Voor de
Tuinliefhebbers
SPORT
EN WEDSTRIJDEN
Rechtzaken
WERK IN TUIN EN STAL VOOR OCTOBER.
Het voornaamste werk is het oogsten van het
winterooft en het binnenhalen van de winter
groenten; bij beide geldt: eerst goed rijp laten
Wbrden en dan droog oogsten.
Nieuwe aanplantingen of het opnieuw beplanten
van een bed moeten wachten tot de tweede helft
van de maand. Meer haast hebben wij met het
planten van de besseboompjes; als wij daar in Sep
tember nog niets aan gedaan hebben, wordt het
nu hoog tijd. Ook beginnen wij met de voorbe
reidende werkzaamheden voor de vruchtboomen, die
wij wenschen te planten. De grond wordt diep om
geploegd en de noodige mest ingebracht.
De beste boompjes zijn nauwelijks goed genoeg.
Hierop kan niet uitdrukkelijk genoeg gewezen wor
den; beknibbelen geeft later eindelooze teleurstelling
en ergernis. Goede boompjes groeien veel sneller en
men oogst er later ook veel meer van. Zij worden
zoodanig 'geplant, dat de wortelhals juist boven de
aarde uitkomt. Bij het vullen van het gat werpt men
de aarde tot een heuveltje op, omdat die zich in
het plantgat later nog weer samenpakt. In plant-
gaten mag geen versche mest komen, wel vergane
van den mesthoop. Afdekken met vochtige turfmolm
bevordert het vormen van wortels. De aarde wordt
rondom goed platgetreden en met een paar kannen
water begoten. Daarna kan men er wel een dunne
laag versche stalmest overheen leggen. Vermoedt
men, dat de boomen stokken noodig zullen hebben
dan plant men deze mee in het plantgat. De stok
moet eindigen onder den kroon en vooreerst worden
de pas geplante boomen slechts losjes aan de stok
ken verbonden. Het aanbinden gebeurt pas in de
lente. Zoo noodig zet men hekjes om de boomen om
ze te beveiligen tegen het vee, dat de schors ervan
afknebbelt.
De groentebedden, waarvan men geoogst heeft,
worden goed ongegraven en gemest, waarna men de
losse kluiten laat liggen, zoodat de vorst er zijn
werk kan verrichten. Boonenstaken, enz. worden
uitgetrokken en in een droge schuur bewaard gedu
rende den winter. Alle gereedschappen', die men niet
meer noodig heeft, worden schoongemaakt, in het
vet gezet en weggeborgen. Voordat het begint te
vriezen, zorgt men ook voor de waterhoudende voor
werpen door ze binnenshuis te halen of te ledigen,
terwijl men pompen en buisleidingen tegen de vorst
beschermt door in te wikkelen. Boerenkool kan goed
tegen lichte vorst; men zorge er alleen voor, dat de
kooien niet te rijp worden, omdat dan het hart in
den loop van den winter gaat rotten. Ook gekneusde
plekken worden mettertijd rotte plekken, zoodat er
niet met de kooien gegooid mag worden en zij
altijd voorzichtig behandeld moeten worden. Om
het water eruit te laten loopen, legt men ze eerst
met de stronken naar boven. Slechts laat geplante
soorten zijn geschikt om gedurende den winter te
worden bewaard. Worteltjes kunnen tegen vorst,
zoolang zij in den grond staan. Zij overwinteren het
best in schuren en droge kelders tuschen zand.
Spruitjes, prei, en schorseneeren zijn ook tegen
den winter bestand.
Om de kortgeleden gezaaide plantjes en de in den
grond blijvende groente te beschermen, legt men
bladeren, reisjes of mest met veel stroo klaar, om
het dadelijk bij de hand te hebben, als er vorst
dreigt te komen.
De voor den winter benoodigde Peterselie wordt
in potten geplant.
In het kippenhok worden de aftandsche kippen en
de overtallige hanen opgeruimd. In een rendabel
bedrijf kunnen wij ze niet langer het genadebrood
geven. Verder worden alle dieren, die in het afge-
loopen fokjaar niet aan de verwachtingen voldeden,
eveneens geslacht. De hoop op verbetering wordt
haast nooit verwezenlijkt.
De jonge dieren worden zoo goed mogelijk gevoerd,
zoodat zij spoedig beginnen te leggen. Als 't eenigs-
zins kan, worden zij gedurende den winter van de
oude dieren gescheiden gehouden, zoodat men ze
beter voeren kan. Geiten worden op zonnige herfst
dagen naar buiten gestuurd, wanneer de daüw van
het land verdwenen is. Men haalt de dieren des
avonds wat vroeger binnen, in ieder geval voordat
de herfstnevels opkomen. Hoe langer ze buiten
kunnen blijven, hoe gezonder zij gedurende den
winter zullen wezen. Voordat zij definitief in de stal
gaan, wordt deze nog eens schoongemaakt en de
dieren zelf ook. Vooral de hoeven worden nage
zien en bijgesneden. Door de groenteoogst hebben
wij veel groene afval, die wij met hooi vermengd
als voer geven. Want, met rijp bedekt of bevroren
voer is zeer slecht voor de geiten.
Bij de konijnen wordt er in de wintermaanden
niet gefokt; wij kunnen alleen in de maand Maart
geboren dieren laten dekken, wanneer zij althans
voorspoedig opgegroeid zijn. Wacht men n.l. tot
het voorjaar, dan worden zij misschien te vet en
onbruikbaar voor de fok. Men is echter gedwon
gen te wachten, wanneer men met de dieren een
prijs hoopt te halen op een tentoonstelling; dat is
dan de reden van de vaak vernomen klacht, dat
tentoonstellingsdieren niet deugen voor den fok.
De jonge moederkonijnen laat men slechts een
paar jongen behouden, omdat ze anders te veel
verzwakt worden en benadeeld in hun verdere
ontwikkeling. Daardoor zal men in de lente be
schikken over beproefde en betrouwbare fokdieren.
Alle dieren, die men in de aanstaande lente niet
meer voor den fok gebruiken Wil, worden na korten
mesttijd geslacht.
(Nadruk verboden).
HET INKUILEN VAN WINTERPEENEN.
Winterpeenen, die moeten overwinteren, moet
men tot in de maand November toe in den grond
laten, want een lichte vorst schaadt hen absoluut
niet. Bij het uitnemen worden zij voorzichtig uitge
trokken en van alle overtollige aarde en onkruid
bevrijd, waarbij men er speciaal tegen waakt de
worteltjes te beschadigen. Zijn de bladeren niet al
te sterk, dan kan men ze eenvoudig vlak boven
de peen afbreken in het tegengestelde geval
moet men deze bladeren één tot twee centimeter
hierboven verwijderen. De peenen worden goed van
aarde gereinigd, dpch niet gewasschen. Daarna wor
den zij gesorteerd; de groote en gladde peenen, de
middelsoorten en de kleine, niet geheel uitgegroeide
worden ieder gescheiden.
Op een drogen poreuzen bodem wordt de winter
voorraad in een gat ingekuild van een meter
breedte en een diepte van ongeveer 40 centimeter.
De gesorteerde peenen worden hierin zoodanig opge
stapeld, dat de bovenkant steeds naar buiten steekt
en de wortelpunten naar elkaar en naar binnen.zijn
gekeerd. Iedere laag wordt met zand bestrooid,
zoodat de peenen aaneengesloten in een soort zand-
bed komen te liggen. De wortelkronen moeten aan
beide zijden van den stapel een zoo glad mogelijken
wand vormen. Geen uitstekende deelen mogen dus
te zien komen. Heeft de stapel den bovenkant van
den kuil bereikt, dan wordt over dezen stapel heen
een zandhoop geworpen van 40 tot 50 centimeter
hoogte, zoodat de wortelen daardoor geheel en al
bedekt zijn. Op dezen zandhoop wordt op beide
zijden een laag stroo gelegd, waarna men de ge-
heele zaak met aarde dusdanig afdekt, dat het
water naar de zijden kan afvloeien. Daarbij moet
men er echter opletten, dat het hoogste punt van
den zandhoop steeds vrij van aarde blijft, zoodat
daar het stroo zichtbaar is en de uitwaseming hier
van vrij in de buitenlucht kan geschieden. De eerste
aardlaag maakt men ongeveer 10 centimeter dikbij
het optreden van vorst kan men deze laag tot
40 c.M. toe opvoeren. De daarvoor benoodigde aarde
wordt uit een smalle greppel, langs de geheele
lengte van den kuil gehaald. Het beste is deze
greppel nog iets dieper (dus meer dan 40 c.M. diep)
te maken, dan de kuil zelf, zoodat het water in deze
greppel kan afwateren, waardoor een verzameling
van vocht op den bodem van den kuil en de daar
mede gepaard gaande verrotting van de laagstlig-
gende peenen wordt voorkomen. Zoodra in den na-
winter de koude weer iets vermindert dekt men den
stapel nog eens extra af. Als men de wortelen op
deze wijze laat overwinteren, kan men er verzekerd
van zijn, mits men natuurlijk gezonde wortelen
heeft genomen, dat zij in Mei nog even frisch zijn j
als pas-geoogste winterpeenen.
Wil men voor particulier gebruik winterpeenen
laten overwinteren, dan is een „wortelpyramide" in i
den kelder reeds voldoende. Ook hiervoor benoodigt j
men vochtig, grof zand, desnoods tuinaarde. Daar
mede wordt eerst een cirkelvormige, ongeveer 10
centimeter hooge laag gelegd. Daarop worden de
winterpeenen in stervorm, met de punten naar
binnen geplaatst zoodanig, dat de boveneinden
wederom gelijk met den buitensten rand komen. De
tusschenruimte tusschen de onderste peenen, waar
voor men hoofdzakelijk de groote wortelen gebruikt
kan men met kleine peenen opvullen. Zoo komt,
evenals bij het inkuilen, de eene laag boven de
andere, in pyramidevorm (de punten van de hoogere
uijdn mogen wel iets naar beneden wijzen). De laat
ste rij wordt met een dek van zwaardere aarde be
dekt.
(Nadruk verboden).
Faillissementen
in Nederland
opgegeven door v. <1. Graaf en, Co's N.V.
(Afd. Handelsinformaties).
Uitgesproken
16 October: Elisabeth Neijenhuis, echtgen; P.
,1. Hannema, verloskundige, Amsterdam Witte
de Withstraat 97. J. B. L. Roelvink, Amster
dam, Valeriusstraat 98. W;. Koetsier Jr.,
tuinder, Pijnacker, Overgaauw E. 203. H J.
de Blaauw, behanger en stoffeerder, Delft, Ach
terom 60 en Raam 10. Th. J. v. d- Meij, han
delsreiziger, Sassenheim, Rusthoflaan 5. C.
Jansen, loodgieter, den Haag, Rijswijkscheweg
162. P. Matveld, kamerverhuurster, Sche-
veningen, Neptunusstraat '146. J. W. A. F. de
Raad, koopman, den Haag, Nieuwe Haven 186.
A. Bauer, den Haag, Laan van Meerdervoort
773. J. H. -Schpperis, Berg en Dal, gem.
Groesbeek. Theodoras Bartholomeus Antonius
Marie Opmeer, hotelhouder Egmond aan Zee.
P. Bakker Jzn., groentenhandelaar, Bergen N.-
H. Dorpsstraat 66. Gerrit Bambacht, slager en
koopman,'Haaften. H. J. Legger, graanhande
laar, Groningen, 'Oosterhaven. Gerardus Wil
helmus Hermans, koqpman in comestibles, Bre
da, Nieuwen Haagdijk 27) A. P. Huijbrechts,
Tilburg, Aleart van Hameplein 11. A. H.
Schoppink, reiziger Sambeek, Grootestraat 43.
E. Schmaal, Eindhoven, Hendrik de Keizerlaan
9. B. v. Stratum, reiziger in oliën en vetten,
Amsterdam, Dintalstraat 52 hs. J. F. Mid-
delbusker Jr., Amsterdam, Marnixkade 76IIT.
16' October. Lee Emile en Leonard Gustave Mer-
tens, exploitanten eener electrische timmerfa
briek, Locht bij Spekholzerheide gem. Kerkrade.
17 'Ojct. Antonius Johannes Jacobus van Beur
den, caféhouder, Rotterdam, Beyerlandschelaan
4, tevens aldaar zaak doende. Meyer van
Esso, muziekhandelaar, Rotterdam, Stationsweg
44. N. Moerman, landbouwer, Vlaardingen,
v. Riebeekstraat 53.
Bij beschikking van de Arrondissements-recht-
bank te Dordrecht dd. 16 October 193Q is de
heer Mr. A. de Jong, advocaat, en procureur
te Dordrecht benoemd tot curator in het' door
genoemde rechtbank op 15 October 193(0 uit
gesproken 'faillissement van P. G. Kreukniet
te Gorinchem en zulks in de plaats van den heer
Mr. A. Murman, advocaat en procureur.,
Opgeheven wegens gebrek aan actief:
P. W. Licht, Amsterdam. 8;. G. en H. v. d.
Doorn,. Rustenburg gem. Ursem. J. H. Hen
zen, v.h. den Bosch. II. Diekman, Kalver-
dijk, gem. HarenkarspelChr. .1. Hogervorst
den Haag. R. A. Schutz, den Haag. O.
Rietveld, den Haag.
16 'Oct. J. J. van Mourik, Velp gem. Rheden.
P. J. van Acker Jr., Heerlen. C'. v. Leeuwen,
Rotterdam. 17 Oct.. H. Vugts, den Bosch.
J. Broere, Krimpen aan de Lek. O. Renders
len'j.,. Kievits, fa. G. Renders en Co., Eindhoven.
Franeina van Os, Sambeek. J. Welters, Eind
hoven, i I
VOETBAL.
DJ. T. S. 1 J. 0. 1 1—2.
Ook de derde wedstrijd van D'.TjS. is op een
nederlaag uitgeloopen. J.O.lS. ging met een zwaar
bevochten 21 overwinning huistoe, hiermede
hun eerste twee punten in de wacht sleepend.
Het wil tot nog toe met D.T.S. niet èrg vlotten.
Hoewel in het veld niet de mindere, was de Am-
sterdamsche voorhoede toch veel gevaarlijker
dan die van D'.TJS;. Het primitieve spel. van de
laatste stak hier wel zeer bij af. Slikker in het
doel, kan op een goede wedstrijd terugzien. Vooral
voor de rust weerde hij zich uitstekend. De wijzp,
waarop hij een drietal „keien" verwerkte, was
subliem. Het was wel jammer voor hem, dat
hij aan het tweede doelpunt de meeste schuld
had. Bij 'een tam boogschot op doel, sloeg hij
er finaal naast, met het gevolg, dat de ijlings
toeschietende rechtsbinnen kalm kon doelpunten.
De backs en halflinie hebben zich ook behoor
lijk van hun taak gekweten. Hier vonden wij
v. Dijk de beste. iSpeets hoede zich voor te ver
opdringen, waardoor soms de gevaarlijkste situ
aties voor het D).-doel ontstonden. Van de voor
hoed eging nog weinig kracht uit. Op de links
binnenplaats debuteerde 13. Kuiper, die in het
veld aardige dingen deed. Voor het doel ontbrak
echter het goede schot. Een kwaal, waar de ge
heele D.-voorhoede aan leed. Het spel was ech
ter beduidend beter dan in voorgaande ontmoetin
gen. Hopenlijk houdt dit een belofte in voor
de toekomst. De J.OJ3:.-ploeg is ons meegeval
len. In 'het kopepn waren zij dö D'.-spelers ver
de baas. Voor de rest deden 'de ploegen niet voor
elkander onder, al durfden Ide J.-spelers nog wel
eens te schieten.
D|e wedstrijd.
v. Dijk had de toss verloren, zoodat Dl- tegen
wind in aftrapt. 'Die eerste aanvallen zijn voor de
Amsterdammers. Slikker is echter in goeden
vorm. Elnkele malen breekt de D!.-voorhoede door.
Het beslissende schot is nog zoek. Eecen is een
paar maal ongelukkig door hard naast of over
te schieten. 'Ook een mooi schot van H. Kuiper
tegen den paal had beter lot verdiend. De partijen
geven elkaar geen haar toe. Het spel golft vlug
'heen en weer. Pas heeft Slikker een bal goed
weggewerkt, of IS. Kuiper schiet uit een corner
vlak naast. Toch krijgt de D'. achterhoede meer
werk dan hun collega's aan de overzijde J Doch
goed gesteund door de kahthalfs wordt elke aan
val der Jossers in de kiem gesmoord. Als de rust
wordt aangekondigd is de stanld nog steeds 00.
Na de thee is D1. eerst in de meerderheid. Het
duurt niet lang of na een paar vergeefsche po
gingen komt bij een corner eindelijk het zoo
lang verbeide oogenblik. Deze goed. genomen*
komt bij lElecen terecht, die buiten bereik' van
den keeper in het doel vliegt. Verwoed komen
del Amsterdammers thans opgezet. Ook zij hebben
weldra succes. Als bij een prachtig vleugelschot
Slikker gepasseerd wordt. Dit schot verraste
hem volkomen, daar een ieder een voorzet' had
verwacht. Op de wijze als hierboven omschreven
komt spoedig het tweede doelpunt van J.OjS.
Vanaf de aftrap neemt Eecen in combinatie met
v. Meurs de bal mede. Vliegensvlug worden een
drietal spelers gepasseerd, maar het harde schot
van Eecen wordt precies tegen den J.-keeper
geschoten. Dé terugspringende bal wordt wegge
werkt. D.T.S, stelt nog wanhopige pogingen in
het werk gelijk te maken, doch Vrouwe Fortuna
is niet" met hen. Als de scheidsrechter* die uit
stekend voldeed, zijn instrument voor de laatste
maal bespeelt is de stand nog steeds 2—1 voor
J.OJS. Eten uitslag, waarmede zij dubbel en
dwars tevreden mee mogen zijn. A.s. week) Re
„big-match" Vrone 1D'.TjS. 1.
DLT48. 3—N. Niedorp 2. 115—1.
N. Niedorp verscheen met 8 man, zoodat D. 3
een zacht kostje aan hen had, zij) scoorden niet
minder dan 15 maal, tegen N. N. li maal, In!de
twee wedstrijden, door D. 3 gespeeld, scoorden
zij niet minder dan 23 maal, voorwaar een heele
prestatie. 1 1
DJ.T.IS'. 2 moest naar Andijk,-om daar tegen den
kampioenscandidaat Andijk 1 te spelen. De D.-
reserves konden het dan ook niet bolwerken, zij
verloren met 40.
VOOR DEN KANTONRECHTER.
Strafzitting van Vrijdag 17 October.
Duin verinaak of jachtamusement
De eerste strafzaak tegen den 20-jarigen Petrus
de Gr. te Egmond aan Zee en zijn meer jeugdigen
kameraad J. J. E„ wiens ouderlijke woning zich j
in de koninklijke Residentie bevindt, had reeds
op 26 September op het repertoire gepronkt,
doch was destijds aangehouden teneinde den ver
balisant, jachtopziener H. Holtz te hooren en
■werd heden door mr. de Groot, die de functie
van plaatsvervangend kantonrechter vervulde, op
nieuw behandeld. De jongeheer E|. was ook dit
maal niet verschenen, doch had diens vader van
persoonlijke belangstelling blijk gegeven. Dp aan
wezige verdachte, de chauffeur de Gr. bleef ont
kennen, dat zij destijds de bedoeling hadden te
stroopen met assistentie van de hen vergezellende
honden. Het was het plan geweest om een duin
wandeling naar het strand, alwaar de familie E.
een tent had, te maken. 11e jachtopziener legde
echter een zeer verzwarende verklaring af, zelfs
had hij waargenomen, 'dat de honden werden aan
gehitst en eenige konijnen hadden gepakt. Hij
was echter niet in de gelegenheid geweest dezen
jachtbuit op te sporen en in beslagt e nemen.
Heel wat woordjes, vriendelijk en minder vriende
lijk werden gewisseld, doch het slot was een
veroordeeling van de Gr. tot f15 boete óf 10
dagen en den minderjarigen E|. tot f 5 boete of
1 week tuchtschool.
Be allerlaatste kans die geboden werd.
De 36-jarige transportarbeider Jan B., wo
nende te Alkmaar, is helaas den slaaf, van zijn
ongebreidelde zucht naar alcohol en al zooveel
malen veroordeeld, dat hij thans vertoeft in de
rijkswerkinrichting te Hoorn, in den mond des
volks, in hooge mate vindingrijk in het beden
ken van schuilnamen, den „krententuin" genoemd.
Begeleid door een rijkspolitieman, had deze zwak
keling de reis naar Alkmaar aanvaard om, op
nieuw en wel bij 4e herhaling terecht; te staan
ter zake het zich in kennelijken staat bevinden
op den openbaren weg „Het Verdronkenoord"
in den kermisnacht van 25 op 26 Augustus, we'lk
feit was geconstateerd door den politieagent
Staats aldaar.
Het stond cr voor dezen delinquent dan ook
niet te best voor, aangezien hij ondanks al zijn
mooie beloften en heilige voornemens, voortdu
rend weer in hetzelfde euvel vervalt en ook de
hem verleende gunst van een voorw. veroordee-
lingïeeds hopeloos had verspeeld. De heer Amb
tenaar wilde dan ook niet meer van, eenige cle
mentie hooren en vorderde 4 dagen hechtenis en
8 maanden opzending naar een rijkswerkinrich
ting, doch de waarnemend kantonrechter, mis
schien verteederd doör het gezicht van de vrouw
des overtreders, die met een jammerende kleine
op den arm, de terechtzitting bijwoonde, wilde
hem nog een laatste kans geven en veroordeelde
den vergeefs met zijn betere natuur worstelenden
Bachusvereerder tot 5 dagen hechtenis en op
zending voor den tijd van slechts 1 "maand.
Een eind consumptiewortel als projeetiel
gebruikt.
Een te Egmond \aan Zee wonende winkelier, de
39-jarige heer Gerrit A., uitgenoodigd om als
verdachte op deze zitting te verschijnen, naar
aanleiding van het hem ten laste gelegde, feit,
dat hij op 29 Augustus in de plaats, van zijn in
woning der arbeider ;W,illem Abi met een, éind
consumptiewortel tegen het oor had geworpen,
waarop de aldus bejegende heer als contra pres
tatie een klacht had ingediend wegens straat
schenderij. De minder aangename verstandhou
ding was ontstaan, omdat de heer A., die haid aan
genomen om voor verdachte te werken voor een
weekloon van 'f 14, deze betrekking zonder eenige
voorafgaande formaliteit had verlaten, omdat een
ander gegadigd werkgever hem f18 had toege
zegd. Nu had de heer Anog_ een, middag voor
den winkelier gewerkt en kwam nu daarvoor fl
loon vorderen, doch volgens getuige, die de stel
ling huldigde, die het meest geeft, heeft me, had
de verontwaardigde winkelier geantwoord: Eien
klap op je sm. kun je krijgen en hem toen een
eind wortel, waarop hij kouwde in het gelaat ge
slingerd, welk projectiel zijn. oor gevoelig raak
te. De getroffene, die voorheen voor politieagent
hggft gestudeerd, was van meening dat deze be
jegening, als vallende onder artikel 424 wetb.
van strafrecht: straatschenderij daarstellende,
een strafbaar feit opleverde en de kantonrechter
stelde hem heden in 't gelijk, dooij den wortel -
werper te veroordeelen tot f 1 boete of 1 dag,
een meer clemente straf dan door den ambtenaar
die f 10 boete of 10 dagen had gevorderd, was
gerequireerd.
Geen medewerking verleend tot een goede
arbeidsraadadministratie.
De 29-jarige monteur-chauffeur, Corn. Pieter
K. to Texel, had in loondienst gewerkt) bij den
heer Boekei en later die betrekking weer verla
ten, zonder op eenige wijze de administratie van
den Arbeidsraad te Alkmaar met al die mutaties
in kennis te stellen. Daar een dergelijke noncha
lance van lieden ter wier behoeve deze instelling
in het leven is geroepen, zeer hinderlijk werkt,
bestaat daaromtrent dan ook een strafbepaling,
en werd de heer K. alzoo ter verantwoording
geroepen. Het "bleek dat hij reeds vanaf 1 Sept.
1929 Dij Boekei had gewerkt en reeds, een tweede
rentekaart had ontvangen, alvorens de eerste nog
was ingeleverd. Volgens verdachte was die kaart
voortdurend in het bezit geweest van den werk
nemer, doch uit het feit, dat de monteur werd
veroordeeld tot f 3 boete of 3 dagen,, kan gevoege
lijk worden afgeleid, dat deze opheldering door
mr. de 'Groot niet voldoende werd geacht en
geen straffeloosheid waarborgde.
Een vrijspraak, die niet op prijs werd gesteld.
Een Alkmaarsch ingezetene, all round sports
man en asphaltrenner van erkende groote capaci
teit ,de 22-jarige monteur J. J. T., stond terecht
naar aanleiding van de door hem op, volgens het
procesverbaal, niet volgens de gregoriaansche tijd
rekening op Zaterdag 28 Aug. te Heerhugowaard
op den Middelweg begane overtreding en wel
zich op een rijwiel voortbewegend, had vastge
klemd en laten medevoeren door een in beweging
zijnde auto.
De heer T. erkende dit feit, doch beriep zich
op den hevigen wind, die destijds woef en liij
zich op deze wijze het wielrijden had vergemak
kelijkt. Het gemak dient dan ook den mensch,
doch in casu was deze efficiency nog al hoog in
prijs, aangezien de heer ambtenaar f10 boete
of 10 dagen requireerde. 'Toen bleek echter dat
de verbalisant een onjuisten datum had genoteerd,
aangezien het feit was gepleegd op Zaterdag 30
Augustus en had vrijspraak moeten volgen. Maar
de ambtenaar liet in geen geval los en zegde een
nieuwe vervolging toe, zoodat de verdachte die
vrijspraak liever van de hand wees. Gelukkig
echter werd het moeilijke geval tot aller ge
noegen geregeld, omdat de heer T. genoegen
nam met de voorgestelde schikking ad f 6.
Praetiscli, maar niet gevaarlijk.
De heer Arie V., 'n toonaangevend jongmensch
uit de agrariërskringen van Oudorp, bevond zich
in den laatsten nacht der jongste. Alkmaarsehe
kermis, 31 Aug. 1 Sept. j.l. per rijwiel op den
Zuid ervaar tweg in de Schermer, gem. Akersloot
en teneinde zijn vaart met hesparing van parti
culiere arbeidskracht zooveel mogelijk te bespoe
digen, had hij' zich vastgeklemd aan een motor-
i rijder en liet hij zich met een behoorlijk vaartje,
I dat hij met persoonlijke trapvaardigheid nimmer
had kunnen bereiken, .zalig medevoeren. Het
schijnt echter wel, dat iii de Schermer de veld
wachters nimmer behoefte hebben aan nachtrust,
althans de overtreding van den practischen fiet
ser werd geconstateerd, gereclateerd en geverbali
seerd en moest hij heden ontwaren, dat al te
veel spoed niet altijd goed is, daar hij tot niet
minder dan f8 boete of 8 dagen (werd veroordeeld.
Een wereldmotorrijder slachtoffer van
benepen Hollandselie wetsopvattingen.
Een landbouwer uit Winkel, de heer Adriaan
R., viel den lOen Oct. j.l. op den Alkmaarschen
weg in de strikken der Politie en bleek het dat
hij een motorrijwiel bereed, niet voorzien van
twee afhankelijk van elkander krachtig wer
kende remmen, met gevolg dat hij zich kon be
schouwen als te zijn, wat men noemt: de «pi
sang. Hij stond dan ook heden te dier zake (art.
14 motor- en rijwielwet) terecht en erkende het
feit ten volle. Doch ontkende de noodzakelijk
heid van het voorschrift. Hij had op zijn 9-jari-
gen Harley Davidson verschillende werelddeelen
afgetuft en er in Amerika zelfs wel bergen mee
beklommen, zonder dat hem de noodzakelijkheid
van die tweede rem ooit was gebleken. De hoe
ren magistraten toonden echter ten dien aanzien!
wat minder ruim van opvatting te zijn, doch omj
dat de heer R. zijn goeden wil demonstreerde
door voorziening in de bestaande remleemte te
beloven, werd de gevorderde stra ff 15 boete of
15 dagen tot f8 of 8 dagen genadiglijk geredu
ceerd.
Het eontaet liet liier aan stevigheid niets
te wenschen over.
De heer Herman Dl. H., 'n jeugdig kantoor
bediende of iets in dien gesoigneerden geest, al
thans kennelijk geen Zuiderzeewerker of bedie
naar van een hei-toestel, had zich in den laten
avond van 10 Oct. omtrent het elfde uur per
rijwiel bevonden op den Kanaaldijk gem. Bergen
en werd alstoen door een bevoegd ambtenaar ge
constateerd, dat het door den wielrijder gebezig
de lichtapparaat onvoldoende werkte, zoodat een
bekeuring in den vorm van een oproeping op
schrift gesteld, het onontkoombare gevolg was,
benevens verschijning 'des Heeren H. voor den
kantonrechter als verdachte. Volgens toelichting
van den wielrijder was het gebrek te wijten ge
weest aan een zwevend contact. Op 't moment na
dc bekeuring waren de wispelturige kuben van
het lantaarntje weer tot rust gekomen, doch toen
had het onheil zich alreeds voltrokken. Gevor
derd werd f3 boete of 3 dagen, doch mr. de
Groot achtte aan den tol der Gerechtigheid vol
daan door de oplegging van f 2 boete of 2 dagen
hechtenis.