NIEUWE
Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
No. 9
DONDERDAG 15 JANUARI 1931
40e Jaargang
p^ira (i^ m, Finn] 11| K[|Z[R
- Redacteur J. H. KEIZER. Bureel Noordscharwoude.
Koedijk
TELEFOON INTERCOMMUNAAL NO. 62.
LAMID1JKER (IIIHUI
DEZE COURANT VERSCHIJNT
DINSDAG DONDERDAG
en ZATERDAG.
ADVERTENTIEN:
Van 1—5 regels 75 cent;
elke regel meer 15 cent.
GROOTE LETTERS
NAAR PLAATSRUIMTE.
Dinsdag 13 Januari j.l. vergaderde de Raad van
bovengenoemde gemeente des avonds ten raadhuize
onder voorzitterschap van den heer Jb. Kroon, loco
burgemeester.
Aanwezig waren alle leden.
De Voorzitter opent de vergadering met een woord
van welkom en spreekt de beste wenschen uit voor
de gemeente en de raadsleden voor het jaar 1931.
Voorts merkt spr. op, dat de leden misschien wel
vernomen hebben, dat de burgemeester ongesteld is.
Spreker hoopt dat het Z.E.A. gegeven moge zijn
weer spoedig in goede gezondheid aanwezig te zijn.
Vervolgens roept spreker de clementie der verga
dering in en hoopt .dat de. leiding hem niet al te
zwaar zal zijn.
Na aan de pers het welkom te hebben toegeroepen
wordt bij loting uitgemaakt dat de stemmingen
zullen aanvangen bij den heer Zaagman.
Hierna worden de notulen van de vergadering d. d.
23 December 1930 ongewijzigd goedgekeurd.
Ingekomen stukken.
a. Schrijven Van Dr. v. Hesteren, arts te War-
menhuizen, houdende de mededeeling, dat Burge
meester Wijnveldt, wegens ziekte buiten staat is
zijne werkzaamheden te vervullen.
In verband hiermede deelt'de voorzitter mede,
dat het Dag. Bestuur genoodzaakt was een tijdelijk
secretaris aan te stellen, daar de tegenwoordige
ambtenaar voor deze functie niet is berekend. De
omstandigheden noodzaakten deze functionaris on
middellijk te benoemen.
Thans stelt spreker voor, deAe tijdelijke ambtenaar
door den Raad te benoemen.
De heer Zaagman zegt, tot zijn spijt te hebben
gehoord,, dat de voorzitter in zijn openingswoord
gezegd heeft, dat de leden „misschien" wel van de
ziekte van den burgemeester hebben gehoord. Spre
ker heeft het dan ook gelezen in de kranten.
Echter duidt spreker de beide wethouders niets
ten kwade doch had liever gezien, dat zulks in een
andere vorm was gegoten, opdat de raadsleden
tijdig van deze ongesteldheid op de hoogte waren.
Spreker vraagt of er op het Raadhuis een regle
ment van orde is, dat voorziet in zulke gevallen en
maatregelen genomen kunnen worden.
De voorzitter deelt mede, dat de beide wethouders
kennis hebben gekregen dat de burgemeester onge
steld was en het bericht van den dokter is inge
komen, hetwelk ter inzage is gelegd voor de leden.
Spreker heeft ten overvloede bij de opening hier
van mededeeling gedaan, voor die leden, die wellicht
geen tijd hebben gehad de stukken in te zien.
Weth. Bakker zegt, dat de beide wethouders op
Zondagmorgen bij den burgemeester zijn ontboden
en de mededeeling ontvingen, dat de burgemeester
voorloopig een maand rust moet houden. Hierdoor
werden zij voor het feit geplaatst met het oog op de
zeer drukke werkzaamheden, welke vooral in den
eersten maand van het jaar zoo omvangrijk zijn, te
voorzien in een plaatsvervangend secretaris.
Spreker was, evenals de andere wethouder, van
meening, dat het in deze kleine gemeente onnoodig
was de leden op de hoogte te stellen, daar zulks
toch zeer spoedig algemeen bekend is.
Opdat de werkzaamheden ter secretarie goed zou
den worden behartigd, is het Dag. Bestuur er toe
overgegaan een tijdelijk secretaris aan te stellen.
De heer Zaagman zegt, dat het er niet om gaat,
hoe de zaak is behandeld, doch wel om het regle
ment van orde, of dit in die gevallen voorziet.
De Voorzitter zegt, dat er een reglement van orde
aanwezig is.
De heer Zaagman zegt, dat. er één is voor
den Raad, maar niet één, dat voorziet in deze ge
vallen.
Spreker kan zich best vereenigen met de tijde
lijke aanstelling, doch zegt nogmaals, de zaak, zooals
die thans is verloopen, omtrent de bekendmaking,
liever in een andere vorm te hebben zien genoten.
De voorzitter biedt den Raad aan de volgende
voordracht voor de benoeming van een tijdelijk
ambtenaar:
1. J. P. C. Kroon.
2. W. J. K. Hussum.
No. 1 der voordracht wordt met algemeene stem
men benoemd.
De heer Kroon, aanwezig zijnde, verklaart deze
benoeming te aanvaarden.
In handen van den voorzitter legt de heer Kroon
de vereischte belofte, waarna algemeene felicitatie
V°De heer Kroon dankt den Raad voor het in hem
gestelde vertrouwen en verklaart de werkzaamheden
naar beste krachten en wetenschap te zullen ver
vullen. Spreker roept de medewerking der leden in
en hoopt dat met welwillendheid, vooral den eersten
tijd, op zijn werk zal worden neergezien, daar het
voor een functionaris in den beginne steeds moeilijk
is zich in te werken in een vreemde werkkring.
b. Adres van het Bestuur van „Het Witte Kruis
om verhooging van bijdrage per inwoner tot 15 cent
in verband met aanstellen van een 2e wijkver
pleegster.
De Voorzitter deelt mede, dat het toestaan van
deze verhooging een ingrijpende aangelegenheid is
wat betreft de gemeentefinantiën. Het beteekent
een verhooging van 10 cent per inwoner tot een
totaalbedrag van f 183.20. Gezien echter het groote
belang van de zieken wordt voorgesteld het verzoek
in te willigen.
De heer Kostelijk bevreemdt het, dat eene verhoo
ging van 10 cent wordt gevraagd, terwijl voor de
eerste wijkz. 'n subs. v. 5 ct. p. inw. is verleend
hetgeen volgens spreker ook voor de tweede kan
gelden. Gezien de vele subsidies, die worden toege
staan, zou spreker uit voorzichtigheid met het oog
op de tegenwoordige tijdsomstandigheden liever niet
verder willen gaan.
Wethouder Bakker geeft toe dat een donkere en
sombere toekomst tegemoet wordt gegaan, doch zal
daarom alles moeten worden aangewend om de
zieken de noodige hulp te verschaffen. Voorts merkt
spreker op, dat de zuster, die er thans is, betaald
wordt uit eigen middelen en het bestuur van „Het
Witte Kruis" het in dezen tijd niet raadzaam acht
de contributie te verhoogen, doch eene subsidie te
vragen, die de kosten eener tweede zuster geheel
dekken.
Het blijft vrijwel hetzelfde of de contributie of de
subsidie wordt verhoogd, beide moeten toch worden
opgebracht door de inwoners.
De heer Rijper gaat volkomen met het voorstel
van B. en W. mede, doch zou er nog een andere
bedoeling aan willen toevoegen. Misschien dat spr.
hierdoor te veel op het terrein van „Het Witte
Kruis'' treedt, doch waar het werk steeds door één
zuster is verricht, zullen twee zusters het werk zeer
gemakkelijk af kunnen. Daarom zou spr. de kraam-
verpleging voor de groote gezinnen er aan willen
verbinden.
De heer Zaagman acht eene directe beslissing
moeilijk en vraagt naar een rapport van „Het
Witte Kruis" om hieruit een conclusies te kunnen
trekken. Het is volgens spreker een heeie stap
betreffende de gemeentefinantiën, doch met het
oog op de lijdende menschheid gaat spreker volko
men accoord met een verhooging der subsidie.
De heer de Boer is van meening dat de werk
zaamheden der'wijkzuster steeds omvangrijker wor
den mede met het oog op het bedienen der hoogte-
zon, waarvoor de patiënten voorheen naar Alkmaar
moesten. Mcgelijk kan het verzoek van der. heer
Rijper worden ingewilligd, daar spreker meent dat
het alreeds gebeurt, dat de verpleegster in som
mige gevallen hulp verleent.
Spreker wenscht echter het bedrag toe te staan
afgescheiden of het verzoek wordt ingewilligd of
niet.
De Voorzitter acht de verhooging noodig. „Het
Witte Kruis" heeft alles gedaan om de gemeente
St. Pancras er bij te betrekken, hetgeen echter niet
gelukt is. Door de uitbreidingen der verplegings-
artikelen o.m. ook de aanschaffing van de hoogte-
zon is de verpleging aan den Langendijk op hoog
peil gebracht.
Ook in B. en W. is de kraamverpleging ter sprake
gekomen en zou het een goed idee zijn om een
wenk in die richting te geven. Er zijn vele gevallen,
zooals de t.b.c. gevallen, waar de verpleegster reeds
komt.
De heer Kostelijk is het volkomen eens met den
heer Rijper en zou een dringend verzoek aan het
bestuur willen richten om dit punt in overweging
te nemen.
Wethouder Bakker zegt, dat het bestuur van
meening is, dat een tweede zuster noodig is.
Volgens spreker ligt het niet op den weg van de
ziekenverpleging en zal dus een vereeniging voor
kraamverpleging in het leven diene te worden ge
roepen. Mocht het wel mogelijk zijn, zou zullen de
twee zusters het lang niet afkunnen. Spreker acht
echter de bepaling te verbinden aan de verleening
eener verhoogde subsidie niet mogelijk.
De heer Rijper is van meening dat Weth. Bakker
misschien niet op dp hoogte is, hoe de kraamver
pleging werkt. De verpleegster komt alleen 's mor
gens en 's avonds, doch blijft niet bij de patient.
Spreker is van oordeel dat het werk gemakkelijk
erbij kan worden gedaan en hebben juist die pa-
tienten zeer zeker hulp noodig, meer nog als ge
vallen van een begin van t. b. c.
De voorzitter zegt, veel te gevoelen voor kraam
verpleging doch weet niet of het samen kan gaan
met ziekenverpleging en stelt voor de verhoogde
subsidie te verleenen. met het verzoek de toevoeging
van kraamverpleging in overweging te nemen.
De heer Zaagman merkt op dat in gevallen waar
hulp noodig is, zulks kan geschieden in overleg met
de verloskundige en in sommige gevallen met de
doctoren.
Met allen voor wordt het voorstel van B. en W.
aangenomen.
c. Missieve van Ged. Staten ter erkenning van
de bijdrage van f 600.- voor het Kanalenplan.
d. Missieve van Ged. Staten, houdende verdaging
van de beslissing over de gemeente-begrooting.
1. Missieve van den Inspecteur der Directe Be
lastingen, betreffende geraamde zuivere opbrengst
grondbelasting en personeele belasting.
De voorzitter deelt mede, dat de opbrengst der
eerstgenoemde belasting is geraamd op f 5600, op
centen f1400, die der tweede genoemde f5200, op
centen f1200.
f. Schrijven van het bestuur van de „A. N. G. O.
B.", bevattende verslag over 1930.
g. Schrijven van "Knegt en Zonen te Amsterdam,
houdende dankzegging aanvrage storm-verzekering.
h. Bericht van G. Langedijk, houdende aanne
ming benoeming lid plaatselijke commissie van Toe
zicht op het L. O.
i bericht van W. F. G. de Ruiter, P. Heertjes,
j. v. d. Abeele, J. Kuilman, M. Bommer en J. v.
Hout, houdende aanneming benoeming tot lid van
I Commissie tot Wering van Schoolverzuim,
j De voorzitter uit den wensch dat deze leden
wederom met genoegen deze functie zullen vervullen
in het belang van het onderwijs.
j. Bericht van Ged. Staten, houdende goedkeu
ring van de wijziging der Begrooting 1930.
k. Schrijven van D. T. S., houdende mededeeling
van accoordgaan met de voorwaarden door den
De Voorzitter hoopt, dat D. T. S. zal handelen
geheel naar genoegen van den Raad.
1. Schrijven van de heeren van Zoonen te Oude-
Niedorp en van W. Bakker te Berkhout, dat zij
niet in aanmerking kunnen komen voor benoeming
tot tijdelijk Secretaris.
De voorzitter deelt mede, dat de benoeming als-
zoodanig nogal moeite heeft veroorzaakt daar het
niet zoo gemakkelijk was een functionaris te krij
gen. De beide bovengenoemde heeren waren tot hun
spijt verhinderd. Spreker brengt hun een yoord
van dank voor hunne welwillendheid, daar zij, indien
het hen mogelijk ware geweest, de functie hadden
aanvaard.
m. Mededeeling van B. en W., dat J. P. C. Kroon
door hen is benoemd tot tijdelijk ambtenaar.
Benoeming lid Burg. Armbestuur.
Wegens periodieke aftreding van den heer KI.
Bruin als lid van het Burg. Armbestuur is de vol
gende voordracht samengesteld:
1. KI. Bruin.
2. P. Kuilboer.
Met algemeene stemmen wordt de heer KI. Bruin
alszoodanig benoemd.
De voorzitter merkt op, dat de heer Bruin bereids
een 14-tal jaren in het B. A. zitting heeft gehad
en steeds een onpartijdig standpunt heeft inge
nomen.
Voorstel van B. en W. ter garantie van tuinders
voorschotten.
De voorzitter zegt, dat het voorstel behelst de
garantiestelling der gemeente van 30 pCt. der te
verleenen credieten aan de tuinders.
Dit vooiftel is alweer een ingrijpen in de gemeen
tefinantiën, veroorzaakt door de buitengewone
slechte toestand doordien de meeste tuinders te
weinig kool hebben. Voor degelijke, flinke personen
is het misschien redding. Spreker heeft een onder
houd gehad met een bestuurslid van de Boeren
leenbank, die van gedachte was, dat er niet zoo
veel tuinders, hiervan gebruik zullen maken, niet
tegenstaande moet de Raad goedkeuring verleenen
om de gelegenheid om voorschotten te verstrekken
open te stellen.
De heer Rijper is van gedachte, dat het toch niet
kan worden afgestemd en de korstjes al geweekt
zijn en het wel hetzelfde zal zijn als met de kana
lisatie, en het in zekeren zin door Ged. Staten wordt
opgelegd.
De heer de Boer hoopt, al is het een ingrijpen in
de gemeentefinantiën, dat het tenslotte toch voor-
desl zal opleveren voor de gemeente en dat de
tuinders met steun in hunne bedrijven kunnen blij
ven. Of de steun voldoende zal zijn, is volgens spre
ker een vraag. Spreker vindt de opvatting van Ged.
Staten wel eigenaardig dat er geen vaste norm per
H. A. is genomen.
De voorzitter zegt, dat iedere tuinder die er voor in
aanmerking komt, 1/6 van de opbrengst 1928-1929
kan krijgen. Iemand met een grooter bedrijf, ont
vangt dus meer.
De heer de Boer zegt, dat het zijne bedoeling
is, dat de behoeften om een bedrijf op gang te
brengen, dezelfde zijn, daar de hoeveelheid kunst
meststoffen, arbeidskrachten enz. voor iedere Ö.A.
gelijk zijn.
De heer Zaagman heeft de voorwaarden grondig
bestudeerd en gelooft als deze aan de aanvragers
worden voorgelegd, velen zach zullen terugtrekken.
Ook van de zijde der Boerenleenbanken kunnen
bezwaren rijzen tegen sommige voorschotnemers.
Spreker betreurt dat in een land- en tuinbouwend
land zooals Nederland een dergelijke credietverlee-
ning niet van de Regeering uitgaat.
Spreker zal ook, gezien de zeer scherpe voorwaar
den, niemand aanbevelen er toe over te gaan, daar
de menschen als 't ware voor de slachtbank staan.
Ook is juist datgene uitgeschakeld, juist het punt
waar het om gaat, n.l. dat niets wordt gedaan tegen
de armoede, die bij velen zoo heerscht, doch alleen
wordt beoogd het landsbelang en dat van den
tuinbouw.
Spreker zal niettemin zijn stem gev$n aan het
voorstel, opdat velen nog een kans zullen krijgen
om hun bedrijf uit te oefenen.
De voorzitter zegt het eens te zijn wat betreft de
zware voorwaarden, doch is de heer Zaagman toch
even abuis.
Iedere bouwer, die voor zichzelf werkt, mag iedere
week hiervoor arbeidsloon opgeven, evenzoo voor
zijne kinderen en knechts, die in zijn bedrijf werk
zaam zijn. Toch vraagt spreker zich af wie er zullen
komen.
De heer Kostelijk vindt de steunregeling geen
ent waard. Er worden menschen geholpen, die
het misschien nog één jaar uithouden.
Spreker becritiseert de regeering die in oorlogstijd
f 1000 van een wagon goed opeischte en nu de cri
sis daar is, nu moet de gemeente nog voor 30 pCt.
garant zijn.
Als deze tijd nog 2, 3 jaren duurt zal de gemeente
de 30 pCt. er bij moeten leggen.
Spreker vindt de steun van rijkswege meer dan
treurig.
De voorzitter is het eens met de heeren Zaagman
en Kostelijk, doch de voorwaarden worden nu een
maal zoo voorgelegd, waaraan weinig valt te doen.
De steun moest uitgaan van het Rijk en niet van de
Provincie. Waar dit nu wel het geval is, kunnen
wij de Provincie niet anders dan dankbaar zijn,
voor deze steunverleening.
De heer Kostelijk acht het nemen van een besluit
verbazend moeilijk, niet wetende waarvoor de Raad
kan komen te staan.
Weth. Bakker vindt het voor B. en W. een zeer
lastige positie, daar er menschen zullen komen die
men persoonlijk graag zou willen helpen, doch
noodgedwongen afgewezen moeten worden.
De heer Rijper zegt, het onbillijk te vinden, dat
de kleine lieden voor het hoofd worden gestooten,
daar zij ten achter staan bij de grootere.Zij toch
waren immers genoodzaakt in 1928 en 1929 hun
kool te verkoopen, omdat zij het niet konden uit-
zingen. Wie tenslotte van de hooge prijzen hebben
geprofiteerd zijn de groote bouwers.
Spreker zal zich niet onttrekken aan het voorstel.
De heer Boer ach het beter dat de voorwaarden
niet zoo pessimistisch worden opgenomen. Degenen,
die er maar half van kunnen profiteeren, moeten
het doen.
De heer Zaagman zegt uit artikel no. 11 der
voorwaarden de conclusie te hebben getrokken dat
B. en W. en het bestuur der Boerenleenbank een
geweldige zware taak op de schouders is gelegd.
Ook art. 12 vindt spreker lang niet optimistisch.
De heer de Boer blijft er bij, dat niet alxeen de
Raad maar ook de tuinders de voorwaarden niet al
te pessimistisch moeten beschouwen.
De voorzitter zegt naar aanleiding van de onbil
lijkheid genoemd door den heer Rijper, dat Ged.
Staten nu zijn gekomen met dit voorstel, waaraan
niets te veranderen valt. Spreker is het eens met den
heer Zaagman, dat men er niet zoo licht moet over
denken.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het
voorstel van B. en W. aangenomen.
Nog is ingekomen een verzoek van de afd. van de
Landpachtersbond.
Waar in de vorige vergadering is besloten mgt het
betalen der pacht clementie te gebruiken en hiervan
uitstel is verleend te 1 April, stellen B. en W. voor
het verzoek voor~kennisgeving aan te nemen.
Aldus wordt besloten.
B.en W. vragen machtiging over te gaan tot het
eenvoudige repareeren van het brandhuisje en zplks
zoo spoedig mogelijk te doen geschieden.
De heer Kostelijk zegt, dat reeds eenigen tijd
geleden besloten is niet tot nieuwbouw over te gaan,
doch het huisje te repareeren. Toen is door den
voorzitter opgemerkt, dat het materiaal natregendé.
Spreker vraagt zich af, waarom het nu zoo lang
moet duren, daar toen is gezegd, dat het zoo
hoogst roodzakelijk was. Als dat zoo was, waarem
wordt het materiaal dan aan verrotting blootgesteld,
daar dit toch het gevolg ér van is.
De heer Zaagman sluit zich volkomen hierbij aan.
De voorzitter weet zich niet meer precies te her
inneren of die woorden zijn gezegd.
De heer Kostelijk dringt er op aan, tvaar destijds
gesproken werd van hoogstnoodzakelijk, een besluit
dienaangaande dan ook met spoed dient uitge
voerd.
Weth. Bakker zegt, dat het Dag. Bestuur van
meening was, dat in de naaste toekomst toch tot
nieuwbouw zou moeten worden overgegaan. Dit was
de reden dat een uitnoodiging was gezonden aan
de leden om onder leiding van een deskundige het
huisje bij daglicht nog eens te bezien. Niet alle
leden hebben aan de vriendelijke uitnoodiging ge-^
hoor gegeven en vraagt spreker de meening van de
toen aanwezige leden.
De heer d? Boer erkent dat het hem niet meeviel
doch meent dat met reparatie kan worden volstaan.
Sprek-r is er niet voor om een bedrag van f800
te voteeren voor een nieuw huisje.
De voorzitter sluit de discussies waarna het voor
stel wordt goedgekeurd.'
Rondvraag.
De heer Rijper zegt van een ingezetene het ver
zoek te hebben ontvangen aan den Raad te ver
zoeken toestemming te verleenen de boom, staande
voor het huis van spreker, en kwijnende is te
mogen rooien.
Dit geschiedt dan gratis en wordt hiermede aan
een werklooze werk verschaft.
De voorzitter zegt onderzoek toe.
De heer Rijper merkt nog op, dat door de laag
hangende takken veel last wordt veroorzaakt aan
de telefoondraden.
Weth. Bakker, na de beste wenschen voor een
spoedig herstel van den burgemeester te hebben
geuit, deelt mede van den burgemeester de op-
opdracht te hebben ontvangen, dat de werkzaamhe
den ter secretarie tot op den laatsten dag bij zijn.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering onder
dankzegging voor de ondervonden medewerking
der leden, waardoor zijn taak als voorzitter zoozeer
is vergemakkelijkt.
Dinsdag middag vergaderde de Raad voltallig.
Voorzitter de heer P. Kikkert. Secretaris de heer
A. Sloof.
De voorzitter opent de vergadering en zegt, dat
hij de traditie getrouw allereerst een terugblik wil
slaan op het afgeloopen jaar en dit jaar in zekeren
zin een belangrijk jaar aan gebeurtenissen is ge
weest, doch ook voor vele menschen een nachtmer
rie is geweest.
Met deze simpele woorden is het jaar 1930 getee-
kend. Voorzoover betreft de voornaamste besluiten,
noemt spreker het besluit tot aansluiting van den
Achterweg aan het waterleidingnet, waardoor thans
alle wegen aan dat net zijn aangesloten. Voorts
werd vastgesteld een niuwe onderwijsverordening;
een overeenkomst werd aangegaan met de gemeente
Alkmaar voor gaslevering, bij Raadsbesluit van 24
Juli j.l. De hoofdleidingen en aftakleidingen zijn ge
reed en het ligt in den lijn, dat thans de rijst: wan
neer komt het gas; spreker zal het prijs stellen
wanneer spoed wordt betracht, daar de menschen er
thans op wachten.
In verband met den natuuramp van 12 Juni werd
door den Raad besloten een bijdrage van 20 pCt.
van het schadebedrag in de gemeentae, voor reke
ning der gemeente te nemen. De voorzitter spreekt
er zijn genoegdoening over uit, dat het storm-ramp-
comité het geheele schadebedrag heeft uitbetaald.
ZIE VERVOLG VIERDE PAGINA.