Til 81 ÉMl IS ÜPpluli 1Ü31
LangedijkerGroente Centrale
Uil den Omtrek
Binnenland
De vierde man
Plaatselijk
Nieuws
ZUIDjSClBARW O UD|EJ.
Ter bevoegder plaatse vroegen wij wat er dit.
jaar alzoo ter kermis zo ukomén, waarop het
bescheid was: „bij Inet oude of zoo ongeveer".
Dit wil natuurlijk zeggen: diverse dansgelegen
heden, bekende kramerijen, tooneel bij Kramer,
waar „Jong Leven" van Oudkarspel zal opvoe
ren ,/n Partijtje Poker" op Maandag a.s. 'Na
tuurlijk ontbreekt niet de aloude bekende cine
ma van Schinkel. G edurende meer dan een'kwart
eeuw heeft deze cinema onze gemeente bezod.it,
wat wel een bewijs is, dat deze inrichting 'nier
favoriet is. Wilde de directie de belangstelling
der bezoekers behouden, dan moest zij zidn aan
passen aan dd strengste eischen des tijds, zoowel
wat inrichting zelve als projectie betreft. Inder
daad is gebleken, dat de directie in deze pogin
gen geslaagd is, Het geprojecteerde is steeds
rijk aan boeienden inhoud en de verfilming ge
tuigt van vakkundigheid. Zoo is tiet altijd met
deze cinema geweest en geeft ook nu weer vol
vertrouwen, dat men niet teleurgesteld wordt.
Wij herinneren ons nog maar al te goed tioe het
Vorige jaar de verfilming van „De zingende
Dwaas" een uitbundig succes oogstte. Nu wordt
a.s- Maandag geprojecteerd „Dé macht van 'net
Lied", een musiceerende en sprekende film in
10 acten. Het ïs een verhaal van groote vader
liefde, vol dramatische conflicten van een klein
kinderhart.Wij gelooven dat 'net weer vol zal
zijn bij Schinkel.
Zondag komen op het doek de beroemde film
City Light (stadsliditen) en als tweede hoofd
nummer Show of Shows revuefilm in de na
tuurlijke kleuren. Dp cinema besluit Dinsdag
met de prachtige revuefilm Sally.
Tot slot van dit overzichtje willen wij ver
melden dat de bekende zweefmolen van Djirks
weer zijn oude standplaats heeft ingenomen.
HE3ER HUGO WAARD.
Visschcrs pasf op.
In de laatste dagen wordt door de politie een
groote activiteit aan den dag gelegd inzake over
treding der visscherijwet. Alleen in den polder
Amerwiel (Laanweg) werden een zevental henge
laars gesnapt. Minder prettig is, dat ook het
)vischgerei in beslag wordt genomen.
HEERHIJGOWAARR.
^".Zaterdagavond 8 uur zal het nieuwe patro
naatsgebouw aan den Hensbroekerweg feestelijk
worden geopend, waarbij ook den burgemeester
wordt uitgenoodigd.
Door het bestuur is verlof aangevraagd.
Maandagavond zal trekking der verloting
plaats vinden, opgezet ter bekostiging van het
noodige meubilair. t
HEERHUGOWAARB.
De heer Wijnker als oudste wethouder, zal bij
afwezigheid van den burgemeester als loco fun-
geeren, terwijl de heer Tromp bij ontstentenis van
den heer Wijnker, in diens plaats zal treden.
UIT; DiEi STREEK.
Wanneer men bij de beoordeeling van den toe
stand onder de tuinders in de Streek momenteel
zou afgaan op de prijzen welke tegenwoordig
voor de meeste producten worden besteed, zou
me nlicht geneigd zijn den toestand nogal roos
kleurig in te zien. Immers de hoofdproducten
brengen een besten prijs op. De aardappelen, waar
van de geelvleezige den laatsten tijd geregeld
voor poters weggingen, waren beslist gewild. Ook
de soort wilde due vond in Engeland een vaste
markt eh kon grif boven de f2 per baal komen.
De teelt is echter dit jaar ver beneden een nor
male opblrengst gebleven en bedroeg bij velen
niet meer dan 50 pond per roe, hetwelk de
meeste jaren veelal het, dubbele bedraagt.
claboonen en augurken kunnen duur genoemd
wordein, maar ook hier heeft de natuur terdege
tegengewerkt. Verweg de meeste banen slaboo-
nen zijn ziek geworden. Mogelijk dat bij deze
weersgesteldheid de late boonen van het aardap
pelveld nog eenigszins tot hun recht komen.
Ook voor de bloemkool, waarvan enorme massa's
uitstaan is het zeer te wenschen, dat deze warme
dagen nog ©enigen tijd aanhouden, daar het pro
duct de vorige week zeer langzaam is gegroeid.
Als gevolg hiervan wordt nog weinig aangevoerd
wat aan den prijs gelukkig ten goede komt. Ech
ter ziet men met zorg den meerderen aanvoer
tegemoet, aangezien er uit Djuitschland nog zeer
weinig vraag is. Het grootste gedeelte wordt
dan ook voor het binnenland, gekocht.
ermeld moet nog worden de buitengewoon
beste kwaliteiten der bloemkool op het oogen-
blk.
Heden werd de laatste veiling van plantgoed ge
houden. Er was een flinke aanvoer waarvoor groote
belangstelling. Enkele partijen leverbaar van tulpen
en Hyachinten gingen voor lage prijzen. De prijs
van het plantgoed was iets hooger.
We noteeren voor plantgoed per K.G.
William Copland
Bartigon
La Reine
Inglescombe Yellow
Vermilloen Brillant
Pride of Haarlem
Witte Due Max
Scilla Siberlca
Clara Butt
Murillo
Due de Berlin
Crone d'Or
Mad. Krelage
Diana
Artur
Le Notre
Prinses Elisabeth
Prof. ^touwenhof
Sieraad van Flora
Rose la Reine
Prins van Oostenrijk
Prosperity
William Pitt
Eltoreador
Mr. v. d. Hoef
Roos van Dekama
Generaal de Wet
Couleur Cardinaal
Rose Luisante
Witte Zwaan
Baron de Latonay
Fame comte Sanders
Crocus geel
Narcis Emperor
Narcis Incomberabel
Leverbaar per 100 stu.
Ciammoisie Brillant
Bartigon
Dream
Farnecombe Sanders
William Copland
Inglescombe Pink
Hyachinten Gertrude
Hyachinten King of the Bleus
Hyachinten L'Innocence
f 0.05—0.34
f 0.09
f 0.05—0.10
f 0.14
f 0.11—0.36
- 0.05—0.11
f 0.27
-0.10
- 0.t)50.10
- 0.16—0:27
- 0.12—0.24
-0.24
-0.10
-0.24
-0.13
-0.22
-0.15—0.32
-0.11
- 0.21
-0.17
- 0.19—0.33
-0.17
-0.2T
- 0.26—Q.27
-1.34
-0.80
-0.65
-0.78
-0.37
-0.24
-0.24
- 0.05—0.07
-0.18
-0.41
-0.05
-0.04
f 0.70
f 0.70—0.80
- 0.50—0.70
-0.90—1.60
-0.70
-0.70
- 3.20—3.70
-3.70
- 3.70—4.70
INGEZONDEN
Met waardeering las ik het ingezonden stuk van
den heer C. Beets, en ik haast mij, er op te ant
woorden.
Zelfs doe ik zulks graag, en wel om meer dan één
reden.
Het waardige stuk heeft recht op een rond en
open antwoord.
't Gaat hier niet om recht-willen-hebben, om
goedkoop schrijf effect. De groote moeilijke kwestie
van den dag, hoe In aanwezige of naderende nood
veler tuinbouwers te voorzien, vraagt aller aandacht
Beginnen we met de door den heer Beets stellig
ook aanvaardde erkenning: er is nood in vele ge
zinnen, en de vooruitzichten zijn somber.
Ook de leden van „de West", laatst in buiten
gewone vergadering bijeen, hebben zich met groote
moeiten van het leven der tuinders bezig gehouden
Toen is gesproken over de wenschelijkheid, con
tact te zoeken het zoogenaamde Boerencomité, wel
ke organisatie een congres wenscht te houden van
boeren en bouwers te Hoorn.
Wat ik reeds veronderstelde in mijn stukje „Op
verkeerd spoor", dat n.l. vele tuinbouwers niet wis-
,wle de Aiders van het Boerencomité waren,
blijkt juist te zijn. De heer C. Beets wist het ook
niet, naar hij zelf toegeeft.
Welk spoor moeten we volgen? vraagt de geachte
inzender.
Ik antwoord: elk ander spoor, ja zelfs geen spoor
is beter dan dat van het Boerencomité.
Want deze organisatie van communisten heeft
geen ander doel, dan stemming en proselieten'te
maken.
Ik begrijp, dat vele leden van „De West" te goe
der trouw en onbekend met het zich noemende
Boerencomité zich aldus uitlieten.
Nader vernam ik, dat men van contact zoeken
heeft afgezien.
Een m.i. zeer juist besluit, aangezien een in zee
gaan met dit comité niet anders dan schadelijk kan
zijn voor het tuindersbelang.
Waar men een beroep op de landsregeering wil
doen om steun, daar spreekt het toch vanzelf, dat
geen enkele regeering zich kan veroorlooven, te on
derhandelen met een groep, die als ideaal nastreeft
alles onderst boven te werpen. De regeering wel
allereerst.
Een dergelijke actie moet wel op een fiasco uit-
loopen en daarom alleen reeds, afgedacht nog van
andere motieven, meen ik te mogen waarschuwen-
menschen, weet wat ge doet.
Bederf uw eigen zaak niet.
Ik vlei me met de hoop, dat met den heer Beets
de overgroote meerderheid van de leden van „De
West" deze mijn meening zullen deelen.
Genoeg nu over dit Comité.
OO
Is u een ander spoor bekend, dat beter resultaat
belooft? vraagt de geachte inzender.
Laat mij als mijn meening mogen zeggen, dat men
allereerst zich in dit ernstig geval terdege bewust
moet zijn, wat men van de Regeering wenscht.
En als men zich voor de beantwoording dezer
vraag stelt, wat toch moét, dan komen de zwarig
heden. Want het is o zoo gemakkelijk mooie leuzen
aan te heffen, veel te vragen, docht het is uiterst
moeilijk, een vaste lijn te volgen.
Heeft de inzender het verslag gelezen van de te
Lutjebroek gehouden groote L.TJB.-vergadering?
Zoo ja, dan zal het hem bekend zijn, dat men een
goede dertig wenschen had opgesteld. Daardoor had
men een leiddraad.
Toen echter de aanwezige Tweede Kamerleden de
wenschelij kheden gingen keuren op practische
bruikbaarheid, bleven er maar enkele over. De rest
werd gewoonweg als zonder waarde afgewippeld.
Wat men vraagt, moet voor verwezenlijking vat
baar zijn. En nu is een groote vergadering van
tuinbouwers zeker niet in Staat, in dezen leiding
te geven. Mijnheer Beets, u houde het mij ten goede,
ik bedoel er niets onhebbelijks mee, als ik de op
merking maak, dat de lezing van het verslag van
de gehouden .„De West" vergadering bij mij sterk
de indruk heeft gewekt, dat men te Koedijk al
zeer weinig ook heeft voor de jammerlijke alge-
meenen eeonomischen toestand.
Er bleek zoo, weinig besef en kennis van moeiten
in andere bedrijfstakken. En tevens, 't is zeer
wel mogelijk dat u het hier niet met mij eens is
lijkt mij de opvatting, die sommigen te Koedijk
blijkbaar huldigen over de verhouding van volk tot
.regeering, voor scherpe critiek vatbaar. Doch laat
mij iets mogen opmerken over de maatregelen, die
m.i. overweging verdienen.
Ik denk dan allereerst aan het gevaar, dat al
dreigender vormen gaat aannemen; de gedwongen
verkoop van land. Dat zou een ramp voor onze
streek kunnen worden en daartegen maatregeelen
te nemen, lijkt mij noodzakelijk.
Ik denk aan verlaging van de hypotheekhenten,
wat bij den huidigen stand van de geldmarkt mo
gelijk moet zijn.
Deze idee verdient m.i. overweging.
Hierdoor zouden de de zogenaamde „eigen bou
wers" niet weinig gebaat zijn.
De pachten passen zich over het algemeen reeds
aan den veranderden toestand aan.
Verder denk ik aan afschaffing van de opcenten
op de grondbelasting, een druk op onze bedrijven,
die thans ongemotiveerd is te achten.
Wat gedaan kan worden om in den aanwezigen
nood te voorzien, dient spoedig te gebeuren. In dezen
geeft de troonrede eenig uitzicht, wat als bewijs kan
gelden, dat de regeering oog hëeft voor de gevaren
die den tuinbouw bedrijgen.
Al zal de regeering de helpende hand dienen uit
te steken, toch doet men verstandig er rekening
mee te houden, dat de tuinbouw met regeerings-
hulp alléén, er niet komt.
Reeds vroeger heb ik in dit blad aangedrongen
op onderzoek en studie. Er hapert iets aan ons
tuinbouwbedrijf. Vele tuinbouwbedrijven zijn te
klein van omvang; bij de minste tegenslag zitten
vele ondernemers in moeilijkheden. Daarnaast dient
het moeilijke vraagstuk: wat te bouwen, onder de
oogen te worden gezien. Kool en vroege aardappelen
ik vertrouw dat de heer Beets er ook oog voor
heeft mogen niet langer en kunnen niet langer
de hoofdgewassen blijven. De risico is te groot, van
wege de ziekten in het gewas, waar dan nog bij
bij komt de schier ondragelijke last der onzeker
heid van den afzet. Dit zijn moeilijkheden, die
studiecommissies uit de tuinbouwvereenigingen,
voorgelicht en geholpen door deskundigen, onder de
oogen hebben te zien.
En komen de studiecommissies tot bepaalde voor
stellen omtrent nieuwe cultures, dan ligt het op den
weg van de Overheid, dit pogen krachtig te steu
nen. Ik meen dus, dat men wel bij de Overheid om
steun mag aankloppen, doch ben tevens van oor
deel, dat er actie van het bedrijfsleven zelf tot ver
betering moet uitgaan.
Nu rest nog de beantwoording van de vraag, welk
spoor, om deze uitdrukking te gebruiken, men het
best volgt, teneinde gerechte wenschen vervuld te
krijgen.
Persoonlijk ben ik een tegenstander van de groote
trom-roeren, van massa-demonstratie, van eischen
stellen.
't Is mijn besliste overtuiging, dat zoowel onze
regeering als onze volksvertegenwoordiging gehoor
zullen schenken, althans ernstig zullen overwegen
eventueele steun en hulpacties, door vertrouwens
mannen uit den tuinbouw voorgesteld en bepleit.
Daar moet het heen.
Er moet contact zijn met regeering en kamer
leden.
Het lijdt geen twijfel, of er zal gelegenheid gege
ven worden de belangen van den Noordhollandschen
Tuinbouw te bepleiten.
Gaat het dien weg op, dan blijft men in de lijn
en volgt het goede voorbeeld, dat de landbouw gaf.
Het resultaat is geweest: steun door de tarwe-,
bieten- en aardappelmeelwetjes.
Zoo, mijnheer Beets, blijft men in het goede
spoor, met de meeste kans op slagen.
Ik hoop, U hiermede te hebben beantwoord en
blijf gaarne bereid, zoo U nog iets te vragen mocht
hebben, u zoo mogelijk te antwoorden.
A. T.
DE MAATSCHAPPIJ TOT UITVOERING VAN
ZUIDERZEEWERKEN.
En de opschorting van de Zuiderzeeinpolderings-
Wij lezen in het VadT^""
Nu de regeering in verband met de zeer ongun
stige tijdsomstandigheden, in de milioennennota op
schorting van de Zuiderzeeinpolderingswerken
heeft aangekondigd, rijst al spoedig de vraag: wel
ken invloed heeft zulks op de Maatschappij tot uit
voering van Zuiderzeewerken? Zullen er menschen
moeten worden ontslagen, en komen die straks op
nieuw ten laste van de gemeenten?
Wij hebben ons ter zake gewend tot den directeur-
generaal der Zuiderzeewerken, die ons als zijn mee
ning te kennen gaf, dat er voor massa-ontslag bij
de M. U. Z. vooralsnog niet behoeft te worden ge
vreesd. Er bestaat een gewoon aannemers-contract
tusschen het rijk en de M.U.Z., dat op het oogen
blik omvat: den afsluitdijk en den Wieringermeer-
polder, Verdere inpolderingswerken zijn nog niet
aan de M. U. Z. toegewezen, doch aan de uitvoering
van belde genoemde werken heeft de M. U. Z. tot
eind 1932 nog ruimschoots werk, zoodat vooralsnog
niet tot inkrimping van het bedrijf op groote schaal
behoeft te worden overgegaan.
Bij voortdurende malaise en een handhaving van
het huidige regeeringsstandpunt voor 1933 en vol
gende jaren, wordt de toestand voor de M. U. Z.
echter kritiek. Bi ft ook na 1932 de uiterste sober
heid noodzakelijk, dan zullen geen nieuwe inpolde
ringswerken aan de M. U. Z. worden opgedragen,
waardoor het contact tusschen regeering en M. U.
Z. automatisch expireert, waarmede tevens de M.
U. Z. haar bestaansrecht zou hebben ingeboet.
Voor het oogenblik behoeft er dus nog niets te
worden gevreesd, hoewel de toekomst ook hier verre
van rooskleurig is.
Nieuwstijdingen
autoongeluk te Vries.
D|e chauffeur gedood.
Een tankwagen van de T;exaco-Maatschappij
reed door het dorp Vries, komende vanuit de
richting Assen. Bestuurder was de 28-jarige Aart
Vredenburg, wonende aan de iStadhouderslaan no.
49 alhier. Even voorbij Vries, ongeveer een
kwartier gaans van de stichting PLiladelfia, reed
de auto met een groote snelheid een luxe-wagen
FEUILLETON
SCHADUWWERK.
Slechts één gedachte beheerschte Wils, toen hij
weer op straat stond: hij moest weten, wie deze
man was. Waarom dat verlangen zich zoo onweer
staanbaar in hem opdrong, zou hij met den besten
wil niet hebben kunnen zeggen, want tenslotte was
er in de houding van den bezoeker niets geweest,
wat gerede aanleiding tot argwaan zou hebben kun
nen geven. Goed beschouwd, stak er niets vreemds
in, dat een particulier verpleegster bezoek ontving
van een heer, die wellicht haar hulp kwam inroe
penalthans, wanneer die verpleegster inderdaad
in staat was hulp te verleenen. Maar dat was nu
juist de vraag. Hij had verdenking tegen haar opge
vat; hij verdacht haar medeplichtig te zijn aan den
moord op den bankier Leuvensteyn en onder die
omstandigheden had hij het recht zelfs aan de
juistheid van de beroepsopgave op het naambord
te twijfelen. Maar dan, wanneer deze vrouw geen
verpleegster was, wat kon dan de reden van dit
bezoek zijn? Halt hij ging te ver. De mogelijk
heid bestond natuurlijk, ja, zij lag zelfs voor de
hande, dat de bezoeker in de veronderstelling ver
keerde met een verpleegster te doen te hebben, dat
hij eenvoudig was afgegaan op het reclameschild
aan de deur, maar danen weer kwam de twijfel
in hem boven dan zou die man daar op het
portaal een andere houding hebben aangenomen.
Zooals hij daar voor het raam stond met den rug
naar hem toegekeerd, had hij den indruk gemaakt
in deze omgeving niet vreemd te zijn. En die atten
tie van de zuster voor hem, Wils, toen hij de trap
afging, was onder deg egeven omstandigheden te
opvallend geweest. Wanneer die man werkelijk een
klant was, een klant, die reeds eenigen tijd op het
ongezellige portaaltje wachtte, zou ze zich zeker
onmiddellijk tot dezen hebben gewend en dat was
zeer goed mogelijk geweest zonder onbeleefd te schij
nen tegenover hem, wien zij in het toestaan van een
interview slechts een dienst had bewezen. En ten
slotte was daar dan nog het feit, dat de man geen
woord gesproken had, ook niet toen zij hem een
vraag stelde, waarop ieder ander mensch, alleen
uit een oogpunt van beleefdheid, zeker antwoord zou
hebben gegeven. Uit de vraag zelf zou een derde wel
iswaar hebben kunnen opmaken, dat zij haar be
zoeker niet kende, maar dat kon tenslotte opzet
telijk gebeurd zijn en het feit, dat de man het ant
woord schuldig bleef, deed dat zelfs vermoeden.
Neen, resumeerende moest hij zichzelf bekennen,
dat er wel degelijk reden was om dezen vreemden
bezoeker te wantrouwen ente blijven observee-
ren. Maar hoe? Hij zelf kon op het oogenblik niet
vrij over zijn tijd beschikken. Het liep reeds naar
een uur en in ieder geval moest hij in het avond
blad nog een paar regels hebben over de ontdekking
van het briefje. Het was dus zaak nu onmiddellijk
naar het bureau van „De Mercuur" terug te keeren.
Maar daarnaast wenschte hij opheldering over de
identiteit van den man, die zich thans bij zuster
Robert ophield.
Langzaam was Wils de Oosterparkstraat uitge
slenterd, doch op den hoek bij de kerk verhaastte
hij zijn schreden, alsof hij plotseling tot een besluit
was gekomen.
Aan den overkant bevond zich een apotheek, waar
hij binnenging, een tube aspirine kocht en daarna
de bedienende assistent verzocht even van de tele
foon gebruik te mogen maken. Hij liet zich met
inspecteur Sanders van het hoofdbureau verbinden
zette deze kort en duidelijk den toestand uiteen,
waarbij hij zijn woorden zóó koos, dat de zich
schijnbaar bescheiden terugtrekkende, maar in wer
kelijkheid nieuwsgierig luisterende apothekersassis
tent, de strekking van zijn verhaal ontging en ver
zocht hem onmiddellijk een mannetje te zenden, die
zich verdekt zou moeten opstellen om den man
bij het verlaten van het huis te kunnen volgen. Hij
zelf zou zoo lang wachten tot de rechercheur hem
kwam aflossen.
Vijf minuten later stond hij in het portiek van
een huis, dat schuin tegenover de woning van de
verpleegster was gelegen en nog geen kwartier had
hij hier op post gestaan, of op den hoek van de
ongeveer 100 meter verder gelegen zijstraat stopte
een taxi, waaruit iemand stapte in wien hij on
middellijk een der rechercheurs van het hoofd
bureau herkende.
Hij beduide den beambte bij den wagen te blijven
stak daarna in het portiek een sigaret op, alsof
hij tot dit doel even een schuilplaats gezocht had
tegen den wind en wandelde daarna in de richting
van den rechercheur, wien hij met een wenk ver
zocht hem te volgen. In de zijstraat, verborgen voor
eventueele onbescheiden blikken vanuit de woning
van de verpleegster, bleef hij staan om den beambte
in te lichten met betrekking tot diens taak. Hoewel
hij den man op het portaal slechts even gezien had,
was hem toch niet ontgaan, dat deze een licht grijze
regenjas met epauletten droeg en een slappe hoed
van donkere kleur. Zijn lengte was ongeveer 1.70 M.
Weliswaar liet dit signalement aan volledigheid iets
te wenschen over, maar waar zich zeer waarschijn
lijk geen andere heeren in het huis bevonden, was
verwisseling met een ander vrijwel uitgesloten.
Wils drukte den rechercheur vooral op het hart
den man te schaduwen en op deze wijze uit te vin
den, wie hij was en waar hij woonde. Hierna liet hij
zich met dezelfde taxi naar het bureau van „De
Mercuur" rijden, terwijl de rechercheur zich zoo
danig opstelde, dat hij, zonder vanuit het bewaakte
pand gezien te worden, de deur waaruit zijn slacht
offer moest komen, geen seconde uit het oog be
hoefde te verliezen.
Hoewel inspecteur Sanders hem omtrent het doel
van zijn opdracht in het onzekere had gelaten, con
cludeerde hij uit het naambord van de verpleegster
al spoedig, dat zijn taak in verband moest staan met
den moord op bankier Leuvensteyn en deze ontdek
king was lsechts in staat zijn waakzaamheid te ver
dubbelen. Hij beschouwde het als een eer, dat de
inspecteur hem voor dit werk had uitgekozen en
hij nam zich dan ook ernstig voor alles in het
werk te stellen om dit vertrouwen niet te bescha
men.
Voorloopig echter kon hij niet meer doen dan
rustig af te wachten tot de man, die hem door den
reporter beschreven was, het huis zou verlaten.
Doch daarbij werd z'n geduld wel op een zeer
zwaren proef gesteld. Het eene kwartier na het
andere verstreek, zonder dat zich iemand liet zien.
De deur bleef gesloten en zelfs geen leverancier
vervoegde zich aan de woning, waarin wel niemand
Eindelijk, het liep reeds tegen 3 uur, werd de
deur van het bewaakte perceel voorzichtig geopend
en uit het portiek trad de gestalte van een man,
zooals die door den journalist beschreven was:
licht grijze regenjas, slappe, donkérgrijze hoed en
lengte tusschen 1.60 en 1.70 M. Er was geen twijfel
mogelijk, of dit was de gezochte. Diens houding
alleen reeds was in staat argwaan op te wekken.
Voorzichtig keek de man eerst links, daarna na
rechts de straat af en het duurde zeker een halve
minuut alvorens hij tot het besluit scheen te zijn
gekomen welke richting hij zou kiezen. Eenmaal
op straat, zette hij er echter ook onmiddellijk de
pas in en zoo snel liep hij thans in de richting van
de Linnacusstraat, dat de rechercheur moeite had
hem onopvallend te volgen. Zelfs op vrij grooten
afstand echter, bleef de lichte regenjas zichtbaar en
eerst toen de drager daarvan om den hoek van de