Gemeenteraad HARENKARSPEL. Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier No. 142 TELEFOON INTERCOMMUNAAL NO. 5». DINSDAG I DECEMBER 1931 40e Jaargang iiliwi: Fifim I. Hlfll. - litelwi I. B. KIZEi. - Bircl ImtaJuwimli Binnenland. NIEUWE LANGE DIJ KI II COURANT DEZE COURANT VERSCHIJNT DINSDAG DONDERDAG en ZATERDAG. Abonnmentsprjjs: per 3 maanden f 1.15. ADVERTENTIEN: Van 15 regels 75 cent; elke regel meer 15 cent. GROOTE LETTERS NAAR PLAATSRUIMTE. Vergadering van den Raad dezer gemeente op Maandag 30 November 1931 des namiddags 4 uur ten raadhuize te Dirkshorn. Voorzitter de Edelachtbare heer H. Nolet, burge meester. Secretaris de heer J. Dam. Aanwezig alle raadsleden. De VOORZITTER opent de vergadering met een woord van welkom, waarna de notulen der vorige vergadering na voorlezing door den secretaris onge wijzigd worden goedgekeurd en vastgesteld onder dankzegging aan den samensteller. 1. INGEKOMEN STUKKEN, a. Verzoek afd. Tuitjenhorn van de L. T. B. om aan de leden van dien Bond reductie op de huur der gemeentelanden te verleenen en om de ver huring te doen op korten termijn. Door B. en W. wordt voorgesteld adressante te verwijzen naar de in de vorige vergadering ter zake genomen beslissing. Wat het eerste deel van het verzoek betreft ver wijst de VOORZITTER naar het raadsbesluit der vorige raadsvergadering, waarbij is besloten de be taling der pachtpenningen uit te stellen tot 1 April 1932. Tevens is hierbij de toezeggiing gedaan dat de Raad n den loop van den maand Maart onder het oog zal zien of reductie wordt gegeven of niet. betreffende het tweede deel, kan worden afgewacht als tot nieuwe pacht wordt overgegaan. De heer v. d. SLUIS stelt voor wat betreft het eerste deel van het verzoek reductie te geven. Aangaande het tweede had spreker toch gaarne gezien, dat geen publieke verhuring meer zal plaats hebben, doch de condities zullen worden vastgesteld door een daartoe aan te stellen commissie. De VOORZITTER merkt op, dat alleen die landen publiek worden verpacht, voor den tijd van 4 jaar, die los komen, de anderen worden steeds onder- handsch verhuurd. Het eerste voorstel van den heer v. d. Sluis acht Z.E.A. zeer vaag. De heer v. d. SLUIS zegt, dat het een bewezen feit is, dat er bij velen een verschrikkelijke achter stand is. Spr. heeft gehoord van den heer de Groot dat de gemiddelde pacht f3.00 a f3.50 is, doch is spreker gebleken, dat deze wel f 5.00 beloopt en acht het wenschelijk reductie te verleenen en niet te speculeeren op den toestand, dat die zich mogelijk wijzigen kan. Spreker stelt voor 25 pet. reductie. De VOORZITTER acht het fabelachtig wat door den vorigen spreker is gezegd omtrent de pacht en geeft den heer v. d. Sluis in overweging, alvorens zulks te zeggen, zich eerst beter op de hoogte te stellen en inzage der contracten te vragen. Z.E. A. acht f5.00 zeer overdreven naar den hoogen kant. De heer BURGER zegt bij zijn besluit van de vo rige vergadering te blijven en stelt voor eene re ductie van 30 pet. De VOORZITTER deelt mede, dat er thans twee voorstellen zijn van den kant van den Raad, die echter niet worden gesteund en waardoor het voor stel van B. en W. dus is aangenomen. De heer DE VRIES zegt, niet direct te sympa- thiseeren met adhaesie-betuiging, doch wil er toch op wijzen dat er toch in zekeren zin een der twee voorstellen wordt gesteund. De VOORZITTER zegt, dat beide voorstellers el kaar niet steunen. De heer v. d. SLUIS zegt hierop het voorstel van den heer Burgers te ondersteunen. De heer FRANCIS gelooft, dat een reductie van 30 pet. nog veel te kort is, daar velen de resteerende 70 pet niet eens zullen kunnen opbrengen als de prijzen der producten blijven zooals ze thans zijn. Spreker acht het daarom het beste den tijd tot 1 April af te wachten. De heer DE GROOT zegt, het eens te zijn met den heer Francis, doch betwist geen prijs te hebben genoemd aan den heer v. d. Sluis. Wel heeft spr. gezegd, dat de prijzen billijk zijn. De heer v. d. SLUIS beweert dat de vorige spr. ker wel een prijs heeft gezegd. De heer DE GROOT merkt op, dat de hier aan wezige heeren dat maar waar moeten maken. De heer v. d. SLUIS wenscht geen verdere dis cussies uit te lokken. De heer DOEKES acht den tijd tot verlaging nog niet gekomen en wil het afwachten. De VOORZITTER merkt op, dat nu niet de ge volgtrekking moet worden gemaakt, hetzij uit het raadsbesluit, hetzij uit het voorstel van B. en W. dat geen reductie zal worden gegeven. De heer BURGER zegt, gehoord de besprekingen, geen stemming van zijn voorstel te verlangen. Hiermede is, wat betreft het eerste deel, het voorstel van B. en W. aangenomen en wordt ten aanzien van het 2e deel besloten, den tijd af te wachten. b. Verzoek van den Raad van Noordscharwoude om adhaesie te betuigen aan een door dien raad gericht verzoek aan Ged. Staten tot vermindering der jaarwedden van Burgemeesters en Secretaris met 5 pet. en van den ontvanger met 10 pet. B. en W. stellen voor dit verzoek voor kennis geving aan te nemen. Tevens is ingekomen een schrijven van den Ne- derlandschen Bond van Gemeenten-Ambtenaren, waarin de Bond zijn afkeuring uit omtrent de voor gestelde verlaging op grond van verschillende ar gumenten, breedvoereig omschreven in een bege leidend schrijven. De VOORZITTER deelt mede, dat er van de zijde van B. en W. geen voorstel is en is de beslissing aan den Raad. De heer v. d. SLUIS zegt, absoluut tegen loons verlaging te ijn, daar de Provincie zelf schrijft, dat deze nog niet noodzakelijk is. De heer H. DEKKER is voor adhaesiebetuiging en wel omdat de Raad destijds heeft gevraagd de betreffende salarissen niet te verhoogen en voorts, omdat de huidige tijdsomstandigheden eene ver laging alleszins wettigen. De heer DE GROOT merkt op, dat op de agenda omtrent dit punt wel een voorstel is vermeld. De VOORZITTER antwoordt, dat dit juist doch dat in werkelijkheid er geen voorstel is van B. en W. De heer A. DEKKER zegt niets te gevoelen voor het betuigen van adhaesie en memoreert hoe des tijds de Raad met algemeene stemming tegen de salarisverhooging was en zelfs actie voerde en ver schillende gemeenten bijeen riep om adhaesie te betuigen aan een adres hieromtrent aan Ged. Sta ten, hetgeen niets heeft gegeven. Spreker zegt, dat van de tien keer men negen keer nul op het re quest krijgt. Spreker is van meening dat als van hooger hand gevoeld wordt dat verlaging nood zakelijk is, deze er ook wel zal komen. De heer DE GROOT zegt, in principe niets te gevoelen voor adhaesie, niettemin doet het wel schril aan het groote verschil met de zooveel min bedeelden. Spr. gelooft ook wel dat er mettertijd van hoogerhand voorstellen tot verlaging zullen komen., Spreker wil opmerken, dat ieder arbeider zijn loon waard is, doch vloeit het thans voort dit de tijdsomstandigheden. De heer FRANCIS kan zich niet begrijpen, dat de heeren Dekker en de Groot het billijken om geen adhaesie te betuigen, waardoor Ged. Staten niet op de hoogte zullen komen van de meening van den Raad. De heer A. DEKKER blijft er bij, dat het toch niets zal geven. De heer DE GROOT wenscht eene wijziging van hoogerhand af te wachten. De heer A. DEKKER zegt, dat het niet de be doeling is, dat het den ambtenaren niet wordt gegund, doch als de verlaging van regeeringswege wordt ingevoerd, zou dit eene enorme besparing geven voor Rijk en Gemeente. Volgens spreker is het eene absolute zekerheid dat de salarissen op gevoerd in een abnormalen goeden tijd, waardoor het eene het andere de hand geeft en zoo gaat het altijd. De heer v. d. SLUIS; „Dan moet dat stelsel wor den opgeruimd." De heer DEKKER betoogt, dat de opbloei in alle bedrijven de oorzaak is geweest. Nu echter alles ab normaal laag is, wordt het een verschrikkelijke be narde toestand. De heer v. d. SLUIS stelt hierop voor het adres voor kennisgeving aan te nemen. De heer FRANCIS vestigt de aandacht erop, dat de salarissen van burgemeester, secretaris en ont vanger bepaald worden door Ged. Staten, terwijl die der andere ambtenaren door den Raad. Dit is voor spreker een reden om adhaesie te betuigen. De heer DE VRIES memoreert hoe voor eenkele jaren terug door de gemeente actie is gevoerd te gen de voorgestelde salarisverhooging. Niettemin handhaaft spr. zijn zelfde standpunt en wil het niet goed keuren de salarissen der ambtenaren te verlagen, daar hieraan steeds het eerste wordt ge tornd. In goede teden komen de ambtenaren steeds achteraan, terwijl in ongunstige tijden zij het eerst het object zijn, dat aangevallen wordt. Voorts merkt spreker op, dat geen der sprekers zich de moeite heeft getroost om aan te toonen dat juist die sala rissen te hoog zijn. Het gemiddelde volksinkomen is volgens spr. niet minder als het gemiddelde salaris der ambtenaren. Met een verlaging van 5 pet. is de gemeente niet gediend en kan dit ook den toe stand niet redden. Zoolang het Rijk niets aftrekt voor de gemeentefondsbelasting, moet er ook niet aan getornd worden, doch zoodra dit wel het geval is, kan er altijd nog over gesproken worden. Spr. acht het verstandig om het adres voor kennis geving aan te nemen. De heer L. DOEKES gevoelt er voor om alles aan te grijpen om verlaging te verkrijgen. Als de ver hooging, aldus spr., destijds ongemotiveerd was, dan is het nu zeker tijd om te verlagen en moet de Raad dan ook één lijn trekken. De heer FRANCOIS zegt, dat hij zonder in cijfers te vallen, toch wil opmerken, dat het levensonder houd door de zeer lage prijzen van levensmiddelen en vooral het geen in het huishouden benoodigd is, veel lager is en het zeer billijk is dat de ambtenaren door eene verlaging van 5 of 10 pet. bijdragen tot lenigen van den slechten toestand. De heer BAKKER zegt, zich heel goed te kunnen vereenigen met den vorigen spreker, ofschoon spr. niets kan gevoelen voor adhaesie-betuiging. Spreker acht het niet onmogelijk, dat B. en W. zelf met een voorstel ouden komen en kan de Raad dan nog altijd besluiten. De heer FRANCIS stelt voor adhaesie te betui gen, waardoor Ged. Staten op de hoogte zullen zijn van de meening van den Raad. De VOORZITTER sluit hierna de discussies en brengt het voorstel Francis in stemming, hetwelk wordt aangenomen 7 tegen 4 stemmen. Tegen stemden de heeren v. d. Sluis, de Groot, de Vries en A. Dekker. '2. Voorstel van Bj. en W|. tot het aangaan eoner geldleening van f3000 a 41/2; pet., met jaarlijk'sche aflossingen van f200 voor 'net ter rein voor lichamelijke oefening bij de sclnool te Dirkshorn. De gelden voor aankoop van dat terrein zijn voorloopig uit de gewone middelen betaald, doch •kunne nniet langer gemist worden. De VOORZITTER merkt op dat de aanbie ding, die van een particulier is, voer de tegen woordige tijdsomstandigheden zeer voordeelig is. Voort sstelt Z.E.A.nu dit terrein toch ter sprake komt, namens Bi. en W. voor, mede in aansluiting op het besluit voor ongeveer een jaar geleden, thans opnieuw te besluiten mede werking te verleenen om een terrein zoodanig in te richten te Waarland. Door omstandigkieden is de wettelijke termijn verstreken en is het wet tig noodzakelijk thans dit besluit te nemen. Op eén vraag van den heer DOEKES of dit verplichtend is, antwoordt de VOORZITTER be vestigend. De heer DE GROOT vraagt of niet kan wor- de hgewacht tot den voorgenomen nieuwbouw van lokalen of school, daar tnet dan kan worden gecombineerd. De VOORZITTER antwoordt dat hierover nog geen besluit is genomen, terwijl dit voor het terrein nu noodzakelijk is. Z.E.A. uit zijn spijt, dat het sdnoolbestuur juist in dezen tijd het voorstel tot nieuwbouw doet, maar het is wet telijk recht. Hierna wordt overeenkomstig het voorstel be sloten. t 3. Voorstel van R. en Wi. tot wij'zigingj en aan vulling van de verordening ingevolge art. 114 bis der gemeentewet, zulks in verband met de wijziging der Gemeentewet. Een wagon kool van Langendijk naar Sjecho- plowakije kost aan vracht tot de Nederlandsd.re grens f 62, voor het vervoer via tiet Duitsche tra ject wordt- f130 gevorderd, totaal f192. Een wagon kool van Holstein naar 'Sjecho- Slowakije kost aan vracht in totaal f96; deze afstand is grooter dan die van Langendijk naar genoemd land. Hieraan behoeven we niets toe te voegen. WAT IS HIERVAN HET GEVOLG? Onze 'kboplui kunnen tegenover de Duitsche handelaren niet concurreeren. Men verlieze niet uit het oog, dat de verbouw van kool' in Duitsdi- land al dusdanige afmetingen heeft aangenomen, dat men daar reeds aan export begint te doen. Men mist echter de relaties en de ervaring onzer kooplieden. Wat ziet men nu gebeuren De Hollaudsche kooplui Hebben niet alleen deii naam, ondernemers te zijn, ze zijn zulks ook metterdaad. En zoo wordt Duitsche kool door Hollandsche firma's gekodit en geëxpor teerd. Zoo gemakkelijk komt men er niet achter, wel ken omvang dien handel Heeft aangenomen. De-VOORZITTER merkt op dat de wijziging rfpS?Lhet °°k+ ™olden' Ne- it: e;:„„ij 1 deiland, eens te denken aan de exportbelangen,1 van louter financieelen aard is en practisch neer komt op wijziging van eenige artikelen. Aldus wordt" besloten. 4. Voorstel tot wijziging der belooning voor bestelling van telegrammen buiten den koste- loozen kring, in verband met de vestiging van telefoonstations tfe Kerkbuurt en Waarland. Voorgesteld wordt de belooning voor bestelling van telegrammen buiten den kosteloozen kring té regelen als volgt; voor Dirkshorn op 1/4 van dé tot dusver betaalde belooming en voor Kerk- buurt en Waarland op 40 cent per telegram. I De VOORZITTERi deelt mede, dat voorheen 1250 werd betaald voor. de bestelling buiten de kiostelooz-en kring. Dé vergoeding was bevredi gend en redelijk. Door de vestiging van de beide kantoren is de kring aanmerkelijk ingekrom pen, waardoor Bl. en W. dit voorstel in overleg met den directeur van het pastkantoor te Sd/ia- ge:n aan den Raad voorleggen. De heer BORST; vraagt of Het niet beten' is ook te Dirkshorn per telegram te betalen. De VOORZITTER zegt, het voor de twee nieuwe stations het slecHts een paar huizen be treft. De heer DE VRIESi somt Hierna de woningen op, die buiten de kbstelooze kring vallen. In verband met het ijdee van den Heer Borst stelt de VOORZITTER voor hieromtrent meer- dere inlichtingen in te winnen en voorloopig net voorstel van B. en W. in te trekken. Aldus wordt besloten. I 5. Benoeming lid van het Burgerl Armbestuur aftr. de heer A. Kistemakèr. Met algemeene stemmen wordt de heer Kiste- maker "herkozen. Rondvraag. Do heer .FRANCES zegt dat door den neer d. Sluis ill de vorige vergadering is gespro ken over de werkeloosheidbestrijding om Hier voor in overleg te treden met het polderbestuur. De laatste wekeln zijn er eenige werkeloozen ge komen, die bij anderen zijn te werk gesteld, die het ednter 'niet kunnen betalen. Spr. wil daar om een verzoek richten aan de diverse polder besturen om productief werk, om hierdoor beter Voorbereid te zijn, daar de werkloosheid veel grooter zal worden. De VOORZITTER deelt mede, dat dit punt m 'de vergadering der Commissie voor de werke loosheidbestrijding ter sprake is gekomen en be sloten is overleg te plegen met die polderbestu ren, die hiertoe bereid zijn. Dit overleg zal hoofdzakelijk betreffen Het deel hetwelk de ge meente zal bijdragen. De heer BÓRST merkt op, dat Het Bannebe- stuur, indien er productief werk is, werkeloo zen zal te werk stellen, echter is Het moeilijk productief werk te vinden. De VOORZITTER zegt, dat hiervan een dank baar gebruik zal worden gemaakt. Niets meer aan de onde zijnde, volgt sluiting. van ons land? En eens spoed te maken met! de zaak der tarieven? CRISIS IN DEN TUINBOUW. Voorstel voor een Prov. in- en verkoopbureau van tuinbouwproducten in Noord-Holland. Die heeren De Miranda en E. Polak Hebben' bij de Prov. Staten van Noord-Hplland de volgende motie itogediend; a. Ged. SStaten te machtigen over te gaan tot het instellen van een In- en Verkoopbureau van Tuinbouwproducten; b. te bepalen, dat het sub a genoemd bureau slechts werkzaam zal zijn in de periode van crisis in den tuinbouw; e. als bedrijfskapitaal ten behoeve van dit bu reau een bedrag van f 1.000.000 ter beschikking te stellen. SPREKENDE CIJFERS. Hoe zwaar onze kool-export tegenover de D;uit- xsche gehandicapt wordt door de spoorwegtarie ven, blijke uit de volgende gegevens, ons welwil lend door een aan den Langendijk' gevestigde ex portfirma meegedeeld. Nieuwstijdingen AANVAL OP DEN TOL BIJ MAARTENSDIJK. Wij lezen in het „Handelsblad" hieromtrent het volgende: Het comité van actie is tegen den tol op den straatweg Hilversum—Utrecht gistermiddag een nieuwe, scherpe strijdwijze begonnen. In de eerste plaats heeft men alle bussen van den autobusdienst Hilversum-Utrecht voorzien van een groot, geel plakkaat, waarop vermeld staat: „Volgt mij niet. Het kost u f 0.40 tolgeld voor personen-auto's, of f 2.00 voor vrachtwagens. Rijdt dus liever vla Soest- dijk—De Bilt. Sluit u aan bij de actie." Gistermiddag vertrok de eerste aldus versierde bus, gevolgd door een groot aantal particuliere auto's. Het lag n.l. in de bedoeling ook nog op an dere wijze de actie kracht bij te zetten. Voor den Maartensdijkschen tol hield de lange stoet halt. Er waren naar schatting ruim 100 auto's. Hier wer den de deelnemers allereerst toegesproken door een der leiders der actie, den heer P. van den Hoek Jr. De heer v. d. Hoek wees op de benzinebelasting, waardoor de automobilisten volgend jaar gemiddeld f 200.— belasting meer zullen moeten betalen. „Dat Is goed", zei spr., „maar dan ook vrije wegen en weg met de tollen." (Luide bijvalsbetuigingen). Mr. Westrlk, advocaat te Hilversum en adviseur van de actie, sprak vervolgens zijn afkeuring er over uit, dat dit middeleeuwsche verkeersobstakel ver moedelijk nog tientallen jaren zal blijven bestaan. En dit gebeurt op zoo belangrijken verkeersweg als deze, door het drijven van een kleine boerenge- meente. „Ezels, bokken en gelten worden hier van meer belang geacht dan het moderne rij verkeer. Laten we daarom," aldus spr.., „desgelijks handelen. We zijn hier met auto's gekomen, maar we zullen ons met een paard door den tol laten trekken." Het speet spr. dat er geen muilezel aanwezig was. „Onze actie", aldus spr., is niet gericht tegen den tolgaarder, die niet meer dan zijn plicht doet en dien wij daarom niet moeten behandelen als ware hij een oud-testementarische tollenaar". Spr. zette verder uiteen, dat de gemeente Maartensdijk fei telijk z.i. geen recht heeft tolgeld te heffen, omdat de tol gelegen is op het gebied der gemeente Utrecht. Vervolgens zou men trachten de auto's met uit- geschakelden motor, getrokken door een paard, door den tol te brengen. Bij den tol gekomen, zette mr. Westrlk den tolgaarder uiteen, hoe hij, op grond van de tolbepalingen van Maartensdijk en door het feit, dat hier niet van een auto gesproken kon worden doch van een door een paard getrokken voertuig, 7Va cent zou betalen in plaats van het bedrag, vast-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1931 | | pagina 1