IS Pierre Saccone Uit de Vakpers. Uit enkele vakoladen, nl. de Tuinderijhi 1k>1 „Centraal Orgaan" willen we enkele berichten overnemen, die van belang zijn. Allereerst uit cl „Tuinderij dat er een uitvoerverbod op origeeon trolserde uien is afgekondigd. Be Export van uien onder verplichte controle. Staatsblad no. 137 bevat het Koninklijk Be sluit van 11 April jl. tot toepassing van art. 8 der I.andbouwuitvoerwet op uien. Dit Koninklijk Beslu't luidt als volgt: Art. 1. Het is verboden, andere dan verduur zaamde uien, zilveruien en groengeboste uien naar door Ons aangewezen landen uit te voeren of tot n'tvoer naar die landen aan eenig middel van vervoer aan te bieden, voor zoover zij niet zijn vergezeld van een door Onzen Minister van Landbouw vastgesteld certificaat, ten bewijze dat de zending voldoet aan de bij en krachtens artikel 2 gestelde ei se hen. Art. 2. Een certificaat, als bedoeld in het vorige artikel, kan slechts worden afgegeven, in dien de zending voldoet aan de navolgende eisehen: A. de uien moeten: 1- gezond zijn; 2. vorstvrij zijn; 3. rijp zijn; ■1droog zijn t>. behoorlijk afgestaart zijn; (J. behoorlijk vrij van grond zijn; 7. por verpakkingseenheid gelijkkleurig en ge lijksoortig zijn; 8. vrij zijn van bout en van stijve of dubbele exemplaren 9. wat doorsnede betreft, voldoen aan eisehen, door Onzen Minister van Landbouw gesteld; 10. gesorteerd zijn volgens grootte-klassen, door Onzen voornoemden Minister vastgesteld; 11. voor zoover de zending niet los wordt ver laden, moet de verpakking bestaan uit soliede balen, zakken of andere verpakkingsmiddelen, waarvan de netto-inhoud 25 Kg. of 50 Kg. weegt, of waarop het nelto-gewieht van den inhoud duidelijk waarneembaar is aangegeven. Do eisehen, ten aanzien van doorsnede en de grootte-klassen, door Onzen voornoemden Minis ter vast te stellen, kunnen voor verschillende^ landen verschillend zijn. Art. 3. Hot in artikel 1 bepaalde is niet van toepassing op daaronder vallende uien van buiten - landsche herkomst, welke zijn vergezeld van een door Onzen Minister van landbouw vastgesteld bewijs. Een bewijs, als in dit artikel bedoeld, wordt niet afgegeven, dan nadat de belanghebbende ten genoege van de met de afgifte belaste persojien de herkomst uit het buitenland van de uien heeft, aangetoond. Art. 4. De uitgifte van de in de voorgaande ar- iikolen bedoelde certificaten en bewijzen zal ge schieden door de rechtspersoonlijkheid bezitten de instellingen, aan welke ingex-olge artikel 11 der Landbouwuitvoerwet 1929 de uitreiking van de in artikel 10 dier wet bedoelde merken of tee kenen wordt opgedragen. De bepalingen van genoemd artikel 11 gelden mede ten aanzien van de uitgifte van certificaten en bewijzen, ook in die gevallen, waarin niet tevens merken of teekenen worden uitgereikt De in genoemd artikel 11 bedoelde algemeene maatregel van bestuur zal mede bepalingen be vatten, betreffende de geldigheid van de certifi caten en bewijzen. Art 5. Dit besluit treedt in werking op een door Ons te bepalen tijdstip. Hel „Centraal Orgaan" gaf in zijn laatste nura- Gedenkschriften van een Commissaris van Politie. 42) „Do dame zou niets bewijzen, maar ziet ge niet onder den mantel die haar omhult en door den wind roet geweld opgeheven wordt het Walla- chisch costuum?" „Inderdaad! zei de hertog. t. Is zoo en ge hebt recht... maar." „'Wat?" „Tegenwoordig veroorlooft de wereld zich zul ke Duitensporigheden, dat het mij niet zou spijten de zaak nader te beschouwen. „Dat is ons gemakkelijk, laat ons naderen- De hertog deed zich de uitnoodiging niet hor- halen- en alle drie begaven zich naar de dame. wclko Hector hun aangewezen had; Raymond schijnbaar zeer onverschillig, de hertog integen deel vurig nieuwsgierig. De dame in Wallachisch costuum was gehuld in een langen mantel van bruine stof; buitendien bedekte een dichte voile haar gezicht, en net, ware moeilijk geweest haar vórmen te onderschei den en over haar schoonheid te oordeelen. Maar wanneer de windvlagen toornig over de groep gingen, bewoog de voile zich heftig o\Ter I me.r een resumé van de rede van den Voorzitter der Rctterdamsclie Groenten-Exporteursvereeni- I ging. Een belangrijk fragment uit die rede knip- j Ion we uit,, dat we zeer ter lezing aanbevelen. j Helaas' moet hier met spijt erkend, dat r-eds J na jaren do inzinking kwam. Minder straffe en gemakkelijker bepalingen van uitvoer waren oor zaak. dat de artikelen aan waarde verloren en de herwonnen reputatie weer ten deele teloor ging. Het gemeenschappelijk bereikte werd daar mede weer aan 'den enkeling overgelaten. Beseft gij wat dit beteekent, wat het zeggen wil om ons nu maar tot twee van onze belangrijkste uitvoerartikelen te bepalen, dat elke exporteur naar eigen willekeur aardappelen en ajuin kon uitvoeren in een sorteering en hoedanigheid, die hem het beste paste? Wanneer wij nu weten dat over het jaar 1929 voor Nederland als oogstresultaat vermeld is een upbrengsl van 60.961.336 H.L. aardappelen en 3.317.139 baaltjes a 50 Kg. ajuin, dan verbaas ik mij. dal onze regeering niet reeds veel vroeger haar machthebbend woord gesproken heeft, om ten opzichte van dien belangrijken uitvoer, wel ker baten in de begrooting van onze 'landsbalans toch een groote rol spelen, meer orde te scheppen. Wat onze vereen'iging op den duur niet ver mocht, zal nu echter op andere wijze, dank zij de I andbouwnitvoerwet van Mei 1929, bereikt wor den. Langen tijd hebben exporteurs van naam en ook het bestuur onzer vereeniging sceptisch ge- sl-aan tegenover dergelijke overheidsbemoeiing. Men meende zich te zeer beknot in zijn vrijheid j en wenschte geen ambtenarendwang. En zelfs de i overheid stelde zich de vraag, of een dergelijk ingrijpen in de aloude vrijheden voor ons Hollan ders wel pas gaf. Do eisehen van het buitenland I hebben echter dit vraagstuk spoediger opgelost j dan verwacht werd. De stoot daartoe werd gege- I ven door de verscherpte invoerbepalingen, die Amerika voor het artikel ajuin meende te moeten stellen- Eensgezind overleg tusschen exporteurs en vervoermaatschappijen onder leiding van een 1 regeeringsambtenaar was oorzaak, dat zelfs aan die buitengewoon hoog gestelde voorwaarden van Amerika kon voldaan worden. De weg was daar- 1 mede gewezen, meer en meer werd de behoefte gevoeld dit gemeenschappelijk overleg ook op den uitvoer naar andere landen toe te passen, op- dat Nederland zich op de wereldmarkt zou kun nen handhaven. Besprekingen daarover vonden plaats in combinatie met afgevaardigden van landbouw-organisaties en die van zustervereeni- gingen in onze branche onder presidium van een der hoofdambtenaren op het departement van landbouw, als gevolg waarvan unaniem de wen- schelijkheid werd uitgesproken, dat de Regeering de Landbouwuitvoerwet 1929, inzonderheid ten aanzien Van den uitvoer van ajuin en aarüappe- len, ten spoedigste in werking zou stellen. En dit staat nu in de naaste toekomst te geschieden. Als gevolg van het overleg, me'de met uw bestuur, zijn bepaalde maten voor de onderscheidene sor- teeringen vastgesteld, terwijl ook ten opzichte van hoedanigheid en verpakking, na overeen stemming bepalingen zijn aangenomen. Naar alle waarschijnlijkheid zal het bekende Uitvoer Con- 1 role Bureau in den Haag, zij het misschien in gereeonstrueerden vorm, met de controle belast worden. i Afgaande op een ander berichtje uit laatst- genoemd orgaan, zou men geneigd zijn tot de wel niet onjuiste meening, dat er bij de Noord- hollandsehe bouwers en kooplui de fut nog niet i uit is. Want ze durven nog, ondanks denen van I 60 ets. tot f 1geie en roode kool tegen spot- prijzen in dit voorjaar. Koolbouw op contrail. j Hit Noordholland wordt gemgld, dat op t oogenblik reeds veel meer contracten voor kool- 1 teelt aangegaan zijn dan verleden jaar. Vele hon derden H.A. zullen alzoo ook dit jaar weer met de verschillende soorten winterkool worden be plant. In den Anna Paulownapolder, Waard en Groet, Beemster, zelfs in de IJpolders, tot Neder- liaar hoofd, en dan was het den opmerkzamen blik vergund eenige trekken van haar gelaat te i onderscheiden. I Zij was nog jong, groot en fraai van gestalte j beur haar was zwart als ebbenhout. En zonderling, telkens wanneer een bliksem- I schicht de wolken scheurde, en de geheele lucht in brand scheen, weerkaatste een andere bliksem haar blik, die scheen te ontvlammen. De hertog aanschouwde haar met een pijnlijke i aandacht, geheel aan zijn nieuwsgierigheid over- gegeven, zocht hij begeerig- naar een of ander tee- I ken, dat hem op 't spoor der ontdekking kon j brengen. Terecht of ten onrechte scheen deze I vrouw hem niet onbekend, en ofschoon hem niets i aan degene herinnerde, welke hij eertijds ontmoet 1 had, zeide hem toch een onduidelijk gevoel, dat j zij hem niet onbekend was. Wat was nu deze i nieuwe verborgenheid, en wat had hij er van te i vreezen? „Wel," zei op dit oogenblik Hector, zijn oor naderend, .,had ik geen gelijk?" ,.lk geloof waarlijk, dat ge goed geraden hebt. "antwoordde de hertog, „is dit nu alles wat ge gehoord hebt „Zoo, ge gelooft nu. Welnu dan begin ik." Terwijl de hertog en Hector deze woorden wis selden, scheen de jeugdige Walachijsehe vrouw, in wier nabijheid zij waren, zich te bewegen, als wilde zij zich verwijderen. Was het de stem van een der sprekers, die haar getroffen had of alleen de vrees van opgemerkt en horst den Berg toe, zijn door Lsngendijker tuin bouwers"- en handelaren contracten afgesloten. Tot besluit publieeeren we een ingezonden stuk uit de „Nieuwe Rotterdamsche Courant", ons door de vriendelijke attentie van een medelevend lezer ter hand gesteld, waarvoor onzen dank. Het is van belang voor onze bloembollen bouwers^ komt uit onverdachte bron, nl. van de hand van den Rijkstuinbouwconsulent C- Rietsema uit Hoorn. Speculaties in bloembollen. Het komt in den laatsten tijd herhaaldelijk voor dal tuinders uit Noordholland, die de bloem bollenstreek en plaatselijke tentoonstellingen be zoeken, daar zeer verleidelijke aanbiedingen krij gen en zelfs op feestelijke wijze worden onthaald. Er worden hun maaltijden, verteringen en zelfs reiskosten aangeboden. Natuurlijk doet men zooiets niet uit vriend schap, want de gastheeren kennen hunne gasten niet een«. Het is hunne bedoeling om zaken te doen en blijkbaar van een soort waar heel wat aan verdiend kan worden. In het algemeen kunnen wij op zulke handel wijzen tegenover lieden die voor eigen rekening koopen, geen aanmerkingen maken. Van andere praktijken spreek ik niet. Maar wel wil ik er hier de aandacht op vestigen dat wij te doen hebben met een uitvloeisel van de wilde specula tiezucht die langzamerhand haar hoogtepunt be gint te naderen en die waarschijnlijk in een scher pe prijsdaling zal eindigen. Verschillende omstandigheden hebben bijgedra gen tot den bloei van de tulpenteelt en het ont staan van den windhandel. In de eerste plaats is er bij particulieren een toenemende belangstelling voor bloemen. Ten tweede is de algemeene land bouwcrisis oorzaak, dat tallooze boeren en tuin ders een grooten kweeklust toonen en daardoor de prijzen hoog houden. En in de derde plaats maakt de één den ander wijs, dat er nog veel ver diend kan worden en dat de val vair de prijzen nog lang zal uitblijxmn. De laatste oorzaak, die zelve uitvloeisel is van de beide anderen, doet speculeeren. Het valt natuurlijk niet te ontkennen, dat er met speculatie verdiend kan worden, maar wij laken het wanneer iemand in een kroeg dobbelt en ook wanneer hij door speculatie in finanoieele moeilijkheden komt. Uit een oogpunt van zede lijkheid en commercieel opzicht keuren wij zijn manier van doen af, maar wij probeeren ons zelve *wijs te maken dat die bollenhandel toch wel heel reëel is. D'at de speculatie haar hoogtepunt begint te naderen, valt gedeeltelijk af te leiden uit den groot.er omvang, dien zij aanneemt. Er komt dan een moment dat het niet meer gelukt om elkaar wijs te maken dat er nog wat verdiend kan wor den; het vertrouwen gaat verloren en dat gaat gewoonlijk 'heel plotseling b.v. na een of ander opzienbarend faillissement. En anderzijds is er reden om aan te nemen dat er een èinde zal ko men, omdat er reeds een algemeene crisis heersehtj die zich uit in een waardestijging van het geld e» waardedaling van alle mogelijke producten enz. Zij eischt haar klappen vooral onder de land- en tuinbouwers. De crisis die mede oorzaak is van den bloei van de tulpenteelt zal straks ook tot den val van de prijzen bijdragen. Juist omdat er klappen te verwachten zijn, wil ik er tegen waarschuwen om geld te steken in zoo speculatieve waarden als de nieuwe tulpen soorten. Ik heb geen bezwaar tegen reëele han del en teelt van gangbare soorten, ook niet al zijn ze wat duur. Zelfs ben ik van meening, dat ons land in -de toekomst zal aangewezen zijn op veel kapitaal en arbeid eischende cultures. Maar bij speculatie geldt de prijs dien een gek betaalt en het is dom, om je gek te laten maken. Hoorn, 9 Mei 1930. Men houde zich voor gewaarschuwd. Plaatselijk Nieuws - OUDKAK PEL. Blijkens publicatie van den Voorzitter van het Centraal Stembureau ligt ter gemeente-se cretarie-ter inzage zijn besluit, waarbij benoemd is verklaard tot lid van den gemeenteraad P. Rij- gezien te worden door een der jonge mannen? Zeker is het, dat na eenige seconden geaarzeld te hebben, zij plotseling een besluit nam, en, zich omkeerende, om hen te zien, een blik op de twee personen in hare nabijheid wierp. Eerst op Hec tor; maar zij lette niet veel op hem en wilde het strand verlaten, toen zij, als van verbazing ver steend, plotseling stand hield en haar armen op haav borst kruiste. Zij had den hertog bespeurd. Wat haar gebeurde kwam haar zoo zonderling en onmogelijk voor, dat zij, door een onbeschrijfe lijke ontroering vervuld, voorover boog, en zich niet langer kunnende weerhouden den hertog dichter naderde en als verschrikt en verstomd uitriep: „Markus! Markus!" ALs door een duizeling plotseling overweldigd trad zij terug en vlood haastig naar het door haar bewoonde Zwitsersche huis. Ondertustfchen was de hertog, den naam van Markus hoorende, verbleekt, en zonder de tegen- woordigheid van Hector of Raymond die gena derd waren, in acht te nemen, verwijderde hij zich om de jeugdige vtouw na te ijlen. „Nu, nu!" riep Hector hem weerhoudend, „kent gij die vrouw?" „Ik!' riep de hertog met inspanning uit. ,',Ge hebt ten minste hooren spreken van dien Markus, wiens naam zij genoemd heeft? „Evenmin." „Waarom dan den tijd te verspillen met haar per, in de plaats van J. Brammer, die voor de be noeming heeft bedankt. OUDta AkSvPEL. „JONG LEVEN'. Deze tooneelvereeniging heeft haar aangekon digde uitvoeringen al weder achter den rug- Zij bracht voor het voetlicht een blijspel, ge titeld „Als je maar een verleden hebt". De kui- sche Bruidegom van Frans Arnold en Ernest Bach. Detooneelzaal van den heer Vis was goed bezet, toen de heer Kuilman het aanwezige publiek toesprak en mededeelde dat de rol van Roea vervuld werd door mej. M. Slikker, daar mevr. W. Kaij door ongesteldheid verhinderd was zich van deze taak te kwijten. Reeds eenige malen waren wij niet in de gele genheid geweest, persoonlijk de uitvoeringen van (leze Vereeniging bij te wonen, en dat speet ons steeds omdat we onveranderd vernamen, dat er zulk goed spel was geleverd. Thans waren wij wèl in de gelegenheid en Ladden ons reeds ge spitst op een genotvolle avond. Een goede plaats was gereserveerd dus net spel kon beginnen. Wat het stuk zelf betreft: het was niet naar onzen smaak. Maar daar leggen wij ons bij neer, want: „over den smaak valt niet te twisten", j Wij voor ons vonden den inhoud zeer gezocht, terwijl het geheel als een rafelig motief aan el- i kander was gehecht. Maar dat is niet de schuld j van „J L." I Als kermisstuk kan het misschien goed dienst doen, en in tijden van „dumping" wanneer het goed is de lachspieren ook eens in beweging te I brengen. Werd door den heer Kuilman aan het begin de clementie van het publiek ingeroepen, ten op- zichte van de reeds genoemde plaatsvervulling wij zouden het willen doen voor andere oorzaken, die een drukkenden invloed hebben uitgeoefend on de spelenden. i In de eerste plaats: rolverwisseling een paar i weken voor de opvoering, waardoor de regisseur, de lieer H- .Slikker, zelf de niet gemakkelijke rol i van Max Steiger moest vervullen. Eu ten tweede de groote vraag op Dinsdag- j avond zelf, of de uitvoering al dan niet zou moe- ten worden afgelast. Tamelijk ernstige huiselijke j omstandigheden bij een der leden, waren oorzaak dat men zich voor die vraag ges'teld zag. j Kwam er tenslotte een gunstige wending, do j spanning had de spelenden zenuwachtig gemaakt en juist deze gesteldheid liet niet na- een zij liet c.ok geringen toch merkbaren invloed op j de leden uit te oefenen. Daarom roepen wij de clementie in van hen, I die het beter van „J. L." gewend zijn. j Trouwens wat „J. L." kan, weet men en de I regie van den heer H. Slikker zal zeker niej| nalaten nog verder te voeren op het pad van het dilettanten-tooneelspel. Maar ondanks alles heeft men zich op een kor date wijze \loor de moeilijkheden heengeslagen. Rolvastheid en individueel optreden deden al les op dezen avond en hebben de aanwezigen om den inhoud van sommige gedeelten hartelijk doen lachen. Zijn de heeren onder dergelijke gemoedsstem mingen, als wij hierboven schetsten, meer "be- 'heerseht, wij willen toch een woord van er kentelijkheid richten tot de dames in het alge meen en in het bijzonder tot mej. Slikker als invalster, voor de wijze waarop zij de haar toege dachte rol hebben vervuld- Wat wij ten opzichte van het stuk zelf schre ven, geldt ook voor de genoemde omstandigheden zij waren liiet de schuld van „J. L." of vén de leden. Tegen dergelijke invloeden staat men mach teloos. En wanneer men dan nu deze oorzaken kent, zal men zeker met ons instemmen, wanneer wij, door ons vertrouwen in de vereeniging, schrijven: L.' kan met een gerust hart verder gaan." De jaren, die achter ons liggen, hebben bewe zen, dat er ambitie is om iets goeds te prestoeren, en dat kan „Jong Leven". Dat heeft zij meer malen getoond. Wij konden met genoegen eonstateeren dat de regie vav den heer H. Slikker ook nu weer het stempel van deugdelijkheid aan den naam der Vereeniging heeft gehecht. te volgen? Wees gerust, we zullen haar weder vinden, zonder haar na te loopen en ziedaar juist de heeren; het uur van den maaltijd zal slaan. Gaan we ten uwent en denken wij aan niets anders dan om een vroolijken nacht door te brengen." En zich tot de genood igden van den hertog* die naderden, wendend, voegde hij er bij„En nu, edele heeren, naar den toren van Nesle." Het feestmaal bij den hertog. De hertog van Palmares gaf dikwerf soupers, en zijne gezelschappen, waarop hij beurtelings de voornaamste jongelingen van dien tijd noo- digds, waren zeer gezocht en geacht- De hertog was een verleidelijk gastheer, hij had veel gereisdj de betrekkingen, welke hij nog onderhield in al de hoofdsteden door hem bewoont} behoorden tot de groote wereld. Men veronder stelde dat hij een ontzaggelijk vermogen "bezat; zijn equipages waren zeer kostbaar en de staat, die hij voerde, getuigde van een rijkdom dien niemand mistrouwde, omdat hij daarbij zoo na tuurlijk was, dat niemand eenig kwaad vermoeden koesteren icon. De vrouwen ontvingen hem met hoogmoed, geen enkele die zich niet door zijne onderscheiding gevleid betoonde... Hel feestmaal was opgedischt in de ruime

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 3