SPORT EN WEDSTRIJDEN INGEZONDEN (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie). Onder deze vlag vaart het nieuw gebouwde „vlot" langs de wateren, waar meerdere balken kunnen worden aangekoppeld, tot het ten slotte hecht en sterk genoeg is de stroomingen en deining, de stu wende en rollende golven der groote zeeën te kun nen trotseeren en een veilige steun is voor de be manning, die deze groote massale eenheid kan be schouwen als de reddingsboot bij dreigende schip breuk. Fantasie! Droombeelden? Lezers denkt wat ge wilt, doch denkt goed na, voor ge critiek uitspreekt. „Eendracht is macht." Genoeg bekend en onder vonden. Voorbeelden te over. Zie naar de Arbeiders organisaties. Coöperaties etc. Alle georganiseerde instellingen hebben weerstandsvermogen, kunnen iets presteeren voor het doel waarvoor ze bestaan. Kleine boeren en tuinders; waarom wij geen één heid? Waarom zouden wij geen draden vlechten, waarmede wij onze belangen vastleggen en alzoo niet prijsgeven waar we recht op hebben? Gij ploe tert en werkt alleen door, hebt goede tijden mee gemaakt, wellicht slechte doorgeworsteld en waar zijn we gekomen? Gestuwd tot den rand van het verzwelgende water. Ieder met een meester, die ons een voorwerp laat zien, het in de golven werpt en wij „apporteeren" het. Brengen het met moeite aan wal en zijn blij „iets" als loon te ontvangen. Doch de afstand wordt telkens grooter en grooter en straks zullen wij het niet kunnen brengen. Moeten wij doorgaan alleen in die golven te worstelen? Richt u op en roept neen! We steken elkander de hand toe. We kunnen elkaar, U mij en ik u helpen. Vereenigt U zooals velen want het is onze plicht en de noodzaak. Laat ons samengaan en onze belangen niet prijsgeven aan den willekeur, doch opkomen voor hetgeen wij met onvermoeide volharding weten te bereiken, opdat wij het niet prijsgeven en weer opnieuw moeten beginnen. Hebben wij dan geen recht op een bestaan? Bestaat of ontstaat er niet heel veel door onzen arbeid en onderneming. Zijn wij niet de voedselbrengers aan de menschheid? Dit is maar al te waar vrienden en als dank daar voor zien we gebeuren dat wij daarnaast nog de financiën moeten opbrengen, om dat voedsel aan de menschen te verstrekken. Belastingen? Goed, maar geen overstelping en uitputtingssysteem. Wij geven brood, wij gunnen brood, doch dan ook wij eischen brood! Welnu, vrienden, laten we dan or- ganiseeren, laat ons solidair zijn. Ja, is ja, en neen is neen, doch recht ons recht. De Algem. Neutrale Bond wil dit voor U helpen verkrijgen en vraagt daarvoor uw medewerking. We zijn bereid onze plannen aan U te verklaren en we rekenen op uw steun als betrokken kleine werkers. Afdeeling na afdeelng is gesticht en alles sluit op elkander aan. In uw omgeving komen wij tot U, opdat ge kennis kunt nemen van doel en middelen van genoemden Bond. Op Donderdag 10 December a.s. wordt in Concordia te Noordschar- woude een bijeenkomst gehouden (zie advertentie). Komt op en toont uwe belangstelling door uw vrien den mede te brengen. De belangen van uw bedrijf vragen uwe opkomst en we hopen dat u met ge noegen onze organisatie zult steunen. Het bestuur van den Algem. Neutralen Bond van Boeren, Land- en Tuinbou wers. De Bond stelt zich tot doel: Alle belemmeringen van Boeren-, Land- en Tuinbouwaangelegenheden te bestrijden en door met alle ten dienste staande wettige miiddelen datgene verbeterd te zien krij gen, wat verbeterd kan worden, en wel door middel van het volgende werkprogram: 1. Meerdere erkenning te verlangen van de be langen betreffende het Boeren- Land en Tuin- bouwbedrf en betere behartiging zijner belan gen door den Nederlandschen Staat. 2. Het naar voren brengen van onze eischen in de Tweede Kamer en Provinciale Staten, door per sonen aan te bevelen, de in overleg treden met onzen Bond. 3. Boycot maatregel te nemen, zoo mogelijk tegen over die landen, welke op hinderlijke wijze de invoer van onze Boeren-, Land- en Tuinibouw- producten belemmeren. 4. Door organisatie der verbouwers voor Zaad firmanten een zuiverder regeling te verkrijgen van uitbetalings- en contractvoorwaarde. 5. Verlagiing vrachttareven voor Zuivel-, Land en Tuinbouwproducten, indien de wenschelijk- heid daarvoor voldoende kan worden aange toond. 6. Medezeggingschap in eventueel aan te wijzen Staat-Commissie, welke vraagstukken van Boe ren, Land- en Tuinibouw moeten bestudeeren; daarin zitting te doen nemen, door ter zake kundiige tevens en practisch onderlegde perso nen te kiezen in overleg met den bond. 7. Elke verbetering in het veilingwezen te steunen en na te streven, het aanmoedigen van sortee ring en verpakking van die producten, welke daarvoor in aanmerking komen en het weg nemen en voorkomen van knoeierijen. 8. Vrijstelling van betaling van sociale lasten (ze gels plakken en ziekte-verzekering) beneden een inkomen van f1200, 't welk dan moet ge schieden door de Nederlandsche Staat. 9. Afschaffing te bevorderen van strijk- en bode- gelden, bij publieke verkooping van alle onroe rende goederen. 10. Onderhoudskosten van vjegen en dijken te brengen voor Rijk en Provincie. 11. Afschaffing grondbelasting, voor diegene die den grond slechts in eigendom hebben als ar beidsmiddel. 12. Pachtprijzen vast te stellen door pachtcommis- sies met bindend mandaat. 13. Stichting van een Staats-hypotheekbank met rente-voet, gelijk aan rentevergoeding voor in lage bij de Rijkspostspaarbank, of samenwer king zoeken met de Boerenleenbanken om te komen tot een Boerenhypotheekbank. 14. Rentelooze Rijksvoorschotten ten behoeve van het bedrijf, niet opvorderbaar beneden een in komen van f 1200. 15. Directe steun aan hen, wier inkomen beneden f 1000 blijft en aanvulling tot dit bedrag. 16. Afschaffing van wegenbelastinig voor vervoer- mddelen, voor bedrijfs-producten en bedrijfs- benoodigdheden. De eerste mededeeling hield in, dat de Holland- sche kooplui de Duitsche kool koopen en expor teeren. Dit zullen zeer velen met gemengde gevoelens hebben gelezen. De gevolgen van deze transactie der kooplui zijn voor den Hollandschen tuinbouwer nog niet te overzien. Maar schade zullen zij onte genzeggelijk berokkenen. Onze kooplui hebben zeer vele buitenlandsche relaties, waardoor zij de kool export in Duitschland in de hand werken en dus bevorderen, maar onverbrekelijk zit daar aan vast, dat dit ten koste zal gaan van de Hollandsche koolexport. Natuurlijk is déze handelwijze der kooplieden in geen enkel opzicht te laken. Zij hebben volko men het recht of alle eerlijke middelen te benutten om zich te handhaven en zoo mogelijk omhoog te werken. Het is een bewijs van ondernemingsgeest daar kan geen weldenkend mensch eenig bezwaar tegen hebben. De tweede mededeeling, die ik las, betrof het voorstel bij de Prov. Staten van N. Holland, inge diend, om te komen tot een oprichting van een in- en verkoop-bureau voor tuinbouwproducten, dat be doeld is als een crisisbureau, dus in een crisistijd dienst doet. Ziedaar nu twee mededeelingen, die lijnrecht tegenover elkaar staan. De eerste beteekent groote schade voor onze tuinders, de tweede is bedoeld om de tuinders te helpen. Ik vraag mij af, zullen de tuinders op deze beide mededeelingen, die zij toch zeker ook wel hebben gelezen, op eenigerlei wijze reageeren, of willen ze nóg langer een afwachtende houding aannemen? Er is een wereldcrisis, waarvan de oorzaak ge makkelijk is na te gaan. Maar de algemeene oor zaken van de wereldcrisis, (rationalisatie van be drijven, door het aanschaffen van de modernste technische hulpmiddelen, waardoor de wereldpro ductie tot het waanzinnige werd opgevoerd) kun nen toch niet zonder meer op de tuinbouw worden toegepast. Zeer zeker is ook hierin door effen over heid stagnatie gekomen, maar in geen geval is hier sprake van rationalisatie. Mijns inziens ligt de hoofdoorzaak van de tuin- bouwcrisis bij de gebrekkige organisatie. De tuin ders krijgen veel te weinig voor hun producten. Vaak zijn ze zelfs onverkoopbaar. Maar kom eens in de steden om die zelfde producten. Dan zijn ze schreeuwend duur. Het is de producent en de con sument die elkaar noodig hebben en beiden zitten stevig vastgekneld in de greep van den tusschen- handel. Van de producent naar de consument is een lange weg, die wordt beheerscht door een stevige groep tusschenhandelaren. Dat zijn de menschen die geen credieten noodig hebben, die zich, ondanks crisis en andere narigheid op een uitstekende manier weten te handhaven. Als iemand een beetje gewiekst is, wordt hij „Gemüsehandler" en hij gaat vooruit in de wereld. Laten de tuinders maar eens om zich heen zien. Trouwens, ze weten het wel, maar gaan kalm door, totdat Maar foeteren en mopperen op de kooplui geeft geen zier en is ook onbillijk. Zij voeren óók hun strijd om het bestaan, maar zij leggen het alleen een beetje verstandiger aan. Maar gij, tuinders, hebt toch evenveel rechten om u en uw bedrijf te handhaven. Zoekt dan echter naar de middelen en grijpt ze stevig aan. In zaken moet men wilskracht toonen. Begint daarom met U te organiseeren in een landelijken bond. Vormt afdeelingen, vereenigt u tot een organisatie en kiest uw hoofdbesturen. Werkt met taaie volharding om dien bond groot en machtig te maken. Voor zulk een bond is vruchtbaar werk te doen. De bond kan contact zoeken met het op te richten crisisbureau (als het tenminste voor elkaar komt). Hij (de bond) heeft dan dadelijk een machtigen steun. Hij kan geleidelijk aan de binnenlandsche afzetgebieden be werken, zonder de voor U schadelijke tusschen- handel. Hij kan in de toekomst de productie rege len. Kortom, zulk een bond kan een groote macht ontwikkelen in de toekomst. Alleen, houdt de poli tiek buiten de deur. Welke richting gij ook zijt toegedaan, in zaken is uw beroep tuinder en om dat belang moet het in dien bond gaan. Ik weet, dat er velen dien kant uit willen, omdat zij tot de conclusie zijn gekomen, dat zij voor hun strijd om het bestaan, aan hun tuinbouwvereeni- ging niets hebben. Ik weet ook, dat de meesten beter met het kool mes en de graaf weten om te gaan, dan met de pen en de tong. Maar op die manier komt gij geen stap verder. Om iets te bereiken komt het op de daad aan. Welnu, om iets op touw te zetten, is er in de eerste plaats een aanknoopingspunt noodig. En hoewel ik geen tuinbouwer ben, wil ik toch met genoegen medewerken tot het gezamenlijk nader bezien van het plan om tot oprichting van een landelijken bond over te gaan. Daarom verzoek ik iederen tuinder, die op de een of andere manier voor dit plan iets gevoelt en dit met meerderen wel eens zou willen bespreken, mij dit even kenbaar te maken. Gooi even een briefje of briefkaart bij mij in de bus met uw naam en adres (maar dan natuurlijk niet te lang wachten!) dan verzamel ik die namen en adressen, stel mij later met een paar daarvan in verbinding en dan noo- digen wij al die personen tot een bespreking uit. Dan kan de grondslag gelegd worden voor een lan delijken bond. Wanneer gij iets wilt, toont u dan mannen van de daad. U, geachte Redactie, beleefd dankzeggend voor de verleende plaatsruimte. Hoogachtend, J. v. Oosterstraat 24 B., Noordscharwoude. Geachte Redactie. Mag ik U voor het volgende beleefd eenige plaats ruimte verzoeken? Bij voorbaat mijn dank. Oproep aan de Tuinders. Dezer dagen troffen mij twee mededeelingen in de kranten, die de directe oorzaak zijn van dit ingezonden stuk. D. T. S. 2—Q. S. C. 3 0—6. Als scheidsrechter Kaper laat beginnen, blijkt dat D. een flink elftal heeft. Tamelijk volledig konden de Wormerveerders bekampt worden. Q. R. S. dat zeer fair en sympathiek speelde wist met flinke cijfers te winnen, hoewel wij ons niet verhelen, dat de ploeg toch werkelijk zoo sterk niet was. Doch het spel dat D. er tegenoverstelde maakte zoo'n primitieven indruk, dat succes wél moest uitblijven. Hier zal het spelen van Chattillon in de voorhoede wel mede oorzaak van zijn. Het plaatsen van een kanthalf, naast anders goede voorwaarden, bederft stellig het goede samenspel en zou bij herhaling den goeden geest in een elftal kunnen schaden. Over den wedstrijd zelf kunnen wij gevoeglijk kort zijn. Q. S. C. had het spel voortdurend in handen, en zij weet door een 3-tal doelpunten hdar meerder heid voor de rust uit te drukken. Na de rust hetzelfde recept. De D. linkervleugel geeft nog diverse goede voorzitten, doch benut werd er geen. Q. R. C. scoorde nog 3 maal, waarvan een penalty. Alzoo kwam het einde met 60 voor de Rechtszaken VOOR DEN KANTONRECHTER TE ALKMAAR. Tweede opvoering van het blijspel: Schoorlsche Zomer woningweelde. De tamelijk drukke zitting werd heden op geani meerde wijze ingezet door de hervatting van de zaak contra bevrouw E. W. R., waarbij de heer Cor- nelis Kirller, haar echtgenoot, behoorlijk voorzien van een gezegelde volmacht optrad als haar ge machtigde. Als getuige werd gehoord baron von Fridagh, burgemeester der gemeente Schoorl, die verklaarde dat aan de eigenares van bedoelde wo ning geen toestemming was verleend tot permanente bewoning, omdat deze woning werd beschouwd als een bijgebouw. Ook werd het ongewenscht -geacht twee perceelen als woning te doen bezigen, die ge zamenlijk slechts één erf beschikken. Nog andere argumenten werden door den burgemeester naar voren gebracht om aan te toonen, dat hier een overtreding van artikel 1 van de desbetreffende verordening was gepleegd. De heer Kriller bestreed de opvatting van den burgemeester en deelde daarbij mede dat het hem gemakkelijk zou vallen den burgemeester om den tuin te leiden, zoodat men hem niets kon maken, maar hij wenschte eerlijk te blijven en zou openlijk voor zijn rechten strijden. Bedoelde woning was opgetrokken vóór de totstandkoming der verorde ning en ook toen reeds bewoond. Voorts geheel ingericht als een permanente woning. De heer ambtenaar had een vervolgens ingesteld onderzoek wegens overtreding van art. 55 der wo ningwet, wat hij veeiliger achtte dan te dagvaarden ter zake overtreding der plaatselijke verordening en vorderde f 15 boete of 15 dagen. De heer Kriller qualificeerde het requisitoir van Mr. Bruestack als onlogisch, zooals hij nader uit eenzette terwijl de burgemeester nog opmerkte, dat bedoelde woning indertijd was bestemd voor schuur maar later in een woning was omgebouwd tegen den wil van het toenmalige gemeentebestuur, dat echter in gebreke was gebleven om krachtdadig op te treden. De kantonrechter zal de kous verder afbreien en over 14 dagen schriftelijk wonnis wijzen. De Keurmeester had de wet op zijn hand. Het conflict tusschen den slager S. B. K. te Noordscharwoude en den keurmeester Frielinck met betrekking tot het al of niet los maken van de nieren van een geslacht en ter keuring aangeboden knorrepot werd thans weer onder de aandacht ge bracht en ter verdere behandeling gepresenteerd. De heer Frielinck verklaarde dat artikel 8, le lid letter D van de vleeschkeuringswet uitdrukkelijk voorschreef dat de slager deze organen moest los maken, voortdurend had slager K. zulks nagelaten, tot het den keurmeester eindelijk begon te verve len en hij proces-verbaal opmaakte. De heer G. v. d. Meulen, keurmeester te Alkmaar deed mededeeling, dat hij en zijn collega's, werkzaam aan het abattoir te Alkmaar, steeds gewoon waren zelf bedoelde or ganen los te maken, teneinde spoedige verkleuring te ondervangen. Dit was echter een persoonlijke methode van den heer Voorthuizen, directeur van het slachthuis te Alkmaar en geen wettelijk voor schrift. De slager bleek dus aan het kortste eindje te trekken en werd veroordeeld tot f 8.00 boete of 8 dagen. Hij was alreeds begonnen het voorschrift op te volgen. Nur eine Nacht. In een van de „zwoele" A'Ugustus-Alkmaarsche- kermisnachten, doortrokken van gemeleerd-auroma- tische geuren van zachte zure leverworst en saggio- nen van spekvette paling en smeuige gesuikerde oliebollen, had zich over stad en omtrek een dichte mist uitgespreid die een gezelschap lustige kermis gasten uit den Helder noopten hun voorge nomen thuisreis naar de Stad hunner woning te onderbreken en binnen te gaan in het door den Heer A. J. B. geëxploiteerde Hotel-Café aan den Helderschen weg te Alkmaar. Het was reeds na 1 uur in den nacht en de kermissluitingstijd ingetreden, waarop de Hotellier zijn late bezoekers attent maak te. De dames en heeren gaven toen het voornemen te kennen te willen blijven logeeren, omdat het mis tige weer niet uitlokte tot een nachtelijke autotocht. En als dit achtbaar gezelschap dit plan nu maar naar behooren ten uitvoer had gebracht, was er om zoo tezeggen, geen kou aan de lucht geweest, maar men vertrok en corps omstreeks 5 uur in den mor gen, zonder eeniger mate te hebben genoten van de frische slaapgelegenheden, die de heer B. voor zijn logees beschikbaar stelt. En deze omstandigheid gaf den heer H. v. d. Brink, agent van politie aanleiding te twijfelen of het met deze logees wel punctueel in orde was en niet gedacht kon worden aan overtreding van een der pl.m. 20 artikelen der politieverordening, waar mede een Alkmaarsche herbergier, Hotelier of Café houder rekening heeft te houden. En het resultaat van des heeren van den Brinks ambtelijk bemoein- gen was dan ook de bekeuring zoowel van den Hotelhouder als zijn zes bezoekers, de dames N. P. V. en E. C. S. en de heeren H. B., G. K., C. E. en W, H, allen te Helder, de eerste ter zake had in zijn loca- liteit na sluitingsuur aanwezig hebben van bezoe kers en voor de overigen het aldaar aanwezig zijn gedurende verboden tijd. Want onze gemeentelijke legislatie spaart in dit opzicht kind noch grijsaard en ontvangt ieder, die daartoe aanleiding geeft geheel onpartijdig een „lik uit de pan." Deze zaken werden verleden week door den kan tonrechter behandeld, doch de zuinigheidf die men dikwerf betracht met het niet dagvaarden van den verbalisant was ook thans weer de oorzaak, dat bedoelde zaken moesten worden aangehouden. Door de aanwezige verdachten werd namelijk een verweer gevoerd, dat het hooren van den heer van d. Brink noodzakelijk maakte. De Hotel-Caféhouder beweerde namelijk, de bezoekers direct ingeschre ven te hebben als logees en de logees gaven te ken nen zich dien nacht alszoodanig te hebben be schouwd. Het waren dus oogenschijnlijk 'n paar zaakjes waar muziek in zat. Maar na het hooren van den heer v. d. Brink was die muziek er al heel gauw uit. Het was, ver klaarde verbalisant al kwart over 2 uur en het ge zeischap vermaakte zich zeer, terwijl de auto stond te wachten. De heer Br., zelf een caféhouder gaf voor zelf een agent van politie te zijn, blijkbaar met het doel den verbalisant voor den gek te houden. Voorts was er volgens waarnemen van den verba lisant schitterend weer en geen nevel te zien. Tot pl.m. half vier was de heer v. d. Brink ver plicht zich met dit Heldersche gezelschap bezig te houden en meende toen voldoende motief te heb ben om procesverbaal op te maken. De heer B., die thans alleen ter zitting was, er kende dat het gezelschap hem er in had laten loo- pen. Hiermede werd met het opleggen der straf reke ning gehouden en de Hotelier veroordeeld tot f 6.00 of 6 dagen. De heer H. B., de immitatie politieagent werd echter als de gangmaker beschouwd en veroordeeld tot f 10 boete of 10 dagen en de overige 5 verdachten de dames N. P. V, E. G. S. en de heeren C. K., C. E. en G. M. allen uit Helder ieder tot f6.00 of 6 dagen. De arme ket was de dupe van de verkeers tragedie. De broodbakker IJ. V. te Schermerhorn, die bij het bedienen van zijn Cliëntéle -van een ketten- wagen gebruik maakt, had op 15 Augustus, terwijl hij een klant bezocht, zijn ket vast gezet aan een houten hekpunt. Het dier schrok alstoen hevig voor een vrachtauto die hem rakelinks passeerde; sprong op, rukte zich los, raakte onder den auto, brak een poot en moest subiet worden afgemaakt. De bakker moest nu nog terecht staan, omdat hij zijn ket niet behoorlijk had vastgezet, doch er was zoo bitter weinig bewijs dat de man met vlag en wimpel werd vrijgespoken en de juridische hulp van mr. Prins feitelijk niet eens noodzakelijk bleek. De regels van den weg zullen er met kracht jhige- stompt worden. De chauffeur van een vrachtauto, de Heer J. v. d. L. te Amsterdam, nam op 13 Sept. bij het oprijden van de smalle brug nabij Schermerhorn er niet de minste notitie van, dat de heer M. J. v. d. Mey, een veemakelaar uit Purmerend al reeds den brug met zijn luxe auto was opgereden, terwijl hij bovendien als hebbende zijn „tegen ligger" aan de rechter hand, verplicht was hem voorrang te verleenen. Het gevolg van die verwarring was een aanrijding, waar bij de auto van den heer v. d. Mey werd bescha digd. Vergoeding bleef echter uit, maar vandaag kreeg de nalatige chauffeur 'n harde les in de kunst om de regelen des wegs naar behooren te on derzoeken in den vorm van f30 boete of 30 dagen met toewijzing der civiele vordering ten bedrage van 15 gulden. De heer kantonrechter gaf nog eens extra te kennen tegen dergelijke verkeersfouten krachtdadig te zullen optreden. Zegt het voort in breede kringen. De onoplettende chauffeur. Een lang jongmensch, genaamd M. H. S„ chauf feur van een vrachtauto en wonende te Alkmaar. Volgens dagvaarding had hij geen aandacht ge schonken aan het feit, dat de voor hem rijdende vrachtauto van Molenaar P. Berkhout, voornemens zijnde van uit de Egmondsche straat te Egmond Binnen den weg naar den molen in te slaan, de richtingwijzer had uitgestoken. Een aanrijding tus schen de twee auto's kon niet uitblijven en werd de vrachtauto van Berkhout nogal beschadigd. On derlinge regeling bleef achterweg en werd de chauf feur door den brig, titulair G. Minee eens aange- pompt met gevolg dat hij thans terecht stond ter zake overtreding artikel 22 Motor- en Rijwielwet. De toelichting van verdachte dat hij geen signaal gehoord en geen richtingwijzer had gezien, bleek voor den kantonrechter geenerlei beletsel den chauf feur te veroordeelen tot f 20 boete of 20 dagen, be nevens de uitkeering van f 50 schadevergoedwing aan den heer Berkhout, ter restauratie van diens „verrinneweerde" vrachtauto. De 13de deed zijn ongunstige reputatie weer gelden. Op den dertienden October wes de seizoen koop man in fruit, Joh. Metselaar te Alkmaar met zijn vriend en compagnon T. Boersen er met een bak fiets op uit getrokken, teneinde te Bergen zoo mogelijk een dun boterhammetje te kunnen ver dienen. Leider! Es war so schön gewesen, doch'-és hat nicht sollen sein! Op den Bergerweg, in de bocht nabij het ver dwenen tol, terwijl Johannes ijverig voortpeddelde en jongeheer Boersen als passagier smakelijk zijn boterhammetje met smeerkaas zat op te peuzelen, kwam de bakfiets in aanrijding met een weilrijder Herman O., die met twee vrienden op een rij zwie rend, onvoldoende uitweek. Van de bakfiets werd een wiel geamputeerd, het heele gevaarte duikelde naar voren, de diverse fruituren namen verschrikt de vlucht en kwamen in modder en sloot terecht. De onderhandelingen over de schade betaling had al evenveel succes als de ontwapeningsconferentie en het eenige, dat werd bereikt was dat de chef veldwachter van Bergen de situatie kwam opmeten en procesverbaal opmaakte tegen den 18-jarigen leerling der ambachtsschool te Alkmaar, Herman D., Dit jongmensch stond thans terecht, ontkende ijverig, maar het rijden met 3 op een rijtje deed hem de das aan, werd hij heden veroordeel tot f8 boete of 8 dagen en zal paps hebben te betalen aan den rampspoedigen appelennegociant f 15.30 scha devergoeding. Een wonderlijke snijboon. In den laten avond van 31 October had te Alk maar op het Ritsevoort een motorongeval plaats dat betrekkelijk goed afliep, maar voor den bestuur- een minder aangenaam gevolg was. De motor slipte door een of andere oorzaak en de jonge dame, die op de duo zat maakte een dusdanige smak dat zij bewusteloos in een naburig Café werd binnen gedragen. Ernstige gevolgen had dit avontuur niet maar zooals gezegd de motorrijder, 'n 21-jarig koopman uit IJmuiden C. P. van H. bleek niet in het bezit te zijn van een rijbewijs en kwam aan het licht, dat hij reeds maanden lang, zonder rij proef te hebben afgelegd, op den motor rondzwierf. Bovendien kwam men tot de conclusie dat het gebruik van geestrijk vocht niet vreemd was. Het jonge mensch terecht staande ter zake ont brekende rijbewijs had nog heel wat praats en scheen een paar wandelaarsters als oorzaak van het gebeurde te beschouwen. Toen hij werd veroordeeld tot f35 boete of 35 dagen, was hij nog lang niet overtuigd van zijn schuld en gaf hij te kennen in hooger beroep te willen, 't Is te hopen voor hem, dat hem zulks goed bekomt! Een verbazend armoedige combinatie! De monteur zonder metier, Barend D., uit Broek op Langendijk was op 21 Juni in onderhandeling over den aankoop van een motorrijtuig, dat reeds sterke symptomen van aftakeling vertoonde en waarvoor dus vermoedelijk geen buitensporig hoo- gen prijs werd gevraagd. De kooplustige monteur maakte alstoen een proefritje, dat voor hem buiten gewoon onvoordeelig uitliep. Hij wordt n.l. aange houden op den Rustenburgerweg te H. H. Waard, snachts om 12.30 omdat de voorgeschreven verlich ting ontbrak. Voorts was er geen signaal hoorn aan wezig. Bovendien bleek de bestuurder niet in het bezit van rij- noch nummer bewijs. De veldwachter had dus heel wat te schrijven en reikte niet minder den 4 bonnetjes tegelijk uit. De pechvogel met zijn zondenregister stond heden terecht en werd ver oordeeld 'tot f28 gulden boete of 28 dagen hech tenis. Uitspraak in zake de overtreding der strand- verordening te Bergen aan Zee. De Kantonrechter te Alkmaar, uitspraak doende in de zaak contra mr. v. L. aldaar heeft geen termen gevonden bedoelde verordening niet verbindbaar te verklaren, doch den overtreder schuldig verklaard en hem veroordeeld tot f4.00 boete subsidiari 4 dagen hechtenis. Volgens meening van den Kanton rechter was o.m. de verordening wettig tot stand ge komen en volkomen rechtsgeldig.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1931 | | pagina 4