Pierre Seccone AGENDA Rechtzaken SPORT EN WEDSTRIJDEN De Nederlaagwedstrijden van D.T.S. J. V. „Eben-Haëzer" te DÜrkshorn. Agenda voor Zondag 8 Juni van "68 uur. K. Frans, Gew. Gesch. 54, „De Tempeldienst,". 8j. Geertsma, Vaderl. Gescli. 12. „Dje stempe ling van ons volkskarakter". Ger, M.V. „Laat ons goeddoende niet vertragen". DSrkshorn. Agenda voor Vrijdag 6 Juni a.s. M. Borst, Gel. Bel. Art. 22. Geref. Jongel, Vereen. „Timotheiis" Noord sébarwoude. Agenda voor Woensdag 4 Juni, 7.30 (n.t.) IX Barten, Gel. Bel. les 29 get. „Onderscheid en merkteeken der ware en valsqjie kerk". A. de Ruijgh, M.O. schets 7a, get. „Kerk en Maatschappij". ALKMAAR, VOOR BEN KANTONRECHTER. Zitting van Vrijdag 30 Mei, Ce conclusie was ten slotte: Aftikken. De zaak van den kantonrechter, die nimmer aan debietsgebrek souffreert, was ook heden weer berekend op een druk bezoek, doch slechts weini gen van de pl. m. 75 invite's hadden aan 3e uit- noodiging gevolg gegeven. Aangevangen werd met de zaak tegen den heer P. v. L„ ponsion- houder te Egmond a. Zee, die zich op den twee den Paasehdag had verstout in gezelschap van zijn dochter en een microscopisch smoushondje een wandeling te maken op liet streng verboden: Bosch en Duin terrein van Jhr. Six, welke heer door het aanbrengen van een aantal borden had kenbaar gemaakt, dat de aanwezigheid van on bevoegde wandelaars hem niet aangenaam noch welgevallig was. De jachtopziener de Winter, plichtsgetrouw ambtenaar, had de aanwezigheid van den heer v. T. op ontoelaatbaar terrein' gecon stateerd en proces-verbaal opgemaakt. Gelukkig had de heer v. L'. door een goeden geest gedreven, het duo decimo smoushondje telkens teruggeroepen, anders had hij ook nog een bekeu ring opgeloopen wegens overtreding van ee;n des betreffend artikel der jachtwet, De heer v. L„ die de vorige maal een artistiek1 uitgevoerde situatiekaart had overgelegd en zich had beroepen op het ontbreken van een verbods- aanduiding, moest echter thans, na verhoor van den verbalisant, erkennen dat zijfn gedocumenteerd verweer niet sterk genoeg werd bevonden om hem straffeloos te doen heengaan en volgde veroor deeling tot, f2 boete of 2 dagen hechtenis. De heer v. 3. gaf zijnerzijdsch de plechtige belofte wel te zullen oppassen, zich in 't vervolg op de eigendommen van Jhr. Six te vert.oonen, zoodat dienaangaande geen bezorgdheid behoeft te wor den gekoesterd. Een wat al te gevoelige kerkgangster. De chauffeur van een autobus, de heer A. W. te Egmond aan den Hoef stond 14 dagen geleden terecht als verdacht in den avond van 4 April mej. Joh. Lief tink, die uit de kerk komend, stevig gearmd met haar zuster Lucia op den Heerenweg wandelde, door zijn onvoorzichtig rij den bijna te hebben aangereden. De zaak was 'na ontkentenis van den heer W. aangehouden tot nader onderzoek, en thans werd nog als getuige gehoord de autobuspassagier J. de Groot, die verklaarde niets abnormaals te hebben opgemerki Hij beschreef voorts den verdachte als een be kwaam en voorzichtig rijder, terwijl de politie verklaard had dat W. gewoonlijk snel maar goed reed. Waar voorts niets meer in het nadeel van den chauffeur naar voren gebracht kon worden, bleef er van het schuldbewijs niets over en werd de heer W. dan ook met algemeene stemmen vrij gesproken. Twre grijze veteranen van de rijwielbrigade in 't gedrang. Tijdens een druk en nog door aan den weg staande afgeladen wordende automobielen, hand karren, und so weiter werd de 52-jarige heer KI. Ambagtsheer, winkelier te Alkmaar op de Bier kade met zijn rijwiel weggedrongen door een achterop rijdende auto weggedrongen, waardoor hij in aanraking kwam met den 64-jarigen fabri kant P. v. Maarleveld, die terzelfder hoogte naast hem fietste. Het. gevolg was dat Ambagts heer zich staande wist te houden, doch dat de heer v. Maarleveld met zijn rijwiel tegen een aan den weg staanden auto viel en zich de hand bloedend verwondde. Bewuste chauffeur, de 26- jarige heer O. v. L., die was doorgereden, werd 50) XIV. Op liet station. Die woning was ongeveer honderd meter van liet spoorwegstation gelegen onlangs gebouwd en had. nieman.l nog dan Mousseline tot. bewoon ster gehad. Gerome nam liet huis in ^ogenschouw, en zag een verlicht venster op de tweede verdieping; hij vermoedde dat daar de kamer der jonge vrouw moest zijn, en liet daarop oen gillend fluiten hooren, dat in de stilte van den nacht klonk. Schier terzelfder tijd hoorde men op verren afstand en als een jammerkreet door den echo der vallei teruggekaatst, weder scherp en langdurig fluiten op den spoorweg. „Verduiveld!" zei de landlooper, „het schijnt dat het tijd was de anderen zijn niet ver en 'tis geen zaak hier te'lantervanten." Bij deze woorden opende zich de deur van het huis en een man trad op 'het trottoir. 'tWas de dokter. Bij het gaslicht merkte Gerome op dat hij doodsbleek was en zijn blik iets angétigs, dwa- lends had. „Goed, goed!" zeide hij terstond, „wij weten wat dit zeggen wil," later door den heer Ambagtsheer over het ge beurde aangesproken en daar deze conferentie een niet bepaald vriendelijk karakter droeg, werd besloten den strafrechter in de zaak te mengen. De heer v. L. stond nu terecht en ontkende ten stelligste door zijn roekeloosheid oorzaak te zijn geweest van 'de ontstane verkeersverwarring De twee oude heeren reden naast elkander, (welke „methode de kantonrechter 'n „pest" voor den automobilist noemde). Hij had een aantal meters achter hen gereden en toen eindelijk het goede oogenblik gekozen om voorbij te komen. Vermoe delijk was 'de heer Ambagtsheer toen opgereden tegen v. Marleveld, met "het hierboven door ons gereleveerde onaangename gevolg. Door de wiel rijders werd evenwel volgehouden, dat de chauf feur de oorzaak was en bovendien nog minder bejeefd was opgetreden, "toen hem op zijn on voorzichtigheid was gewezen. Ontkend werd voorts door de getuigen, dat zij opzettelijk en geregeld naast elkander zouden hebben gereden. Waar echter weinig overeenstemming werd ver kregen en beide partijen onwrikbaar bij hun onderscheidene verklaring van het gebeurde ble ven volharden, werd het noodig geacht, naar nieuwe getuigen om te zien en de zaak alzoo voor onbepaalden tijd aangehouden. Een schuldbewuste houding, die een goeden indruk maakte. De 48-jarige heer Gomelis B., landbouwer te Heiloo, was op Zaterdag met zijn voor een bak- wagen gespannen schimmel naar de stad geredenj, doch maakte, toen hij te Alkmaar van Ren Hei- looërweg het Kennemerpad wilde inrijden bij dien bocht een tegen de verkeersregelen indrui- sehende manoeuvre, omdat hij in de bocht een handkar wilde voorbij rijden, wat altijd ten strengste verboden is. Hij kwam hierdoor met schimmel en voertuig op 'het linker weggedeelte en reed toen den heer Jac. Koenmans zoodanig aan, dat deze met zijn rijwiel onder den wagen geraakte. Gelukkig werd de heer K. zelf niet noemenswaardig, doch zijn rijwiel duchtig be schadigd. De heer B. overtuigd van zijn schuld, liet zich niet onbetuigd en maakte geen be zwaar de materieele schade geheel te vergoeden. Ook 'thans, nu hij terécht stond, beleed hij rui terlijk zijn zonde tegen het verkeer, welk mea culpa den kantonrechter "zoo gunstig stemde, dat hjj den heer B. ter zake deze inderdaad zeer ern stige verkeersovertreding, slechts f 15 boete of 15 dagen oplegde. Een braai' gezinshoofd, dat zijn kinderen gepast Zondagsvermaak verschafte, op den bon geplakt. De 46-jarige heer J. de Sm., groentenhandelaar te Velzen, bezigt op zon- en feestdagen zijn be drijfsauto als genotmiddel om zijn talrijk gezin een genocgelijken dag te verschaffen tegen den minsten kostprijs. Hij rijdt zijn uitgebreide kin derschaar naar iedere plaats in den omtrek, waar natuur of kunst iets te genieten geeft. Dan is de reis eens naar Amsterdam, ten einde een be zoek te brengen aan Artis, een andermaal en wel op 24 April reed de heer 8. met zijn, open vraclitauto, waarop eeiiige'ledige kisten als fau teuils naar Alkmaar. Zijn passagiers bestonden uit zijn vele kinderen, benevens zijn vrouws zus ter met haar spruiten, zoodat hij gevoegelijk kon zingen: ik heb m'n wagen, vol geladen, vol met, kleine kleuters. Enfin, de bemanning be droeg in totaal 10 personen. En hij moest daar mede Limmen, de gevaarlijke zóne passeeren. Want eer marcheert een olifant in den paradepas door het oog van een stopnaald, dan dat de waar dige. gem.-veldwachter aldaar een verkeersover treding ongerelateerd zou laten. En een verkeers overtreding was, want een groentenauto is niet ingericht voor personenvervoer eh was evenmin als zoodanig goedgekeurd, zoodat een procesver baal volgde en de goede groentenhandelaar te recht stond, zijn ontstemming getuigende over het eontrasteerende feit, dat hij, als zorgzaam huisvader, zijn kinderen van ongeoorloofde ver maken afhoudend, tot helooning werd opgeknapt met een dagvaarding. Hij beschouwde het op treden der politie als het zoeken van spijkers op laag water, 'doch de ambtenaar beduidde hem dat de wet verbiedt het vervoer van meerdere personen in een daarvoor niet bestemd rijtuig, niet voor dit gebruik goedgekeurd en adviseerde den heer de S., zich alsnog een dergelijke goed keuring te verschaffen om zich verdere moeilijk heden te besparen. De eisch was f 10 boete of 10 dagen, doch de kantonrechter wil het vraagstuk nog eens bestudeeren en zal over 14 dagen schrif telijk vonnis wijzen. Het lot viel weer op Jonas. In gezelschap van een vijftal gezworen kame raden, peddelde in den nacht van 21 op 22 April, na rijkelijk in de metropool van 40 plus genoten Paasch-amusementen in bioscopischen, dansryth- misehen en vloeibaren vorm, de 23-jarige land bouwer, Cornells A., naar de plaats zijner inwo- „Hoe! wat wilt ge?" stamelde Benoit. „Langs deze zijde, en niet gedraaldO, voor een geneesheer schijnt ge weinig kordaatheid te bezitten." En hij trok "hem naar het station. (Waarheen vroeg de dokter. „Pat zult ge wel zien," antwoordde Gerome, „voorshands moeten we "de reizigers van Parijs de revue laten passeeren. Onze man moet er bij rijn..." „Welken man?" „Waarachtig, ge zijt de kluts kwijt, laat je daarom leiden en volg- mij." „(Maar „Stil Een coupé wier twee lantaarns de duisternis met een schitterenden lichtstraal doorboorden, reed hen voorbij op "dit oogenblik' en kwam op het stationsplein. Gerome verhaastte zijne schreden. Het portier der coupé werd geopend' en hij zag er een jongen man uitkomen, die terstond in de vestibule verdween. „Ik was er zeker van," mompelde de landloo per, „hij is 't." „(Wie hij vroeg de dokter. „Wel, Raymond, hij komt zijn vriend,., Hector, die van Parijs arriveert, tegemoet." „Wat is hij daar gaan doen?" „B-at zullen we waarschijnlijk vernemen." De trein was aan 't perron gekomen, de reizi gers waren uit de wagens gestapt en verwijder den zich door al de uitgangen. Gerome stond terzijde en sloeg alles gade. Weldra zag hij dan ook H-ector naderen, en achter hem Raymond in gezelschap van een der- ning Heiloo. Helaas, op den Kennemerstraatweg gaf -zijn rijwiellantaarn onverwacht den geest, juist op het ongeschikte moment, dat een ver keersagent, geduldig wachtend op de dingen die komen zouden, het onverlichte karretje van Cor nells in de gaten kreeg. Zijn vijf medegezellen konden ongehinderd over de grens komen, 'doch Cornelia was, zoo men het in de beeldspraak1 des volks noemt, de pisang of de sigaar. Heden te recht staande, werd hem f2 boete of 2 dagen opgelegd. De kantonrechter was zoo vriendelijk aan te nemen, dat de lantaarn juist op het cri- tieke oogenblik den dienst had geweigerd. Een weinig schitterend debuut als chauffeur. Op 121 April, 2en Paasehdag en Alkmaarsche motorraces, welke festiviteiten gewoonlijk samen gaan, bevond de 67-jarige, maar uiterst krasse en uitstekend geconserveerde oud-journalist, de heer Teeuwis Engel, wonende te Wijk aan Zee, zich in een pieremegoggeltje, 'n meer vertrou welijke uitdrukking voor een eltroënduozitter, op den straatweg nabij het Woud, gem. Bergen, toen zijn Ruozittertje op grond van benzinegebrek geen kracht vond de thuisreis naar Wijk aafn Zee voort te zetten, mitsgaders de heer Engel, vleu gellam geslagen, zijn wagentje ter z'ijde van den weg liet staan en een dienstvaardig joggie uit stuurde om wat benzine op te duikelen. Inmid dels echter kwam eensklaps een vrachtautomo biel, waarin, behalve den chauffeur, een aantal vroolijke jongedames waren gezéten, pardoes in rijden op het hulpelooze pieremegoggeltje van den heer Engel en werd een spatbord als een speelkaart omgebogen. De verwekker van dit onheil gaf de schuld aan den smallen weg, doch uit zijn onhandig gescharrel bleek duidelijk dat hij de kunst van autorijden nog lang niet machtig was. Op de vraag van den heer Engel, naar zijn naam gaf hij op te zijn Jan Eere, doch de heer E. was zoo vrij ook het nummer 4702 te noteeren, waarop de in de auto zittende jonge dames, eens klaps collectief uit de auto sprongen en het ha zenpad kozen. De heer E-. kwam door die plotse linge en komische vlucht tot het idee, dat er iéts met ien mijnheer Jan Eere niet in den .haak was en zijn vermoeden bleek juist, want hij bleek to heeten W. Sch., woonachtig te Egmond a. Zee, was niet in het bezit van een geldig rijbewijs en maakte met zijn den dood niet vreezend vrouwe lijk gezelschap, een soort van proefritje, wat hem evenwel wonderslecht bekwam, daar hij heden werd veroordeeld tot f30 boete of 30 dagen, f15 boete of 15 dagen en werd aan den heer En gels diens schadevergoeding ten bedrage van f 28 toegewezen. Die juffrouw mag wet een üenrittenboekje nemen, dat is misschien voordeeliger. Onlangs verscheen voor den kantonrechter ter zake overtreding van het winkelwerktijdenbesluit mej. Koosje v. Dijk, onderneemster van het be kende eouponhuis te Alkmaar. Het bleek toen dat. een onjuiste datum in de ambtelijke stuk ken was vermeld en werd de juffrouw, nadat ile zaak tweemaal onder de aandacht van den kantonrechter was gebracht, wegens gebrek aan bewijs vrijgesproken. Daar liet. echter de bedoe ling was een principieele beslissing uit te lok ken, liet. mej. v. D. zich opnieuw calanceeren en zou heden die zaak wederom behandeld wor den, doch vreemd genoeg was ook' nu den, verbali sant niet gedagvaard en kon niet tot een rechter lijke uitspraak worden overgegaan, zoodat de zaak maar weer werd uitgesteld tot a.s. week, teneinde den verbalisant te hooren. Het betrof hier de kwestie dat mej. v. Dijk een winkeljuf frouw liet arbeiden voor 2 uur n.m., 'terwijl de arbeidslijst aangaf, dat die arbeid eerst te 2! uur mocht aanvangen. Mej. v. Dijk beweerde even wel, dat zij voorgelicht door een toelichting en handleiding betreffende dit winkelwerktijdenbe sluit, zelf op de lijst het aanvangsuur op 1 uur had gesteld, doch dat de politie, tegen haar uit- drukkclijken wil en wenseh tijdens haar afwezig heid dit weer had veranderd in twee uur en hier mede wenschte zij niet accoord te gaan. Mej. v. Dijk overlegde de desbetreffende handleiding en de kantonrechter gelastte aanhouding tot a.s. week, teneinde den verbalisant te hooren. D. T. S. 1—Hollandia 1. 2—7. Deze ontmoeting vormde wel een groote te genstelling met die van Re vorige tegen Alrmaria JEvenals toen kregen de Deetjes ook nu weer een groote nederlaag te slikken. Maar werd van Alcmaria met eere verloren, geheel anders was dit tegen Hollandia het geval. Men liet zich nu willoos slachtofferen. Geen zweem van eenig en thousiasme noch van een stug willen was er te bespeuren. Met alsdien al de nare gevolgen er van. Wat is een D;.T.8.-elftal, wanneer het niet door enthousiasme geschraagt wordt? Tegen te genstanders als 't slag van Hollandia moet men het immers daarvan hebben, daar D. in vele op zichten bij dergelijke elftallen in speltechniek nog ten achter staat. Slechfs in de laatste min. van de eerste helft kregen we een slap aftreksel van het spel gelijk aan dit tegen Alemaria te zien, met als direct, gevolg 2 doelpunten. De rust ging toen in met 32 voor de Hoornschen, en aangezien de Deetjes nadien den wind in den rug kregen,i was men met recht hoopvol gestemd. Maar al spoe dig hielpen de spelers ons uit den droom. Wel domineerden de Deetjes, met behulp van den straften wind, de eerste 10 minuten, maar men speelde zoo onbenullig, en zonder eenig gebruik der hersenen, dat de Hoornschen al gauw dit klungelachtige spel den kop konden indrukken en zich meester van het terrein wisten te maken, en na een kwartier daardoor de leiding ver- grooten. Wie nu dacht dat D. zou aanpakken, had het mis. Met een halsstarrigheid, een betere zaak waarcj^g, bleef men in het doelloos getrap volharden, een kolfje naar de hand van gerouti neerde tegenstanders. Bovendien was Kansen zeer onbetrouwbaar en maakte weer eenige akelige blunders, waarvan de resultaten niet uitbleven, terwijl een De-speler zoo nu en dan eens sarcasti sche opmerkingen aan het adres van zijn doelman toewierp. Sommigen mogen hierom lachen, wij keuren dit af, daar dit alles behalve bevorderend is voor den goeden geest. We aarzelen dan ook niet met te zeggen, dat men deze nederlaag geheel aan zich zelf heeft te wijten, en men kan nu zoo'n beetje nagaan wat voor een „genotvollen"middag men de D.- aa.nhangers weer heeft bezorgd. Met ergernis hebben we dezen wedstrijd ge volgd, en ware 't niet dat we 't vertrouwen had den, dat men in 't vervolg de D'.-aanhangers voor dergelijke onpleizierige ontmoetingen zal bespa ren, we zouden weinig lust gevoelen om dan nog van dergelijk onbenullig ge-voetbal der Deetjes een verslagje te maken. Dte wedstrijd. Een fiksche regenbui, die eenigen tijd voor den aanvang neerplaste, had het terrein zeer glib berig gemaakt. Hollandia heeft 1 invaller. D.T.S'j. mist Kos. waarvoor de oud-speler T. Ilermsen meesepelde. D. begon met 10 man, daar Kroon niet aanwezig was en die eerst na geruimen tijd het elftal completeerde. Direct na- den aftrap zig-zagde de H.-voorhoede door de D .-verdediging en nam binnen de minuut de leiding. H. bleef domineeren en al spoedig volgden nog een 2-tal doelpunten. Als Kroon, dan verschijnt weet D. geleidelijk het spel wat te verplaatsen, maar de aanvallen zijn door hun futloosheid ongevaarlijk. H. bracht er in deze periode ook weinig van terecht, en scheen haar kruit reeds verschoten te hebben. Zoo blijft het spel op en neer gaan, als D:. dan plots eenige .min voor de rust een-opleving krijgt. Kuiper rent, op de II.veste af, een duel ontstaat en een der H.- spelers schiet tegen JKuipers' been, waardoor de bal in 't net vliegt. Onmiddellijk daarna weer een snelle D.-aanval. De H.-linksback, met Eecen op z'n hielen, wil in zijn benauwdheid corner trappen, maar schiet in plaats daarvan regelrecht iu zijn eigen doel. Zoo kreeg D'. dus op goed- koope wijze ineens 2 doelpunten. De tweede helft, was wel de slechtste. Aanvankelijk zijn het de Dieetjes, die domineeren, maar men speelt zoo ondoordacht, dat de H.-backs gemakkelijk ieder gevaar kunnen afweren. Een prachtkans op den gelijkmaker wordt door Hermsen naast gescho len. Met de enkele verre schoten weet de H- doelman wel raad. Een kwartiertje duurt dit spelletje zoo. H. ziet dan in, dat de Dieetjes, ondanks het bondgenootschap met, den straffen wind, weinig gevaarlijk zijn, en langzamerhand maken zij zich meester van het terrein. Kansen laat, ee nhoudbaren bal dan onder zijn handen doorglippen. In plaats dat dit D. tot meerdere activiteit prikkelt, blijft men doelloos heen en weer trappen, en spant men zich in 't geheel niet in om den achterstand in te halen. H. 'onder vindt steeds minder tegenstand, en aanval op aan val wordt ondernomen. Het dient tot hun eer ge zegd, dat zij van 'de lusteloosheid der Deetjes goed partij trokken, en daar ook Kansen het wel geloofde, volgden de doelpunten elkaar regelma tig op. Een ieder was dan ook blij, dat scheids rechter Peper eindelijk inrukken blies. den persoon, dien hij niet terstond herkende. Maar toen de drie jonge mannen de eoupér ge naderd waren, en het volle licht op hen viel, maakte Gerome een veélbeteekenende beweging en wendde zich haastig tot den dokter. „(Wat is er?" vroeg deze. >J0, ge vermindert, dokter, en ge moet zor gen fiks te blijven," antwoordde de landlooper. ,(Kijk naar de coupé herkent ge hem. die er bii staat?'" (Hector, en iets verder Raymond Aehl God!" „Ge kent den andere, niét waar „Ludovic Malon?" „Ja, den jongen student van Clamart! Ge hebt er den tijd toe genomen, maar éindelijk' ge vonden." „Waarom zijn zij dien man gaan halen?" ,?Dat is liet juistde partij is begonnen, en wij naderen de ontknooping Dit zeggende sloeg de landlooper den dokter met de grootste nieuwsgierigheid gade, en hem ziende verbleeken, kon hij zich niet weerhouden in een schaterenden lach los te barsten. ,?lk zie dat ge niet in uw gewone gesteldheid zijt, dokter." zeide hij op spottenden toon. „Ge vreest dat, het uw confrère in het hoofd komt Mousseline een bezoek te brengen, en dat hij ont dekt wat er meer is. Welnu, wees gerust, ge hebt nog twaalf uren tijd." „Om wat te doen?" vroeg Benoit ontsteld. „Om een einde aan je doodsangst te maken." „Door welk middel?" De landlooper trok de schouders op. De nederlaagwedstrijd van het 2e werd met de rust wegens den hevigen regen gestaakt. De stand was toen 3—0 in 't voordeel van West- Frisia 3. „pa naar huis, als ge zoo goed wilt zijn," antwoordde hij„zoodva we in het hotel „Die gouden am" zijn, kunnen we op otis gemak praten, en ik zal je mijn zienswijze, zeggen, ten aanzien van 't geen gedaan moet worden. Gaat ge mee?" „Welaan," antwoordde de doktor. Inmiddels had Raymond aan Ludovic Malon en Hector voorgesteld hem naar het hotel des Roehès-noires te geleiden; maar toen zij in het rijtuig wilden stappen, bedacht Hector zich en nam Raymond ter zijde. „i'Een woordje," zeide hij haastig, ;,hebt ge Medina gesproken?" „Hedenmorgen," antwoordde Raymond. „En wat, heeft hij u gegeven „Al uw papieren." „Dus "ben ik vrij, mijn eigen meester en ge zult niet 'boos op mij zijn,, als ik mij idoor Ricordi laat dooden?" Raymond maakte een verwijtend gebaar. „Maar wat is dan uw gedachte?" vroeg hij. „Mijn gedachte is klaar als water. Naar het) ho tel rijdend zet ge mij aan de deur van'het Casino af. Daar zal Ricordi zijn. Ik g abinnen. ïlc geef hem een knip op zijn neus of een oorveeg om hem te doen duizelen, en neem weder plaats: in uw rijtuig." „Maar ge gaat een duël zoeken," zei Raymond. „Ik hoop ld at ge mij genoeg acht om er niet aan te twijfelen."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 4