SasMg 3 Mr 1931
Gemeenteraad Sint Pancras
De Notulen.
De notulen van de vorige vergadering worden ge
lezen en onveranderd goedgekeurd en geteekend.
Bij loting wordt uitgemaakt dat de stemmingen
zullen aanvangen bij den heer Lek.
Vergadering van den raad der gemeente SINT
PANCRAS op Dinsdagmiddag 1 September des na
middags drie uur ten gemeentehuize.
Voorzitter-Secretaris, de burgemeester,
Na opening der vergadering met welkom, vraagt
de voorzitter den leden of zij de eed of de belofte
wenschen af te leggen.
De heeren Snel en Lek verklaren de belofte te wil
len afleggen.
Hierna worden door de nieuwbenoemde raadsle
den de vereischte beloften en eeden afgelegd.
Dan zegt de voorzitter,: wij staan op het oogen-
blik weer voor den aanvang van een nieuwe perio
de en zoojuist is een oud tijdperk afgesloten. Veel
is er in het afgeloopen tijdvak in de gemeente ge
schied. Zooals ik zei, staan wij- thans voor een
nieuw tijdvak om met elkander het bestuur van
de gemeente te vormen en besluiten t^ nemen die
mogen strekken in het belang van de gemeente.
Met het oog op de malaise in den tuinbouw staan
ons zeker moeilijke tijden te wachten en daarom
vraag ik met aandrang uw aller medewerking om
de belangen van de gemeente te bevorderen.
Ook doe ik dit beroep op den heer C. Duif, die
hier voor het eerst aanwezig is. Zooals ik zijn
persoon ken meen ik te mogen aannemen, dat hij
alles zal doen om de gemeente naar zijn beste
overtuiging te dienen.
Van harte hoop ik dat de omstandigheden zich
onder uwe leiding mogen verbeteren.En daarvoor
roep ik tevens in de zegen van God op de besluiten,
die in het belang van de gemeente zullen worden
genomen.
Benoeming van tw|ee wethouders.
Bij eerste stemming wordt gekozen de heer J. van
Kampen met 4 van de 7 uitgebrachte stemmen.
Twee werden er uitgebracht op den heer M. Duif
en blanco 1.
De heer van Kampen verklaart zijn benoeming te
aanvaarden.
De uitslag van de verkiezing voor den volgenden
wethouder is, dat de heer Muurling met 4 stemmen
als zoodanig wordt gekozen, terwijl 2 stemmen
op den heer Duif werden uitgebracht. 1 stem blanco
Ook de heer Muurling verklaart zijn benoeming
aan te nemen.
Wij staan zoo zegt de voorzitter thans
voor een andere samenstelling van het college van
Dagelij ksch Bestuur dan het tot heden is geweest.
De heer Duif zal als wethouder geen zitting meer
hebben. Ik meen verplicht te zijn, den heer Duif,
die de gemeente ongeveer 17 jaar als wethouder
heeft gediend dank te zeggen, voor wat hij in het
belang van de gemeente als wethouder heeft ge
daan.. Ik wensch hem toe, dat hij met dezelfde
toewijding zijn tijd in het belang van de gemeente
zal besteden.
Van Van Kampen hoop ik dezelfde medewerking
te mogen ontvangen, als tot dusver, en dat hij met
dezelfde lust zijn taak zal vervullen als hij tot op
heden heeft gedaan.
Den heer Muurling verzoek ik als nieuw wethouder
om zijn steun en medewerking. Moge het hem gege
ven zijn dat hij voor het nemen van de besluiten
in B. en W. het juiste doorzicht zal hebben, en hij
zich met toewijding aan zijn taak zal geven.
Benoeming leden gascommissie.
Als vertegenwoordigers van de gemeente hadden
zitting de heeren Van Kampen en Duif.
Bij eerste stemming wordt gekozen de heer W.
Snel, met 4 stemmen terwijl 2 stemmen blanco
werden uitgebracht en 1 op den heer C. Duif.
De heer Snel aanvaardt zijn benoeming.
Als tweede lid wordt gekozen de heer Koelemeij
met 4 stemmen en 3 blanco.
Ook de heer Koelemeij neemt deze benoeming aan
Verkiezing plaatsvervangende leden voor de
Lichtbedrijven.
De eerste stemming heeft tot uitslag dat op den
heer Muurling 1 stem wordt uitgebracht van on
waarde 3 en op den heer Lek 3.
En tweede vrije stemming wordt hierdoor noodig.
De heer Lek. We beginnen af te zakken.
De heer Duif. 2e rang.
De heer Snel. Wij hebben zoolang tweede rang ge
zeten. laat nu een ander daar eens zitten. Ik vind
het wel goed zoo.
De uitslag van de tweede stemming is, dat de
heer Lek 3 stemmen verkrijgt en 4 van onwaarde
De heer Snel stelt voor om hierover niet meer te
stemmen.
De uitslag van de nu volgende s temming is, dat
op den heer Lek 3 stemmen worden uitgebracht, op
den heer van Kampen 1, en van onwaarde 3.
De heer Lek wordt nu verkozen verklaart bij
meerderheid van stemmen
Pe heer Lek zegt zijn benoeming niet te aan
vaarden. De heer Muurling is bij mij geweest, en
heeft mij alles medegedeeld, waarbij alles al voor
elkaar was. Ik aanvaard deze functie niet op deze
manier. Graag wil ik iedere functie aannemen,
maar zoo niet.
Een geheel nieuwe stemming wordt hierdoor nood
zakelijk waarbij de heer van Kampen met 4 stem
men wordt gekozen, met 1 stem op den heer Muur
ling en 2 blanco.
De heer van Kampen neemt ook deze benoeming
aan.
De stemming voor het tweede lid heeft tot re
sultaat, dat op den heer Muurling 3 stemmen
worden uitgebracht, op den heer C. Duif 2 en van
onwaarde 2.
De tweede vrije stemming geeft als uitslag, dat de
heer C. Duif met 5 stemmen wordt verkozen, tegen
2 stemmen op den heer Muurling.
De heer Duif verklaart zijn benoeming niet te
aanvaarden.
De nu volgende nieuwe stemming doet örn heee
Muurling verkozen worden met 5 stemmen en 2
van onwaarde, waarop de heer Muurling verklaart
deze benoeming wel te aanvaarden.
De voorzitter zegt. dat men den heer van Kam
pen als plaatsvervangend lid behoudt, die eenige
jaren als lid de gemeente heeft vertegenwoordigd.
De heeren Snel en Koelemeij zullen thans als ver
tegenwoordigers der gemeente optreden. Ik doe gaar
ne een beroep op die heeren, om de belangen van
de gemeente daar te verdedigen en te behartigen.
En ik hoop hetzelfde van hun plaatsvervangers.
Ook nu voel ik mij verplicht den heer Duif dank
te brengen voor wat hij in deze betrekking voor de
gemeente heeft gedaan. Ik vertrouw dat hij met
genoegen op zijn lidmaatschap van deze com
missie zal terugzien.
Bericht van den minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw dat aan de gemeente wordt
toegekend een vergoeding van f10.60 voor onkosten
voor het invullen van de bedrijfskaarten bij de
telling.
Verslag over 1930 van het Provinciaal Waterlei
dingbedrijf.
Bericht van den inspecteur van de Dir. Belast,
te Alkmaar volgens hetwelk het kohierbedrag voor
de gemeente is bepaald op f20915.58 terwijl over
het belastingjaar 1929-1930 nog een bedrag tegoed
is van f203.08.
Verzoek van de heeren T. Grien Cz. en Corn:
Groen Cz. om terugbetaling van het door hen teveel
betaalde schoolgeld op grond van vermindering van
hun aanslag in de inkomstenbelasting.
De voorz. deelt mede, dat hierop is geantwoord,
dat dit niet gaat. Voor den aanslag in het school
geld wordt genomen het zuiver inkomen van het
loopende jaar, en zoo dit nog niet bekend is, dat
van het afgeloopen jaar, ofeen aanslag door B. en
W. vast te stellen.
Door genoemde heeren is betaald volgens de ge
gevens van de inkomstenbelasting. Voor het vol
gend kwartaal worden zij natuurlek naar het nieu
we bedrag aangeslagen.
Waar de heffing geheel overeenkomstig de ver
ordening heeft plaats gehad, stellen B. en W. voor
dit verzoek voor kennisgeving aan te nemen.
De heer Lek had verwacht dat het genoemde
punt op de agenda was voorgekomen. De heeren
hadden hem met hun schrijven in kennis gesteld.
Spr. acht het onbillijk wanneer dit niet terug be
taald wordt. Hij heeft inlichtingen gevraagd waar
hij dit altijd doet, en daar is hem medegedeeld,
dat het wel kan worden teruggegeven.
De voorz. zegt het ten deele met den heer Lek
eens te zijn. Spr. zegt dan, dat wanneer de aan
slag in de inkomstenbelasting op 1 Mei nog niet
bekend is, door hem ook niet wordt aangeslagen
voor de schoolgeldbetaling. En dit wordt later ook
niet met terugwerkende kracht tot Mei gevorderd.
Z.E.A. vraagt of hiervoor misschien geen oplossing
kan worden gevonden. Garane wil hij de toezegging
doen dit in B. en W. in overweging te nemen.
De heer M. Duif verklaart dat men al eens in
een dergelijk geval eenigszins is tegemoet gekomen.
Zij hebben evengoed recht als een ander.
De voorzitter zegt, dat een oplossing zou zijn
de verrekening op een volgend kohier te doen plaats
vinden.
Wanneer de raad mij die bevoegdheid wil ver-
leenen dan wil ik dit gaarne toepassen.
De heer C. Duif meent dat men dan ook het
andere moet toepassen.
De heer Lek wil bij deze menschen hetzelfde toe
passen als bij de anderen.
De heer M. Duif verklaart dat het gaat om een
klein bedrag. Spr. wil een ieder die teveel betaalt
dit geld teruggeven.
De machtiging wordt aan B. en W. verleend om
het teveel betaalde op een volgend kohier., te ver
rekenen.
De voorzitter doet mededeeling dat aan het B. A.
wegens gebrek aan kasmiddelen opnieuw een uit-
keering is gedaan van f500.
De voorziter zegt, dat hij door den voorz. van de
Lichtbedrijven erop gewezen is, dat men aanstonds
moet zorgen voor het fourneeren van geld voor
de kabileering. Iedere gemeente moet thans een kos
geldleening sluiten van ten hoogste f30.000 tegen
een rente van ten hoogste 4.5 procent.
De heer M. Duif is van meening dat men beter
en voordeeliger direct een gewone leening kan
sluiten.
De voorzitter zegt dat dit door hem is voorgesteld
in het bestuur van de lichtbedrijven, maar daar ge
voelde men meer voor een kasgeldleening.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna goedge
keurd.
Het verslag van de Lichtbedrijven over 1930 geeft
geen aanleiding tot op- of aanmerkingen, terwlij
de rekeningen op de overeenkomstige saldi worden
goedgekeurd.
De gemeenterekening 1930 nagezien door een daar
toebenoemde commissie, wordt in orde bevonden en
wordt geadviseerd tot toorloopige vaststelling op de
in ons vorig verslag genoemde bedragen.
Overeenkomstig wordt beslote.n
In verband met de eventueele overdracht van den
Bovenweg door de banne aan de gemeente, is van
het bannebstuur een schrijven ingekomen, waarin
verzocht wordt een bedrag te noemen dat de banne
jaarlijks zal moeten betalen, wanneer de gemeente
het onderhoud van genoemden weg overneemt.
De voorzitter zegt, dat hieruit blijkt, dat het ban-
nebestuur zoo van den weg wenscht af te stappen,
terwijl in de vorige vergadering was voorgesteld
om den weg over te nemen wanneer de banne zou
zorgen voor een geheel nieuwen weg.
Deze kwestie is in B. en W. behandeld, en zij stel
len voor aan het bannebstuur te berichten, dat bij
overdracht van den weg zooals zij thans is, van de
banne wordt gevorderd een bedrag van f 1000 per
jaar. De gemeente is daarmede in geen geval ge
heel gedekt, maar de gemeente zoo meenen B.
en W. moet de banne tegemoet treden, omdat zij
het beter oordeelen dat de weg in de gemeentere
kening wordt opgenomen dan dat zij in beheer bij
de banne blijft.
De heer Koelemeij vraagt of deze betaling voor
de banne blijft bestaan?
De voorz. antwoordt dat dit een vast jaarlijksch
bedrag is.
De heer Snel varagt welke inkomsten uit het we
genfonds kunnen worden verwacht.
De voorzitter antwoordt dat dit geheel afhangt
van de inkomsten van het wegenfonds.
De heer Lek zegt wel wat op te hooren van het
bedrag dat door B. en W. wordt gevraagd.
Weten B. en W. wat de weg moet kosten.
De voorzitter antwoordt dat men van den opzich
ter en van den straatmaker heeft vernomen, dat de
weg f20650 moet kosten buiten de zinkputten. Het
is wel aanvaardbaar maar het kost de gemeente
geld.
De heer Snel. Dan geeft het een nadeel voor de
gemeente.
De voorzitter zegt, dat dit wel zoo is, maar spr.
acht het niet billijk, dat de grondbezitters alleen
aan den weg betalen en de niet-grondbezitters, die
aan den weg wonen, niets betalen. Daarom ook is
het beter dat de weg in onderhoud aan de gemeen
te komt.
De heer C. Duif zou als polderbestuur liever eerst
den weg opknappen dan ieder jaar f 1000 te beta
len omdat dat duurder wordt.
De heer M. Duif: Wanneer de gemeente den weg
wil overnemen dan moet zij dit werkelijk willen ook
Wanneer men aan een bijdrage van f 1000 blijft vast
houden verwacht hij dat er niets van zal komen.
De voorzitter. De gemeente zal een nieuwen weg
van f20.000 moeten leggen. Voor de aflossing is
het bedrag van f 1000 van de bannen noodig. Maar
tevens moet. een bedrag van f 800 aan rente worden
betaald, waarvoor een uitkeering uit het wegenfonds
wordt verkregen. De onkosten voor de gemeente
zullen echter meer bedragen dan de bijdrage van
den polder en de uitkeering uit het wegenfonds.
De heer M. Duif is van oordeel dat het niet noo
dig is, in het geheel een nieuwen weg te maken.
Er moet wel iets aan geeburen, maar zooals de
voorzitter het wil is het geld weggooien.
De heer Muurling zegt er voor te zijn dat de
gemeente den weg overneemt. Hij kan zich dan ook
volkomen vereenigen met het voorstel van B. en W.
Het zal de gemeente evengoed nog wel iets kosten.
Wij vragen f 1000 van den polder en deze wordt
daarmede verlicht.
De voorz. zegt. dat er de laatste tien jaar gemiddeld
f400 per jaar aan den weg is besteed door den
polder. Dit is absoluut tekort. Daarmede gaat de
weg verloren. Het is een vraag van de banne en de
gemeente is tot niets verplicht. Wanneer de weg
ineigendom bij de banne blijft, zal er wel aandrang
op de banne worden uitgeoefend om den weg te
verbeteren.
De heer C. Duif dat met een betaling van f 1000
eeuwigdurend de polder veel duurder uit is dan met
het betalen van een nieuwen weg van rond f25000
De voorzitter: Wil de banne den weg behouden,
wel dan behoudt zij den weg.
De heer M. Duif is van meening dat dit voorstel veel
onvoordeeliger is, dan het eerste voorstel. Daarop
zal de banne niet ingaan. We kunnen dan net zoo
goed zeggen: banne houdt den weg maar.
De heer Muurling: Wanneer het de gemeente al
geld kost, moet de gemeente dan nog meer doen?
^De heer M. Duif: Het is geen voorstel van B. en
De voorzitter: Wanneer ik spreek van een voorstel
van B. en W. is dit een voorstel in ieder geval van
de meerderheid van B. en W. en heeft de minder
heid zich daarbij neer te leggen.
De heer Lek zou graag concrete cijfers hooren. 't
Kan aanstonds wel een paar duizend gulden meer
kosten.
Oo kde heer C. Duif vindt f 1000 hoog tegenover
het vorige voorstel.
De voorzitter weet niet waarom.
We moeten de eerste twintig jaar wel een goede
uitkeering van den polder hebben, omdat we, wan
neer deze weg zal zijn afgelost, gedwongen zijn een
nieuwen weg te leggen.
De heer van Kampen zegt dat het de banne al
wel meer had gekost, wanneer de, gemeente in de
verbetering bij de dominee niet had bijgedragen.
De heer M. Duif: Dit mag de banne niet gaan
verwijten.
De voorzitter vraagt den gemeente-opzichter, die
op de publieke tribune aanwezig is, wat het maken
van een tiental zinkputten zal kosten.
Deze antwoordt van een f1000.
De heer M. Duif. Het zal meer kosten. Die verze
kering kan ik wel geven.
De heer Snel. Men is in het polderbestuur over
tuigd dat het meer zal kosten.
De heer M. Duif. Ja.
De heer Snel. Dan is het voor ons ook ondoenlijk
om den weg daarvoor over te nemen.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangenomen
met alleen de heer M. Duif tegen.
Bijdrage t. b. c. verpleging zoon van C.
De voorzitter zegt. dat B. en W. voorstellen de
kosten van verpleging te verdeelen. De opname
voor den tijd van 5 maanden za leen uitgave vor
deren van f 600. Hiervan wordt door Gootjes bijge
dragen f 150, van particuliere zijde f50, zoodat er
voor de gemeente en provincie ieder f200 overblij
ven.
De heer Lek zou dit liever in comité bespreken.
De voorz. heeft hiertegen geen bezwaar.
De heer van Kampen zegt dat men voor niemand
in comité is gegaan.
De raad gaat hierna in comité terwijl na herope
ning- het voorstel van B. en W. wordt aangenomen.
De voorzitter herinnert aan het genomen besluit
o mde overtollige kasgelden op de boerenleenbank
te plaatsen. In verband hiermede is van Ged. Staten
een schrijven ingekomen waarin wordt aangedron
gen op het stellen van voorwaarden voor het ver
krijgen van zekerheid omtrent de daargeplaatste
gelden. Verder is een tweede schrijven van Ged.
Staten ingekomen waarin zij mededeelen dat hun
beslissing omtrent dit besluit is verdaagd.
De voorz. zegt bij den kassier van de boerenleen
bank te zijn geweest, die hem mededeelde dat de
rente 3.5 procent bedraagt en de gelden direct op-
eisclïbaar zijn.
B. en W. stellen daarom voor het genomen besluit
te handhaven en alleen aan te vullen met deze
twee punten.
Overeenkomstig wordt besloten.
Verzoek aansluiting Prov. Brandweerbond.
Voorzitter zegt dat deze aansluiting f4 per jaar
kost en maatregelen worden overwogen voor onder
linge hulpverleening.
Onze gemeente is echter voorzien van 16 brandkra
nen, twee brandspuiten, de gemeenschappelijke re
geling met de gemeente Koedijk bestaat, terwijl
tevens nog de beschikking kan worden verkregen
over de motorspuit van de lichtbedrijven.
B. en W. stellen derhalve voor niet op dit verzoek
in te gaan.
Overeenkomstig wordt besloten.
Op een vraag van den heer Snel hoe of het staat
met de spuiten, antwoordt de voorz. dat deze tip
top in orde zijn.
Verzoek Oudercommissie schoolarts.
De voorzitter zegt een circulaire van de afd. Nd.
Holland van de vereeniging van Ned. gemeenten te
hebben ontvangen waaruit blijkt, dar deze zaak daar
reeds in een ver gevorderd stadium verkeert.
Er zit tegenwoordig veel voortgang in. B. en W.
stellen voor af te wachten, nu spoedig de uitslag
van het werken kan worden verwacht.
Goedgevonden.
Verzoek Oudercommissie en Volksonderwijs
om instelling van vervolgonderwijs.
De voorz. zegt dat door B. en W. wordt voorgesteld
hierop niet in te gaan.
Wij kennen het onderwijs en weten dat het veel
kosten met zich brengt. Ontwikkeling voor 1. o
is prachtig. Hoe meer gelegenheid er toe bestaat
hoe beter, maar ales heeft zijn grenzen. Wij weten
niet wat de toekomst zal brengen. Op beide scholen
is thans het zevende leerjaar ingevoerd. Wanneer
nu voor de o: school het vervolgonderwijs wordt
gegeven moet dit ook voor het bijz. onderwijs wor
den gedaan. B. en W. meenen dan ook dit verzoek
te mogen ontraden.
Wanneer de ouders een cursus wenschen laten zij
dan zelf de kosten daarvan dragen. Dan staat de
gemeente er geheel los van. Met het oop op de tijds
omstandigheden achten zij het niet in den haak
dit onderw s in het leven te roepen.
De heer Koelemeij vraagt of het alleen voor de
o. school gevraagd wordt.
De voorzitter antwoordt bevestigend.
De heer C. Duif zou, wanneer het er toe kwam, een
minimum aantal leerlingen aan willen verbinden.
De voorz. antwoordt dat dit reeds is gedaan.
Het aantal werd toen bepaald op 10. Met veel moeite
heeft men toen dit aantal gekregen. Het hoofd
schrijft dat de aanwezige 45 ouders er alle voor
waren.
De heer Lek acht zich niet gerechtigd dit verzoek
van de hand te wijzen. Op de vergadering van
Volksonderwijs werd het aangenomen, en ook in de
oudercommissie. Daarom vindt hij zich niet ge
rechtigd hierop niet in te gaan. Het zevende leerjaar
is er gekomen maar het is niet de bedoeling dat wij
er nu weer iets van afnemen.- Hij is er niet tegen
op het verzoek van Volksonderwijs en de oudercom
missie in te gaan. Laten wij een minimum bepalen.
Het vervolgonderwijs is zeer nuttgi.
De voorz. zegt, dat B. en W. het ook toejuichen.
Maar wat zou het beteekenen wanneer de ouders
het zelf ter hand namen. Bij de invoering van het
zevende leerjaar is het in bijna iedere gemeente
afgeschaft.
De heer Snel zegt altijd voorstander te zijn ge
weest van goed onderwijs en is dit nog. Maar wan
neer men goed rondziet, is hij van meening dat het
den weg van den raad ligt om in het belang van de
ingezetenen te bezuinigen. Wanneer wij hooren dat
er tuinders zijn, die nog maar voor veertien dagen
of een week huishoudgeld in huis hebben, dan is
het onze plicht te bezuinigen daar te bezuinigen,
waar dit maar eenigszins mogelijk is. Spreker geeft
liever de f 500 of f 600 die het vervolgonderwijs zal
vorderen aan bonnen. Hij' durft er zich in het open
baar thans best tegen te verklaren.
De heer van Kampen zegt, dat toen het vervolgon
derwijs werd opgeheven er altijd gelegenheid bleef
voor het houden van een cursus. Tevens is er nu
gezegd, dat er geen bezwaar zal zijn wanneer men
een cursus wenscht te geven, dat de gemeente een
kleine subsidie geeft. Het is best mogelijk dat deze
cursus in samenwerking tot stand komt. En dan
kan men op zoo'n cursus onderwijzen wat men
wenscht.
De heer Snel zegt, dat wanneer het beter ging
met de finantien hij er vast en zeker voor zou zijn.
De heer C. Duif zegt, dat dit ook zijn motief is.
De heer Snel. We weten niet wat er gebeuren kan
in den a.s. winter, maar kunnen het ons wel voor
stellen.
De heer Muurling. Voorheen kon met veel moeite
een aantal van tien leerlingen worden verkregen.
Ik begrijp niet dat men er dan nu zoo voor is Het
is meer uit protest.
De heer Lek. Je ziet het wel wat zwart in.
De heer Snel. Daarop zullen we maar niet verder
ingaan.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna aangenomen!
m et alleen de heer Lek tegen.
Verzoek Marijtje Blok om beschikbaarstel
ling van een schoollokaal voor een naai
cursus.
De voorzitter zegt, dat zij haar leerlingen thuis niet
meer kan bergen. Daarom vraagt zij een lokaal dat
leeg staat op Woensdagmiddag. B. en W. stellen
voor aan het verzoek te voldoen, en daarbij licht
en verwarming inbegrepen. Echter zal zij zelve een
kleine regeling moeten maken met Aukes voor het
aanmaken van de kachel.
De heer Lek is van oordeel, dat dit een zuiver
particulier iets is. Met de motorencursus was dit
iets anders. Zij laat haar leerlingen toch ook betalen
dus kan zij ook wel in een -café gaan voor een klei
ne vergoeding.
De voorzitter zegt, dat B. en W. ieder geval op zich
zelf wenschen te beschouwen. Wij moeten er terdege
een algemeen belang in zien, want anders moet het
buiten de school worden gehouden.
De heer M. Duif zegt, dat er toch ook eenigszins
rekening wordt gehouden met de persoon.
De heer Snel zegt .rekening te houden met het
meisje zelf, dat zoo flink is om zich door het leven
heen te slaan, en buiten het armbestuur te houden
Wij kunnen er trotsch op zijn haar de hand toe te
steken en zij voor zich en haar vader de kost
verdiend.
De heer Lek zegt, dat men niet al te veel aan die
groote woorden moet toegeven. Hij wil zich er ech
ter thans wel bij neerleggen.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna aan
genomen.
Vaststelling ambtenarenreglement.
Het ontwerp dat aan de raadsleden is toegezonden
lokt geen besprekingen uit waarna dit wordt goed
gekeurd.
Voorstel tewerkstelling werkloozen.
De voorzitter zegt, dat duidelijk naar voren komt
dat er iets gedaan moet worden met het oog op de
werkloosheid die in iedere gemeente heerscht.
Wij hebben hier veel ingeschreven werkloozen
en moeilijk is de oplossing van de vraag, hoe men
hen te werk moet stellen.
In de vergadering van B. en W. hebben zij dit
zeer breedvoerig onder de oogen gezien.
Het voorstel waartoe zij tenslotte zijn gekomen
luidt als volgt:
De werkloozen worden aan het modder baggeren
gezet tegen een vergoeding van 75 cent per drie-
kwartspraam en van 50 cent voor een halve praam.
Men kan vier driekwarten of 6 halve pramen laten
halen voor een bedrag van f 3 doar werkloozen.
Wanneer nu een bouwre 100 pramen noodig heeft,
zou dit een uitgave vorderen van f75, waarin dan
de gemeente de helft bijdraagt dus f 37.50 en de bou
wer ook f37.50.
Maar behalve de werkloozen heeft men ook den
toestand van de kleine tuinders te beoordeelen. die
een belangrijk deel van onze ingezetenen vormen.
En met dit voorstel kunnen zoowel de werkloozen
als die groep van tuinders worden gediend.
Er zijn bouwers die graag slik op hun land willen
hebben maar het niet kunnen betalen om dit te
laten doen. Nu willen B. en W. de gelegenheid ge
ven dat die bouwers zelf gaan baggeren, en door de
gemeente aan hen eveneens het halve bedrag van
de kosten wordt uitbetaald
De bouwers die door werkloozen bediend willen
worden kunnen dit opgeven waartoe zij dan die
menschen krijgen toegewezen.
Bij medewerking van de zijde van den tuinbouw
zal daardoor een flinke werkverschaffing in het le
ven worden geroepen.
De heer Koelemeij vraagt wanneer men dan denkt
daarmede te beginnen.
De voorz. Wat ons betreft dadelijk.
De heer M. Duif zegt, dat de voorzitter toch nog
had gehoopt dat een aantal naar de Zuiderzeewer
ken zou kunnen gaan.
De voorzitter antwoordt dit liever in comité te be
spreken.
De heer Lek vindt het voorstel wel sympathiek.