Revue
van de Week
Buitenlandsch
Overzicht
Rubriek
van den Arbeid
Burgerlijke Stand
Laatste berichten
AGENDA
In het noorden van Friesland een „pak sneeuw",
In de zuidelijke streken van Patria een soort van
vroege lente, afgewisseld door nu en dan op vriezend
weêr gelijkende frischheid van temperatuur, zou
zijn we in den jare 1931 van den winter naar het
voorjaar gekomen. Zonder dat de profetie in ver
vulling ging over extra strenge kou, waarop wij
zouden getracteerd worden.
In de Tweede Kamer duurde de gansche week de
bespiegelingen over de Indische Begrooting voort,
terwijl in Insulinde de voorbereiding van het
Budget-1932 reeds in vollen gang is.
Ik zal van het „Indische debat", op het Haagsche
Binnenhof gevoerd, verwijzen naar de verslagen
in de bladen. De verschillende „politieke kopstuk
ken" hebben zich achtereenvolgens doen hooren.
De ook in onze Oost heerschende malaise, crisis,
was het uitgangspunt van beschouwing bij vrijwel
alle redevoeringen. De communist, Louis de Visser,
kwam met lieft drie moties. De Kamer heeft blijk
baar genoeg van het uit zekere collegiale beleefdheid
ondersteunen van dergelijke „Russische motie's",
zoodat ze weer van de parlementaire vlakte ver
dwenen. In den laten middag van 25 Februari kwam
de minister van Koloniën wanneer wordt zijn
departement dat van Indische Zaken!? aan het
woord. Alle aandacht zei Exc. De Graaff, moet
alleerst gericht zijn op het gezond maken van de
financiën. Noch bij de Regeering hier te lande, noch
bij die in Indië zal de ernstige wil ontbreken, zich
aan te passen tot de conjunctuur van het oogen-
blik. Dit eene bleek voor den minister vast te staan
men zal in de toekomst naar hoogere ramingen der
inkomsten en naar lagere ramingen der uitgaven
moeten streven. „Men staat", aldus de bewinds
man „thans voor den ernst van 'een tientallen
millioenen kostend herstel van het finantiëel even
wicht." Na 't herstel van de crisis zal men de Indi
sche hulshouding blijvend op soberden leest moeten
schoeien. Een nieuw stabilisatie-plan is noodig. Ook
op de militaire uitgaven zal moeten worden be-
sneoid. Met de ambtenaren salarissen „zal naar
billijkheid worden gehandeld." Voor het actieve
vrouwenkiesrecht is thans nog geen plaats. Eerst
daags, kondigde de Minister aan zullen voor
stellen betreffende bestuurshervorming op Sumatra
den Volksraad bereiken.
Er werd gerepliceerd na de ministriëele rede.
En hoe!
Ik teeken nog aan, dat de communist Wijnkoop,
naar aanleiding van het adres, door zijn partij-
genooten tijdens hun demonstratie in de Hofstad
aangeboden, in verband met de werkloosheid, een
ontwerp aankondigde, dat spoedig zal worden inge
diend. En den weg zal worden opgestuurd, kan
men heel zeker zijn, van zoovele communistische
ontwerpen, motiën, enz. De heer Wijnkoop drong
erop aan, dat het adres, door hem bedoeld, met
spoed enmet ernst zal worden behandeld!
Van hetgeen in de zitting van Vrijdag 27 Februari
werd behandeld, noteer ik dat de Kamer begon
met een pakket „klein-goed" af te doen, waarbij
een ontwerp tot het verleenen van schadevergoeding
aan den oud-Rijksbouwmeester J. A. W. Vrijman,
die daarmêe gerehabiliteerd is. Minister De Geer be
loofde, dat hij zal nagaan, of ook iets zal kunnen
worden gedaan voor anderen, die op ongeveer de
zelfde wije als de heer Vrijman in de onverkwik
kelijke zaak, hier bedoeld, werden betrokken.
De Kamer hervatte de behandeling van het Indi
sche Budget-1931.
Onder deze deliberatiën en discussiën allicht nog
't een en ander in mijn eerstvolgend week-overzicht.
Verschenen is het Regeerings-ontwerp tot het
verschaffen van RijksJsteun aan de bieten-bouw. Het
wil gelimiteerde garantie geven aan de suiker
fabrieken met betrekking tot de suikerprijs voor de
campagne-1931.
De verwijdering van het communistische blad „De
Tribune" uit openbare Leeszalen heeft het soc.-de-
iriocratisch Kamer-lid ds. v. d. Heide gebracht tot
het richten van vragen aan minister Terpstra. Dat
het antwoord, door Z. Exc. te geven, zal leiden
tot een interpellatie, is zeer waarschijnlijk.
Het wederom openstellen van de Belgische gren
zen voor invoer uit Nederlaid van herkauwend vee
is voor de bij onze veeteelt betrokken belanghebben
den een „lichtpunt in de sombere duisternis dezer
crisis-dagen."
Personalia:
Dr. Colijn heeft verklaard niet in aanmerking te
willen komen voor het Gouv.-Generaalschap van
Ned.-Indië. De anti-revolutionaire leider is naar
Berlijn vertrokken voor de leiding der Nederlandsch-
Duitsche economische onderhandelingen. Mr. dr.
G. M. Verrijn Stuart is aangewezen als Nederland-
sche deskundige ter Geneefsche Conferentie in
verband met de economische depressie. De heer
L. Selmer Swenson, thans Amerikaansch gezant in
Noorwegen, zal optreden als gezant der Ver. Staten
te onzent.
De Rotterdamsche wethouder L. N. Nivard zal,
als opvolger van w-len generaal Van Voorst, zijn
mandaat als Eerste Kamer-lid aannemen. Tot
rechter te 's-Gravenhage is benoemd mr. H. van
Wageningen, thans lid der Utrechtsche Rechtbank.
Aan dr. A. J. Swaving is op zijn verzoek eervol
ontslag met dank verleend als Inspecteur van het
Zuivelwezen en als Rijks-Zuivelinspecteur. Uitge
komen is het Kon. Besluit, benoemend mr. J. A. N,
Patijn, de oud-Burgemeester van Den Haag, tot
Nederlandsch gezant te Rome. Het zoo bekwame en
geleerde soc.-democratische Tweede Kamer-lid dr
J. van der Tempel is plotseling ernstig ongesteld
geworden.
Uit de doodenlijst.
Lult. ter zee le kl. J. J. Poortman, die zich in de
Atjeh-krijg zeer bijzonder onderscheidde, Den Haag.
Luit.-generaal F. de Bax, 90 jaar, Den Haag. H.
A. W. Weve, notaris, 68 jaar, Rotterdam. P. Bredius,
oud-alg. directeur van de Twentsche Bank, 73 jaar,
Den Haag.
Üit de jongste „criminalia" teeken ik aan, dat: er
in de Cuiemourgsche moordzaak weer „beweging"
komt. Men heeft aanwijzingen gevonden, waarvan
verzekerd wordt, dat ze vermoedelijk zullen leiden
tot het vinden der schuldigen. Intusschen heeft de
heer W. Collé, te Culemborg, een klacht ingediend
tegen „Het Volk" wegens aanranding van zijn goe
den naam.
De moordzaak Lans (uit Rotterdam) diende voor
het Gerechtshof te Den Bosch. Het O.M. eischte 15
jaar tegen den verdachte van O., die tot twintig jaar
was veroordeeld. Het arrest zal den 13en a.s. worden
geveld.
Mr. Kokosky hield een warm pleidooi voor den
veredachte. Te Hoogeveen is een bediende "van de
Eerste Drentsche Stoomtram-mij. in arrest gesteld,
verdacht van f 15.000 te hebben verduisterd.
Te Amsterdam wordt nu de strijd gevoerd om „het
versche kadetje." Of wel: of een hotel des ochtends
voor het wettelijk bepaalde uur versch brood aan
zijn gasten mag doen opdienen.
Er is vijftig cent boete geëischt tegen den over
treder. Niet zonder spanning wordt de uitspraak
van den rechter in deze verbeid.
Te Rotterdam had een felle vechtpartij plaats,
waarbij een chauffeur zijn tegenstander dusdanig
trapte, dat de man overleed. De dader werd in ar
rest gesteld.
Bij Rotterdam is een tuinder opgepakt, die niet
minder dan zestig gestolen fietsen bleek „verhan
deld" te hebben.
In de Hoofdstad zijn twee beruchte internationale
oplichters in arrest gesteld, die met chèques plach
ten te „werken."
Als steeds een zeer „rijke" rubriek van allerlei
ongevallen.
De roode haan heeft wederom geducht gespookt.
In de Houtstraat te Nijmegen zijn twee groote per-
ceelen in de asch gelegd.
Te Berkel is een meelfabriek door het vuur ver
nield
Te Groenlo is een kapitale boerderij door nog niet
geheel opgehelderde oorzaak ingestort. Wat een
niet door assurantie gedekte schade van c. c. f 20.000
berokkende.
Uit Amsterdam komen tijdingen over grootsche
verkeersplannen.
en W. hebben bij den Amsterdamschen Raad
ontwerpen ingediend, o.a. de demping van de
Vijzelgracht bevattend. welke 75 millioen zullen
kosten, over vijftig jaar te verdeelen. Gedeeltelijke
demping van het Rokin, wat ruim anderhalf mil
lioen zou kosten, schijnt ook in de bedoeling te
liggen.
t Lijkt vrijwel zeker, dat de Fordfabriek, hier te
lande eerlang te vestigen, op het Hembrug-terrein
te Amsterdam zal worden gebouwd.
Men is in den lande nu alom bezig aan het
maken der lijsten voor de Prov. Staten-verkiezingen.
Zij zullen, evenals die van Juni a.s. voor de
Gemeenteraden als een eerste „voorproefje" kun
nen dienen voorde verkiezingen van Juli 1933!
In de bange, drukke crisis-stemming, thans over-
heerschend, bracht hier en daar wat opmontering
en verkwikking: het bericht van de Fransch-Engel-
sche verbroedering t. o. van het verminderen der
krijgstoerustingen te zee.
De pessimistisch gestemde sceptici spreken weder
om van een dood muschje, of van een, dat levens
kracht mist?
't Grauwe pessimisme heeft al zooveel goede din
gen bedorven!
Het vlootsaccoord tusschen Frankrijk en Italië
waarover wij de vorige week schreven, is intusschen
dank zij de tusschenkomst van Henderson, tot stand
gekomen. Over den inhoud is op het oogenblik, dat
wij dit schrijven nog niets bekend geworden. Wij
moeten volstaan met de opmerking te herhalen, dat
wat ook de feitelijke inhoud wezen moge, er één
goede kant aan dit accoord is, en wel, dat de vrij
gespannen verhouding tusschen deze landen er wel
licht eenigszins door ontspannen zal worden. Reeds
schreven enkele Fransche bladen vol optimisme, dat
thans de al-oude Fransch- Italiaansche vreidnschap
weer zou kunnen worden aangeknoopt. Wij hopen er
het beste van, doch kunnen niet al te veel vertrou
wen hierin hebben. De gevoelens van de leidende
macht in Italië zijn nog te overwegend beheerscht
door een zeker minderwaardigheidsgevoel, om eens
een Freudiaansche term te gebruiken, zijn nog te
zeer gericht op het verwerven van erkenning als
groote en gezaghebbende staat, dat het niet buiten
gewoon waarschijnlijk is, dat een wolkenloozen he
mel zich ploseling zal openen boven verhoudingen
van twee landen, als Frankijrk en Italië, die zooveel
punten van rivaliteit vertoonen.
Ook in de Britsch- Indische verhoudingen is een
zekere ontspanning te bespeuren. De onedrhandelin-
gen tusschen Gandhi en den onderkoning hebben
een bevredigend verloop en zullen naar alle waar
schijnlijkheid wel tot overeenstemming leiden. Dit
is eensdeels wel te verklaren. Immers Gandhi kan
niet meer van een practische standpunt bezien de
zelfde strakheid van houding volhouden, als een
jaar geleden. De beweging van burgerlijke ongehoor
zaamheid begint eensgzins te verslappen. Een volk
kan niet zoolang in een gespannen toestand van ver
zet leven zonder de resultaten te zien. Wanneer deze
uitblijven zelfs met het vooruitzicht voor de leidende
en inzicht hebbende personen, dat bij volhouden
veel meer bereikt zou kunnen worden, verslapt en
verzwakt de geest en het uithoudingsvermogen.
Daarbij komt nog, dat thans in Egeland Labour nog
aan het bewind is, terwijl het geenszins zeker is,
of niet over een jaar een conservatieve regeering
het bewind zal hebben overgenomen. Van een con
servatieve regeering heeft een beweging als die van
Gandhi niets te verwachten. Kan de nationale In
dische leider er dus toe overgaan een parctische
politiek te voeren, dan is het met het oog op deze
twee factoren volkomen begrijpelijk, dat hij en zijn
medestanders, dat zijn de congresleden thans, nu
hun positie nog zeer sterk is, en de beweging nog
van een kracht waarmede rekening gethouden moet
worden, zullen trachten alvast toezeggingen te verove
ren en vast te leggen, die door langer strijd wellicht
verloren zouden gaan, d.w.z. voor geruimen tijd
onbereikbaar zouden blijken en die tenslotte deel uit
maken van het programma. Het zoutmonopolie is
thans definitief opgeheven, in ieder geval principieel
niet meer geldig. Toegestaan wordt aan de kust
bewoners om zout te winnen en te verkoopen. Dat
wil natuurlijk geenszins zeggen, dat het in de prak
tijk waarschijnlijk weinig zal uitmaken of enkele
kustbewoners een weinig zout maken. Voor het over i
groote gedeelte van Indië zal het regeeringszout
voorloopig nog wel het eenig verkrijgbare en bruik
bare zijn.
Idëeel beteekent dit echter reeds een groote voor
uitgang. Wanneer Gandhi er nu nog in mocht slagen
zijn groote voorwaarde, nl. een nieuwe ronde-taf el-
conferentie in Indië, ditmaal met deelneming van
de congresleden aanvaard te krijgen, hetgeen bij
het verschijnen van dit nummer misschien reeds zal
zijn geschied, dan staat hierdoor in ieder geval den
weg open tot het bereiken van nog tal van punten
op het grogramma van de indische nationalisten,
hoewel een volledige genoegdoening daarmede na
tuurlijk eveneens van de baan is. Hoe dit ook zij
voor Engeland is de bereikte overeenstemming met
Ganthi vanzelsprekend een geweldig succes. Zonder
Gandhi aan hun zijde bestond tenslotte alijtd nog
het gevaar op den voortgezette boycot en eventueel
zelfs een burgeroorlog, wat onnoemlijke schade aan
de Britsche zakenbelangen zou hebben toegebracht.
SUBSIDIES TER BESTRIJDING VAN WERK
LOOSHEID.
Bij het debat over het werkloosheidsvraagstuk,
dat deze dagen in de Tweede Kamer naar aanleiding
vari een tweetal interpellaties is gehouden, is niet
alleen gesproken over de bestrijding van de finan-
cieele gevolgen die de werkloosheid meebrengt, doch
zijn ook verschillende opmerkingen gemaakt om
trent de wijze waarop de werkgelegenheid zou kun
nen worden uitgebreid.
Een dezer opmerkingen zal hier behandeld worden
omdat zij op het eerste gezicht zoo volkomen logisch
lijkt, doch, wanneer men er verder over nadenkt,
zooveel bezwaren meebrengt, dat het zeker van be
lang is de aandacht op deze bezwaren te vesti
gen.
Wanneer een werkgever door gebrek ean orders
zijn productie moet inkrimpen en daarbij niet in de
mogelijkheid verkeert door verkorting van den werk
tijd voor alle arbeiders het te verrichten werk over
alle arbeiders te verdeelen moet hij, wil de onder
neming rendabel blijven, een gedeelte van zijn per
soneel ontslaan. Deze ontslagen arbeiders krijgen
dan, als zij verzekerd zijn, werkloozenuitkeering of
anders vallen zij, indien deze bestaat, onder de
steunregeling of als zij niet bestaat, worden zij naar
de Armenzorg verwezen. In alle gevallen echter kos
ten deze werkloozen de gemeenschap geld, terwijl
daartegenover geen productieve arbeid staat.
Wat is nu logischer dan dat men gaat zeggen:
„Als nu toch de Overheid geld voor deze personen
moet uitgeven, waarom zou dan de Overheid dit
geld niet besteden om de onderneming een zeker
subsidie toe te kennen dat haar in staat stelt de
betrokken werkloozen aan het werk te houden? Dit
kost de Overheid niets meer en er staat tegenover,
dat er geen werkloozen zijn, doch dat de betrokken
personen productieven arbeid verrichten."
Deze gedachtengang is zoo logisch, dat er, vooral
in Duitschland, waar momenteel zeer veel werk
loosheid heerscht, heel wat personen zijn geweest,
die deze gedachten op de een of andere manier
hebben uitgewerkt en getracht hebben ze in praktijk
te brengen.
Dan echter komen pas de moeilijkheden. Immers,
men gaat dan een bepaalde onderneming steunen,
terwijl de concurrent zonder dezen steun moeten
werken. Het is best mogelijk, dat deze concurrent
door een bepaalde methode van werken of door
andere omstandigheden veel economischer kan pro-
dueeeren en dan gaat hettoch niet aan om een
ander, die dat niet kan en daar misschien zelfs
geen pogingen toe heeft aangewend, in staat te
stellen op kosten van de gemeenschap in de oude
sleur te blijven doorwerken. Men begaat dus een
groote onbillijkheid tegenover de ondernemingen,
die hun best doen en trachten zoo goedkoop mogelijk
te produceeren en als men daarover doordenkt, moet
men wel haast tot de conclusie komen, dat men
eerder die goede ondernemingen moet steunen en
moet trachten haar nog grooter te maken, dan dat
men de slechte ondernemingen laat doormodderen.
Bovendien is het ook ontzettend moeilijk te bepa
len waar de grens van het subsidie is. Het is dui
delijk, dat, zoo gauw een onderneming de smaak er
van te pakken krijgt, zij zal trachten zoo veel mo
gelijk kosten op de Overheid af te wentelen.
Daarbij komt nog een andere kwestie. Indien de
Overheid stent, moet zij, al was het alleen maar
om haar steun te kunnen verantwoorden, een ze
kere controle kunnen uitoefenen en bepaalde voor
waarden moeten stellen. Begint men hieraan, dan
betreedt men een weg, waarvan het einde niet is te
overzien en waarbij men voortdurend conflicten zal
krijgen over de vraag wat nu eigenlijk wel en wat
niet tot de bevoegdheid van de Overheid moet wor
den gerekend. Afgescheiden van dit alles is het
duidelijk, dat, wanneer een bepaald land eenmaal
op groote school subsidies zal gaan verleenen, in an
dere concurreerende landen eenzelfde gedragslijn
zal worden gevolgd, waardoor men internationaal
steeds tegen elkaar zal gaan opbieden om maar zoo
veel mogelijk werkgelegenheid in het eigen land te
houden en nfen een toestand zou krijgen, die met
alle begrippen van economische productie zou spot
ten.
Het is dan ook maar goed, dat er slechts weinig
personen zijn, die deze subsidiemaatregelen wen-
schen te zien toegepast.
Per Telefoon
AMSTERDAM, 5 MAART 1931. (V.D.)
UIT GRONINGEN.
ERNSTIG AUTO-ONGELUK.
EEN DOODE, EEN ZWAAR GEWONDE.
Hedennacht heeft bij de Punt gemeente Vries een
ernstig auto-ongeluk plaats gehad waarbij één per
soon werd gedood, terwijl een tweede persoon zwaar
werd gewond.
Te ongeveer drie uur kwam een auto, die erg slin
gerde in botsing met een andere auto, bestuurd
door den heer Steur uit Assen. De auto werd ern
stig beschadigd doch de bestuurder liep geen ver
wondingen op.
De andere auto reed met een groote vaart, na de
botsing tegen een boom, waarbij de bestuurder de
heer P. C., een vertegenwoordiger van de Texaco-
Maatschappij op slag werd gedood.
De andere inzittende genaamd A. S., eveneens
een vertegenwoordiger van bovengenoemde maat
schappij werd zwaar gewond naar het ziekenhuis
te Zwolle overgebracht.
Na onderzoek is gebleken, dat de beide heeren
onder den invloed van sterken drank verkeerden.
UIT AMSTERDAM.
Hedenmorgen is te 7 uur de P.H.A.—F.L. één der
biede nieuwe Fokkermachines der K. L. M., van het
type F 12, van Schiphol opgestegen met bestemming
naar Nederlandsch Indië.
Als piloten fungeeren op dezen tocht de heeren
J. Duimelaar en L. Sillevis, als mecanicien de heer
H. Veenendaal, terwijl de heer De Né als radio-tele
grafist de reis medemaakt.
Ondanks het vroege uur was op het vliegveld zeer
veel belangstelling.
Onder de vele auto's die geparkeerd waren, bevond
zich een groot aantal uit den Haag, wat natuurlijk
zijn oorzaak vond in het feit, dat deze zooveelste In-
dië-vlucht voor de eerste maal wordt medegemaakt
door den heer A. Plesman, directeur der K. L. M.
Onder de aanwezigen merkten wij op de heeren
generaal Snijders, den directeur-generaal der P.
T. T., Ir. H. M. Damme, den directeur van het post
kantoor te Amsterdam, den heer A. B. van Boer,
Hans Martin, secretaris der K. L. M., en den heer
Burgerhout, directeur der vliegtuigenfabriek Avio-
landa te Papendrecht.
De start had een vlot verloop.
Onder de achterblijvenden was er een, die openlijk
aan zijn verdriet uiting gaf. Het was een zoontje
van den heer Plesman, die tranen met tuiten huilde
omdathij niet met Pappie mee mocht.
Aan boor bevind zich 189.8 kilogram post, en 36
kilogram aan vrachtgoed.
Geref. J. V. „EBEN HAëZER" te Dirkshorn.
Agenda voor Maandag 9 Maart 1931.
P. van Breugel. Gew. Gesch. Les 70. „Daniël en zijn
vrienden."
H. Bakker. Vaderl. Gesch. Schets 22. „De Fransche
Revolutie."
KOEDIJK.
Burgerlijke Stand.
Geboren: Klaas, z. van Jan Heinis en Huberdina
Kuijpers. Klazina Anna, d. van Franciscus Kunst
en Klazina Hes. Margaretha Johanna, d. van
Geoorge Josephus van der Heijden en Anna Oud.
Wilhelmus Hubertus, z. van Huibertus Beers en
Maart je Bobeldijk.
Overleden: Nicolaas de Goede, z. van Frederik en
van Catharina Geertruida Fatels. Arie Vennik, z.
van Jan en van Jannetje de Graaf. Cornells
Spaanderman, 79 j. wedn. van Cornelia Butter.
Ingekomen personen:
N. Molenaar van Oudorp; N. Molenaar van Oudorp,
L. C. van Overmeeren van Oudorp; J. Hart van
Leeuwarden; P. van der Kooij en echtgenoote van
Alkmaar; J. Molenkamp en gezin van Oudorp; B.
H. E. Niessink van Alkmaar; J. de Hart van Edam;
S. Blom van Assendelft.
Vertrokken personen:
J. Postma naar Geleen; J. Schuit naar den Haag;
J. Blom naar den Haag; C. Jonk naar Egmond aan
de Hoef; M. Huisman en-gezin naar Bergen; T. Nieu-
wenhuizen naar Zijpe; W. Booij naar Schermerhorn.
ffiarktberichten
LANGEDIJKER GROENTECENTRALE, 4 Maart.
Aanvoer: 42000 Kg. roode kool ƒ7.0012.30; door
schot ƒ5.50—11.20; 92000 Kg. gele kool ƒ4.40—7.20;
doorschot ƒ3.30—6.10; 40000 Kg. Deensche witte
ƒ2.104.20; 33000 Kg. uien: grove ƒ2.202.60; uien
ƒ2.20—2.90; drielingen ƒ1.80—2.10; 5500 Kg. peen
1.60—2.20; kleine ƒ1.00—1.50.
LANGEDIJKER GROENTECENTRALE, 5 Maart.
Aanvoer: 72000 Kg. roode kool ƒ7.0012.30; door
schot ƒ5.70—11.30; 151000 Kg. gele kool ƒ4.00—7.00;
doorschot ƒ4.50—6.80; 73000 Kg. Deensche Witte
3.704.90; 36500 Kg. uien: grove ƒ1.902.40; uien
ƒ2.00—2.80; drielingen ƒ1.80—2.20; drielingen ƒ1.80
—2.20; 500 Kg. bieten ƒ6.20; 9300 Kg. peen ƒ1.70—
1.80; kleine ƒ0.70—1.10.
NOORDERMARKTBOND, 4 Maart.
Aanvoer 31700 Kg. uien: ƒ2.40—3.20; drielingen
ƒ1.80—2.40; nep ƒ2.10; grove ƒ2.20—2.60; 9100 Kg.
peen ƒ1.50—1.70; 93100 Kg. roode kool ƒ8.00—12.00;
30700 Kg. gele kool ƒ4.20—6.30; 58000 Kg. Deensche
witte ƒ3.50—4.50; 500 Kg. kroten ƒ3.80—7.50.
NOORDERMARKTBOND, 5 Maart.
Aanvoer: 40000 Kg. uien: uien ƒ2.303.00; drielin
gen ƒ1.90—2.40; nep ƒ2.00; grove ƒ2.402.80; 5000
Kg. peen ƒ1.60—2.00; 190000 Kg. roode kool ƒ8.20—
12.80; 75000 Kg. gele kool ƒ5.40—7.70; 120000 Kg.
Deensche Witte ƒ3.705.00.
WARMENHUIZEN, 3 Maart.
Aanvoer: 56950 Kg. roode kool ƒ8.5011.50;
kw. ƒ7.40—10.20; 19050 Kg. gele kool ƒ3.00—4.90; 2e
kw. ƒ2.10—3.20; 37950 Kg. witte kool ƒ300—4.10; 2e
kw. ƒ2.403.60; 4225 Kg. uien; drielingen ƒ1.50;
uien ƒ2.00—2.50; grove uien ƒ2.30—2.50; 2475 Kg.
Peen ƒ1.20—1.40.
WARMENHUIZEN 4 Maart 1931.
Aanvoer: 4550 Kg. roode kool ƒ10.3011.60; 2e
kw. ƒ8.20—9.60; 2600 Kg. gele kool ƒ5.20—5.50;
kw. ƒ3.70—4,00; 7125 Kg. witte kool ƒ3.50—4.20; 2e
kw. ƒ2.20—3.20; 3850 Kg. uien: drielingen ƒ1.80—2.00;
uien ƒ2.503.10; grove uien ƒ2402.50; 1150 Kg.
Peen ƒ1.50—1.60.