m in bi Revue van de Week VERBORGEN GELUK Het Nederlandsche Volk heeft in de jongste^»® de ongeveinsde, zelfs enthousiaste bewondering ge wekt van groote en kleine natiën, door de wakkere energieke houding, welke het aannam na de natio nale ramp zooals 't terecht is genoemd deze vernietiging door het vuur van het prachtige Pavil joen op de Koloniale Tentoonstelling te Parijs met de kunstschatten, die bij dezen verschrik- kelijken brand verloren zijn gegaan. Hierbij heeft het kleine Nederlandsche volk zich volgens het mooie woord in de proclamatie, waarmee 33 jaar geleden Koningin Emma het Regentschap neerlegde waarachtig groot betoond. Onmiddellijk na het bekend worden van de ramp ontwaakte de zucht om nu niet bij de pakken in verslagenheid te gaan neerzitten. Neen, 't staat vast, dat het Nederland sche Paviljoen te Parijs zal worden herbouwd, zij 't dan natuurlijk op meer bescheiden schaal. Men mag verwachten, dat het begin Augustus ter bezich tiging gereed zal zijn. Een prachtige praestatie welke reeds als wonder van geestkracht en „Aus dauer" magnetische kracht zal blijken te hebben Gelijk de voorzitter der Eerste Kamer het in de korte, maar pittige rede zei in de avond-zitting van Dinsdag 30 Juni j.l., „we zijn teleurgesteld, maar niet verslagen".... En minister Donner sloot zich namens de Regeering bij deze woorden aan. Omtrent de oorzaak van den brand tast men nog steeds in 't duister. Van kortsluiting of een ander mankement aan de electrische verlichting kan heeft het onderzoek geleverd, geen sprake zijn, kwaadwilligheid is verzekert men ook uitge sloten. „In de gegeven omstandigheden is 't mis schien het allerbeste, ook in deze voorwaarts en niet achterwaarts te kijken.Behoudens dan de drin gende noodzakelijkheid om voortaan zeer bijzondere maatregelen van voorzichti- en waakzaamheid te treffen, waar cultureele en artistieke scchatten wor den samengebracht ter bezichtiging voor Jan Publiek. Onze Senaat heeft in de afgeloopen week, he- halve het reeds aangeduide avondzittinkje, nog een openbare vergadering gehouden op Donderdag 2 Juli. Waarin een heel-lange reeks van ontwerpen voor de Koninklijke sanctie is rijp gemaakt. Ver duidelijkt werd aan het slot dier zitting, dat van afdoening der Pachtwet in dit zitingsjaar geen spra ke zal kunnen wezen. Minister Ruys heeft president de Vos van Steenwijk gemeld dat de memorie van Antwoord op dat ontwerp niet vóór 1 October a.s. verwacht kan worden. De Senaat hield den 2en Juli iets van „groote" en finale opruiming". Welke term inzoover onjuist is, dat de Kamer vóór haar zomer-reces toch nog zal moeten bijeenkomen ter afdoening van enkele zeer urgente ontwerpen. In de 2 Juli-zitting werden o.m. goedgekeurd: de wijziging der Visscherijwet en die van het Nijver heidsonderwijs. Bij de wets voordracht inzake bepa lingen omtrent onderzoek naar sccheepsrampen stelde minister Reymer senator Smeenge gerust, dat geen nieuwe drukkende lasten op de Binnenschip- perij zullen worden gelegd. Ook de wijziging der Woningwet is door de Eerste Kamer goedgekeurd. Na eenig debat, waarbij mi nister Verschuur betwistte dat het ontwerp onbe hoorlijke bevoorrechting beteekent voor den grond eigenaar, zooals dr. Wibaut had betoogd. Bij deze wetsvoordracht zoowel als bij de voorge stelde wijziging van de Octrooiwet-verlenging van den duur der octrooien van 15 tot 18 jaren liet de sociaal-democratische Senaats-fractie aanteeke- nen, dat zij geacht wil worden, tegen te hebben gestemd. Indien er in de Senaats-zitting van 2 Juli j.l. hoofdelijk zou zijn bestemd, 't ware aan den dag gekomen dat het quorium, minimum van 26 leden er lang niet was! Dat doet de „recès-stemming", de zucht om er in midzomer tusschen-uit te trekken. Wat onze Senaat nu nog, vóór zijn groot-verlof in 1931, ter agenda zal brengen, men heeft het af te wachten. Uit de Regeerings-keuken waar thans nog met ijver o.a. wordt gewerkt aan de voorbereiding van de Rijksbegrooting voor 1932, is bekend geworden, dat voorloopig, lette men wel! van inkorting op de Indische pensioenen geen sprake is. Minister Verschuur heeft de Tweede Kamer doen toekomen een voor-ontwerp, regelend'de werktijden voor apotheken. Als regel is daarbij aangenomen: acht-en-een-half uur per dag, 48 uren per week. Den len Maart 1932 zal de wet op de winkelslui ting in werking treden. Nederland heeft in overweging gegeven: het be leggen van eene internationale Conferentie voor het visscherij-toezicht op de Noordzee. De Tarwe-wet raakt in uitvoering van Maandag 6 Juli af wordt alle onvermengde bloem, welke mocht \Vorden vervoerd, in beslag genomen. De te FEUILLETON 't Is avond. Geen mensch is er meer in de stra ten. Ee lantaarn op den hoek werpt een droevig licht op het klammige gaanpad. De wind doet van tijd tot tijd de glasruiten van den lichtgeyer ratelen. Onder die lantaarn staat Wilfried. Zijne kleeren zijn in wanorde, de hoed staat hem schuin op het hoofd, de haren hangen hem ver ward tot op het hoofd, zijn aangezicht is bleek en hij houdt een stuk sigaar tusschen de tanden geklemd. Soms mompelt hij iets, laeht, zingt bij wijlen en slingert zijn beenen dooreen, alsof hij gaat dansen... Had ik ongelijk u te verwittigen, lezer? „(Wilfried,' hebben zijne vrienden gezegd, „als men zoo'n lot treft, moet men zijn vrienden ook eens prachtig onthalen! Dat kan er op af, jongen, en 't zal u gelukkig maken." Maar mijnheer Wilfried had er geen ooren na. Men wilde enkel eens ee'n nacht plezier hebben, eens rondweg genieten, ten koste, der beurs van den nieuwen rijke. Een goed diner, eens lekker drinken, een bezoek in het café ehantant of den schouwburg, en daarna de drinkpartij voortzetten tot den morgen. Wilfried was een jongen met principen en sloot de ooren voor de taal der verleiding. Eindelijk, lezer, is hij bezweken. Men heelt hem ook zoo lang gesard, geplaagd, gemarteld,, gedreigd, bespot, dat hij onder de bekoring is gevallen. Maar och! het plezier is van korten duur geweest. De aanvang was te geweldig; de kurken sprongen te snel en met deze ook de redeneerkracht, in de lucht. Och, ik zal u dat jongensvermaak niet be schrijven, hetwelk aan mijnheer Max een paar honderd francs kostte, er in begrepen de stukken, die de gasten gemaakt hadden, en welke bezig heid door de wit gecravatteerde tafeldienaars met de meeste onverschilligheid werd aangezien. Genoeg, dat ge mijnen held in een gansch abnor- 's-Gravenhage gevestigde meelcentrale (in de Trompstraat aldaar) is paraat? Een ontwerp werd ingediend tot uitbreiding der bevoegdheid van de verloskundigen. In de hoofdstad is de Paleis-Raadhuis-kwestie voorloopig van de baan. De zaak is weer eens com missoriaal gemaakt. De Amsterdamsche Raad ver der uitgemaakt, dat het Rokin te Amsterdam niet zal worden gedempt. Wèl de Vijzelgracht. Prinses Juliana heeft zich, na haar verblijf in de Fransche hoofdstad, begeven naar „Les Trois Epis," in den Elzas, waar thans H. M. de koningin en prins Hendrik vertoeven. Personalia: Onder vele blijken van warme sympathie vierde mr. dr. W. G. A. van Sonsbeeck zijn 121/s-jarig jubileum als burgemeester van Breda. Den 23en Juli bereikt Staatsraad A. W. F. Idenburg, oud- G. G. van Nederlandsch-Indië enz., den zeventig jarigen leeftijd. Een eere-comité heeft zich ge vormd om dan den grooten anti-revolutionairen Staatsman hulde te brengen. De heer W. N. v. d. Hout, secretaris van den „Nederl. Journalistenkring, is door minister Terpstra toegelaten als privaat docent in publiciteits-leer, pers en journalistiek aan de Utrechtschce Universiteit, gemeld wordt dat het Tweede Kamerlid, ds. Lingbeek, beroepen tot predikant te St. Philipsland, door het aannemen van dat beroep (volgens het bij de Ned. Herv. Kerk gel dend gebruik) eerlang als Kamerlid zal bedanken. Uit de doodenlijst: Gep. dirigeerend paardenarts, kolonel L. J. M. Rijnenburg, 74 jaar, Den haag. Pol de Mont, de vermaarde Vlaamsche directeur en kunst-historicus op 74-jarigen leeftijd. Prof. C. Spat, hoogleeraar in het Maleisch en volks-instellingen van den Islam te Utrecht. De 103-jarige wed. Groeneveld-Bijlsma te Mantgum (Fr.). Uit de jongste criminalia: Een onderzoek is gaande naar de vraag of de groote fabrieksbrand te Aarlex-Rixtel aan kwaad willigheid moet worden geweten. Te Haarlem werden een 22-jarige kellner en zijne 23-jarige vriendin gevat, bekenden zich aan eene lange serie inbraken en pogingen tot „kraken" te hebben schuldig gemaakt. Te Lonneker speelde zich een drama af van poging tot moord en tot zelfmoord. Drame d'amour" begrijpt men allicht. Te Amsterdam, aan den Amstel, had een der zeer vele inbraken plaats van de jongste week periode. Daarbij werd uit een brandkast voor f500 gelds waarde geroofd. Van de ongevallen-rubriek der week schakel ik de verkeers- en zwem-ongevallen maar uit. Te Lidth (Br.), zijn op één dag, zes boerderijen in de asch gelegd. Wat allicht „illustreert", dat aan de beveiliging tegen brand te plattelande nog wel iets kan worden gedaan. Te Bloemendaal zijn drie heerenhuizen via gas-lekkage tot den grond toe afgebrand. In de Jordaan-streek te Amsterdam is een be jaard echtpaar, man en vrouw waren 65 jaar oud, levend verbrand door de onvoorzichtigheid om een brandend petroleumstel bij te vullen. Gewildige heide-branden hebben gewoed. Bij Apel doorn en in de streek Hilversum-Laren. Op de Spoorlijn Den HaagGouda is een auto op onbewaakten overweg door een trein verpletterd. De auto-bestuurder werd gedood. 't Is alleszins verklaarbaar en begrijpelijk, dat zich te onzent een comité van actie heeft gevormd tot opheffing van de ellendige onbewaakte over wegen. „Quousque tandem" Tot hoelang nog zal deze schande in Nederland voortduren). Te Arnhem had een noodlottige brand plaats, waarbij drie kinderen werden gewond. Waarvan reeds een aan de bekomen brandwonden is bezweken. In de volksbuurt Lamsteeg te Rotterdam stortte een 52-jarige man zich te vroeg uit een brandend perceel. Hij sprong naast het hem voorgehouden springzeil, wat de ongelukkige met den dood moest bekoopen. 't Is nu de periode van de Congressen. In de Haagsche Ridderzaal was dat voor: Hulp aan Lichamelijk gebrekkigen. Alsook het 5e Electrotechnische Congres te Sche- veningen. Het 28ste Congres van den Kon. Nederl. Midden standsbond te Zandvoort gehouden. Verder: het 1ste Internationaale Congres van lasch-techniek en stoomketel-bouw in den Haag belegd. In de afgeloopen week hadden wij de „surprise" van de „Graf Zeppelin", zwevend boven Amsterdam op z'n toch naar IJsland. Er was: het dreigend, groot conflict in het Rot- terdamsche haven-bedrijf. Waarvan men „den gang nog niet kan bevroeden. Er waren de lustige Utrechtsche lustrum-feesten. Aangename verpoozing brengend in de heerschende male n to es tand ziet naar huis komen, en zooals gij zult- opmerken, wel wat veranderd. Inderdaad, welk verschil. D|e wereld is hem nu te klein, hij heeft moed voor tien, voor twin tig. Hij klopt dapper op de borst en zegt. Hier ben ik en wat hebt ge daar tegen. Vechten durft hij ook, en drinken durft hij tegen iedereen. Al de meisjes durft hij omhelzen, ten huwelijk vragen, allemaal. Nu kent hij de wereld, als men champagnewijn gedronken heeft, kent men alles, alles. Nu heeft hij dat boek, waar "Betsy altijd van spreekt, in een adem uitgelezen en alles ver staan, alles. Em met die afgebroken alleenspraken gaat de procureursklerk naar huis, en vindt den ouden boekworm, bij den schijn van een klein petroleum lampje in zijne perkamenten en folianten wur men. Klak, de koopman is een oud, klein en ma ger ventje, met grijze oogen, die deels bedekt zijn door een muts met groote klep, verder draagt hij een pruik, heeft een verrimpeld vel, een grij zen kransbaard en ziju gestalte is eenigszi'nd gebogen. Het kereltje zit bij het licht, oiver eenige oude boeken gebogen, dn heeft zijn oog met een grooten bril gewapend. Wat doet Klak? Hij krabt behendig met een klein mesje een paar woorden uit, op het einde van een oud boek: „einde van het eerste deel". Het tweede deel ontbreekt, en men moet den, klooper toch wel doen gelooven, dat het werk met dit enkele deel kompleet is. „Ieder is een dief in zijn neering!" zou Klak u grijnslachend antwoorden, indien gij hem öp het feit betrapte. Morgen kunt gij hem op andere delicten be trappen; morgen plakt hij oude plaatjes in oude boeken, boeken met prenten worden altijd door de razende verzamelaars gezocht. Of hij brengt een ouden perkamenten omslag aan 'dit of dat boek, of hij doet er met rosachtigen inkt een titel voor drukken, die u za'l doen zweren, dat het boek over een paar "honderd jaren in Plan- tijn's drukkerij bewerkt is. Men ziet dat de boekworm een elastiek ge weten heeft. Nu de lamp deels het winkeltje verlicht, be- crlsis- en malaisestemming. Vooral welkom in periode van spannend „exami- nomanie" in Patria. In de Groningsche buurt brak een groote staking uit in de carton-industrie. Op elf fabrieken, met 1700 arbeiders. De Maleische prinsen schonken Nederland het ge noegen en voorrecht van hun bezoek. Werden op de meest precieuse wijze verwelkomd. West en Oost komen immers elkander steeds nader. In de diamant-industrie is de werkloosheid stij gend. Heeft nu het cijfer van 4890 bereikt. Men overweegt pogingen tot bereiking van de 40-urige 5-dagige werkweek. Te Amsterdam in het tehuis voor ouden van dagen, genaamd „Avondrust" gaan een 87-jarige man en eene 78-jarige vrouw in' het huwelijksbootje stappen. Tegenover zulk blijk van levensmoed en opti misme dienen de „zwartkijkers", waarvan 't nu we melt en krioelt, toch het respectueus stilzwijgen te bewaren. Buitenlandsch Overzicht. Het is er dan eindelijk van gekomen, al is het er dan ook maar. Natuurlijk moet men er zich over verheugen, dat het voorstel van Hoover thans in werking gesteld kan worden en dat daarmede een begin is gemaakt tot bestrijding van veel van het tallooze kwaad, dat reeds zoo vaak in deze kolom-, men geneomd werd. Minder verheugd moet men echter zijn over de klaarblijkelijke moeilijkheden die een zelfs maar gedeeltelijke overeenkomst, als de Amerikaansch-Fransche voorloopig toch nog is, blij ken op te leveren. Het is dan ook niet ten onrechte, dat de Russische „Iswestia" lichtelijk hoonend op merkt, dat de geheele kapitalistische wereld front maakt tegen het bolsjewisme, doch dat, wanneer het er op aankomt dit front te versterken iedere afzon derlijke „bourgeois-staat" luidt spreekt over de nood zakelijke offers, die de andere „bourgois-staten moe ten brengen en zelf poogt er zoo goedkoop mogelijk af te komen. Van zijn vijanden hoort men de waar heid, wordt wel eens gezegd. En inderdaad is het bedroevend te moeten constateeren, dat slechts aan den rand van een afgronddiepe instorting van een gedeelte van het zoozeer onderling samenhangende Westen een overeenstemming kan worden bereikt, die echter nog steeds meer is een accoord van schuldeischers ter voorkoming van een failliet dan een de handen ineen slaan om met gezamenlijke krachten de ontredderde boedel op de orde te bren gen. Deze hoon van Russische zijde klinkt te drei gender, daar de Bolsjewistische agitatoren, naar het schijnt in Spanje vaster voet krijgen. Een duidelijk beeld van wat daar geschied is, ook al door de steeds verzachtende regeeringsverklaringen en de slechts schaarsche en vele lacunes vertoonende berichten uit andere bronnen, moeilijk te verkrijgen. De vele en herhaalde stakingen, onlusten, communistische aanslagen e.d. de actie van Majoor Franco en de zijnen wijzen er echter duidelijk op, dat hier bewe gingen zijn, waarmede rekening, gehouden moet worden, ook in de overige landen van de Ondar- gaande Zon. Vooral omdat het hier een nog buiten gewoon primitief en onontwikkeld volk betreft, dat zelfs nog grootendeels analfabeet is en dus te meer vatbaar voor de zeer simplistiscche communistische theorien en idalen. En een communistisch steunpunt in Zuid-Europa zou een leelijk ding zijn. Zoo krach tig is het Westen op het oogenblik nog niet, dan dat het dergelijke gebeurtenissen ongeschokt zou kunnen Het hopen is nu maar, dat het moratorium inder daad een opleving ten gevolge zal hebben en daar mede een vermindering van de ontzaglijke werkloos heid, die nog steeds de wereld teistert. Het kan im mers altijd nog zijn, dat wanneer inderdaad de uitwerking boven verwachting gunstig zal zijn, het moratorium verlengd zal worden, misschen zelfs kan voeren tot een algemeele herziening van het Youngplan en deszelfs meest oneconomische bepa lingen, zoodat het Westersche huishouden dan weer op een natuurlijker en zuiverder functioneerende basis zou worden gezet. In Frankrijk zijn zelfs reeds tal van stemmen opgegaan, tijdens de onderhon- delingen reeds, die er op wezen, dat het Duitschland om niets anders te doen was, dat de Duitsche crisis alleen maar een manoeuvre was om van de herstel betalingen af te komen. Het blijft te bezien of ten slotte de wereld er niet heel wat beter door zou worden, wanneer dit inderdaad zou geschieden. Thans immers afgescheiden van alle ideeele rede neeringen, doch zuiver practisch gedacht geven de begrootingen der verschillende landen vaak een beeld van den binnenlandschen toestand, die niet in proportie staaat tot de eigenlijke waarde van het land als internationale factor en producent. Im mers, wanneer Duitschland de grootste moeite om om zijn begrooting sluitend te maken, ligt dit niet zoozeer aan het feit, dat het volk geen belastingeft kan opbrengen als wel aan de omstandigheid, dat zoo'n groot gedeelte van het opgebrachte weer moet worden afgestaan aan anderen, zonder dat daarvoor prductieve waarden worden teruggekregen. En wan neer de Fransche begrooting gemakkelijk sluit, ligt dit toch voor een gedeelte daaraan, dat de Duitscche betalingen hierop een vrij grooten post uitmaken. En dat dergelijke inkomsten niet alleen winst zijn blijkt wel uit het feit, dat veel der moeilijkheden, die thans moeten worden overwonnen ontstaan zijn door de goudverplaatsingen, die niet geschied zijn op grond van economische transacties, doch tengevolge van politieke betalingen. Moge het voorstel Hoover een stap zijn ook in de richtingtot opheffing van dit euvel. komt dit een nog wonderlijker aanzien dan bij klaren dag. Huizende boeken, met geele, zwar te perkamenten, vergulde bandeh, boeken geel en vuil, met omgekrulde en vervuurde hóeken, oude registers, moderne muziekboeken, een enkel beeld, een oud krucifix, een hal fopgerolde landkaart,, xdat alles opgestapeld tot boven aan den zol- xder en in het midden van dat alles een soort van heksenmeester, een duivelbezweerder, eem doctor Faust zou men zeggen. Het manneke heeft, nu het aan de deur hoort rammelen, snel het boek, waaraan het werkt, geborgen en met het onnoozelste gezicht van de wereld groet het den binneintreder. Max, voor wien het, sedert dat kolossale lot heeft getrok ken, een ongelooflijken eerbied heeft. Het scher poog van den boekworm heeft eeh- ter den toestand bemerkt, waarin de nieuwe rijke zich bevindt, en er spéélt een spotachtige grijns lach om zijne lippen. „Gij zijt niet wel te pas, mijnheer Wilfried?" zegt het ventje. „Wel te pas? zeer wel te pas. Wat raast die boekworm van wel te pas," zegt onze neef met de tong stotterend. „Gij hebt veel boeken, gij; maar ik heb meer verstand op dit oogenblik, dan al de boeken tezamen." „lieve hemel, mijnheer Wilfried! Hoe is 't mogelijk! gij, een zoo deftig en ordelijk jong mensch. 'k'Wil een deugniet zijd als ik iets van uwe positie begrijp." ,,Ik een deugniet, wat zegt ge daar, boek worm I" „Neen ,neen, mijd heer Wilfried.." „Ik zal u onder al uwe lorren begraven, als ge dat zegt, worm die ge zijt!" „Maar, mijnheer..." „'Begraven zal en wil ik u," en Max beginit eenige boeken dooreen te slingeren. „Maar, mijnheer," kermt het kereltje, want het ziet wel dat de baldadige kerel een vernieling gaat aanrichten. Hoe is die brave, tamme Max zoo eensklaps een duivel geworden! Klak slaat plotseling een anderen toon aan: „En dat zijt gij, mijnheer Max," zegt de boek- Ble Radioverbinding met Amerika van het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie. Van den Directeur van het Hoofdpostkantoor te Broek op Langendijk ontvingen wij het vol gende ter plaatsing: 1. Vestiging Organisatie. De radioverbindingen met Noord- en Zuid- Amerika vormen een onderdeel van den radio dienst, die is ondergebracht in het Rijkstelegraaf kantoor te Amsterdam, en die behalve met bo vengemelde werelddeelen ook rechtstreeksche ver bindingen voor wisseling van telegrammen on derhoudt met Oost- en Wiest-Indië, en mét een tiental niet aangrenzende Eiuropeesche landen. Voor het onderhouden van de verbindingen voornoemd, waarbij in hoofdzaak die met Ame rika in beschouwing genomen zullen worden, zijn op het radio-station te Kootwijk zenders opgesteld, die van uit Amsterdam electrisch wor den bediend. Voor de ontvangst is in de duinen te Noordwijkerhout een ontvangstation geves tigd uitgerust met moderne antennes en ont vangtoestellen. De opgevangen teekëns worden door een kabelader naar Amsterdam overge bracht, zoodat de eigenlijke ontvangst van tele grammen uitsluitend op de radio-afdeeling te Amsterdam plaats heeft, evenals de seining van telegrammen te Amsterdam geschiedt. Men vindt dus het zend- en Ret ontvanggedeelte van de verbinding naast elkaar te Amsterdam opge steld, en de ambtenaar, die naar Amerika seint, zit naast zijn collega, die van Amerika ontvangt. Het ligt voor de hand, dat hierdoor een zeer snelle gedachtenwisseling mogelijk wordt. Eenzelfde organisatie bestaat te New-York en te Buenos-Aires, zoodat wat voor Amsterdam geldt, evenzeer op New-York en Buenos-Aires van toepassing is. f Het v ia der radioverbingen is „Holland-Radio" Er wordt wel eens gemeend, dat het er niet toe doet of het via Holland-Radio, dan wel geen via, in het dienstbijvoegsel staat. Immers in het laatste geval moeten de telegrammen voor Ame rika toch naar Amsterdam om per radioweg te worden verzonden. Echter wordt hierbij uit het oog verloren, dat de behandeling te'n kantore Amsterdam van een telegram voorzien van het via Hollandradio sneller kan zijln dan eenzelfde telegram zonder aanduiding van den verzendings- weg. Bij een telegram met viavermelding kan in verschillende gevallen gebruik gemaakt worden van de pneumatische buisverbinding, die er be staat tusschen de radio-afdeeling en de seinzaal, terwijl ook in het geval, dat een telegram met via eerst nog naar de centrale distributie moet, de behandeling aldaar ook door die aanduiding bespoedigd kan worden. 2. Via. Bestemmingen, die over de verbindin gen te bereiken zijn. Over New-York zijn te bereiken alle plaatsen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, ook is vanuit New-York door rechtstreeksche ver bindingen een zeer snelle dienst mogelijk met Bloston, "Washington, San-Prancisoo, Philadelphia en Chicago. Voor de Canadeesche bestemmingen staat een snelle verbinding met Montreal ter beschikking. Verder zijn van uit New-York vrijwel alle staten in Centraal-Amerika en alle eilanden in de Garaibische Zee direct bereikbaar, voorzoover ze niet direct per radio vanuit New-York 'be reikbaar zijn, kunnen de telegrammen zeer snel worden overgebracht op den kabel, die de bestem- mingslanden met New-York verbindt, omdat de kantoren van onzen correspondent te Ncw-York in de onmiddellijke nabijheid van de kabelkan toren zijn gelegen. Ook ligt het kantoor van onzen correspondent zeer gunstig voor het verkeer met de beurzen (Effectenbeurs, Katoenbeurs, Goederen- en Graanbeurs). Buenos-Aires beschikt over verbinding met Santiago de Chili, terwijl de eenige verbinding tusschen Baires en Asuncien (Paraguay) in han- dejh van onzen correspondent is. worm, ,,gij, de fatsoenlijke jongen, gij, die zoo bezorgd waart voor uw goeden naam." „Mijn goede naam. Wat weet gij van mijd goeden naam, worm. Ik heb gefeest met mijne vrienden, gedronken, en leve de vreugd gezon gen. Mijn goede naam, ja, die wil ik toch behou den, maar anders zal ik veel ballast over boord werpen!" „Mijnheer Wilfried, wilt gij dan het voor beeld volgen van dien odgelukkigen Richard." Dat was raak. „Richard," mompelt de jongeling, en hij leunt met den rug tegen het waggelende boekenraam. „da, wat zal Betsy van u zeggen, als zij u zoo, in dien toestand ziet?" „Eetsy Richard..." Dat is als een emmer koud water, die den jongeling over het lijf gegoten wordt, en het wordt hem week om het hart. Klak is, geloof mij, geen zedepreker, maar hij heeft van dien zwakken kant gebruik gemaakt, om den slem per tot bedaren te brengen, en daarin is hij vol komen geslaagd. „Zoudt gij dan zoo voor juffrouw Bletsy dur ven verschijnen. Mijnheer Wilfried? Het arme kind zou het besterven. Eerst de vader, en dan gij mijnheer WWilfried," voegt het manneke er op plechtigen toon bij. 'tZal u kinderachtig schijnen, maar Wilfried laat op dit oogenblik de lip hangen, gëlijk een schooljongen dien men bij de ooren gegrepen heeft. „En luster, daar komt ze den trap af!" zegt Klak.! Maak u weg mijnheer, en deze laat zich gewillig in een klein kabinet van eenige voeten in het vierkant, terzijde den ingang s too ten, waar hij, zonder nog een woord te spreken, in een ouden leuningstoel neerzakt, en zonder adem te durven scheppen, luistert naar de woorden van Bletsy, die van den tra proept: ,,Is er iets, mijn heer Klak!" - „Niets, juffrouw Bëtsy. niets." Zij verwijdert zich weer. maar 't is duidelijk dat zij ongerust is over haar buurman. „Houd u nu stil," fluistert Klak, „slaap eerst uw roes uit, en trek dan naar uw kamer." Klak haalt het perkamenten boekje en zijn mesje weer te voorschijn.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1931 | | pagina 3