tegen den winter. Het aantal vroege variëteiten is zeer groot; het i is ondoenlijk daarvan een opgave te doen; wij noemen daarom slechts Haagsche Vroege en Er- furter dwerg. i De tweede maaiïng heeft gewoonlijk plaats in .januari—Februari onder (koud) glas. De plan- j ten werden behandeld als de weeuwen. Half April worden zij op de bestemde plaats uitgezet en tegen Juli kan men oogsten, soms iets later. Wij kunnen hiervoor dezelfde soorten gebruiken als voor de weeuwen, ook wordt wel eens Lecerf genomen. I Begin Mei of in het laatst van April zaait j men voor den vierden keer. 'Deze planten worden I veel gebruikt als nateelt van vroege aardappelen, j Vroege reuzen kortbeen en late reuzen ((Loim- i 1 Kikkers) worden veel hiervoor gebruikt. In de j laatste jaren heeft de Provinciale Commissie 1 (adres Land bouwhuis te Alkmaar) zaad voor late bloemkool betrokken uit Italië, waarmede uit- muntend succes is 'behaald. Deze kool kan in den regel in October en later geoogst worden. Hoe i zachter de winter, hoe langer gesndeden kan j worden. I Wat de bemesting 'betreft, stelt de bloemkool hooge eischen. Heeft men de beschikking over 40.000 Kg. goéden istalmest, dan is het gewenscht daarnaast per H.A. 'toe te dienen 600 Kg. chili- salpeter, 800 Kg- patentkali cn 1000 Kg. slak kenmeel (vooral op de min of meer kalkarme- gronden) of superfosfaat. Zonder gebruik van stalmest neme men 1000 Kg. chilisalpeter, 1200 Kg. patentkali en 150O Kg. slakkenmeel. Stalmest en stalmest is zeer verschillend. Gemiddeld mag men aannemen, dat 1000 Kg. stlmest gelijk staat met 10 Kg. chili, 10 Kg. patentkali cn 8 Kg. slakkenmeel of super. Liefhebbers van tuinen doen verstandig zich niet te wagen aan het kweeken van weeuwen of latere planten.' Zij doen beter die te koopen, waartoe gelegenheid te over is. Ook kunnen zij de planten dikwijls betrekken van een beroeps teler in hun omgeving- Het gebeurt wel, dat de kool lijdt aan een ziekte; knol voeten.'In dat geval is het gewenscht le. gédurende enkele jaren geen kool, welke soort dan ook, op dat land te telen en 2e. een flinke kalkbemesting toe te passen e$ deze zoo noo'dig te herhalen. Het langdurige ziekbed Een van de verschrikke lijkste bijverschijnselen van een ziekbed is het zoo gevreesde doorliggen. Men kan het lijden van den patient echter aanmerkelijk ver lichten door de doorgelegen plaat sen met Akkers Kloosterbalsem in te smeren. Maar beter nog is het, het doorliggen te voorkomen door den zieke, voor wien men een lang ziekbed verwacht, dade lijk bij het bedlegerig worden op geregelde tijden met Akker's Kloosterbalsem te smeren. De geneeskrachtige balsem houdt dan de huid gezond en sterk AKKER's Groote pot 60 ct. Zeer groote pot f 1 ,,Geen Goud zoo goéd" INGEZONDEN (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). War ga, den 20en Maart 1930. Geachte Redactie. De heer Du Burck hóeft niet alleen aan Uw geacht blad een schrijven gezonden, waardoor hij zich practisch buiten de kwestie, die mij aan leiding tot protest gaf, stelde, hij h#eft ook de beleefdheid gehad mij het „Stenografisch verslag van dediandelingen der Gew. Alg. Verg. der leden van de C'ööp. Centr. Raiffeisenbank' 'van 23 Mei 1929 'te zenden, waarin de heer G. W. Stroink, voorzitter, die gedenkwaardige woorden heeft gesproken. Omdat het stenographisch is, mag ik aannemen dat het juist weergeeft wat de heer Stroink heeft gezegd. Ik mag dat te meer, omdat het gewoonte is dergelijke verslagen vooraf ter correctie aan de sprekers te zenden. Ik vergis mij dus niet indien ik op grond daar van mijn gevolgtrekkingen maak. Die gevolgtrek king is, dat de zaak nog veel erger is dan ik naar aanleiding van het verslag in uw blad kon vermoeden. De heer Du Burck haalde uit die rede slechts enkele zinnen aan. De heer Stroink heeft zich, naar aanleiding van de thans aan Uwe le zers bekende uitlatingen in het nummer van. Schakels van 3 April 1929, nog meer voor mij beleedigende beweringen veroorloofd. Hij ziet in de boerenleenbanken de practijk dei- naastenliefde, wat hij mijnentwege doen mag. en gaat dan verder: „Indien wij doof deze gedachte niet waren bezield en daardoor niet werden gedragen, zou het ons dan op grondslag van veelal laag bij de grondsche materialisme mogelijk zijn, onze se.hoone taak te blijven vervullen, en stemt het dan niet teleurstellend, dat een dergelijke voor ganger in het publiek durft schrijven, dat de boerenleenbanken in dezen niet zouden zijn' voor hen, die in financieel opzicht niet zoo ruim bedeeld zijn? Eu maakt hij het niet nog erger door in dit verband te wijzen op de moei lijkheden die dreigden te komen, toen de Ne- derlandsche bank haar houding enz Ik begrijp nu dat de heer Stroink' het feit, dat ik het waagde op kalme wijze te wijzen op zeke re eischen, waaraan banken moeten kunnen vol doen en credietwaardig en liquide te blijven, heeft aangegrepen om zekere beleedigende beweringen aan mijn adres te lan'ceeren, waartoe zooals Uwe lezers kunnen beoordeelen volstrekt geen aanlei ding bestond. Ik behoef niet te herhalen wat ik' in Uw vorig nummer aanhaalde. Maar dat de heer Stroink die beschouwingen, die door ieder, die van bankzaken verstand heeft, zonder voorbehoud onderschreven kunnen en zullen worden, aldus verdraaid weergeeft en dan, o-p die verdraaide voorstelling voortbouwende, dergelijke dingen aan mijn adres zegt in een vergadering, waarin ik, zooals hij tevoren wist, niet kon tegenwoordig zijn en waarvan de leden trouwens het door mij gesenrevene niet uit eigen waarneming kenden, dat gaat toch de perken te /buiten. Dat doet twee vragen rijzen: Heeft deze heer dan geen verstand van het bedrijf, aan het hoofd waarvan hij staat Finbeseft hij niet voldoende zijn, verantwoordelijkheid voor wat hij zegt, dat hij, mijn woorden onjuist weergevende, zoo maar dergelijke beweringen uitspreekt Ik zêide in den aanvang dat de heer Du Burck zich practisch buiten de kwestie stelde. Diat lijkt mij van hem ongeoorloofd. Want deze vraag rijst dan nog: Het verslag is 83 bladzijden groot en de rede van den voorzitter, den heer Stroink, be slaat daarin zes bladzijden. Wat bewoog den heer Du Burck om van dat verslag juist die enkele zin sneden aan te halen waarin ik genoemd en aldus veroordeeld werd, terwijl er tal van belangrijker zaken 'in voorkomen, waarvan het aan uw blad gezonden verslag niets vermeldt Dankend voor de plaatsing. Hoogachtend, G. W. MELCHERS.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 3