Vergaderingen
Pierre Seccone
Binnenlandsch Overzicht
VERGADERING VAN DEN BOND VAN BE-
GRAFENISVEREENIGINGEN OP DONDER
DAG 20 MAART 1930 IN HET GEBOUW
„CONCORDIA" TE NOORDSCHARWOUDE.
Aanwezig waren de 11 aangesloten af deelingen.
De voorz., de heer P. Kramer heet. in zijn ope
ningswoord in de allereerste plaats dé afgevaardig
den van de opgekomen afdeelingen hartelijk wel
kom, en spreekt daarbij den wensch uit, dat de
besprekingen in geanimeerden toon zullen worden
gevoerd en alles mag zijn in het belang van den
bond en in dat van de leden in het bijzonder.
Dat wij elkander mogen steunen in dingen waar
het de afdeelingen betreft, waarom het goed is dat
wij elkander weer eens ontmoeten en dat het doel
weder mag worden bereikt, waarnaar gestreefd
wordt.
Na no geen woord van welkom aan de pers, wor
den door den secretaris, den heer L. Molenaar, de
notulen van de vorige vergadering gelezen, die on
veranderd worden goedgekeurd.
Naaiy aanleiding van de notulen zegt de heer de
Jong van Heerhugowaard, dat het begraven per
auto, toch een interne aangelegenheid van de ver-
eenigingen is, en hierin door den bond niet dwin
gend kan opgetreden.
De voorz. antwoordt bevestigend, maar voegt er
aan toe, dat voor Langendijk en Sint Pancras een
contract is afgesloten met den heer Wolfswinkel,
en het is goed dat men dit zooveel mogelijk hand
haaft, waar het doel en streven is om zooveel mo
gelijk bij paarden bespanning te blijven.
De secretaris ontvangt hierna nog een woord
van dank voor de accurate samenstelling.
Punt 3 geèft aan rekening en verantwoording
door den penningmeester.
Door ernstige familie-omstandigheden ten hui
ze van den heer Jb. Kramer kan deze niet aanwezig
zijn en wordt diens taak vervuld door den heer
Jb. Kroon van Zuidscharwoude.
Inmiddels worden nog de heeren Wolfswinkel
en Kllnkert door den voorz. welkom geheeten.
Uit het hierna voorgelezen finantieel verslag
blijkt, dat aan contributie is ontvangen een be
drag van f170 Voor de verzekering van het perso
neel een bedrag van f89.60, terwijl de uitgaven
voor de verzekering hebben bedragen f 100.25, zoo- I
dat hierop een nadeelig saldo is van f 11.35. j
In totaal is ontvangen een bedrag van f259.60,
hebben de uitgaven bedragen f231.92, zoodat het j
voordeelig saldo bedraagt f27.68. Gevoegd bij het I
voordeelig saldo van het vorig Jaar geeft een to
taal bezit aan van f243.15.
In verband met den vertrektijd van de afgevaar
digden van Sint Pancras zal na afhandeling direct
punt 8 behandeld worden: nl. aanvulling der sta-
tutne op artikel 25.
Door de vereeniging Noordscharwoude wordt ge
rapporteerd alles in volkomen orde te hebben be
vonden en wordt de rekening onder dank aan den
Penningmeester goedgekeurd.
Hierna komt in behandeling het punt 8, dat als
volgt luidt:
ging mag zijn, wij zijn allen leden van den bond,
en hebben van dit standpunt de zaak te bekijken.
En wanneer men werkelijk bezield is met de ge
dachte om deze kwestie, die in de vorige jaarverga
dering reeds zoo breedvoerig is besproken, te over
bruggen, en wanneer men het begrip bond en
neutraliteit verstaat; dan is er niets meer op te
lossen of te overbruggen, dan is de zaak reeds
voor elkander.
Wat de motieven van Heerhugowaard en Hens
broek zijn, daar wil ik mij niet in verdiepen, maar
■zpo men werkelijk de belangen van het groote
geheel op het oog heeft, dan moet men ook anders
denkenden overnemen.
Maar we staan thans voor het feit, dat Heerhu
gowaard en Hensbroek die leden niet wenschen te
aanvaarden. Daarmee moet rekening gehouden
worden ten opzichte van de r.k. leden.
De Bond heeft echter tot taak ook voor hen te
zorgen. Ook zij komen eenmaal te overlijden. En
zij hebben evenveel recht op een begrafenis, als
deanderen, een begrafenis' uitgevoerd op een wijze
die steeds gebruikelijk is.
Om nu te trachten het verband te handhaven,
zou ik wel willen voorstellen, dat bij verhuizing
van r.k. leden naar die plaatsen, deze door den
bond worden overgenomen en bij overlijden dooi
den bond worden begraven.
De heer Gayaard van Nieuwe Niedorp is het
volkome nmet oen heer Keizer eens. Wanneer de
bond neutraal is, dan moeten ook die leden worden
overgenomen. En de bond is neutraal, dus kan ie
dere vereeniging toetreden.
Daarom ben ik het ook met den heer Keizer eens
dat deze leden bij overlijden door den bond worden
begraven.
Ook de afdeeling Wieringerwaard kan zich hier
mede vereenigen.
Nog wordt ooor verschillende sprekers, de zaak
van alle kanten bezien, waarna door de afdeeling
Sint Pancras het volgende voorstel wordt inge
diend:
„De katholieke leden die van een andere afdeeling
naar Heerhugowaard of Hensbroek verhuizen, blij
ven lid van de vereeniging van waar zij vertrok
ken. De eventueel meerdere kosten van begraven
van dat lid komen voor rekening van den bond."
Na een korte onderlinge bespreking wordt het
bestuursvoorstel door het bestuur ingetrokken en
wordt het voorstel van Sint Pancras in stemming
gebracht.
Met de stemmen van 9 afdeelingen voor, en 2 te
gen, die van Zuidscharwoude en Nieuwe Niedorp,
wordt het voorstel van Sint Pancras zooals dat Is
ingediend aangenomen.
De voorz. verheugt er zich over, dat men ten
slotte tot afhandeling van deze kwestie is geko
men.
Tot kascommissie voor 1930 worden aangewezen
de afdeelingen Zuidscharwoude en Broek op Lan
gendijk.
Hierna wordt aan den sceretaris gelegenheid ge
geven tot het uitbrengen van zijn jaarverslag, dat
wij hier in zijn geheel laten volgen:
Wanneer een aangesloten vereeniging verhuist
naar het gebied eener mede-aangesloten vereeni
ging en deze dit lid in verband met de Statuten of
reglement niet kan overnemen, dan wordt dit lid
als persoonlijk lid door den bond aangenomen.
De Bond int dan de contributie.
Bij overlijden va nzoodanig lid wordt de begrafe
nis uitgevoerd door de vereeniging ter plaatse.
Is de reeds gestorte contributie niet voldoende
tot dekking der kosten hiervarf, dan wordt het ont
brekende aangevuld uit de kas der vereeniging,
welke dit lid om bovengenoemde reden niet kon toe
Door den heer de Jong wordt namens Heerhugo
waard hierop een amendement ingediend, dat wil,
dat bij overlijden van een zoodanig lid de in de
bondskas gestorte contributie wordt aangevuld
door de vereeniging ter plaatse waar het betrok
ken lid woont tot het bedrag van een gewone be
grafenis. Dit bedrag is ter beschikking van de be
trokken familie, die dan kan zien hoe men de
begrafenis wil uitvoeren.
Daardoor zijn de vereenigingen vrij of zij be
graven zullen of niet.
Door den heer Gunder wordt namens de afd.
Hensbroek gezegd, dat dege zich daar niet mee
kan vereenigen, wat betreft het aanvullen uit de
vereenigingskas.
Ter verduidelijking deelen wij hier mede, dat
deze beide genoemde vereenigingen geen katholie
ke leden van andere vereenigingen overnemen.
Door den heer Booy van Sint Pancras wordt ge
zegd, dat bij hen op de algemeene vergadering is
gesproken over de neutraliteit van den bond.
De afgevaardigden hebben van de alg, verg. vrij
mandaat gekregen en misschien vinden zij aan
stonds aanleiding zich van den bond af te schei
den, mede met het oog op het feit, dat hun vereeni
ging een gemengde vereeniging is.
Ons aller wensch is echter wel dat er vorm ge
vonden kan worden waardoor de bond in zijn ge
heel kan blijven bestaan.
Wat de aanvulling van Heerhugowaard betreft,
ook deze levert bezwaar op, en kan Sint Pancras
zich daarmede dan ook niet vereenigen. Deze af
deeling wenscht de neutraliteit van den bond te
handhaven.
De heer J. Keizer, afgevaardigde van Oudkar
spel, zegt, dat zijn afdeeling wel met het be
stuursvoorstel kon meegaan, maar naar aanleiding
van deze kwestie wenscht hij toch ook nog iets in
het midden te brengen.
Wanneer wij deze zaak van een zuiver neutraal
standpunt bekijken dan moeten wij weten, dat wij
hier niet zitten voor sekten, voor bepaalde politie
ke richtingen of vóór een religieuse overtuiging.
Onverschillig wat men is, hoe een ieders overtui-
Gedenkschriften van een Commissaris
van Politie.
IS)
Achter die van schaduw gevormde diepte is
verval, verlatenheid, ellende, ouderdomM usse-
line was daar nog nietwaarschijnlijk dacht zij
er zelfs niet aan dat haar leven ooit zoo somber
zou kunnen worden. Overigens had zij geluk ge
had, en, wij herhalen het, zij was een goede meid.
Zelfs zou zij, zeide men, eens oprecht bemind
hebben. Dat was lang geleden, en zij herinnerde,
'tzich misschien niet- meer. In allen geval, 't
kwam er niet op aan. Die met haar verkeerden
bekreunden zich niet om haar verleden.
"Wat zij van 'haar verlangden was hetgeen zij
thans bezat en dat schonk zij met de grootste los
heid.
Hedenavond was er dus receptie bij Mousseline.
Te negen uren brandden de liehtkroonen, zoo
wat overal stonden speeltafeltjes en in het salon
wachtte een arme drommel van muziekmeester
aan de piano gezeten tot men hem wilde verzoe
ken het sein voor den wals of "de polka te geven.
Om de waarheid te zeggen "danste men weinig bij
het 'jonge dametje, maar daarentegen speelde men
er veel-
Mijnheer de Voorz-, Vergadering.
Thans is weer een jaar verstreken, en rust op
mij de plicht, een overzicht te geven van de
werkzaamheden van den Bond, waaraan ik gaarne
wil voldoen, maar voorwaar om een jaarverslag
van dezen Bond te maken is zeer moeielijk, ge
zien de weinige werkzaamheden welke de Bond
heeft te verrichten, het is meestal een jaarverga
dering. met twee of drie bestuursvergaderingen,
net naar gelang er op touw moet worden gezet,
zoo hadden wij het vorig jaar, het punt verzeke
ring te behandelen, wat nog al wat stof heeft
doen opwaaien, en nu weer de neutraliteit van
1 den Bond, en zijne afdeelingen. Ook dat geleek
eerst weer een zware strijd te moeten worden,
j doch dit werd door de afd. Heerhugowaard tot een
goede oplossing gebracht. Hm wanneer de toen
aanwezige it, den heer De Jong op de eerder ge"
houden bestuursvergadering hadden begrepen, ze-
j ker eerder tot een oplossing waren gekomen,"
tenminste wanneer het bestuur van Heerhngo-
j waard, met het voorstel-De Jong genoegen kan
nemen, wat. de heer De Jong straks zeker wol
bekend wil maken.
i Vergadering, zooals u ziet, prijkt op ons con-
vocatiebiljet, 1 2de Jaarvergadering, dus zal de.
Bond spoedig 12i/g,jaar bestaan hebben, nu is het
niet mijn bedoeling, dien dag feestelijk te vieren,
inaa rgezien het nut van den Bond, zou ik dien' j
i dag toch niet stilzwijgend voorbij willen gaan, 1
door bijvoorbeeld dien dag een Bestuursvergade
ring te houden of een algemeene vergadering, toe
gankelijk voor alle leden van de afdeelingen.
Mochten er onder de aanwezigen zijn, die hierover
straks iets willen voorstellen, dan is de voorzitter
gaarne bereid die in ontvangst- te nemen.
Door het Bondsbestuur zijn dit jaar twee be
stuursvergaderingen gehouden en 1 algemeene ver
gadering, terwijl het Dag. bestuur vier maal
bij elkaar kwam, voor besprekingen aangaande
den Bond.
In enkele afdeelingen is een kleiiue wijziging
gekomen in het personeel en het bestuur. Klach-
ten kwamen er ook voor deze vergadering niet
in, wel een bewijs dat de afdeelingen allen "naar
genoegen hun taak vervullen.
Ook is er van den heer Wolfswinkel geen be
richt tot verandering ingekomen, zoodat het con
tract weer stilzwijgend voor een jaar is verlengd.
Door de afdeeling Wieringerwaard is pok oen
automatisch toestel aangeschaft, terwijl dezelfde
afdeeling heeft besloten haar personeel te ver
zekeren tegen ongevallen, welke 1 April alsdan i
Tegen tien uren begonnen eenige dames te
komen. Mousseline ging ze te gemoet en met de
bekoorlijkste beleefdheid hield zij de oer van haar
huis op. Daar het gerucht verspreid was dat de
baron de Poll geruïneerd zou zijn, wilde'men zien
hoe het dametje zich houden zou.
Plotseling verhief zich een luide, kreet in de
voorste vertrekken, en een oogenblik later zag i
ingaat, daar op dien datum het jaar begint
Tenslotte wil ik u nog onder de oogen brengen
de rapporten der afdeelingen, voor zoover ze mij
zijn opgegeven, van de thans elf aangesloten
vereenigingengen. en waarvan het ledental -be
droeg in 1929:
St. Pancras 1202, Broek op Langendijk 913,
Zuidscharwoude 534, Noordscharwoude fOTJOud
karspel 688, N. Niedorp 856, Schoorl 738, Hens
broek 217, St. Maartensbrug '1168, Heerhugo
waard 548, Wieringerwaard 360, vorig jaar geen
opgaaf ohtvangen.
óver 1928 bedroeg het ledental resp. 1210,
8 90, 535, 4.10, 682, 831, 616, 214, 1222 en 546
In totaal in 1928 7156 leden,iin 1929 7628
leden, dus over de 11 afdeelingen een vooruitgang
van 112 leden.
In 1929 werden in totaal 205 begrafenissen
uitgevoerd, en wel als volgt:
St. Pancras31, waarvan 19 leden en 12 niet-
leden. Broek op Langendijk 27, 10 leden en 17
niet-leden. Zuidscharwoude 19, 3 1. en 16
Noordscharwoude 10, 6 leden en 4 n.-l. Oudkar-
spel 14 4 1. en 10 niet.-leden. N. Niedorp 15, 3
lieden, 7 niet-leden. Schoorl 23, 15 leden en
nijet-leden. St. Maartensbrug 43, 22 leden en
21 riiet-leden- Heerhugowaard 7, 1 lid, 6 niet-1
Wieringerwaard 10, 3 leden en 7 niet-leden. Hens
broek 6, 2 leden, 4 niet-leden.
In totaal hadden or dus 205 begrafenissen
plaats; waarvan 93 leden en 112 niet-leden.
Het vorige jaar was het aantal 157 begrafe
nissen, 80 leden 77 niet-leden.
Wanneer wij zoo het aantal begrafenissen na
gaan, bemerken wij dat het groote aantal inge
zetenen nog geen lid zijn onzer afdeelingen, maar
aangezien er geen begrafenissen meer worden uit
gevoerd zooals vroeger, behoeven wij er bij de
ingezetenen niet op aan te dringen, om lid van
onze vereeniging te worden, daar een niet-lid
een voordeelig saldo afwerpt en een lid een na
deelig.
Zoo zijn wij dan tot de finantiën genaderd,
waav ten slotte de geheele zaak op drijft.
In 1929 bedroeg dit:
St. Pancras f335.56, achteruit f 73.80, Broek
óp Langendijk f1615.51, vooruit f23.27, Zuid
scharwoude 1'4667.44, vooruit f 198.55, Noord
scharwoude f955.64, vooruit f79.49. Oudkarspel
f 1604.52, vooruit f370.88, N. Niedorp f 1846.51
vooruit 'f 242.89, Schoorl f 0.Heerhugowaard
f634.31, vooruit f 388.77, ISt. Maartensbrug
f 597.42, achteruit f484.98, Wieringerw. f621.85
Hensbroek f256.48, achteruit f 35.53. In totaal
over 1929 f 13113.39.
Over 1928 bedroeg dit resp. f409.36, f1592.24,
1 1468.89, f876.15, f 1233.64, f 1603.62, f325
f245.54, f 1082.40, f292.01. In totaal f12128.85.
Alzoo over de elf afdeelingen een vooruitgang
van i' 984.54.
Mijnheer de voorz., vergadering, zoo zijn wij
dan aan het eind van de rapporten gekomen,
en hoop, dat ik de getallen en cijfers voor ieder
bevredigend heb opgegeven.
Mogen wij in ons ledental een kleine achteruit
gang const ateeren, zoo verheugen wij ons zeker,
dat wij in de finantiën over het algemeen een
goede vooruitgang kunnen boeken.
E,n hiermede wil ik mijn jaaroverzicht eindigen,
de wensch uitsprekende dat, wanneer zoo aan
stonds punt 8 onzer agenda verder wordt afge
werkt, wij daar een goede oplossing voor mogen
vinden, opdat geen afkeuring in den Bond plaats
zal vinden.
De secretaris notvnagt het applaus der vergade
ring en een woord van dank van den voorzitter.
Decontributie voor het jaar 19,30 blijft op de be
staande regeling gehandhaafd.
Van de gelegenheid tot toetreden als lid van den
bond behoeft geen gebruik te worden gemaakt,
daar geen niet-aangesloten vereenigingen aanwe
zig zijn.
Hiermede is men genaderd tot de rondvraag.
Ook deze levert geen stof tot bespreking op, waar
om de voorz. tot sluiting der vergadering overgaat.
Hij doet dit met in de eerste plaats hartelijk
dank te brengen voor de ondervonden medewer
king.
Reeds eenige jaren verkeerden wij op onze ver
gaderingen in netelige posities en ook nu weer was
dat het geval, edoch, ongedacht zijn wij tot een
goede oplossing gekomen.
Van harte hoop ik, dat wij voortaan gezellig zul
len vergaderen en wij verschoond blijven van deze
kwesties.
Altijd wanneer ik de afdeelingen zie, kunnen wij
ons vergenoegen dat ons werk met dezen zegen
wordt bekroond.
In onze streken staan wij zelfs in vele gevallen
boven de begrafenissen in de steden.
Wat de paardenbespanning betreft, deze wijze
van begraven is meer indrukwekkend dan per auto.
Daarom hoop ik ook dat hier het begraven met
paardenbespanning zal blijven voortbestaan.
Tevens hoop ik, dat de heer Wolfswinkel op den
door hem ingeslagen weg zal voortgaan, want uw
werken wordt gewaardeerd Dank wil Ik u brengen
dat door u niets wordt nagelaten om de begrafenis
zoo net mogelijk uit te voeren.
Door den heer Klinkert wordt alles gedaan om
den Bond tegemoet te treden. In de mobilisatie
hebt ge u er voorgespannen en thans wordt er met
roem over uw werk gesproken.
goud en de banknoten leefde in de speelhuizen,
waarvan hij de dagelijksche bezoeker was.
Nauwelijks had hij bij Mousseline zijn intrede
gedaan, of alles veranderde van aanzien, en de
grootste levendigheid verspreidde zich aan alle
zijden. 1
Hector was een echte Parijsche jongen, leven
dig, vurig, grappig, lichtzinnig, met afgrijzen de
men in het salon een groot elegjant jonkman j akelige vooruitzichten des levens van zich af
verschijnen, begeleid door een wezenlijken stoot wecrend en aan het zijne slechts die bezigheden
van vrouwen.
't.Was Hector Beaulieu.
Hector, een nauwelijks 25-jarigei Cocodes, een
losbol, die sedert hoogstens twee jaren zijn dagen
en nachten ten offer bracht aan e&h leven van ver
maak, van spel en van allerlei buitensporigheden.
In die twee jaren had Hector het van zijn vader
geërfd vermogen, ongeveer tweemaal honderd dui
zend francs, verkwist. Hij had go wed, gereisd,
gespeeld, zoodat hij zich op een 'fraaien dag ge
heel geruïneerd zag. Daar hij overigens een moedi
ge jongen was, dacht hij er een oogenblik aan,
zich het leven te ontnemen, en hij' zou zijn voor
nemen uitgevoerd hebben, zoo er niet iets ge
beurd ware, dat er hem plotseling van had doen
afzien. Wat was dat? We zullen het aanstonds
weten.
Zeker is het, dat den vólgenden dag, na oen
oogenblik gedacht te hebben over hetgeen hem
nu tc doen stond, hij zich opnieuw aan het los
bandig en dwaas leven overgaf, -dat hij geleerd
had, en nog rorrekeloozer dan \rxoeger nyet het
gevende, welke het koude nvermaken. Zoodra
hij in de zaal was, nam hij aan de'speeltafel
plaats en bevond zich tegenover Colonna. B'e
twee mannen begroetten elkander.
„We willen dan weder beginnen zei Hector
op blij moedigen toon.
„Zooveel ge wilt," antwoordde Colonna.
..Aangezien den loop dien ik genomen heb,
moet ik toch wijs genoeg zijn er een stokje bij
te steken."
,|Zoo ge wilt, laten wij het er bij blijven."
„Wat! eergisteren avond hebt ge tien duizend
francs van mij gewonnen; 'tis niets meer dan
billijk dat ge me revanche geeft."
„Om hoeveel spelen wij
„Zie hier een banknoot van duizend."
Colonna nam de kaarten af; Hector deed het
na hem; zijn partner nam ze opnieuw; en ein-
itelijk begon de partij. Aanvankelijk was de for
tuin Hector gunstig, ien in minder dan tien minu
ten stapelde het goud zich onder zijne handen op,
zonder dat hij er veel acht op sloeg. Maar het
Ook van u hoop ik, dat u op den ingeslagen weg
zult doorgaan en de vereenigingen zich gaarne zul
len verplichten bij hem de kisten te bestellen.
Ik hoop dat de afgevaardigden met moed naar
hun afdeelingen zullen terugkeeren, om het begon
nen werk voort te zetten, om datgene te doen, wat
den bloei der afdeelingen kan bevorderen.
Een prettige, aangename tijd. Een on-
eigenlijken winter achter den rug, een mooi
voorjaar, geen achterstand in de natuur.
Lente! schoonmaak! Lichtelijke
overdrijving. Ende desespereert niet!
Behoud van natuurschoon. Reclame niet
»de eenige, die het natuurschoon bederft.
Wat de P.M.E.M. wil doen. De „Rats-
keller" te Utrecht, die er mag zijn. Groo
te belangstelling. Het publiek maakt
„qeue". Nederland op de Antwehrsche
tentoonstelling. Wat beteekent een naam
.Nederland" en „Pays Bas." Belgische
ontstemming. Internationale beleefd
heid. Gebrek aan nationale waardigheid
Het „Hollandsche" menu. Gaat Prin
ses Juliana nog niet naar Indië?
We leven in een gelukkigen tijd, een alleraange-
naamsten tijd. De winter, die gigenlijk in den wa
ren zin des woords geen winter was, achter den rug
En tengevolge van den oneigenlijken winter geen
achterstand in de natuur, geen bevroren planten,
bloembollen of knollen, zooals verleden jaar, toen
zoo menigeen bijvoorbeeld zijn dahliaknollen toch
maar in de ngrond zette. Je kon nooit weten of
ze het toch nog niet deden. Maar, de meeste deden
het niet. Geen bevroren aardappelen, integendeel
een overvloed van goed bewaarde en zeer goedkoo-
pe aardappelen, goedkoope eierën, en wat al niet
en bij dat alles de lieve Lente, die in het eind de
zer week haar intrede doet, officieel tenminste.
Een prettige tijd, waarin het een wellust kan en
moet zijn voor menige huismoeder aan den schoon
maak te denken, die, naar het oordeel der kleinste
helft van het beschaafde menschdom, het man
nelijk deel, jaarlijks weerkeerende plaag, van de
noodzakelijkheid van welke mannen nu eenmaal
„geen verstand" hebben. Mannen, die naar be
kend is in de bewering dat de zolder „zwart" en
de gordijnen heelemaal „doorgerookt" zijn, lichte
lijk overdreven vinden, al zal de ervaring wellicht
velen geleerd hebben dat het maar het beste is
bij de huisvrouwelijke ontboezemingen inzake zwar
te zolders en doorgerookte gordijnen er maar het
zwijgen toe te doen en middenin den sehoonmaak-
chaos maar aan Jan Pietesrzoon Coen te denken in
het bijzonder aan zijn uitspraak: „ende desespe
reert niet." Maar over dat alles heen zien we den
lieven zomer van wiens komst door dier en plant
dagelijks getuigd wordt al is het dan nog maar
Lente.
Er wordt in ons land, gelijk in zoovele verschil-'
lende toonaarden geklaagd over de schending van
het natuurschoon. Voor een belangrijk deel komt
die schending op rekening van de dikwijls ontsie
rende reclame in velerlei vorm. Evenwel is het niet
alleen de reclame die In zoo menig stukje natuur
schoon het nuchtere, zakelijke stelt naast het po
ëtische dat van ouds den zanger insplreerde.Wie
zal een malsche wei bezingen, een malsche wei ge
stoffeerd met het puikje van ons Hollandsch vee
wanneer daar uit het welig groen een of ander
onsmakelijk reclamebord schijnt op te schieten,
dat in sprekende kleuren de aandacht vraagt voor
een mogelijk zeer nuttig artikel, dat ondanks zijn
nuttigheid in staat is elke poëtische aandoenning
te verjagen?
Niet alleen de reclame.
Industrie en de toepassing der technische weten
schap dragen het hare bij. En zoo is er geklaagd
over de ontsierjng va nhet landschap door de hoo-
ge masten noodig voor den bovengrondschen ka
bel. Wat het behoud van het natuurschoon ten
goede komt het zal een beetje te veel gevergd zijn
en vermoedelijk moeilijk uitvoerbaar, al wat de
natuur ontsiert maar onder den grond te laten
verdwijnen. Wij Hollanders met onzen voor een
deel zeer slappen bodem kunnen ons de weelde
va nhet ondergrondsche niet veroorloven wat voor
al met het oog op het verkeer zeer te betreuren is.
In ons „uit wier en dras geweld" landje, zijn we
hier en daar al blij als de boel niet uit eigen be
weging het ondergrondsche zoekt. Men denke even
aan de spoordijkverzakkingen op de lijn Rotterdam
Gouda. Schrijven we over „ondergrondsch" den
ken we aan den pas geopenden „Ratskeller" onder
het Utrechtsche stadhuis, een navolging van den
Ratkeller" te 's-Hertogenbosch en vele buiten-
landsche. Ja, de grijze bisschopsstad heeft, juist in
de dagen van de opening van de Jaarbeurs haar
Ratskeller" gekregen, die men heel op zijn Hol
landsch stadskelder zou kunnen noemen, maar dat
klinkt natuurlijk in onze Hollandsche ooren niet
lang zoo goed. „Ratskeller" dus. Onder het stad
huis. De Utrechtsche mag er zijn. En de Utrechte
naren hebben reeds dadelijk getoond het nieuwe be
zit te apprecieeren. Bij vele tientallen werd door de
belangstellende gemeente „qeue" gemaakt aan den
ingang.
Uit den aard der zaak heeft de „Ratskeller" iets
kelderachtigs, dat spreekt. Maar het ongewone
trekt den mensch en de wetenschap, dat boven den
.Ratskeller" de vroede vaderen zoo af en toe bij
elkaar komen om in alle eendracht en gemoede
lijkheid de zaken van het algemeen belang te be
hartigen zal menigeen met meer genoegen en met
meer smaak doen genieten van het vele, dat in
de sufferant gebouwde gewleven van den „Rats
keller" aan de elkaar verdringende bezoekers en
bezoeksters geboden wordt.
Ons land neemt deel aan de dit jaar ter gelegen
heid van de honderdjarige Belgische onafhankelijk
held te Antwerpen te houden tentoonstelling. Dat
ont land dit doet, moge wellicht al als een bewijs
gelden dat wij Hollanders vrij zijn van het gevoel
van rancune met betrekking tot de gebeurtenissen
geluk nam spoedig een keer, en in even zoo korten
tijd ging alles wat hij gewonnen had en alles wat
hij bij zich had in de handen van zijn tegenpar
tij over.
Öhde rdegenen die met levendige belangstelling
het spel gadesloegen, bevonden zich de hertog
en Raymond, die binnengekomen waren zonder
dat iemand hen opgemerkt had.
Voornamelijk nam Raymond veel vermaak aan
dat tafereel. Het oprecht en innemend gelaat'van
Hector had hem reëels dadelijk behaagd, en hij
gevoelde een wezenlijk verdriet toen 'hij hem, na
alles verloren te hebben, de tafe lzag verlaten,
„Wie is die jongeling?" vroeg hij den hertog
de Palmares.
„Men heet 'hem Hector Beaulieu," antwoordde
deze.
„Is hjj rijk?"
„Hij is totaal geruïneerd."
„Hij speelt evenwel grof."
.jZieker, en gij ziet dat hij met kontanten
speelt."
„Hij heeft dan andere hulpmiddelen
„Niet de minste"
„Verklaar mij dan hoe hij aan 't goud komt,
dat hij hier mét volle handen wegwerpt.
De hertog dacht een oogenblik na vóór op deze
vraag te antwoorden; maar misschien onwille
keurig tot 'cene vertrouwelijke mededeeling over
gehaald, voerde hij Raymond naar een vensternis.
„Hector's verkwisting," zeide hij, „is natuur
lijk én gemakkelijk te verklaren, en ik zal u deze