aii
Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
No. 5 TELEFOON INTERCOMMUNAAL NO. 52.
DINSDAG 13 JANUARI 1931
40e Jaargang
Uitgave: Firma L H. KEIZER. - Redacteur IJ. KEIZER. - Bureel Heordscharwaude.
StemmingsbeeSduitGroentenland
Noordscharwoude
Harenkarspel
15
NIEUWE
LANGEDUKM COURANT
deze courant verschijnt
DINSDAG DONDERDAG
en ZATERDAG.
Abonnmentsprijs:
per 3 maanden f 1.15.
AD VERTE NTIEN
Van 1—5 regels 75 cent;
elke regel meer 15 cent.
GROOTE LETTERS
NAAR PLAATSRUIMTE.
en arm soldaat is een goed soldaat, placht mijn
rste compagnies-commandant te zeggen. Wij min
meer gesjochten landverdedigers keken blijkbaar
wat vreemd op bij deze woorden van onzen soldaten-
vader, die dat in de gaten kreeg en toen vervolgde:
als je platzak bent, vraag je dan soms avond- of
nhchtpermissie?
Geen sprake van, om tien uur lig je broodnuchter
onder de wol en slaapt dra den slaap eens gerusten,
staat verfrischt op een je bent instaat een marschje
van 40 K.M., model bepakt, te maken.
Arme soldaten vindt je zelden in de petoet, ze
issen op hun bullen, want ze weten, als er Iets
eg is, kunnen ze het ontbrekende niet betalen.
Kijk me daar die Mulder eens, kerel je hebt een
leur als een vaatdoek. Zeker weer aan de zwabber
iweest.
En met grenzenlooze verachting in zijn stem ver-
jlgd hij: Mijnheer Muller, student van beroep,
oudt er een oppasser op na. Vent, je wolletje kun
i>e niet eens opmaken, je bullen laat je poetsen. Kon
je een ander voor je laten loopen, dan deed je dat
ook nog. Wat 'n landsverdediger, stel je voor een
ompagnie uit louter Muller's bestaand.
I
Inderdaad ls het niet alleen voor een soldaat goed,
lat hij wat schraal bij kas is. Uit de geschiedenis is
nenig voorbeeld te vinden, inzonderheid uit de
ilgemeene, doch ook uit die van ons iegen land
denk maar aan de 18de eeuw), dat rijkdom en
oortdurende vooruitgang tot een vloek werd voor
:en volk.
Groot welvaart leidt zoo gemakkelijk tot een ver-
ijnde beschaving, die in den regel een volk ver
zwakt.
Tegenspoed kan .daarom zeer nuttig, ja noodig
ijn, zelfs zegen afwerpen. Men ziet de waarheid van
et bovenstaande bevestigd in tal van families; de
oorvaderen vergaderden schatten, waren steunpi-
aren voor staat en maatschappij, muntten uit in
elerlei opzicht en de kinderen rustten op de lou-
eren om op eenmaal te ontdekken, dat het bezit
emakkelijker verteerd dan verkregen wordt.
Voor veler besef spreekt "het als het ware van
„elf, dat er altijd vooruitgang moet wezen. Heel
ons menschelijk bestaan hunkert er naar. 't Hoort
blijkbaar zoo. En toch is het zoo niet. De geschiede
nis gaat niet langs rechte lijnen, doch vertoont een
zig-zag-curve, een op en een neergaande lijn. En het
is zelfs de vraag, die velen bezig houdt, of die
zoo fel bewogen lijnen wel vooruitgang toonen.
Doch genoeg hierover, 'k wil het hebben over de
op en neergaande lijn in ons tuinbouwleven.
Dat we zeer moeilijke tijden doormaken, ieder
tuinbouwer, en iedere koopman zal het volmondig
beamen. Maar vergunne me nu eens, de goede
zijde van de depressie naar voren te brengen.
Neen onze aanvoering ter veiling.
Hoe vaak is er gehamerd op het aambeeld: voert
toch aan, straks zitten we met een veel te groot
quantum en dan draagt het eind den last. Er moeten
in Maart en April overvoerde markten, want nu
gaat er veel te weinig weg. Men liet de leiders pra
ten, de schrijvers pennen en lachtte hen nog uit op
den koop toe. Is het niet zoo gegaan?
Een arm soldaat is een goed soldaat en dezer
dagen hoorde ik ironisch zeggen: een arme bouwer
is een goede aanvoerder.
Natuurlijk meende deze man het niet zoo kwaad,
geen sprake van. Schuilt er echter geen waarheid in
zijn zegen?
Nu zien we in Januari een flinke bezette markt.
Ja, maar de prijze nzijn zooveel beter, hoor ik zeg
gen.
Eilieve, wierp ik tegen: kan men bij een oogst als
we in '30 hadden, het goed voor de heden geldende
prijzen eigenlijk wel verkoopen? Dat was toch altijd
het argument.
Nu kan het ook niet en toch wordt er aangevoerd.
Omdat we de centen noodig hebben. Maar vergun
me de opmerking, dat het juist hieredoor zal blijken,
dat het altijd raadzaam is den afzet te verdeelen
over het heele seizoen. En dat zulks nu gebeurt, is
van belang te achten, al betreur ik de oorzaak.
Doch er is nog meer.
Nu blijkt zonneklaar, dat we elkander zoo bitter
noodig hebben. Nu kan zich het beste van ons volk
vertoonen. Hulpvaardigheid, naastenliefde, burger
zin en daarnaast noeste vlijt, doorzettingsvermogen,
ook berusting in het onveranderlijke.
Mag men met gepaste dankbaarheid niet wijzen
op de houding van ons Gewestelijk Bestuur?
Op de bereidwilligheid der Provinciale Staten,
om steun te bieden aan het bedrijfsleven?
Daarnaast een activiteit van de tuinbouworgani
satie, die terecht grootelijks gewaardeerd wordt. Het
was een genoegen, ons blad van jJ. Zaterdag, spe
ciaal de raadsverslagen, te lezen. Algemeen is men
tot steunen bereid. Men hoorde nergens een critlsch
oordeel.
Indien er geen noodzaak was - och stellig had
men in de Staten stemmen gehoord van een tegen
stelling tusschen stad en platteland. En nu? In de
Nederlandsche Mercuur vond ik van de hand van
den heer Michiels een pracht pleidooi over de ge
meenschappelijke belangen van beiden.
Wie sprak in de Raden over bevoorrechting van
èèn groep der bevolking boven andere groepen?
Niemand, die zoo sprak, ondanks het feit, dat we
in ons goede land bij de jongste stembus konden
kiezen tusschen candidaten, behoorende tot 34 di
verse partijen en ondanks het niet minder sprekende
feit, dat de laatste volkstellingkaarten ons - kond
deden, dat er zegge en schrijve 37 officieel erkende
keerkgenootschappen in patria bij de overheid be
kend staan.
Deze eensgezindheid mogen we m.i. rekenen tot
een gunstig gevolg van den nood der tijden.
En dat is voorwaar geen geringe zaak.
ijgen nog moeten mee betalen aan het verlies
op die manier door de gemeente zal worden ge
want de vermindering der pacht zou als het
zou hebben minstens 1500 a 2000 gulden be-
gen, en het is niet onmogelijk dit door andere
astingverhooging binnen te krijgen.
J3pr. zegt, dat echter zijn persoonlijke meening
is'dat de verhuurder ook risico moet dragen en zou
de toestand slecht blijven zou de verhuurder dat in
deze de gemeente zedelijk verplicht zijn mede de
fiiiancieelen strop te dragen.
De heer Francis zegt dat hij eerst van meening
was dat het gewenscht zou zijn de pacht te verla
gen, maar bij nader inizien vindt hij dit zeer be
zwaarlijk, aangezien de pacht niet abnormaal hoog
is en men op deze manier andere landbouwers, die
in even ongunstigen toestand verkeeren, zouden
dïukken door een eventueelen lasteverhooging.
,De heer de Vries sluit zich volkomen aan bij het
gesprokene van den heer Francis en ziet ook in
dat zij, die het even benauwd hebben, dan nogmaals
worden getroffen.
De heer Duijver vraagt wat de rede is dat dit
verzoek eerst heden wordt behandeld bedoeld schrij
ven is toch reeds lang ingezonden, wat aangaat
uitstel van betaling mist nu zijn doel omdat de
huur met Kerstmis betaald moest worden.
De voorzitter zegt, dat het betreffende schrijven
het eenige was wat op de agenda moest worden
geplaatst en wij vonden het overbodig hiervoor een
vergadering te beleggen. Want wat aangaat de
betaling met Kerstmis nu daar wordt nu juist
niet zoo strikt de hand aan gehouden wat echter
niet wegneemt dat hij toegeeft dat het verzoek let
terlijk haar doel mist.
h. Verzoek van een comité van de getroffene van
de natuurramp van 12 Juni 1930 om inzage van
taxatie en uitkeeringslijsten.
Aangezien dit geheel buiten de gemeentelijke
Zaterdagmiddag te 4 uur kwam de Gemeenteraad
in een spoedvergadering bijeen.
Voorzitter Jhr. A. L. van Spengler.
Secretaris de heer K. G. Reinders.
Alle leden zijn aanwezig.
De voorzitter opent deze eerste vergadering in het
Jaar 1931 en memoreert, dat zijn wensch in de vorige
vergadering geuit, betreffende den toestand in den
tuinbouw in vervulling schijnt te gaan gezien de
andere weersgesteldheid met gevolg dat de prijzen
der producten stijgen.
Deze vergadering is op een bij zonderen dag en
uur samengeroepen door een ingekomen schrijven
yan het Provinciaal bestuur inzake de tuinders-
credieten.
De notulen der vorige vergadering worden goed
gekeurd met een woord van dank aan den samen
steller.
Mededeelingen.
Naar aanleiding van de notulen deelt de voorzitter
mede, dat het rapport van het P. E. N., betreffende
overname van het electrischnet is ingekomen, doch
dat uit den aard der zaak' nog geen mededeelingen
gedaan kunnen worden.
Van Ged. Staten, is bericht ingekomen, dat het
onderzoek naar de gemeentebegroting 1931 nog niet
is afgeloopen.
i Tuinderscredieten.
Hierna komt aan de orde een ingekomen stuk van
het Provinciaal bestuur betreffende de tuinders-
1 credleten.
De voorzitter zegt, dat het een vanzelfsprekend
I iets is dat B. en W. hier voor zijn en verwacht spr.
niet anders dan dat ook de raad hierop goedgunstig
zal beschikken, daar naar dit schrijven verlangend
is uitgezien.
De bedoeling is, dat het crediet verstrekt wordt
door de Boerenleenbanken onder garantie van de
provincie en de gemeenten met respect. 70 pCt. en
30 pCt.
Met algemeene stemmen wordt zonder eenige dis
cussie besloten dat de gemeente zich voor 30 pCt.
garant zal stellen.
De voorzitter acht het een gelukkig verschijnsel,
dat met algemeene stemmen dit besluit is genomen.
De uitvoering van een ander berust bij B. en W.
De rondvraag levert niets op waarna tot sluiting
wordt overgegaan.
Vervolg Raadsverslag.
Bovendien is het zeer moeilijk reductie te ver-
leenen aangezien het maar enkele personen zijn
die gemeentelanderijen in huur hebben en zoo re
ductie zou worden gegeven, zouden zij die niet van
de gemeente huurden en dus geen reductie zullen
wel gemotiveerd is dit werk uit te voeren als hier
van een-derde door de gemeente, een-derde door
de Banne en een-derde door de provincie zou worden
bijgedragen.
De heer Francis merkt op, dat, zoo de provincie
zich ook garant stelt hij zich er best mee kan
vereenigen.
De heer De Vries wijst er op dat de Oosterdijk
en de Voorpolder door het drukke en zware ver
keer, dringend verbetering behoeft, maar in Waar
land zijn de wegen in goeden staat, zou het daar
om niet gewenscht zijn wat te laten wachten, het
is een verschil van een-derde, en daarom zou ik
het willen bepalen tot het strikt noodzakelijke
en niet meer aan de hand te halen dan wat noodig
is. Het Bestuur der Banne ziet, zegt spr., volgens
het ingekomen schrijven, ook in dat het in Waar
land gewenscht is te straten, maar de noodzake
lijkheid wordt er niet van ingezien.
De voorzitter merkt op, dat het in Waarland een
bebouwde kom is en er zijn er velen die dagelijks
den weg langs gaan en zij stellen er zeker meer
prijs op als die wordt verbeterd als een weg die
geheel buiten de bebouwde kom ligt. Ik zou daar
om ook liever zien dat eerst de bebouwde kom en
daarna de buitenwegen werden verbeterd, ik kan
inzien dat de Banne, met het oog op de kosten van
onderhoud enz., een ander inzicht heeft. Maar al
is dat het inzicht der Banne, dat is niet het idee
van de subsideerende gemeente.
De heer De Vries zegt, dat de toestand aan den
Oosterdijk onhoudbaar is.
De heer A. Dekker, wethouder, geeft te kennen
dat het hem niet meevalt dat de heer de Vries zoo
spreekt, waar ter plaatse ziet men dat in een be
bouwde kom geen straatweg is, overal ziet men in
bebouwde kommen straatwegen, reeds voor jaren
terug, toen nog van gegn zwaar en druk verkeer
sprake was, en het is zeker genoegzaam bekend,
Aangezien aio geneei uuhch ug i
bemoeiingen is wordt voorgesteld het stuk voor dat een grindweg in een bebouwde kom hoogst
kennisgeving aan te nemen. I onaangenaam is, want het is in den regel stof of
De heer Francis vraagt aan wie óf dit schrijven1 slijk, of het moet zijn dat er zoo juut nieuw grind
is aangebracht en hoe inpleizierig dat is weten wy
was gericht, waarop hij ten antwoord kreeg, van
aan den Raad. j
Spreker kan zich best indenken dat op de werk-
zaamheden van de commissie critiek wordt uitge
oefend, want het is heel moeilijk daarvan bevrijd
te blijven, maar het moet niet gericht worden aan
den raad, al hadden toevallig de Burgemeester en
een paar leden een werkzaam deel in deze zaal.:,
dit werd door hen uitgevoerd als particulier en als
zoodanig staan zij bloot aan critiek, maar dit be
treft niet den Raad.
Wathouder de Groot meent ook dat dit schrij
ven niet aan den Raad moest zijn gericht maar aan
de Commissie van uitvoer. Spr. is er echter van
overtuigd dat de commissie, waarin hij zelf ook zit
ting had, naar best vermogen hebben getracht de
zoo moeilijke opdracht zoo goed mogelijk uit te
voeren, bovendien hebben wij niet enkel op eigen
kracht gesteund maar hebben wij onze plannen
en taxatie herzien met de heeren Veenstra en
Hazeloop, die dan beiden als deskundig bekend
staan, en wij daarom hun uitspraak boven de
onze stelden. Spreker meent dan ook dat hij een
woord van protest moet laten hooren aar. hen die
den burgemeester en den heer Dam bscritiseeren,
Als ze critiek willen uitoefenen, dat ze het dan
maar doen aan de schatters.
De Heer de Vries zegt, dat hij van stond af aan
gezien heeft dat bedoeld comité voor een uiterst
moeilijk geval stond, en dat al de betrokkene zich
met de regeling niet konden vereenigen kan hij
best begrijpen, ik voor mij wil niet beoordeelen of
het goed is gegaan, maar waarom krijgen de be
trokkene geen inzicht van de betreffende stukken,
als de commissie direct wat meer openbaar was
geweest en hadden gezegd op grond van die en
die cijfers zijn wij hiertoe gekomen had werkelijk
gewenscht geweest.
Het voorstel om bedoeld schrijven voor kennis
geving aan te nemen wordt daarna z.h.s. aange
nomen.
i. Verzoek van R. K. Kerkbestuur te Waarland
om voor 1 Mei 1931 in bruikleen te mogen ontvan
gen een terrein voor het onderwijs in lichamelijke
ofeningen ten behoeve van de school aldaar.
B. en W. stellen voor dit verzoek voor nader
onderzoek aan te houden, wat wordt aangenomen.
j. Verzoek van het bestuur der Banne Haren
karspel om voor de uitvoering van ongeveer 3000
meter straatwerk, waarvan de kosten worden be
groot op rond f60.000 een bijdrage te verleenen
van een derde gedeelte.
B. en W. stellen voor rente en aflossing te be
talen voor een-derde en ten hoogste f20.000. af te
lgssen in 20 jaar.
Voorzitter zegt, dat het de bedoeling is dit werk
uit te voeren in de voorpolder, de oosterdijk en
ongeveer 1000 M. in Waarland. Spr. meent dat het
allen en zeker weet dit heel goed de heer de Vries,
die dagelijks in Waarland komt. Ik kan mij dan ook
niet indenken wat hem beweegt zoo te spreken. In
de km van Waarland wonen niet minder dan 27
neringdoenden, die allen toch ook hun reizigers
krijgen, er is hier tamelijk wat leven.
Nu mag de Vries zeggen, de wegen kosten bij
ons veel meer aan' onderhoud dan in Waarland,
maar dat komt m.i. ook, omdat er veel meer werk
van wordt gemaakt, als bij ons grint is aangebracht
dan zien wij de wegwerkers in weken niet meer,
terwijl ze hier geregeld aan het bijwerken zijn, ik
ben er steeds tegen geweest dat de buitenwegen
werden bestraat terwijl het in de bebouwde kom
nog grintwegen zijn.
De heer Francis is van meening, dat als wij bij de
Provincie aankloppen voor een groot plan, wij meer
kans van slagen hebben dan wanneer het een klein
plan betreft en bovendien Waarland heeft evenveel
recht dan een ander deel.
Wethouder de Groot meent ook dat het gewenscht
is de bebouwde kom te bestraten.
De heer Dekker zegt, dat hij steeds heeft ge
tracht om de bestrating goed ter hand te nemen
en het werk in eens uit te voeren, want met een
subsidie van 2500 gulden, dan een gedeelte hier en
dan daar, verwekt veel meer ontevredenheid, ook
wijst spreker er op dat grint voor den weg in
Waarland ook niet gewenscht is. Er gaan thans
230 kinderen school en dat zal met Mei zeker 260
zijn, zij allen gaan den weg langs en o dat pas
opgebrachte grini is zulk een bekoorlijk speelgoed
en er komt dan ook buitengewoon veel in de wal
en in de sloot terecht.
De heer de Vries. De heer Dekker stelt het nu
zoo voor als zou ik er niet voor zijn als Waarland
zou worden bestraat, maar dit is niet het geval
ik heb op het oog den nood der belastingbetalers,
als het kan zou ik er ten volle mijn stem aangeven,
maar ik meen dat wij moeten wachten tot de toe
stand wat minder ongunstig is.
Ook is spr. van meening dat men in Haarlem
liever een-derde van 40 dan van 60.000 gulden zul
len bijdragen.
De voorzitter zegt, dat hij het niet gewenscht acht
onderscheid te maken, op de eene plaats is het
misschien uit het eene en op een andere plaats
weer om een ander rede gewenscht.
De heer Bakker kan zich er best mee vereeni
gen als het werk zal worden uitgevoerd want in
Waarland is er werkelijk behoefte aan, maar zegt
spr., hoe zou het zijn als wij er eens 2 jaar over
deden, misschien was het ook nog voordeeliger in
verband met een mogelijke prijsvermindering van
materiaal enz., en spr. ziet niet in dat de Provincie
wel steun zou verleenen als het in één en niet
als het werk in twee jaar zou worden uitgevoerd,