Pierre Seccene
Doorzitten
PURI
Rechtzaken
Doorzitten bij wielrjjden
i verzacht en geneest men met
D009 80, 60, tube 80 ct.
ARROND L'S'iSEME N TBRECiHTB ANK
Meervoudige strafkamer.
Uitspraken van Dinsdag 24 Juni.
J. F. IJ. 8. Warmenhuizen, "verduistering bij
de Posterijen, vrijgesproken.
W. G. F. Rotterdam, voorheen Bergen, verduis
tering in dienstbetrekking 4 maanden gev. voor
waardelijk met 3 proefjaren.
Kr. B. Egmond aan Zee, Jb. Z, Alkmaar en
jS. B. DIJmuideu, diefstal ieder f 25 boete of
25 dagen met schadebetaling.
H. J. P. 8. Warmenhuizen, gedetineerd, misdr.
brt. '249 wetb. v. strafr. 1 jaar gev. voorw. met
'3jaar proeftijd en ambtsontzetting voor den tijd
van 6 jaar.
A'nth. d. J. Petten, gedetineerd, misdrijf art.
247, wetb. v. strafrecht, nieuw onderzoek gelast.
VGOR DEN POLITIERECHTER.
Zitting van Maandag 30 Juli.
Het moede hoofd aan den boezem des Politie
rechters neergevleid.
Den te Dirkshorn welbekende en thans te Alk
maar vertoevende oud dorpsgenoot Joh. D., die
den electrieien v. d. Sluis schriftelijk had belee-
digd, werd thans aangezegd dat hij tot f 50 boete
o f50 dagen werd veroordeeld, gaf thans nederig
te kennen, zich bij dat vonnis neer te leggen en
te zullen trachten de benoodigde gelden bijeen te
brengen.
Bat baasje moet zich niet verbeelden ook
met den Politierechter de kachel te
kunnen aanmaken.
Bte heer Joh. W;., een 19-jarige slachtveever
delger uit Grootebroek had in den nacht van 18
op 19 Mei den gemeenteveldwachter van Boven
karspel op een gruwelijke manier door het' ma
ken van burengerucht en persoonlijke hatelijk-
hede nde dampen aangedaan en het ten slotte zóó
versierd ,dat Keij zich verplicht gevoelde hem
in te rekenen en hem ter correctie voor den bur-
gemeoester te brengen. Ons slagertje had zich
duchtig tegen het voornemen van den veldwach
ter verweerd en was gedurende de worsteling
tegen een ijzeren, hek terecht gekomen, 'waardoor
hij werd verwond, wat hij natuurlijk, nu hij
terecht stond, op de boterham van den veldwach
ter wou schuiven.
Het bleek echter maar al te zeer, dat Hannesie
een rare snijboon is, die heel wat, meer boemelt
dan goed voor zijn reputatie is. Be politierechter
wilde dan ook trachten dit drukbespraakte dorps
heertje wat meer orde en regelmaat bij te bren
gen en zal den heer Wiggers een onderzoek doen
93)
Ludovic Malon sloeg hem met de innigste be
langstelling gade. Het was alsof hij een deel der
gevoelens ,die Raymonds hart bewogen, door
grondde en of ook hij bekend was met, het geheiin
der kassette.
Eindelijk maakte Raymond een driftige bewe
ging, en, zijn aarzeling overwinnend, brak hij het
cachet en opende de zwarte enveloppe.
Maar hij had zelfs den tijd niet een blik op den
inhoud te werpen, want in hetzelfde oogenblik
werd de deur geopend en Salome trad binnen.
Haar gelaat glimlachte en haar komst was
Raymond zeer aangenaam.
Salome!" riep hij haar toe, ,,wie zendt u tot
mij en hoe is 't met mijnheer Guillemot?"
,J0 mijnheer Guillemot is de gelukkigste va
der," antwoordde Salome; „maar hij zendt mij
niet tot u."
„Wie dan?"
,:De jonge juffrouw de jonge juffrouw, is
volkomen hersteld, zij heeft zoo even een'lang
gesprek met mijnheer Guillemot gehad, en tenge
volge van dat gesprek verlangt zij n eenjge
oogenblikken te spreken."
Haastig stond Raymond op.
„.O ik kom oogenblikkelijk,antwoordde hij
Vervolgens legde hij de open enveloppe 'weder in
de cassette, welke hij sloot en waarvan; hij den
sleutel iu zijn zak stak.
Zich toen tot Ludovic wendende vroeg hij:
„Gaat ge mede, dokter?"
„Neen," antwoordde deze. ,,Mijn tegenwoordig
heid is niet noodzakelijk in dit oogenblik, geloof
ik, en zou misschien hinderlijk kunnen zijn."
„Ban tot later."
„Tot later."
Raymond verwijderde zich haastig.
Op een wenk van Ludovic was SflTomé ge
bleven. „Verlangt ge me te spreken?" vroeg het
meisje den dokter, zoodra Raymond zich verwij
derd had.
„Ja, mijn kind," antwoordde ludovic.
„Wat is er in het huis gebeurd,sedert ik de
jonge juffrouw verlaten heb?"
„(Wel, wat ik gezegd heb."
„Maar heeft de jonge juffrouw geen bezoek
ontvangen
ja."
„Van Germaine, niet waar? Beze heeft lang
met. de jonge juffrouw gesproken?"
,Wie heeft u dat gezegd?"
,/tIs genoeg dat ik het weet. Kortom, na dit
gesprek heeft mejuffrouw Irene mij willen spre
ken. "Bat is alles wat ik weten wilde en nu kunt
ge naar huis terug keeren. In den loop van den
avond zal ik komen hooren of er iets nieuws is."
Inmiddels had Raymond in nauwelijks tien
minuten den weg afgelegd naar Guillemot's huis
en deed hij zich bij Irene aankondigen.
Do jonge zieke ontving hem met haar liefsten
glmlaeh.
instellen, welk rapport op 14 Juli zal worden uit-
gebracht.
Viel geschrei nnd wenig wol.
i Een agrarisch heer, met name J. W. B., zou
in den nacht van 22 op 23 Mei getracht hebben
met duivelsche boosheid de gemeenteeigendom
men van Schagen een onberekenbare schade toe
te brengen door het afbreken van een lijst van een
kastje, welk kastje het was, weten wij niet pre
cies, misschien wel een publiciteitskastje, doch
in ieder geval geen nachtkastje, daar de ge
meente, voor zoover bekend, deze nuttige meubel
stukken niet voor Jan en alleman beschikbaar
stelt. Het geval, medegedeeld en nader toege
licht door den goeden veldwachter van Haaren
werd nogal niet ernstig opgenomen en de heer
B. veroordeeld tot den spotprijs van 100, centen
boete of 1 dag te waskip in de villa van moeder
Justitia. i
Simon dacht dat het zoo maar gïngw
Een inboorling van gedroogde Scharrenburg,
oftewel Egmond aan Zee, meneer Simon V. had
zich in gezelschap van zijn broeder Kees en an
dere jachtliefhebbers op 17 Mei bezig gehouden
en werd op het Zeestrand onder Schoorl, niet be
paald tot zijn uitbundige vreugde, aangehouden
door den rijksveldwachter Wouda, die zich in
't bezit wilde stellen van de buitgemaakte meeu
weneitjes. Simon was echter niet edelmoedig ge
noeg 'n ander te gunnen, wat hem werd onthouden
en gooide hij baldadiglijk de eieren kapot. Hier
door maakte hij zich echter schuldig aan een straf
baar feit, wat hem heden door het opleggen van
f 15 boete of 15 dagen terdege werd ingepeperd.
*n Gezellig ventje voor de conversatie.
Die stucadoor M. H., geruimen tij deen nog al
geruchtmakend burger der gemeente Alkmaar, is
nu naar elders vertrokken, doch had als souvenir
aan zijn verblijf nog achtergelaten een strafver
volging wegens beleediging, aangezien hij op 27
April een in het Groot Nieuwland wonende ge
huwde dame, zoo geweldig had uitgekafferd, dat
deze gekrenkte vrouw een aanklacht indiende.
De heer M. H., heden ter zitting gedaagd, was
niet aanwezig, doch men was op grond van vroe-
gere relaties voldoende met zijn omstandigheden
op de hoogte om hem tot f 30 piek boete of 30
dagen te veroordeelen.
gebracht.
i Broerlief wensehte ook een deuntje mee
te blazen.
Een broeder van het voorgaande succesnum
mer, de heer Charles H., had zich ook op 'dien
voo rde familie zeer rumoerigen 27 April hevig
opgewonden en gaf daarvan blijk door het pa
neel in de deur van het door de beleedigdle juf
frouw uit de voorgaande zaak bewoonde perceel
in te trappen. Ook deze acteur in 'het Gfroott
Nieuwland-spectakelstuk was niet verschenen,
doch de Politierechter stelde zjjn medewerking
op denzelfden „hoogen prijs" namelijk f 30 boete
of 30 bromdagen.
Biat zal hem wel verleeren, te pronken met
een anders veeren.
Een beoefenaar der edele motorsport uit Pur-
j „Gé hebt mij doen roepen," zei Raymond, „en
ik ben onmiddellijk gekomen."
I „Dank!' antwoordde Irene. „Zet u daar bij
mijn bed en hoor mij, mijn vriend, want het be-
treft ernstige en gewichtige zaken."
Besluit.
j Raymond nam de hand welke Irene hem reikte
en bracht ze teeder aan zijne lippen.
Vervolgens zette hij zich bij het meisje neder.
Een levendige blos bedekte Irene's wangen,
en zacht haar hand uit de- zijne nemende,
sprak zij:
i „Zooeven heb ik een lang gesprek meti mijn
vader gehad, en tengevolge daarvan heb ik' u
doen roepen."
i „IZou uw vader zich verontrust hebben over
mijne tegenwoordigheid bij u in dezen nacht
j. „Mijn vader," antwoordde Irene, „verlangt
niets anders dan mij gelukkig te ziem en heeft
naar de oorzaak gevraagd, die u aan mijn bed ge-
voerd had."
i „En wat hebt ge geantwoord
„Ik heh hem de waarheid gezegd, en hem be
kend dat ik u beminde, daarbij voegende dat. ik
geloofde dat gij niet onverschillig jegens mij
j waart."
i Raymond nam weder de hand die zich zooeven
verwijderd had, en bedekte ze met hartstochtelijke
kussen.
,.Ik bemin u!" zeide hij geheel opgetogen „mijn
leven is voortaan aan het uwe gehecht, zooals
mijn geluk innig aan uwe liefde verbonden' zal
zijn. „Maar nu wensch ik mijnheer Guillemot te
1 zien onx hem te zeggen....'
„Later zult ge mijn vader spreken," viel Irene
hem in de rede; „en als iRu de aanmerkingen
heb medegedeeld welke hij aanvoerde."
„Welke aanmerkingen
„Na mijne bekentenis was het natuurlijk dat
men mij vroeg of ik u kende wie; ge waart
kortom tot welke familie ge behoordet."
1 Bij deze woorden bewolkte Raymond's voor
hoofd zich. Maar Irene hield zich alsof) zij het
niet zag.
„Ge begrijpt," voer zij voort, „dat ik mij bij
die vragen in verlegenheid bevond, en ik' zou
waarlijk niet geweten hebben, wat te antwoorden,
indien niet. op dat oogenblik juist een bezoek was
gekomen, 'twelk mij gelukkig uit mijne verlegen
heid redde."
„Welk bezoek?"
„Een vrouw."
„Haar naam?"
„Germaine."
„Wat wilde zij?"
„Ach zij was zeer bedroefd," antwoordde Irene,
„men had haar het vreeselijk einde van den her
tog van Palmares, dien zij gekend en bemind
had, verhaald en nu ging zij de wereld verlaten
om het overige harer dagen in een ongenaakbare
eenzaamheid door te brengen."
„Heeft zij u dat gezegd?"
„En zij weende daarbij. Maar zij sprak) ook
medreutel, met name Dirk M., trof het' op 18
Mei al miserabel slecht toen hij te Alkmaar op
den Bergerweg werd gecontroleerd door den ver
keersagent Volbeda, die dan ook weldra consta
teerde, dat mijnheer M. zich bediende van een
nummerbewijs d.d. 1922 ten name van K. Schuf-
fel te Purinerend. Het bleek dan ook na onder
zoek, dat deze heer Schuffel, na verkoop* van
zijn motor, het nummerbewijs had geschonken
aan mijnheer M-, die uit zuinigheidsoverwegin
gen het nu niet noodig had geoordeeld een ander
document aan te vragen. Het bleek achteraf
echter een nadeelige speculatie, daar de econo
mist heden tot f 10 boete of 10 dagen werd ver
oordeeld.
Van een lammen herbergier, maakt de
drank soms een verscheurend dier.
Be 43-jarige caféhouder Gerrit L. uit Zijde-
win^, maakte in den nacht van 5; op 6 Mei te
Heerhugowaard een kérmispretje mede, dat hem
vermoedelijk lang zal heugen. De anders altijd
nuchtere en ordelijke man, was toen in het café
van den heer Overtoom onder den invloed van
sterken drank geraakt, wat verderfelijk scheen te
werker, op zijn goede stemming en hem opwekte
tot twistzucht met gevolg dat hij een; medebe
zoeker, den heer Aric Pancras, uit Harenkarspel
een geduchte watjekou in het gelaat toebracht.
Eiv daar de heer I.. licht van naam, maar zwaar
van hand is, had Arie van deze opstopper ru'ira-
schoots zijn bekomst. De caféhouder stond heden
voor dez emishandeling terecht, niets ontkennende
omdat hij beslist niet meer wist wat/ hij dien
juicht, en dat was heel wat, had uitgespookt.
Gelukkig voor hem werd evenwel aangenomen,
dat het een onzalig moment, waarin hij door de
genade was losgelaten, gewees't was, zoodat in,
dit geval slechts tot f 15 boete of 15 dagen werd
veroordeeld.
Verdere heldendaden zau een zwaar beneveld
kermisbezoeker.
Ter zelfder gelegenheid als in de vorige zaak
gereleveerd, had gezegde heer Gerrit L. zich
ook met groot geweld verzet tegen de aanwezige
rijkspolitie, die het op grond van zijn door dron
kenschap verwekt onordelijk gedrag tot last van
andere aanwezigen, noodig oordeelden hen uit het
café te verwijderen. De man was dien nacht zoo
de kluts kwijt geraakt, dat hij in zijn roes ook
nog een broeder van den door hem mishandelden
Arie Pancras in het water had geworpen. Voor
dit feit stond hij echter niet terecht,; wel voot
de. wederspannigheid en werd vader Gerrit, om
hem een heilzame afschuw in te boezemen, voor
ee nzijn ondergang tot- oorzaak hebbende onmatig
heid, mede op grond van zijn gunstig! verleden,
voorw. veroordeeld tot 1 maand, met 3f proef
jaren, zonder oplegging van bijzondere voorwaar
den. De veroordeelde toonde zich zeer tevreden
met deze clemente behandeling en nam met beide
vonnissen direct genoegen.
Bij melk en wijn, moet men met| spoeling
spaarzaam zijn.
De melkvee-exploitant Jac. H. te Venhuizen
had op 8 Maart aan den melkventer A. Braak
man volwaardig uiersap afgeleverd, dat echter
door toevoeging van water niet in kwaliteit was
verbeterd. Het bleek' later dat moeder de vrouw
over u, zij zeide mij wie ge waart en dat de
vorst Karpales voor te sterven aan zijn klein
zoon zijn goederen en titels had gelegateerd. Dal
heeft zij mij gezegd, mijn vriend en nog meer."
jWat nog?"
„Ge vergunt mij u alles te zeggen, niet waar."
„Ik' verzoek 't u."
„!Zelfs zoo ge in mijne woorden een gevoel
mocht vinden, dat ge kondt berispen?"
„'Hoe
Irene schudde zacht het hoofd.
„Och," zeide zij, „wat geef ik er om, dat uwe
liefde mij tot vorstin maakt, 't Is geen titel, maar
geluk dat ik u vraag. Djoch toen; ik die dame
naar.uw verleden vroeg, antwoordde zij mij; dat
in uw bezit een cassette was 't welk al de ver
borgenheden van uw leven bevatte, en
Raymond ontroerde en fronste de wenkbrau
wen. „Maar welk belang?..." zei hij in ver
warring.
„Dat weet ik niet."
„Zij heeft u tenminste gezegd van welken aard
die verborgenheden .waren
Irene bloosde, en antwoordde:
„Neen, dat heeft zij mij niet gezegd, en waar
om 't. te verzwijgen? dat is 't juist wat mij be
angstigt."
„Wat zegt ge?"
„O; ge hebt mij vergund openhartig te spreken."
„Zeker!" j f
„Welnu, hoor dan, Raymond, en vergeef het
mij. Deze dame was zeer achterhoudend met. haar
niededeelingen, en dat griefde mij. Waarom heeft
zij. mij niet alles gezegd? en wat kan in de cas
sette zijn dat ge mij zoudt willen verbergen?"
Raymond maakte een gebaar van verwondering
en zeide op een toon van zachU verwijt:
„Welke gedachte kan in u ontstaan zijn zoudt
ge misschien
„Jaloersch zijn-? zeg het maar, welnu ja„ dat
ben ik, wees daarom niet boos."
„O, ge zijt mijn eerste, mijn eenige geliefste."
„Dian zullen we te samen de papieren lezen,
die in de cassette zijn."
„Maar
„Ge aarzelt!"
„Neen! neen! maarversta mij. Wat de cas
sette bevat is een geheim 'dat mij! niet behoort
er is daarin misschien oneer de schande eener
vrouw." i I
Irene scheen een oogenblik na te denken. Ver
volgens hief zij plotseling het hoofd op.
„Welnu," zeide zij, „er is misschien een mid
del om alles te schikken."
„Welk?"
,De papieren waarvan men gesproken heeft,
betreffen het verleden, niet waar?"
„Zekerlijk."
„Welnu, waarom zoudt ge ze dan niet vernie
tigen, indiCn er eenig gevaar in bestaat, dat zij
gelezen worden?"
„En door die handelwijs redt ge de eer eener
vrouw, die door onbescheidenheid gedeexid kon
worden. Meent ge dat ook niet?"
Raymond antwoordde niet. Sedert, eenige oogen-
blikken was een. flauw vermoeden in hem) ont-
de aardigheid had gehad, wat rijkelijk met em-
merspoelsel te werken, doch voor die misplaatste
zindelijkheid moest het hoofd des gezins het ge
lag, bestaande uit f50 boete of 50 dagen betalen.
'Gngewenschte belangstelling in een alleen
wonende knappe jonge weduwe.
In den nacht van 24 Mei werd mej. van B. te
Alkmaar, 'n nog jonge, zeer presentabel uitzien
de en nogal afgelegen wonende weduwe uit haar
nachtrust opgeschrikt door een groot lawaai aan
de voordeur en bleek, dat eenige baldadige jonge
lieden zich allerlei flauwe baldadigheden veroor
loofden en een huiteer, de 18-jarige metselaar
Anthoon K. had zelfs de onhebbelijkheid een
paneel in de voordeur in te trappen. Hij had ze
ker privaatles genomen bij Charl H. Het jonge
1 mensch, dat zoo wijs geweest was, inmiddels de
toegebrachte schade te vergoeden, stond heden
terecht en kreeg een 'flinke boterham van den
politierechter, die achter zijn verdachte belang
stelling in het jonge weeuwtje nog heel wjat)
meer leclijks zocht, en werd door hem veroor
deeld tot 'f 20 boete of 20 dagen, overeenkomstig
het requisitoir van den officier.
Foestige Dries in jeneverextase.
De Egmond a Zeeër Andries Z., bijgenaamd
Poestige Dries ofwel Dries oitet emelraik, 'n
niet onverdeeld gunstig bekend staand fabrieks
merk, bevond zich in den nacht van 3 op!'4 Juni
weer duimen dik onder de olie, zoo'datl de sur-
veilleerende rijks- en gemeentepolitie het zeer
gewenscht. achtte hem aaiV de circulatie te ont
trekken. Het kon natuurlijk niet voorkomen wor
den,, )dat een hevig verzet ontstond, doch de
dienaren van St. Hermaddelianus waren ook' niet
van stopverf en verzuimden hun ambtsplicht niet.
Andries de Proestige trok per saldo toch aan het
kortste eindje en werd heden veroordeeld tot! 1
maand mikpruimen.
Kaïn sloeg zijn broer Abel dood en Klaas
sloeg broer Jaap ora 'n erfenis lood.
Tusschen de heer en gebroeders Nicolaas en
Jacob B1., landbouwers van Iriiddelbaren leeftijd
te Hoogkarspel, bestond een uiterst slechte ver
standhouding, geboren uit een boedelscheiding,
óls gewoonlijk naar ieders zin verloopen en| dia
broederlijke mikmak kwam op 29 Mei tot een
uitbarsting met het zeer onstichtelijk gevolg, 3at
Klaas zijn kleinen, hoog geschouderden broeder
•Jaap een welgemakte vuistslag tegen zijn fisele-
facie toediende, dat hij pardoes tegen het wegdek
sloeg. De aldus toegetakelde broer Jaap was na
tuurlijk niet vergevensgezind genoeg om Klaas
zijn murf geklopte postzegel nogmaals toe te
keeren voor een suppletoire opsalemander, doch
hij diende een klacht in„ tengevolge waarvan de
hardhandige broeder Klaas ter zake mishandeling
terecht stond. Deze trachtte nu het hart van den
politierechter te verteederen door hem voortdu
rend mét den titel excellentie toe te spreken,
doch mr. Ledeboer betuigde hem, dat hij desver-
kiezeride met Edelachtbare al ruimschoots vol
daan was. Gevorderd werd f 20 boete of 20 dagen,
doch daar de heer Klaas niet genegen sc'heen den
politierechter inzage ie verstrekken van den staat
zijner inkomsten, zal de heer Wiggers een onder
zoek instellen en op 14 Juli, om 't n umaar eens
netjes te zeggen, de billetjes van broer Klaas in
onbedekten toestand voor den politierechter ex-
poseeren.
Niet bepaald.tot onzen spijt, kregen we hier
na sluitingsuur.
staan. Niet Irene was jaloersch, maar Germaine
was ongerust. Zij wilde dat de twijfel die thans
op Raymonds gemoed lag nooit opgeheven kon
worden, en daartoe was een middel, namelijk het
verbranden der zwarte, enveloppe.
Raymond weifelde slechts eenige minuten. Wat
men hem overigens verzocht, paarde zich volko
men met het gevoel van kinderlijken eerbied,
dien hij zijn moeder toegewijd had; zijne wraak
was bevredigd, en hij wilde niet die onvoorzich
tige nieuwsgierigheid behouden, welke hem twee
maal er toe aangespoord had de bewuste enve
loppe te openen.
Hij gaf Irene een toeken van toestemming,
riep galoma en gaf haar den sleutel zijner secre
taire, haar verzoekende hem de cassette te bren
gen. Zoodra de kamenier zich verwijderd had,
naderde hij Irene's bed.
„Zijt ge over mij tevreden, en zult ge nog
jaloersch zijn,," sprak hij.
„Neen, neen!" antwoordde Irene, „want van
dat vreeselijk verleden zal er slechts een herin
nering overblijven; de herinnering aan uwe moe
der!"
Salómé kwam weldra terug en bracht de cas
sette, welke zij Raymond ter hand stelde, die ze
aan Irene gaf om ze te openen.
Met bevende hand lichtte zij het deksel pr
van op, nam'de zwarte enveloppe er uit en reikte
die aan Raymond.
Hij nam ze stak ze in de vlam der kaars,
welke hij ontstoken had, en wierp ze in den haard
toen ze geheel verkoold was.
Daarop zeide hij tot Irene, die hem! met nog1
eenig overblijfsel van onrust aanschouwde, met
diepe aandoening:
„Heb dank, Irene, indien ge mij in dit laatste
oogenblik aan mij zeiven "hadt overgelaten, zou
ik misschien de kracht niet gehad hebben weer
stand te bieden. Thans behoort mijn leven u ge
heel; het verleden is dood, ik wil er niet langer
aan denken. Tusschen u en mij zal voortaan,
niets anders meer bestaan dan de zuivere herin
nering aan mijne moeder."
Wat nog bij te voegen aan het voorgaande.
Déze geschiedenis eindigt op de bladzijde die. met
Raymond's en Irene's geluk begint, en we kunnen
het boek sluiten.
We hebben nog slechts dit te zeggen, dat
Spa ven to en Ricórdi het voorzichtig oordeelden,
den dag na den dood van iden hertog de vlucht
te nemen en in de nieuwe wereld fortuin te gaan
zoeken. Minder gelukkig of hebzuchtiger wilde
Medina blijven, In de hoop dat Raymond, in zijn
geluk, hem vergeten zou.
Maar of Raymond zich niet meer herinnerde,
Hector Beaulieu dacht er nog altoos aan, en zoo
dra hij hersteld was zorgde hij den bankier aan
de justitie over te leveren.
Diens veroordeeling heeft destijds te veel ge
rucht gemaakt, om verder daar over uit te
weiden.
EINDE.