PUROL
Buitenlandsche
Brieven
IKt den Omtrek
Ziek*
In Duitschland is dat anders.
En zoo wij nu in ons land kregen een actieve
handelspolitiek met een vechttariefe wat zouden dan
daarvan de gevolgen zijn?
Wanneer dat in toepassing werd gebracht zouden
we niet meer kunnen vasthouden aan de meestbe-
gunstiging.
Dan zouden daarmede alle gunstige bepalingen
voor ons vervallen.
Dan zullen we maar moeten zien wat we van de
rest terecht brengen om bepaalde gunstige bepalin
gen voor ons te krijgen.
Nu zal men zeggen, dat Duitschland toch ook be
lang heeft bij uitvoer naar Nederland en dus mis
schien Iets voor Nederland zal willen doen.
Maar dan moeten we goed voor oogen stellen
dat Duitschland geen maatregelen neemt om spe
ciaal ons te treffen of om ons onaangenaam te zijn,
maar meent uit eigen belang er mede gebaat te
zijn.
De bepalingen van het Vredesverdrag van Ver
sailles en de economische toestand dwingen Duitsch
land tot deze harde noodzakelijkheid terwille van
eigen productie.
Bij het voeren van een actieve handelspolitiek
heeft men wel degelijk rekening te houden met de
daaraan voor ons verbonden bezwaren.
Het is geen gevoelskwestie maar een belangen
kwestie.
Met het onderhandelingstarief hebben wij door
Zwitserland al heel veel ervaring opgedaan.
En wanneer wij nu een vergelijking maken tus-
schen Zwitserland en ons land, dan vraag ik den
voorstanders hiervan om duidelijk te maken da't het
in Zwitserland beter is dan hier.
Nederland maakt inderdaad nog een goed figuur.
Wij staan thans midden in de grootste econo
mische crisis, die de wereld ooit heeft beleefd.
Een wanneer men dit alles overweegt dan komt
men tot een andere conclusie.
Niet een onderhandelingstarief begint men met
een laag tarief, maar op den duur gevoelt men
behoefte aan verhooging.
En ook op dit gebied heeft Zwitserland ons veel
geleerd.
Men komt in structuur tenslotte dicht bij een
land dat in wegen de protectionistische politiek
voert.
En wanneer ik dit alles overzie, dan kan ik niet
inzien dat langs dezen weg iets noemenswaards valt
te bereiken.
Zoo dus dergelijk maatregelen niet leiden tot ver
betering, dan mag men ook die richting niet uitgaan.
Er zijn misschien tal van maatregelen door de
regeering te nemen, om de moeilijkheden te beven
te komen.
En wanneer men een groot aantal maatregelen
kan noemen, dan wordt zeker ook iets bereikt.
Eén van de belangrijkste is zeker wel
Na de prijzen op zoo'n laag peil zijn gekomen
leggen de hooge spoorvrachten een te zwaren druk
op den tuinbouw.
Toen wij bij de begrooting aandrongen op verla
ging, wilde de regeering daar niet aan. Zij meende
de gestie van de spoorwegen te moeten bekijken van
het standpunt van goede bedrijfsvoering.
Maar aan den anderen kant worden wel lagere
tarieven berekend voor het doorvoerverkeer.
Een wagon buitenlandsch fruit van Rotterdam
naar Maastricht, doet minder aan vracht dan een
wagon Nederlandsch fruit in omgekeerde richting.
Wanneer dit verbeterd kan worden, moet men
ook trachten verbetering te krijgen.
Ook andere tarieven zijn te hoog.
B. v. die op de keuring van vleesch, bij den uit
voer van vee, die bij den uitvoer van tuinbouwpro
ducten (aardappelen).
De tarieven voor de telefoon zijn ook voor ver
betering vatbaar.
Maar de regeering kan ook nog op andere wijze
helpen.
Door ons is voorgesteld
afschaffing van den vleeschaccijns, afschaf
fing van de opcenten op de Grondbelasting.
Terwijl dit laatste bij motie van Mr. Oud werd
aangenomen, en door den' minister overgenomen.
Of er iets van zal komen zullen we moeten af
wachten.
Ook hebben wij bij de regeering aangedrongen op
Hierbij wil ik er op wijzen dat de ontwikkeling
van den tuinbouw aan de volksvertegenwoordiging
en aan de regeering een groote taak heeft opgelegd,
- in welke richting wij het bedrijf kunnen en moe
ten stuwen.
Nu het buitenland bezig is met het nemen van
proeven om in eigen behoeften te voorzien, daar is
voor ons een aanleiding in gelegen om te komen
tot veredeling van onze producten, tot verbetering
van de kwaliteit.
Want het is nog immer een bewezen feit dat de
beste producten de hoogste prijzen geven.
En daarmede heeft Nederland een grooten voor
sprong op het buitenland.
In het buitenland verkeert men nog in het begin
stadium, terwijl ons land ver vooruit is.
Wanneer wij kunnen en willen klagen dan moeten
wij onze producten opvoeren in sorteering en ver
pakking. Daarin is een groote kracht gelegen.
En moeten wij ons daarom nu laten ontmoedigen.
Wij moeten voortgaan in ons streven om de pro
ducten op te voeren, zoowel in kwaliteit als in kwan
titeit, en mogen dan ook van de regeering eischen
dat zij ons met alle mogelijke middelen steunt.
(Applaus)
Spr. wil het voor hedenavond voorloopig hierbij
laten, waarna het woord gegeven wordt aan Mr. Oud
voor het uitspreken van zijn rede.
Rede van Mr. P. J. Oud.
Spr. begint met te zeggen dat ook hij niet kan
beoordeelen wat nu precies de oorzaak van de we
reldcrisis is. Spr. gelooft dat niemand dit zal kun
nen zeggen, daar het een Internationaal verschijnsel
is. Door regeeringsmaatregelen is dit ook niet op te
lossen, daar wij menschen hier machteloos tegenover
staan. Als oorzaak denkt spr. dat het de naweeën
van den wereldoorlog zijn, welke de crisis veroor
zaakt hebben. Door den wereldoorlog is een vernie
tiging van kapitaal en menschen ontstaan, wat leid
de tot een algeheele verarming. Er is nu een te
veel aan goed hoewel millioenen menschen gebrek
leiden. Overproductie beteekent dat er geen afzet
gebied is en geen loonende opbrengst. Door den
wereldoorlog hebben de landen schulden gekregen
en wijst spr. daarbij op Duitschland, dat een groo
ten schuldenlast heeft. Hierdoor is de koopkracht
verminderd.
Rusland overstroomde de markt met zijn prducten,
daartoe in staat gesteld door de weinige productie
kosten, wat o.m. door dwangarbeid bereikt wordt.
China verkeert door de vele troebelen in moeilijk
heden.
De geleerden noemen als een andere oorzaak, dat
de hoeveelheid goud, wat als waarde dienst moet
doen te gering in voorraad is, wat als gevolg heeft
dat de prijzen dalen. Van groot belang is dat de
geheele wereld tot stabilisatie komt. Ook hierin
is een taak voor den Volkenbond weggelegd. De han
delspolitiek speelt hierbij een rol, n.l. de vrijhandel
of bescherming door invoerrechten. Het is een alge
meen voorkomend verschijnsel de laatste 100 jaar,
dat men in tijden van depressie om bescherming
roept, teneinde een loonende prijs te verkrijgen. In
het buitenland nu zien wij niet anders dan dat de
tariefmuren zijn verhoogd. Zij die zich hiertegen
verzetten oet nmmen dogmatisch. Wij, Vrijz. De
mocraten, zegt spr. willen niets weten van dogma's.
Wij verwerpen godsdienstige en politieke dogma's.
Is nu het vrijhandelstandpunt een dogma? Wij zijn
bereid al is het morgen aan den dag ons standpunt
te laten varen, als overtuigend wordt bewezen dat
bescherming beter is voor het geheele Nederlandsche
volk. Kan bescherming voor een bepaald bedrijf wel
eens goed zijn, dan nog is de vraag of dit in het
algemeen belang is. Het schoenenwetje dat 7 jaar
geleden op voorstel van Minister Aalberse werd ge
nomen en waar de geheele linkerzijde tegen was,
had tot gevolg dat de Nederl. bevolking duurdere
schoenen koopen. Een verzoek van de aardewerk
fabrikanten werd gelukkig verworpen, daar dit'
anders ongetwijfeld weer door andere aanvragen ge
volgd zou zijn. Het levensonderhoud zou hier duur
der worden en ook het bedrijfsleven zwaarder be
last worden. Wel kan getracht worden de lasten op
te heffen, welke op de bedrijven drukken. Spr.
noemt hierbij verlichting der Sociale lasten. Het
gevolg van beschreming is nog meer lasten op de
bevolking. De tuinbouw welke voornamelijk op
export is aangewezen is met bescherming niet ge
baat. Zoo goedkoop mogelijk moet geleverd worden
en nu zullen de kosten der producten juist door de
beschermende rechten stijgen. Om tegenmaatregelen
te nemen, een actieve handelspolitiek, is voor een
klein land veel moeilijker dan voor een groot land,
Ook omdat wij op het buitenland zijn aangewezen.
Bij het schoenenwetje heeft men concessie's moeten
doen, daar Tsjecho-Slowakije dreigde den invoer
van Nederl. groenten te'verbieden. Dit is een dui
delijk voorbeeld wat ons te wachten staat bij een
actieve handelspolitiek. De ervaring heeft geleerd
dat men hier niet mede bereikt, maar er hoe langer
hoe dieper inkomt. Er ontstaat een tarievenoorlog.
De wereld kan alleen profiteeren als er een afbraak
komt van de hooge tarieven en de Internationale
vrijhandel wordt toegepast. In Duitschland, dat den
oorlog verloren heeft en in Amerika, die den oorlog
gewonnen heeft, twee tegenstellingen dus, is ge
bleken dat de toestand door bescherming niet ver
beterd is. Deze landen zijn door de economische
crisis nog dieper getroffen als Nederland. In Amerika
gaan nu al stemmen op om een andere richting in
te slaan, n.l. die van den vrijhandel. In Geneve zijn
de besprekingen begonnen tusschen de verschillende
landen om een andere richting uit te gaan, niet de
te voeren handelspolitiek. Ook zijn kortelings in
Den Haag hierover besprekingen gehouden tus
schen Duitschland en Nederland, zoodat geconsta
teerd kan worden dat er een nieuw beginsel begint
baan te breken. Spr. wijst hierbij nog op de meest
begunstigings-clausule waarvan ook door den heer
Ebels reeds een en ander is gezegd. Het spr. vaste
overtuiging dat men de belangen van het bedrijfs
leven niet dient met protectie. Wat er dan wel ge
daan moet worden in het belang van den land- en
tuinbouw noemt spr. een taak voor de regeering
en volksvertegenwoordiging, waarbij spr. zich af
vraagt of de Min. van Binnenl. Zaken wel de noo-
dige aandacht aan het vraagstuk van den landbouw
kan schenken, aar ook de Directeur van den land
bouw uit zijn functie is ontheven. Spr. noemt als
verbetering welke tot stand zou kunnen komen o.m.
afschaffen van vleeschaccijns, een herziening der
vrachttarieven, een andere bedrijfspolitiek bij de
spoorwegen, waarbij het maken van winst niet de
hoofdzaak mag zijn enz. Dit alles kan het econo
mische leven van de bevolking verbeteren, ook door
het overschot van 300 millioen dat van 1925-1929
door onze regeering meer ontvangen is dan uitge
geven. Gedurende die jaren hebben wij een steun in
den rug gekregen om de moeilijkheden te overwin
nen. Tenslotte het vraagstuk van de sociale lasten,
waarbij niet uitsluitend zij die in loondienst zijn
behooren te profiteeren, doch ook zij die in het
vrije bedrijf werken. Spr. noemt in verband ook de
verzorging van de Ouden van dagen, die nog veel te
wenschen overlaat. Men moet rekening houden met
de draagkracht der bedrijven als een eisch van
Sociale rechtvaardigheid bij het heffen der sociale
lasten. Spr. eindigt met dezelfde opwekking als vo
rige spreker n.l. om den moed niet te laten zakken,
daar de crisis niet eeuwig zal duren. Wij moeten
niet wanhopen aan den toekomst, doch onze schou
ders er onder zetten. Applaus.
Hierop volgt een aangename gedachtenwisseling,
waaraan verscheidene bezoekers deelnemen. Nadat
beide spr. van antwoord gediend hebben volgt slui
ting door den voorzitter van deze geanimeerde ver
gadering.
BRIEF UIT BERLIJN.
(van onzen correspondent.)
BERLIJN, Februari 1931.
Het verdrag van Versailles heeft Duitschland o.a.
de verplichting opgelegd, de algemeene dienstplicht
af te schaffen en zijn leger uitsluitend samen te
stellen uit vrijwilligers, die zich moesten verplichten
tot een diensttijd van 12 jaar. De militaire dienst
geeft er dus velen een levensbestaan, doch voor
de betrokkenen zelf is er het nadeel aan verbonden,
dat zij na den vastgestelden tijd onherroepelijk
weer moeten opgeven en dan maar moeten zien,
hoe zij als burgers op een andere manier hun brood
kunnen verdienen.
Wat zouden de gevolgen kunnen zijn?
Deze bepaling zou zonder meer tengevolge kunnen
hebben, dat het leger langzaam maar zeker ontaard
de in een tuchtelooze bende, waarin slechts f vontu-
riers zouden willen dienst nemen, menschen die niets
te verliezen hebben en van de hand in de tand leven
zonder zich om de toekomst te bekommeren. 7,oo'n
leger zou onmogelijk een eenheid kunnen normen
met de regeering en het volk, die het heet te die
nen. Om deze ontreddering van het leger te voorko
men en de goede elementen der bevolking, die gewil
lig en aan tucht gewend zijn tot dienstname te biwe
gen, moest de Duitsche regeering uit den aard der
zaad alles in het werk stellen om de soldaten gelogen
held te geven zich grondig voor te bereiden cp het
een of andere beroep, dat zij later in de burgarmnat
schappij zouden moeten uitoefenen.
Opleiding van soldalen.
Het betrokken ministerie heeft de moeilijkheden,
die aan het vraagstuk verbonden waren, ten volle
onderkend en daarom wordt er in geen enkel ander
land ter wereld zooveel gedaan voor de verders
ontwikkeling der soldaten ,n voor het onderbrengen
der ontslagen soldaten in een burgerlijk beroep. De
verdere ontwikkeling wordt bereikt door drie soor
ten vakscholen, die resp. opleiden voor kantoor
werkzaamheden, voor technische beroepen en ver
schillende ambachten en voor het boeren bedrijf, j
De soldaten worden in een van de drie groepen in-
gedeeld, waarbij voor elk persoonlijk met zijn levens
omstandigheden rekening wordt gehouden.
Landbouwers.
De opleiding voor het boerenbedrijf is het interes-
santste en tevens het minst bekend, hoewel toch j
landbouwers gekweekt worden, die hun vaderland
eenmaal groote diensten zullen kunnen bewijzen, j
Het merkwaardige bedrijf bevindt zich twee uur spo
ren svan Berlijn op een stuk grond, dat toebehoort
aan de school voor artilleristen te Juterborg. Men
zou zich wanen op een groote boerderij, wanneer
niet alle deturen en ramen wijd open stonden, ter-
wijl al het werk in de stallen en op het land gedaan j
wordt door soldaten. De akkers zijn 60 ha. groot, j
de weiden 12 ha. De soldaten zijn gebruind door de
zon en krachtig van gestalte. Zij verrichten met bij-
na kinderlijk pleizier het heusch niet lichte werk i
en toone met zichtbaren trots hun veestapel: 3 af ge
dankte legerpaarden, 2 koeien, 1 vaars, l stier, l
kalfje, 10 zeugen, 12 beren een kippenfokkerij van
Roedlander en Wyandottes, ganzen, duiven, kortom
alles wat men op een boerderij van 60 ha. vinden j
kan.
Het bedrijf is dus ongeveer hetzelfde als wat de j
soldaten na hun ontslag zullen vinden op de voor
hen afgezonderde kolonies in Oost Duitschland.,
Mecklenburg en Brandenburg. Zij worden theoretisch
en practisch onderricht in alle werkzaamheden, die j
zij later op hun stukje eigendomsgrond moeten kun-
nen verrichten. Zij moeten melken, veevoer koken,
ploegen, maaien en dorschen, met dezelfde techni- j
sche hulpmiddelen, die zij later ook tot hun beschik-
king zullen hebben.
Aneder scholen.
Er zijn nog meer van zulke landbouwscholen in
Duitschland, en de exploitatie ervan is niet eens zoo
bijzonder kostbaar. Zoo zijn de stallen en schuren
te Juterborg voornamelijk door de soldaten zelf
opgetrokken van oud materiaal, dat de school der
artilleristen nog bezat. Uit de opbrengst van de
melk en het varkensvleesch bestrijdt men de aan
schaffing van landbouwwerktuigen en de regeering
stelt den grond kosteloos ter beschikking. De eenige
extra-onkosten worden gevormd door de salarissen
der beide landbouwleeraren, die de soldaten niets
meer, maar ook niets minder moeten bijbrengen dan
wat zij later op hun eigen kleine boeredijren noodig
zullen hebben.
Ontwikkelingscursussen.
Theoretisch leeren de soldaten veel meer: schei-
kunde, plantkunde, het fokken va ndieren, het plan-
ten en veredelen van vruchtboomen, natuurkunde,
Duitsch en landbouwkundige boekhouding. Er zijn
vijf klassen voor soldaten die resp. in hun 8e, 9e, 10e
11e en 12e dienstjaar zijn. Elke cursus duurt drie
maanden en wordt dan weer agewisseld door 9 maan
den dienen bij de troep. In het laatste dienstjaar
duurt de cursus zelfs 9 maanden en blijven er maar
3 maanden over voor den militairen dienst. Voor
het volgen der cursussen worde nde soldaten over
geplaatst naar Juterborg en vrijgesteld van bijna
alle militaire werkzaamheden. Zij worden boven
dien nog eenigszins op de hoogte gehouden van
landmeten, zakenverkeer, warenkennis, kennis boek
houdkunde, enz. Na het doorloopen der 5 klassen leg
gen zij een theoretisch en practisch examen af, en
pas daarna volgt de plaatsing op een kolonie.
Nu vraagt men zich allicht af hoe een ontslagen
soldaat aan het geld komt om een boerderij van
50 of 60 ha. te krijgen met het noodige vee en om
er een huis op te bouwen. Om te beginnen krijgt elke
soldaat die niet voor kantoorwerkzaamheden wordt
opgeleid, bij zijn ontslag een bedrag van 9000 mark
in handen. Als hij in aanraking komt voor een plaat
sing als kolonist, geeft de regeering hem een cre-
diet van 90 procent van de waarde, der door hem
aangekochte gronden, enz. Hij betaalt een rente
van 3.5 procent en moet jaarlijks 2 procent van het
geleende kapitaal aflossen. Hierdoor is het een goed
landbouwer en handige koopman mogelijk binnen
36 jaar van alle schulden af te zijn, later vermindert
nl. het geleende bedrag en daarmede de rente, zoodat
hij desgewenscht meer kan aflossen.
De resultaten der opleiding.
De ervaringen die men tot dusver met de soldaten
kolonies heeft opgedaan bewijzen, dat een soldaat
die in een der landbouwscholen van het leger is op
geleid, volkomen in staat is een boerderij van gemid
delde grootte met succes te leiden. Ook economisch
gezien is Duitschland ten zeerste gebaat door deze
opleiding en kolonisatie der gewezen soldaten en het
leger is voor de jongere boerenzoons, die in Duitsch
land niet een boerderij van hun vader kunnen erven
en natuurlijk toch een boerderij wenschen te bezit
ten, het middel om hun wensch te vervullen. Boven
dien hebben de boerenarbeiders hier een geheel
eenige kans om een hoogeren trap op den maat-
schappelijken ladder te bereiken, en zich op te wer
ken tot grondbezitters. Deze vooruitgang, die vit
het leger mogelijk wordt gemaakt, is in de geheele
geschiedenis zonder voorbeeld. Hier worden op groo
te schaal soldaten tot landbouwers, landarbeiders
tot zelfstandige boeren gemaakt - een geheel nieuw
economisch experiment dat tot dusver uitstekend
OUDE NIEDORP.
Op Woensdag 18 Febr. j.l. werd alhier in den kolf
baan van den heer J. J. A. Balk een stemming
gehouden ter verkiezing van een Hoofdingeland der
Banne in plaats van den heer Jb. Rootjes die be
noemd is tot lid van het Dagelij ksch Bestuur.
Met algemeene stemmen (58) werd benoemd de
heer J. Nagelhout.
Wonden
huiduitslag, springen
de handen, kloven, win
terteenen, dadelijk ver
zachten en verzorgen met
AKKER't
KL0OSTERBALSEM
but niet!
,Geen goad
zoo goed.
spieren
de beroemde
KLOOSTERBALSEM
Rheumatiek
pijn is te
KKER
KLOOSTERBALSEM
zoo goed.
Plaatselijk
Nieuws
W ARMENHUIZEN.
In memoriam J. B. Reinders.
Na een ziekte van eenige dagen is in de ochtend
van den dertienden Februari 1.1. alhier overleden
de heer J. B. Reinders, die een lange reeks van
jaren belast was met de leiding van het postkantoor
ter plaatse. Bijna 40 jaar terug vestigde de overle
dene zich in deze gemeente als manufacturier, en
leidde hij de zaak, thans eigendom van den heer
H. Kauw in het zuidelijke deel van Warmenhuizen.
In 1908 werd de heer Reinders aangesteld als post
bode; in 1910 als kantoorhouder, hij wist door het
aanbouwen van een klein lokaal, afgezonderd van
zijn manufacturierzaak, het toen nog kleine poste-
rijenbedrijf aan het zuideinde der gemeente geves
tigd te houden. Doch met de uitbreiding van bedrijf,
vermeerderd nog met werkzaamheden, verbonden
aan telegrafie en telefonie, zag de overledene zich
genoodzaakt het manufacturier bedrijf op te geven
en zich geheel te wijden aan het postkantoor-werk.
Hij bouwde in 1913 weer in het centrum van de
gemeente het huidige hulppostkantoor op door de
gemeente in erfpacht afgestane gronden. Daar
heeft de heer Reinders nog 15 jaar mogen werken
aan den bloei van het postwezen; ik beschik niet
over cijfers maar toch ben ik er zeker van dat dit
bedrijf is uitgegroeid tot een hoogte, welke niemand
ooit maar heeft kunnen vermoeden. Het zich steeds
vernieuwende en uitbreidende posterijenbedrijf
stelde groote eischen en het is merkwaardig hoe de
heer Reinders de moeilijkheden, die vooral voor hem
die van huis uit geen postman was, zeer groot wa
ren, wist te overwinnen. Hij deed dit in groote ijver
en plichtsbetrachting, hij was voorkomend voor
een ieder die zijn hulp noodig had, en hij bood
gaarne meer hulp dan hij strikt genomen moest
bieden. Welverdiend nam hij 1 Juni 1928 ontslag.
Maandag 1.1. had de plechtige uitvaart plaats. Zijn
vele kinderen en behuwdkinderen volgen in diepen
rouw het lijk naar de R. K. Kerk. Veel belangstel
ling was er langs den weg en in de kerk, wij
merkten op zijn oud-collega van Burgerbrug en
Schoorl, de heer Gerritsen en Stenneberg, de kan
toorhouder van Noordscharwoude, de heer Groot,
terwijl bij het postkantoor, waar als teeken van
rouw de gordijnen waren neergelaten, zich bij de
stoet aansloten de bestellers die jaren lang met
den overledene hadden samengewerkt, de heeren
Nocolai en Praat.
De van vele zijden ontvangen bewijzen van me
deleven in deze droeve uren moet voor de treurende
nabestaanden wel het bewijs zijn hoe haar man en
vader in hoog aanzien stond bij de bevolking van
Warmenhuizen, het zal hun troosten. De grootste
troost moge echter voor hen zijn het geloof dat God
hem reeds gaf het loon van zijn aardsche werken,
den Hemel.
door gevatte koudeen bij pijnen van
velerlei aard, zullen een der hieron
der genoemde
Mijnhardt's Poeders
U spoedig helpen: Mijnhardt's Grieppoe-
ders - Hoofdpijnpoeders. - Verkoudheids-
poeders. - Kiespijnpoeders. - Hoestpoe
ders. - Maagpoeders. - Rheumatiekpoe-
ders. Op poeders en doos staat de naam
Mijnhardt. Let bij het koopen hierop!
Prijs per poeder 8 ct. en per doos 45 ct.
Verkrijgbaar bij Uw drogist.
ZUIDSCHARWOUDE.
Uitslag derverkooping te Zuidscharwoude gehou
den door Johann W. C. Kroon, Notaris te Zuidschar
woude op Donderdag 19 Februari 1931, des avonds
6.30 uur, in het café „De Roode Leeuw" te Zuid
scharwoude.
Onder Zuidscharwoude:
1. Een Huis, Boet en Erf, aan de Oostzijde van
de straat, groot 2.25 A.