Wetenswaardigheden ep admini stratief en fiscaal terrein Bloembollenveiling van de Langedijker Groentencentrale De Zeemeerman en het mooie meisje van Rantum EEN KERK AFGEBRAND. Te Heijruis, een dorp in Zuid Brabant, tusschen Halle en Edingen is de kerk van Donderdag op Vrij dagnacht geheel door brand verwoest. De belenden de kostschool vatte eveneens vuur en moest in aller ijl worden ontruimd. Onder de 400 kinderen ont stond een geweldige paniek maar dank zij de koel bloedigheid van het personeel en de brandweer van Anderlecht-Brussel konden allen in veiligheid wor den gebracht. De kostschool kon trouwens voor een groot deel behouden worden. HET EENDE VAN DE AARDBEIENCAMPAGNE. Nu de aardbeiencampagne vrijwel ten einde loopt en de resultaten van de oogst bij benadering bekend zijn, blijkt uit de cijfers, dat de campagne dit jaar verre van gunstig is geweest. Wel iswaar was het beschot veel ruimer dan in 1929, doch daar staat als zeer ongunstigen factor tegenover, dat de finantieele resultaten belangrijk mmder zijn. Dit jaar werden aan de drie Beverwijker veilingen geveild 2060054 kilogram tegen 1905000 kilogram in 1929. Het totale bedrag van den omzet was f 650.317, te gen fl.580.416 in 1929. De fabelachtige prijzen veroorzaakten verleden jaar een buitengewoon hoogen omzet, doch gezien de omstandigheid dat in 1929 de aanvoer 100.000 kilo gram meer bedroeg is een verschil in finantieele uit komsten van ongeveer 1 millioen gulden weinig be moedigend. DE „VODDENKOOPMAN." De 30-Jarige juffrouw N. uit de Rozenstraat te Sneek, ging even een boodschap doen, terwijl haar zieke moeder boven op een bed lag. Zij keerde na enkele minuten in de huiskamer terug en zag daar een ongeveer 18-jarigen jongeman voor de geopende linnenkast. Zij vroeg hem wat hij daar moest doen, waarop deze antwoordde: „Ik kom om vodden te koopen er is nog een man boven." De juffrouw schrok hevig en vloog de trap op naar boven. Er bleek behalve de moeder, niemand boven te zijn of te zijn geweest, maar het jongmensch maakte van de gelegenheid gebruik om zich uit de voeten te maken. Weer beneden gekomen, ontdekte de juffrouw dat een geldtrommeltje inhoudende pn- geveer 500 gulden verdwenen was. Zij vloog naar bulten, sprong op de fiets, doch zag den jongeman niet meer. Zij reed toen naar het politiebureau waar ter stond een onderzoek werd ingesteld. Het mocht de politie gelukken binnen zeer korten tijd het jong mensch aan te houden, maar hij had toen het geld niet meer bij zich. Dit was niet langer dan 15 minuten na den dief stal. Hij ontkende aanvankelijk doch zeide ten slotte dat hij met een vriend was geweest die op de fiets naar Bolsward was gegaan. Oogenblikkelijk werd te Bolsward een onderzoek ingesteld doch dit bleef zonder resultaat. Het jongmensch opnieuw gehoord, legde toen een volledige bekentenis af en gaf voor het geld te water te hebben geworpen. Tot dusver is het geld echter ter plaatse niet gevonden. Het onderzoek wordt voortgezet. GRIEZELPLATEN VOOR DE SLAGERSJONGENS Wanneer de straatjeugd tegenwoordig wat behoefte heeft aan sensatie, dan behoeven die bengels niet meer de waarachtige avonturen van Nic Carter, Raffles of Buffalo Bill te koopen. Het is al weer veel eenvoudiger geworden. Ze gaan maar eens kijken naar de etalages van vele sigarenwinkels in de stra ten van hun wijk en het moet al heel vreemd loo- pen als ze daar niet vergast worden op gekleurde prenten, waarop de gewelddaden van alle interna tionale misdadigers in bijzonderheden afgebeeld staan Le Petit Journal Illustre is een der meest typische exemplaren dier fraaie illustratiekunst. De platen zijn in twee kleuren gedrukt, rood en zwart en die laatste kleur is dan ook beslist onontbeerlijk. We zien dames en heeren met angstig verwrongen gelaat, badend in bloed. We zien „gewetenlooze schur ken" bezig hun gruwelijk werk te verrichten. We aanschouwen spoorwegrampen, kortom, de senastie liefhebbers halen hun hart op. Er is echter één bezwaar voor de exposanten. Al zijn de afbeeldingen dan ook internationaal, onderschriften zijn in het Fransch en dat is voor de slagersjongens die deze gruwelen periodiek verslin den, een bezwaar. Maar hierop weet de sigarenwinke lier raad. Hii bekijkt de abattoir prent aandachtig en vertaalt wat men noetm, zeer vrij. En misschien is het wel te wijten aan de fantasie van den vertaler, dat de onderschriften nu niet al tijd even ter zake zijn. Laten we eens de twee pren ten nemn, waaraan we ons in de afgeloopen week hebben kunnen verlustigen, schrijft het „Vad." De eerste draagt als onderschrift: „La revolution en Bolive" een troep soldaten in gevecht met eenige revolutionairen. Vlak vooraan ziet men een gewon den soldaat, die zich nog even amechtig opricht om een voortrennende jongedame in manskleedij op een paard gezeten, neer te schieten. De sigarenwinkelier maakte het onderschrift aldus Jacht op bandieten. Den laatsten tijd werden in de groote banken van Amerika nog al eens plunderingen aangericht door bandieten die steeds niet te krijgen waren. Eindelijk is het den militairen gelukt hen in een bergengte te overvallen en hebben ze den hoofd man (die een vrouw was) neergeschoten. Van haar uit gingen alle diefstallen en overvallen. Een aardig juffertje? En daaronder komt dan, (want de sigarenwinkelier is eerste zakenman en daarna pas prozaist) Rookt mijn fijne „Kalima" sigaret. Ook kersversch uit Amerika. Een andere prent draagt als onderschrift „Tragique vengeance d'un amoureux" en rengt op treffende wijze het geval in beeld, dat we eenigen tijd geleden in de krant hebben kunnen lezen: de electricien van een circus, zal, omdat zijn liefde voor een van de drie trapeze-werksters niet beantwoord werd, de tra pze onder stroom zetten, met gevolg dat de meisjes naar beneden stortten. De winkelier geeft nu de volgende vrije vertaling „Liefdesnijd.' In een circus waar drie dames aan de trapezium werkten, hield een man uit jalouzie een der schom mels vast, (de man was ook van de club) waardoor hun berekende sprong miste. Een zware verant woording voor dezen man en een slechte, onbedach te daad. Heeren rookers, koopt mijn 5 cents sigaartjes. Plaatselijk üieuws OUDKARSPEL. Van de lichting 1931 zijn uit deze gemeente be- Sta. tot gewoon dienstplichtige: D. Borst, G. A. Kra mer, K. P. van Meurs, J. Ooijevaar, G. Spaans en P. C. Tuinman. j b. tot buitengewoon dienstplichtige: D. Drost, J B Jansen, K. Kooij, M. Kuilman, T. Leijen, J. Maakal, M. J. Maars, A. Ooijevaar en N. Slooves. j OUDKARSPEL. Blijkens publicatie is bij burgemeester en wethou- ders dezer gemeente een verzoek ingekomen van A. Visser te Oudkarspel, om verlof voor den verkoop van alcoholhoudende andere dan sterken drank, in het perceel, Sectie D no. 692 (voorheen M. Kramer.) OUDKARSPEL. Ter gemeentesecretarie ligt gedurende 30 dagen tot 8 Augustus a.s. ter inzage een opgaaf van de uit komsten der naschatting van gebouwde en onge bouwde eigendommen. OUDKARSPEL. Gevonden voorwerpen: Een blauwe meisjesmuts (calot.) Inlichtingen te bekomen ter gemeentesecretarie. OUDKARSPEL. Ons wordt het volgende ter plaatsing toegezonden: Donderdag maakten de kinderen van de laagste vier klassen der openbare lagere school hun jaarlijk- sche schoolreisje, deze maal naar Alkmaar, Bergen en Camperduin. Stond het weer er niet zoo best voor, behoudens een bui regen in den morgen was de dag verder een uitgezochte en zoo behield de derde Donderdag in Juli zijn reputatie als dag van goed weer. Des morgens om negen uur vertrokken de kinde ren, die over drie bussen waren verdeeld naar Alk maar. Hier werd de Hertenkamp rondgewandeld, de beestjes getrakteerd op sausjes, volière en mar motten bewonderd, waarna naar Bergen werd gere den. Hier was de Theetuin-Speeltuin van de firma Bruin de plaats van verpoozing en druk werd door de kinderen gebruik gemaakt van de verschillende speelwerktuigen, altijd een genot voor de jeugd. Nu werd een bezoek gebracht aan het speelduin, waar ook naar hartelust werd gestoeid in het mulle zand, gehold en gerold totdat weer in de bussen werd gestapt en naar het einddoel van den dag, werd getoerd, het Noordzeebad Camperduin. De zee heeft op de kinderen altijd een groote aantrekking en spoedig waren kousen en schoenen uit om te kunnen pootjesbaden. De schepjes, die waren mee genomen deden ook goeden dienst en de ballen, groote en kleine, die door den eigenaar van den consumptietent, den heer Groothof waren beschik baar gesteld, werden volop gebruikt. Een heerlijke tijd werd aan het strand doorgebracht, de koesteren de stralen der zon deden op het eind van den mid dag nog zoo aangenaam aan, dat noode afscheid kon worden genomen van zee en strand. Doch het klokje van gehoorzaamheid riep en de bussen wor den weer in beweging gezet. In opgewekte stemming onder vroolijk gezang, wordt naar huis getufd, waar met gejuich wordt binnengereden en allen met een gevoel van tevredenheid naar huis terugkeerer. Het was een mooie dag geweest. Nog rest ons een woord va ndank te brengen aan de firma Kok en Tuinman voor de uitstekende verzorging van de bussen, aan de chauffeurs, clic ook met de kinderen medeleefden en waar noodig, met opgewektheid de behulpzame hand boden, en dan aan allen, die hun krachten hebben gegeven om dezen dag voor de kinderen tot een onvergetelijke te maken. NOORDSCHARWGUDE. Voor het M.U.L.O. diploma B. (volledige gelijkstel ling 3-jarige H.B.S.) slaagde J. de Waard te Broek op Langendijk, leerling der U.L.O. school alhier. OUDKARSPEL. Naar wij vernemen worden thans pogingen aan gewend om naast het bestaande koor van de ope- rettevereeniging, nog een ander gemengd koor te vormen. Dit zal dan een geheel zelfstandig koor worden van groote leden. OVER HET INVULLEN VAN HET AANGIFTEBILJET INKOMSTENBELASTING Artikel 10 wet Inkomstenbelasting zegt, dat de bruto-opbrengst van een bron van inkomen mag v/orden verminderd met de kosten tot verwerving, inning en behoud der opbrengst en met de op de opbrengst rustende lasten en neemt dan in de 1ste plaats als zoodanig de bedrijfs- of beroepskosten. Wat zijn dat, de bedrijfs- of beroepskosten, welke kosten vallen er onder en welke niet. Voor den belastingplichtige met een vast inkomen beteekent deze vraag: „Wat mag ik van mijn loon of salaris nog aftrek ken" en voor den ondernemer: „welke kosten moet ik iri mijn tabellarisch kasboek onder onkosten en welke onder huishouding plaatsen." Voor een groot aantal dezer uitgaven is de keuze niet moeilijk. Zoo zal omtrent den aard van de loonen, die een ondernemer aan zijn in zijn onderneming werkzaam zijnde krachten uitbetaalt, geen misverstand be staan; dat deze bedrijfs- en beroepskosten zijn, ligt voor de hand. Aan den anderen kant zal niemand er aan denken een uitgaaf voor kleeding van zijn echtgenoote tot de bedrijfs- en beroepskosten te rekenen. Bij de beoordeeling van de vraag, of men al of niet met bedrijfs- of beroepskosten heeft te doen, passe men de navolgende methode toe: Men vrage zich telkens af: „als ik rentenierde, zou ik dan die uitgave ook hebben." Men komt dan een heel eind in de goede richting. Laten wij enkele voorbeelden mogen noemen. Lidmaatschap van een patroonsvereeniging of vak vereeniging. Deze contributie betaalt men niet, als men rente niert, ergo: de contributie mag tot bedrijfs- en be roepsuitgaven worden gerekend en dus worden af getrokken. Contributie kiesvereeniging. Al renteniert men, men blijft lid van de kiesver eeniging. Nietwaar als een bakker gaat rentenieren, zal hij be danken als lid van de bakkerspatroonsvereeniging, maar hij zal geen reden hebben als lid van de kies vereeniging te bedanken. Het zou ons gemakkelijk vallen meerdere voor beelden te geven. Dit zal wel niet meer noodig zijn. De lezer zal hebben begrepen wat onze bedoeling is. De wet geeft een omschrijving van de bedrijfs- en beroepskosten, somt ze niet allen één voor één op. Om te weten wat bedrijfs- en beroepskosten zijn, moeten wij dan ook niet in de eerste plaats de wet zelve raadplegen, maar is de bestaande jurispruden tie betreffende artikel 10 wet inkomstenbelasting (de uitspraken van de raden va nberoep en de arres ten van den H. R.) de aangewezen bron. Tengevolge van het feit, dat de wet een omschrij ving van wat bedrijfs- en beroepskosten zijn, geeft, moet iedere uitgaaf op zichzelf worden beschouwd en worden nagegaan of een bepaalde uitgaaf onder wat de wet als bedrijfs- en beroepskosten aangeeft, valt. In eerste instantie staat dit ter beoordeeling van de belastingadministratie. Bij verschil van meening beslist de raad van be- r°Bovendien is in vele gevallen cassatie mogelijk (in cassatie gaan beteekent: de zaak aan het oordeel van den H. R. onderwerpen.) Het lijkt ons dan ook niet ondienstig verschillen de belangrijke beslissingen mede te deelen. In de eerste plaats moge dan worden opgemerkt, dat slechts werkelijk gemaakte kosten onder bedrijfs of beroepskosten mogen worden gerangschikt. Het systeem, dat verschillende landbouwers en vee houders toepasten, om voor ieder marktbezoek steeds een bepaald bedrag aan onkosten in hun boeken te noteeren, ongeacht, of zij dit bedrag uitgaven of niet, is dan ook onjuist. -- Onjuist is ook de handelwijze van reizigers die een bedrag ontvangen, dat en salaris en vergoeding voor reis- en verblijfkosten is, van dit bedrag in mindering te brengen niet de werkelijk betaalde kos ten, maar een gefantaseerd bedrag, ook al zou op zich zelf het aan reis- en verblijfkosten afgetrokken bedrag in alle opzichten verdedigbaar zijn. Loonen, die iemand uitkeert aan in zijn bedrijf werkzame minderjarige kinderen (kinderen die nog niet 21 jaar zijn (mag hij niet aftrekken van zijn bruto inkomen.) Loonen uitgekeerd aan meerderjarige kinderen daar entegen wel Hij mag dan aftrekken a. het loon in geld uitge keerd, b. het loon uitgekeerd in den vorm van kost inwdhing kleeding enz: Wat hij echter aan die meerderjarige kinderen uit keert boven het bedrag, dat hij aan anderen betaalt mag hij niet in mindering brengen. Hij mag die kinderen dus wel hooger loon geven, dan het normale loon bedraagt, maar meer dan het normale loon mag hij niet Aftrekken. ie Broek op Langendijk, J' op Vrijdag 18 juli 1930. Onder groote belangstelling is heden de eerste bloembollenveiling gehouden. Ongeveer 1.500.000 bellen waren aangevoerd. De bollen waren geplaatst in het nieuwe ge bouw, terwijl het veilen geschiedde in het vei lingsgebouw bij afslag over de klok. D'oor den veilingleider werd een woord van welkom gesproken en medegedeeld dat elke week een veiling zal worden gehouden. Er was weinig vraag naar bloembollen. Slechts enkele partijen zijn verkocht voor lage prijzen. Een teleurstelling voor onze 'tuinders die ge hoopt hadden dat de bollen wat extra zouden geven. Aanvoerder W,. Koedijk, Br. op Langendijk. Cram. Brillant 3000 st. 11 12 3 manden 1.70 Cram Brillant 5850 stuk 12 op G manden 1.80 Aanv. K. Wagenaar, 'Heer-Hugowaard. Cram Brillant 8000 stuks, 5 manden 0.60 Cham Brillant 8400 stuks, 7 manden 0.90 Aanv. J. J. Gootjes, Heerhugowaard. Plamingo, 3800 stuks z. 1011, 2 manden 1.80 Herman Schlegel 3075 stuks z. 11 op, 3 m. 2.70 Aanv. K. Wagenaar, Heerhugow. Azalia, 1 maal 1000 st. en 1 maal 900 st. is 1900, 2 manden Pr. v. Oostenrijk 10 maal 1000 en 1 maal 750 st., is 10750, 11 manden Aanv. H. de Graaf, Br. op Langendijk. Moore 10000 stuks 11 en op, 10 manden Aanv. A. Beets, Laanweg, Harenkarspel. La Reiue z 10i/2 2000 stuks 2 manden 1.20 Aanv. J. Klingeier, Zuidscharwoude. Pred. Moore 2350 stuks, 2 manden 3.30 Murillo 1800 stuks 2 manden 2.10 Aanv. 3'. Bakker Jn. Glijnisw. Heerhugow. Murillo z. 11 en op 3450 st. 3 manden 2.20 Aanv. W. Keppel, Zuidscharwoude. Couleur Cardinal 12 en op 3150 st. 4 m. Aanv. Jb. Kroon Az., Zuidscharwoude Fred. Moore m. 11, 3300 st. 3 manden Aanv. B. van Loenen, Zuidscharw. Pr. van Oostenrijk 1130 stuks, 2 manden, Aanv. P. Blom, Eenigenburg. Murillo z 12 en op 10800 st., 12 manden Murillo z 11, 9600 st., 8 manden Aanv. C. Oudhuis, Heerhugowaard. Cram. Brillant z 12 en op 4000 st. 5 mand. 1.90 Aanv. Dekker en Wiersma, Br. op Langendijk. Theeroos z 1112 3500 stuks 4 manden 2.20 Aanv. Jb. van Twuijver, Zuidscharw. Witte Zwaan 8000 st. 7 manden 1.80 Aanv. Oi. de Boer Wz., Zuidscharw. E.V.T. Witte Zwaan z 11 en op 12650 st. 11 manden 2. Aanv. A. Glas Gz., Br. op Langendijk. Will. Copland boven 12 4000 st. 4 m. 11.10 Will. Copland, velloos boven z 12 800 st. 1 mand Will. Copland velloos z 1112 900 st. 1 m Pr. v. Oostenrijk 12op 11500 st. 12 m. dito 11— op 4000 st. 4 manden Aanv. A. v. Kleef, Zuidscharwoude W, Witte Valk 12 op 7600 st. 8 manden dito 1112 4500 st. 4 manden Aanv. Jb. Twisker, Zuidscharwoude. Salvator Bosa z '11op 4700, 5 imanden Duchesse de Parme z 11—op 3200, 4 baanden 3.10 Aanv. H. Bakker, Obdam. Skarlett Due 10 en op 2200 st. 2 manden Witte Due. Max. 3700 st. 3 manden E.V.T. Artus 5200 stuks, 5 manden Gerisiana Bosuca 1200 stuks 1 mand, Aanv. C. Ven, Broek op Langendijk. Scarlet Due. z 10i/211 1500 st. 1 mand Witte Zwaan z 111 cn op 2150 st. 3 m. Jb. Balder, Broek op Langendijk. Prins van Oostenrijk 4650 stuks 6 manden 3.60 P. Gootjes, Groenveld. Diana z 12 en op 16100 et. 18 manden Kl. Gootjes Birkshorn. Verm. Brillant z 1112 6620 st. 7 m. J. Gootjes Pz., Groenveld. La Reine boven plaat 34 8950 st. 7 m. O. Gootjes, Schagen. La Reine Max 12 en op 8001 st. 1 mand dito m. 12 11000 stuks 1 mand dito m. 11 800 stuks 1 mand B. Leien Sr., St. Pancras. D .w. La Fritesse 1750 stuks 2 manden Kl. Snoek, Heerhugowaard. Murillo 12op 2200 st. 3 manden W. G. J. Kribbe, Groot-Schermer. E.V.T .Couleur Cardinal z 12op 5400 st. 7 manden - 3.60 D'.V.T. Peach Blossom 12 en op 5400 st. 5*m 3.30 Plantgoed per Kg. Jb. Visser, Hensbroek. Blauwe Druifjes 9 Kg. 1 mand Ch53 2.90 3.10 3.70 3.60 3.20 3.10 3.10 2.20 2.80 '2.— 3.40 '2.50 dijk. 2 90 "1.70 2.80 2.— 2.40 1.70 1.20 1.70 1.60 50 3-20 2.20 3.20 2.90 (Overgenomen uit het „Nbl. v. h. Noorden"). Texel, Vlieland, Terschelling, het oude schel- penland, ja, al onze Noordzee-eilanden zetten zich langs de Duitsche en Deensche kust voort in de z.g. Oost-Friesche- en Noord-Friesche Wad deneilanden. Ervert benoorden de bekende „Halligen", bewes ten de Sleeswijksche kust, ligt in de Noordzee, het grillig gevormde eiland Sylt. Vooral in vroe ger tijden, toen de communicatiemiddelen nog zeer veel te wenschen overlieten, lag het eiland wel heel verlaten te midden van de dikwijls bul derende Noordzee, welke de „ijzeren kusten" van het eiland en van het nabij gelegen Jutland ge weldig beukten. Sylt was oudtijds" het land van de arme heide bewoners en zeevaarders: 't grootste deel dor mannelijke bevolking zwierf maar steeds op de onstuimige golven. Wanneer daar in het barre herfst- en ruwe voorjaarstij de telkenjare terugkeerende stormen kwamen opzetten, bleven er weer verschillende schepen, van wie nimmer taal noch teeken werd vernomen, dan roofde de woedende zeewolf met woesten beet groote brokstukken land van het eiland en dorpen en gehuchten, menschen en vee verdwenen in den vloed. Niet te verwonderen, dat hier onder deze eenvoudige landslieden in oude tijden sagen en legenden zijn ontstaan, welke ten nauwste verband hielden met huni moeilijk bestaan: de gevaarlijke zeevaart der eilandbewo ners Van één dier „sagen en'teltsjes" onder de heide bewoners op Sylt wil ik' u verhalen. De schrijver C. P. Hansen heeft ze opgeteekend in het Friesch in een der Nieuwe Friesche Volksalmanakken uil omstreeks het midden der vorige eeuw. Eens zeilde een schip op reis naar Enge land. Onverwachts echter stak een geweldige storm op, zóó hevig, dat der bemanning de schrik om het hart sloeg, en men dacht met man en muis te vergaan. Toen de avond: daalde en de nacht zijn donkere sluier spreidde over de zee, namen de stormvlagen nog in hevigheid toe; het roer geraakte onklaar en weldra was het schip een speelbal der golven. Terwijl de knecht even naar het ontredderde roer keek, bemerkte hij, dat een bijzonder groote zeemeerman zijn hopfd uit de ziedende golven opstak. Toen men hem vroeg, wat hij verlangde, riep de meerman: „Ik heb een boodschap aan den schipper; zeg dat hij komt en luistert." 't.Scheepsvolk waarschuwde onmiddellijk den kaptein. Deze kwam, keek overboord en ant woordde den zeemeerman: „(Wie ben je en wat wensch. je van mij „Ik ben de zeemeerman," klonk het uit dei woes te golven „mijn vrouw zal moeder worden zorg, dat je vrouw dadelijk komt; om haar bij te staan." „(Mijn vrouw slaapt," riep de schipper ,,ze kan onmogelijk komen!" „'Ik eisch het!" schreeuwde nogmaals de meer man en als je weigert, dan wordt de zee meermin boos en de zee nogt woester. Dan zal de storm veranderen in een orkaan en gaat je schip met man en muis naar den kelder." Terwijl de storm om het vaartuig gierde en de golven huizenhoog opgingen, kwam de vrouw van den schipper aan boordzijde en riep: „lk kom onmiddellijk, men mag niemand iets weige ren, die in nood verkeert" Zij sprong oVerboord en sprong met' den zee meerman naar den bodem der zee. Hierna bedaar de de storm, de vlagen werden; minder en spoe dig daarna werd het stil op de wateren. Inmiddels zat de kapitein danig in angst over jfijn vrouw en vreesde haar nimmer' te zullen weerzien. Niet lang daarna, terwijl de zon over het zee vlak lichtte, hoorde hij uit de diepte der golven een melodieuse wiegezang. „Heya, heya, hei! Prachtig klonk het lied en op de zoetklinkende zangwijze wiegde het schip mee over de kalme zee ,,'Mooi," dacht de schipper ,,de zeemeermin wiegt reeds haar pasgeboren kindje" en ziet binnen eenige ©ogenblikken kwam zijn vrouw weer boven en klauterde tegen de touwladder aan boord. Heur kleeren waren bijkans niet nat door het zeewater en in haar grooten gekleurden boezelaar droeg ze een schat van goud en zilver. 't Was het loon voor haar goede; daad, omdat de meerman dolblij was mét de geboorte van het nieuwe wezen, dat men op Sylt een „zeekalf" noemt, doch de zeemeermin vond de jonggeborene een engel. Gedurende het vervolg van zijn reis' had de kapitein steeds bijzonder fraai weer en een gun- stigen wind, zoodat hij in korten tijd met zijn vrouw en den verkregen rijkdom naar zijn eiland terugvoer. Verliet de schipper echter in het vervolg met zijn vaartuig Sylt, dan liet hij zijn vrouw in het visschersdorp Rantum achter. Vele jaren waren er sedert het vreemde voorval veiloopen. De meermin was onderwijl oud en stram geworden enmeermalen dacht de zee meerman nog aan de mooie schippersvrouw van Sylt, die eens met hem was meegegaan naar zijn woonstee op den bodem der groote zee. Nu peinsde de meerman op middelen om haar in zijn bezit te krijgen en hij bedacht een snood plan. Hij besloot- zijn oude meermin te verlaten; den Rantumer kapitein met stormweer te over vallen, dezen te verdrinken en hem zijn beeld- schoone vrouw te ontrooven. Onderwijl vergat hij echter, dat ook de schippersvrouw oud was geworden. Terwijl de meerman op zekeren dag door de golven joeg, zag hij in de verte het bekende Pantumer vaartuig naderen. „Wacht", dacht hij, „nu is mijn tijd gekomen." Hij daalde naar den bodem der zee, zocht zijn

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1930 | | pagina 4