Maatschappelijke steun
Hike Sreijer's
Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
No. 1
ZATERDAG 2 JANUARI 1932
41e Jaargang
Speciaal Corsetten - Mogoiijn
NIEUWE St
LilfiEDIJkEB COtIRMT
DEZE COURANT VERSCHIJNT
DINSDAG DONDERDAG
en ZATERDAG.
per 3 maanden 1.15.
UitgaveFirma J. H. KEIZER. - Redacteur J. H. KEIZER. Bureel Noordscharwoude.
Van 15 regels 75 cent;
elke regel meer 15 cent.
GROOTE LETTERS
NAAR PLAATSRUIMTE.
Als zegen en als gevaar.
Ten opzichte van crisis en malaise wordt vaak
schromelijk overdreven, zoowel naar de eene als
naar de andere zijde. Elr zijn waarlijk nog men-
schen, die beweren ze scLirijven het zelfs nog
in de kranten dat de werkloosheid heden ten
dage niet of niet aanmerkelijk grooter is dan
vroeger, wanneer het eens een beetje slappe tijd
was. Tegenover deze beoordeelaars staat het le
ger" van pessimisten, dat er vast van overtuigd
zegt te wezen, dat de wereld het zóó lang niet
meer maken kan, zooals het nu gaat, en dat de
menschlieid vergaat in kommer en ellende. De
waarheid ligt als steeds tussdaen beide uiterste
meeningen.
„Het Vaderland" oordeelde o. i. objectief, toen
het dezer dagen schreef: „De armoede van thans
is bijna de welstand van '50 jaar geleden". Het
blad /ette uiteen, hoe de kapitalistisch ingerichte
iEiuropeesche staten er nu in slagen om millioenen
werkloozen te voeden en te kleeden en te laten
wonen op een wijze, die menig arbeider een halve
eeuw geleden na zwaar zwoegen 10 a 12 uur per
dag, nog benijd zou hebben. Ilntusschen krijgen
de kinderen der huidige werkloozen behoorlijk
onderwijs en de gezinnen profiteeren nog van
sommige sociale instellingen, als ziekteverzeke
ring enz. D;at alles laat den getroffenen nog zorg
genoeg, maar hun positie is todi niet minder,
eer beter, dan die van de uitgebuite werkers
van voor 50 jaren.
Nu echter spreekt de maatschappelijke crisis
wat duidelijker tot ons, misschien doordat
we intusschen geleerd hebben om ons wat meer
van elkanders lot aantetrekkeji^j^a&r óók omdat
de islacktoffers^wat luider spreken. We nemen
ze dat niet kwalijk, ze hebben er groot gelijk
aan. We erkennen grif, dat ze nog tekort komen,
en dat er te hunnen behoeve, als dat kon en mo
gelijk was, mér moest geschieden. Ondanks de
gevaren der steunverleening voor de moraliteit.
Vele crisis-slachtoffers zijn zich tegenwoordig
heel sterk bewust van den overheidsplicht om
individueelen nood te leenigem en het is op de mo
derne ,min of meer luidruchtige wijze, dat ze
de overheid regelmatig aan (naar plicht herinne
ren, eischen stellende, demonstreerende, meer af-
dreigende soms dan vragende, wat ze meenen,
dat hun toekomt.
We bedoelen daarmede geenszins te generalisee
ren. De groote meerderheid der werkloozen is
erkentelijk voor 'een behoorlijke overheidszorg,
maar het is het groepje werkloosheidsuitbuiters
dat, demonstreerende en eischen stellende, het
werk der overheid in de eerste plaats bemoeilijkt
en bij het publiek de meening doet postvatten,
dat er zulk een ontzettende armoede wordt ge
leden, dat een afdoende ondersteuning het voort
bestaan der huidige maatsdnappij onmogelijk zou
maken.
Er is op liet oogenblik natuurlijk inderdaad een
ernstige maatschappelijke crisis, die erger is dan
"voorgaande crisis uit de jongere geschiedenis,
maar* er is thans zeker niet meer 'armoe dan vroe
ger. Alleen: de menschen zijn minder gauw tevre
den en we stellen egenwoordig allen hooger
eischen aan het leven.
Er wordt vrij afdoende geholpen en wanneer
ieder zich inspant om naar vermogen aan de
steunkassen bij te dragen, dan zal ook de voort-
zettnig van afdoende ondersteuning mogelijk
blijven.
Maar nu willen wij toch ook even wijzen op de
gevaarlijke zijde van maatschappelijken steun.
Vooral nu deze dikwijls over een langen tijd moet
vierden verleend en de ondersteunden zich van
hun vaste -uitkeering verzekerd kunnen achten,
gelijk een gepensionneerde, nu heeft de on
dersteuning veel van het vroegere bedeelingska-
rakter verloren, wat op zich zelf gelukkig is,
en wordt, ze min of meer als een soort regelma
tige risico-premie beschouwd, waarop men bij
tijd en wijle recht heeft. Zou iemand vroeger uit
eer. gevoel van fierheid zijn handen niet hebben
opgehouden, voor hij zijn eigen bestaansmogelijk
heden alle had uitgeput en ook zijn familie naar
vermogen had geholpen om het slachtoffer der om-
heden, wat men toe nfnoemde, „de hand boven
het hoofd te honden", tegenwoordig denken wei
nigen meer aan het brengen van een persoonlijk
offer of het bijspringen van behoeftige familie
leden. Daar is „de steun" immers voor, de steufi,
die het laatste sprankje fieiheid in veler gemoed
doofde.
„De steun"'is een premie geworden en in som
migen is er zoo wéinig zelfrespect overgeble
ven, dat ze naar het verkrijgen, van die premie
zelfs streven, zonder er recht op te hebben*.
Dat geeft herhaaldelijk aanleiding tot rechtza
ken, uit welke blijkt, dat de delinquenten zich
nog steeds niet het laaghartige van hun daad' be
wust zijn.
Een voorbeeld uit vele: de vorige week stond
in Utrecht de houder terecht van een brood-depot
in iSoest, zekere Van S„ die langen tijd ten on
rechte van het Burgerlijk Armbestuur fö,per
week steun had genoten. Wat was hier achteraf
gebleken? Dat het brood-depot zoodanig liep,
dat de „ondersteunde" twee zwagers tegen be
taling in zijn dienst had en dat hij bovendien een
vaste wekelijksche uitkeering van f35 gulden ge
noot van de Ongevallenverzekering van de Rijks
Verzekeringsbank. Het huis, waarin hij woonde,
en waarvan de huur hem zoo bezwaarde, naar hij
aan het Armbestuur had voorgegeven, was
zijn eigendom.
Die Politierechter meende hier dan ook een voor
beeld te moeten stellen en verooTdeerlde dezen
parasiet tot 3 maanden gevangenisstraf... voor
waardelijk ,plus f60,boete.
We achten het gelukkig, dat de gemeenschap
den ergsten nood lenigt der slachtoffers van eco
nomische wanverhouding. Maar dat ieder zijn
gevoel van eigenwaarde en zelfrespect pantsere
tegen het gevaar va nafstomping.
deed om dezen van zijn goudbasis te storten. Vooral
in buitenlandsche balden werd dikwijls twijfel uit
gesproken over de innerlijke waarde van ons ruil
middel. Doch tot nu toe heeft men deze aanval
len alle weten af te slaan. De gulden is nog steeds
voor honderd procent de gulden gebleven en het
voorbeeld van andere muntstelsels om de goud
basis, zij het dan ook tijdelijk, af te schaffen heeft
weinig aanlokkelijks. In tijden van zooveel onze
kerheid mogen wij ons gelukkig prijzen, dat er nog
een vrijwel onwankelbare zekerheid is overgeble
ven, waarmee wij fier het nieuwe jaar ingaan.
Zeker, we mogen niet verhalen, dat de vooruit
zichten voor 1932 niet erg rooskleurig zijn, ook voor
ons land niet. Maar in deze periode van wantrou
wen is er in Nederland tenminste nog overgebleven
vertrouwen in ons volk, vertrouwen in ons zelf. En
met dit vertrouwen gaan wij het jaar 1932, zij het
dan niet zoo hoopvol als andere jaren met een
rustige zekerheid tegemoet. Immers: de grondsla
gen van ons volksleven zijn door en door gezond.
(Nadruk verboden).
DRAISIM-vanVALKEMBURG'S
iLEVERTR
LEEUWARDEN-
Bircnenlandsch Overzicht
Bij de Jaarswisseling. Ondanks cri
sis zijn de grondslagen van ons volks
leven door en door gezond.
De huidige generatie zal wel nimmer zulk een
troosteloos jaar hebben meegemaakt als 1931 er een
was. Zelfs de bange oorlogsjaren, die niet zonder
moeilijkheden over ons vaderland zijn heengestre-
ken waren niet zoo neerdrukkend als het jaar, dat
nu achter ons ligt.
Oudejaarsavond stemt altijd tot overdenking en
tot weemoed. Ook maken wij dan de balans op van
de 365 dagen, die achter ons liggen. Een balans
heeft een actief en een passief, die we tegen elkaar
opwegen. We stellen vast wat we aan goeds en
goederen het nieuwe jaar mee innemen. We schrij
ven vele kwade posten af, die we niet meer als een
loodzware last in het nieuwe jaar wililen meetorsen.
Als we aldus de balans van 1931 hebben opgemaakt,
zullen we helaas heel wat „kwade posten" zijn te
gengekomen, de ondanks onze voorzichtigheid, on
danks onze ngetogenheid over ons gekomen zijn.
De onmeedoogenlooze crisis heeft zware wonden
geslagen in ons volksleven en heeft evenmin ons
particuliere bestaan ontzien. De slagen, die werden
toegebracht waren dikwijls verwoestend. De crisis
heeft niemand ontzen, In alle volkslagen is zij door
gedrongen. Onze industrie heeft vooral de laatste
maanden ernstige moeilijkheden ondervonden, door
dat de exportmogelijkheden tot een uiterst minimum
zijn teruggebracht. Onze land- en tuinbouw, en
veeteelt worstelden reeds veel eerder met vroeger
ongedachte moeilijkheden. De boeren en tuinders
ontvangen voor hun producten betaling, die ver en
ver onder den kostprijs ligt. Onze groenten en zui
velproducten gaan slechts in onbeduidende hoeveel
heden de grens over. Veel tuinbouwproducten gin
gen dit jaar op de mesthoop, want dikwijls brachten
deze op de veiling nog minder op dan het tran
sport en plukloon bedroeg.
Door dit alles is de geesel der werkeloosheid ons
niet bespaard gebleven, ofschoon deze nog niet die
angstwekkende afmetingen heeft aangenomen als in
andere landen. Over het algemeen ook bleven de
loonen vrywel gehandhaafd, ofschoon natuurlijk in
enkele bedrijven loonsverlaging noodzakelijk bleek.
Geschillen tusschen werkgevers en werknemers ble
ven dit jaar niet uit, hoe kon het ook anders! Over
het algemeen genomen kan gezegd worden, dat de
arbeidersklasse in deze moeilijke tijden de zoo
broodnoodige verantwoordelijkheid heeft getoond.
Toch kan niet ontkend worden, dat ook in Neder
land de laatste maanden links- en rechts radicale
stroomingen aan den dag treden, die bedenkelijke
vormen beginnen aan te nemen. Botsingen met de
politie, waarbij aan beide zijden van vuurwapenen
werd gebruik gemaakt zijn in de groote steden niet
uitgebleven. De communisten beginnen een beden
kelijke macht te ontplooien en recruteeren hun
troepen uit een onverantwoordelijk volksdeel. Ook
de fascisten hebben den laatsten tijd veel van zich
doen hooren, hun propagandamethoden, grooten-
deels afgekeken van het Italiaansche en Duitsche
fascisme achten wij in strijd met het volkskarakter
en de historische ontwikkeling van ons land, dat
een eeuwenoude en onbevlekte democratische repu
tatie heeft hoog gehouden en hoog te houden. Het
overgroote deel van onze bevolking blijkt echter niet
toegankelijk noch voor links- noch voor rechts-
radicale stroomingen, en een dictatuur van wie ook
zal ons volk nimmer verdragen.
De criminaliteit heeft helaas ook bedenkelijke
vormen aangenomen. Onze rust is in den laatsten
tijd herhaaldelijk opgeschrikt door roofovervallen,
moorden en moordaanslagen, die we tot nu toe
slechts voor mogelijk hielden in een land als Ameri
ka. Wel zelden werd door het misdadigersgilde met
een brutaliteit opgetreden als de laatste maanden
aan den dag werd gelegd.
Gelukkig kunnen wij ook op andere dingen wijzen
De brand in het Nederlandsche paviljoen op de
Koloniale Tentoonstelling te Parijs, die eerst een
onoverkomenlijke ramp leek was spoedig weer ver
geten toen binnen zeer korten tijd een nieuw gebouw
verrees, dat onze reputatie in het buitenland ten
zeerste verhoogd heeft. Met be- en verwondering
heeft men de stoere werkkracht van ons volk gade
geslagen. Nederland heeft niet bij de pakken neer
gezeten, het heeft na de eerste uren van teleur
stelling dadelijk besloten tot wederopbouw van een
monument, dat tot Se wereld moest spreken.
Doch nederland heeft niet alleen in Parijs ge
toond dat het zich zelfs door de moeilijkste omstan
digheden niet van de wijs laat brengen. Ook in
Nederland zelf wist men zich door den druk der tij
den heen te slaan op een wijze, die bewondering
afdwingt. Slechts de best-ingewijden weten hoe men
van verschillende zijden aanvallen op onze gulden
Mient I? Alkmaar Tel. 526
Vertrouwd adres voor:
goedpassend©
Buikband&n
Elastieken Kousen
Rechthouders en Rechthouder-
Corsetten
Buitsniasidseh
Overzicht
Terugblik' op 1931. Elen sombere jaar
wisseling in de buitenlanidsche politie.k
„Slechter kan Liet niet worden."
Onze tijd is er een van toppresaties op het ge
bied van snelheid. Snelheden van enkele hon
derden kilometers zijn voor de menschen iets
tastbaars, iets bereikbaars gewórden. Iln enke
le uren kunnen wij verschillende landen berei
zen. Onze stem overbrugt 111 fracties van se
conden werelddeelen. Rustig in hun werkkamer
gezeten kunnen de grooten der aarde middels
de radio de geheele wereld toespreken. E(en roes
van snelheid is door de menscLiheid gevaren.
Maar wat nut al die snelheid Lieeft als ze ons
geen stap nader brengt tot betere toestanden?
Wat nut het toespreken van millioenen, als net
gesproken woord weer even snel als het tot Lien
kwam wordt vergeten? De menschtieid is te ver
gelijken met een snelheidsmaniak, die op oen
homo-trainer een fiets duizelingwekkende
snelheden laat registreeren op een bord. Die snel
heidsmaniak trapt en trapt tot Liet zweet hem
tappelings Ifcngs het voorLioofd druppelt, maar
ook hij komt niet verder.
Pessimisten stellen de zaak der menschtieid
nog duisterder voor. Zij noemen den drang naar
steeds grootere snelheid een ren in den dood.
Hoe het ook zij1, wel kunnen we als vaststaand
aannemen, dat de menschtieid in 1931 wel veel
bereikt heeft op Liet gebied van opvoering der
snelheden, maar Liet uiteindelijk doel, de we
reldvrede, nog geen stap nader is getreden.
Een terugblik op 1931 biedt geen verkwik
kelijk schouwspel. In de moderne gesdiiedenis
is geen jaartal bekend, dat zoo verknocht is
aan onheilbericLiten als het jaar, dat thans ach
ter ons ligt. Tallooze conferenties zijn dat jaar
gehouden om de wereldhuishouding in even
wicht te brengen. Geen van allen Liebben mogen
baten. De toestand is na al die conferenties eer
slechte rdan beter geworden.
Laten we slechts een greep doen. De tolcon-
fereiitie te Geneve bracht de Inoop, maar dan ook
alleen de hoop, dat de staten 'net eindelijk onder
elkaar eens waren geworden, de tolmuren te sloo-
pen, resp. te verlagen. En wat gebeurde er nau
welijks enkele maanden later? Een tariefoorlog
zoo fel, als we dien zelfs voor den grooten; we
reldoorlog niet kenden is over de wereld losge
barsten. Die koortsachtige Liaast werden er 'tol
barrières opgeworpen, die zelfs de best geoutil
leerde industrielanden niet meer kunnen nemen
De wereldruilhandel is lamgeslagen. "Waar
geen tolmóeilijkheden zijn, daar is een boy-
ootbe-weging. Men zie slechts naar Voor lindië
j en China.
Eindeloos is er ook geconfereerd over hulpver-
eening aan Diuitschland. Toen Liet moratorium-
kuiken uit het conferentie-ei kroop, bleek Liet een
ten doode opgeschreven widnt te zijn. Er was
zooveel gekrakeel geweest voor het ontstaan van
het moratorium, dat Liet veel te laat is geko
men. |Met het moratorium was de wereld geens
zins gered. Integendeel. Na het afkondigen er
van begon de ifnantieele en economische afta
keling eerst recht. Geldsystemen, die in de we
reld voor onwankelbaar golden, stortten ineen,
en nog steeds dreigt er meer ineen te vallen.
Als noodschreeuw klonk en klinkt de kreet
„Vertrouwen."' Nimmer was er echter zooveel
wantrouwen omtrent eikaars bedoelingen als
juist heden. Hoe kan Liet ook anders. Terwijl in
de Christelijke landen Inet Vrede op Aarde werd
gezongen donderden de kanonnen in Mantsjoe-
rije, leverden de Cihineezen en Japanners veldsla
gen met elkaar. Zij trokken zich van Liet kerst
feest der christenheid even weinig aan als van
de ultimatums van den Volkenbond, die met
kerstvacantie is en zich voorbereidt op de ont-
waponingsoohfefMÜir, die in Februari moet aan
vangen, nadat we, zoo terloops, de herstelconfe
rentie in den Haag zullen hebben gelaad. Reeds
maanden en maanden werd en wordt de groote
trom geroerd voor de ontwapeningsconferentie.
De menschtieid dorst naar zekerheid over den
vrede, maar die zekerheid za lnog lang, 'aoe
lang weet niemand, uitblijven. Nu reeds krij
gen we te lezen, dat de ontwapeningsconferentie
wel eens acht maanden zou kunnen duren. Nu
reeds lezen we ook, dat de voorbereidende com
missies niet tot overeenstemming konden komen
WWanhopig klinkt Liet woord „vertrouwen.'''
j Ontwapening, vrome wensch van goedwillen-
j de idealisten, die buiten de regeercolleges der
j landen staan. Ontwapening, het masker van tot
aan de tanden gewapende naties, die den vrede
willen handLiaven door zich ten oorlog voor te
i bereiden. Ontwapening. Zelfs Ghandi, de ge-
weMlooze, heeft verklaard op zijn vroeger al
i door ingenomen standpunt terug te komen en
als het moet de vrijheid van Voor IIndie te
bevechten met de wapenen der besdnavings-bar-
baren. Dat is de les, die Ghandi Lieeft geleerd
tijdens zijn bezoek aan Europa. Hoe ekan het
ook anders. Overal heeft hij goedgeorganiseerde
legers 'kunnen aanschouwen. De Ronde Tafel-
eonefrentie is op een mislukking uitgeloopen,
als zoovele andere conferenties van dit jaar.
Daarentegen viert de geheime diplomatie Lioog
tij. Verschillende landen sloten verdragen met
elkaar waarvan de inhoud geheim bleef. De we
reld is omspannen met een net van dergelijke
verdragen, de menschheid is er in gekooid.
De ontwikkeling van den binnenlandschen
toestand in Duitschland, Oostenrijk en Honga-
j rije wijst er op, dat deze landen straks weer sol-
daatje zullen gaan spelen en de bestaande verdra-
gen daaromtrent als een vodje papier behande-
j len.
j Zoo is het aan Liet einde van 1931. 1931 liet
1 een ontredderde wereld achter, 1932 moet den
faillieten boedel overnemen. ,Maar tot eurato-
reiL koos men dezelfde lieden, die de mensch
heid aan den rand van een wereldbankroet brada
ten.
iWeinig hoopvol hebben wij het scherm op het
wereldtooneel voor de acte 1932 zien opgaan.
Aan teleurstellingen hebben w ijLiet afgeloopen
jaar geen gebrek gehad, we zijn er zelfs groo-
tendeels ongevoelig voor geworden. Laten we
dus zeggen, dat we het slecLitste hebben gehad
en dat het bezwaarlijk sledater kan gaan, dan
hei gegaan is. Tenzij de wereldwaanzin, die
oorlog heet, over de mensdaheid mocht uitbre
ken Hopen wij slechts dat de menscLiheid ont
waakt uit de noodlotspsychose en met een hel
der verstand de handen aan den ploeg slaat.