nevens 3 maanden gevangenisstraf voorwaardelijk met3 proefjaren, zonder het opleggen van bijzondere voorwaarden. Een levenskunstenaar met een religieus tintje. Op 30 Nov. 1931 werd een oplichtingszaak be handeld tegen zekeren heer Geert van der L., wien het op 12 Sept. te Enkhuizen was gelukt door listige kunstgrepen, waaronder een gefingeerd beroep op een gereformeerd predikant eenige contanten los te werken van den heer P. Struik, een waardigheids bekleeder in de Geref. Kerk te Enkhuizen. De verdachte heer G. v. d. L. was bij de behan deling zijner nogal ernstige zaak destijds niet aan wezig en had dus niet veel tegen te praten toen hij op voorstel van den heer officier consequent tot de geëischte gevangenisstraf voor den tijd van 2 maanden werd veroordeeld Het scheen echter wel, dat deze veroordeeling hem ten slotte had wakker geschud, althans kwam ver oordeelde in verzet tegen het vonnis en werd heden de. zaak opnieuw opgeroepen. Aangezien echter de opposant niet op het gestelde uur present was, nam de heer officier de gunstige kans waar, vervallen verklaring te requireeren. De politierechter wees dienovereenkomstig vonnis en was deze kous direct afgebreid. Een probleem, dat niet prima vista was op te lossen De 2l-jarige Lodewijk van St., van beroep slager bankwerker, seizoen venter, kortom, manusje van alles, is ondanks zijn jeugdigen leeftijd en frisch uiterlijk lang niet afkeerig van de gaven van Bachus En eenmaal onder den invloed van dit prikkelende vocht geraakt, verandert hij van een gewilligen kal- men jongen in een ware woesteling, die vernielt wat hem in den weg komt. Zoo stond hij dan op 14 Dec. terecht, omdat hij in den nacht van 12 Sept. zich te Venhuizen duchtig had verzet tegen gemeente en rijkspolitie en bo vendien de celdeur van het gemeentelijk arrestan tenlokaal had vernield, behalve nog een erfvrede- breuk, die hem tenlaste werd gelegd. Natuurlijk stond Lodewijk, die al eens meer voor den rechte\ plechtig beterschap had beloofd en nu weer zijn woord had gebroken, er niet zoo heel mooi voor doch werd toch de gelegenheid te baat genomen hem nog een kans te geven en een reclasseeringsonder- zoek gelast met aanhouding der zaak tot 1 Februari Vandaag kwam dus dit punt opnieuw aan de orde en moeten we tot ons leedwezen al direct ver klaren, dat de candidaat voor een voorw. straf weer niet met een schoone lei voor mr Ledeboer ver scheen, doch zich inmiddels te Alkmaar aan ver nieling van een café-inventaris had schuldig ge maakt. Zooals uit de volgende zaak tegen hem zal blijken. Het gebeurde op 1 Jan. dat hij in een aanval van drankrazernij in een den vele „bars", getooid met welklinkende namen, waarmede gelukkig Alk maar wordt overstroomd, 'n stuk uit een bierglas zou hebben gebeten en na dit smakelijk hapje met een stoel een lamp en daarop een café-ruit had vernield, op grond van efficiëncy waren de zaken bij elkaar gevoegd. Door Lodewijk, thans geheel normaal en er on schuldig uitziende, erkende de vernielingen, hoewel hij de feiten niet meer kon herinneren. Zijn eenig excuus was, ik was dronken! Thans had hij zich in verbinding gesteld met den bekenden philan- troop de heer Ambagtsheer en zich aangesloten bij een geheelonthoudersvereen. In zijn nadeele pleitte evenwel niet weinig, dat tegen verdachte weder een nieuwe strafzaak was ingekomen en wel verduistering van een rijwiel De verdachte beweerde echter dit rijwiel niet ver duisterd te hebben. Hij had de fiets in bruikleen gekregen van zekeren Piet Leyen en was hem de fiets in St. Pancras weer ontstolen. De officier merkte echter op dat deze verklaring in 't minst niet klopte met de aan de politie gedane opgave. De heer Wiggers deelde mede dat verdachte hem zelf een bezoek had gebracht. Verdachte was thans lid van de loge der Tempelieren. Voorts meende de heer Wiggers dat verdachte niet altijd even wichtig en op grond van al deze omstandigheden stelde de heer Wiggers voor de behandeling op nieuw 3 maanden uit te stellen. Dan heeft ver dachte nog ruimschoots gelegenheid zijn goede voor nemens in daden om te zetten. Conform besldten. Op 9 Mei zullen we verder zien. Hij wou zeker een menagerie aanleggen. De 19-jarige Joh. v. d. H., wonende te Hoorn, had op 9 Juli 's morgens uit verschillende hokken op het erf van den heer D. Groot te Beets weggenomen 2 konijnen en 2 kippen, met het doel dit pluimvee voor eigen bate te gelde maken. De jonge man had vroeger alreeds een paardestaart afgesneden en was dit dus niet zijn eerste proefstuk. Door den heer Wiggers werd geadviseerd een voorw. straf onder goede leiding en toezicht is misschien van dezen delinquent nog wel iets te maken. Opname in het „Hooge Land" de bekende loouterings kolonie is dan zeer gewenscht. Het scheen echter wel dat de begeerte van den verdachte naar het „Hooge Land" niet al te krach tig was. Hij wilde liever werken en ergens in den kost gaan. Besloten werd tot hernieuwd uitstel en wel tot 15 Februari a.s. Strop van 15 gulden. Een ongeldig nummerbewijs gepresenteerd. De 54-jarige caféhouder, Ger. M., te Graft had gebruik gemaakt van een nummerbewijs dat ten name stond van den heer G. Heijnis. Op 19 Dec. werd hij te Avenhorn op den Zes Stedenweg ge snapt. Bedoeld nummerbewijs had hij tijdelijk ge leend van bovengemelden heer G. Heijnis, mede te Graft woonachtig. Eisch f20 boete of 20 dagen. Uitspraak f15 boete of 15 dagen. Men kan ook van het goede te veel genieten. De automobilist, Krijn H., loonploeger te Anna Paulowna was door den kantonrechter aldaar, ver moedelijk als gevolg van zijn al te gewaagde pres taties verstoken van het genot van zijn rijbewijs voor den tijd van 6 maanden met ingang van 28 Juli 1931. Desondanks echter werd de tijdelijk onbevoegd verklaarde heer H. op 2 December aangehouden door den rijksveldwachter Brouwers, toen door hem het verbod werd overtreden en de verdachte op vordering van den officier veroordeeld tot 1 maand gevangenisstraf. De veroordeelde was bij de behandeling van zijn zaak absent en blijkbaar viel het resultaat hem lang niet mee, zoodat hij tegen het vonnis in verzet kwam en de zaak heden in zijn tegenwoordigheid nogmaals werd afgewikkeld. Verdachte laboreerde bij de eerste behandeling aan de Spaansche grens en kon dientengevolge niet aanwezig zijn. Hij verklaarde thans, dat hij op gezegden datum nog in het bezit was van zijn rijbewijs, wat echter volgens den politierechter niets ter zake deed. De rechterlijke ontzegging was voldoende. Gerequireerd werd bevestiging van het vonnis. Vonnis conform uitspraak bij verstek. Landelijk voetbal enthousiasme. Een stompende of slaande bedrijfsleider De 33-jarige bedrijfsleider Corn. Petr, W„ wo nende te Venhuizen had rekening en verantwoording af te leggen ter zake mishandeling van den heer J. Wever uit Grootebroek, die door hem op 13 Dec. ter gelegenheid van een voetbalwedstrijd aldaar zou zijn geslagen of gestompt. Volgens verdachte zou J. Wever geweigerd hebben zijn controlebewijs te vertoonen. Ook had hij niet gehoord naar de instructies van den scheidsrechter, voorts ontkende W. getuige opzettelijk te hebben mishandeld. Hij had W. bij de borst willen grijpen om hem terug te dringen doch was per ongeluk in zijn gelaat terecht gekomen. De gem. veldwachter Key had gezien dat verdachte iemand uit het pu bliek een stomp toediende, deze stond echter niet op de eerste rang. De heer Schriks, Hoofdonderwijzer te Venhuizen, aanwezig als getuige a decharge op verzoek van verdachte, gewaagde van het irriteerend optreden van een gedeelte supporters van Bovencarspel af komstig en verklaarde voorts dat de heer Wever na het gebeurde nog verschillende café's had bezocht wat in strijd was met zijn bewering dat hij zich in twee daagen niet in het publiek had durven ver toonen vanwege zijn opgezwollen koon. Volgens den heer Key was Wever flink verwond. Hij droeg nog het lidteeken. Eisch f 25 boete of 25 dagen. De matsch eindigde daarop voor den getuige 10 daar verdachte werd veroordeeld tot f 20 boete of 20 dagen. Een driftige buurvrouw uit de Liefdelaan. De niet verschenen mej. Kniertje Gr., huisvrouw J. T„ wonende in de vermaarde Liefdelaan te Alk maar had op 13 Dec. j.l. een viertal ruten verbrijzeld in het door haar buurvrouw D. Th. Schouten be woonde perceel aldaar. Dit was gedaan bij afwezig heid der bewoners, Zij vonden echter in hun woning de echtgenoot van de vernielzuchtige dame, die mededeelde dat zijn vrouw, met wie hij in onmin leeft, om de vernieling grondig te bewerkstelligen een putdeksel had gebezigd. Mej. Stoutjesdijk, 'n onderwijzeres, die daar wandelde met haar ver loofde had een jonge vrouw de daad zien plegen en haar hond zien wegloopen. Eisch f10 boete of 10 dagen. Vonnis conform. Een onhandelbare graantjes pikker. De 50-jarige Derk D„ had zich te Helder op 28 Dec. met geweld verzet tegen den agent Allaart, die hem, op grond dat hij zich in kennelijke staat bevond, zooals bleek uit de wartaal die hij sprak, de slingerende gang en de jenevergeur, die hij ver spreid, wenscht over te brengen naar de gemeente lijke ontnuchteringsgelegenheid. De verdachte he den terecht staande, beweerde zich van het gebeurde niets te herinneren. Tegen de heer D„ die zich op een respectabel strafregister uit vroeger dagen kon beroemen, werd gevorderd 14 dagen gev. Vonnis f 30 boete of 30 dagen en 2 maanden gev. voorwaar delijk met 3 proefjaren. ARRONDISSEMENTS RECHTBANK TE ALKMAAR. MEERVOUDIGE STRAFKAMER. Zitting van Dinsdag 2 Febr. Uitspraken vorige ziting Klaas Gerrit de L. slagersknecht, Medemblik, ge detineerd. Huisvredebreuk en bedreiging met dood slag. 12 maanden gev. waarvan 6 maanden voorw. met 3 proefjaren en schadevergoeding. Corn. M., Uitgeest Heling 3 maanden gev. Nic. K. Grootebroek mishandeling f 40 boete of 40 dagen. Een gevaarlijk uitziende verduisteringzaak van Texel Als eerste en eenige verdachte verscheen heden voor de meervoudige strafkamer de ruim veertig jarige veehouder, Jacob Cornells W., te Texel, welke verdachte zich had te verantwoorden ter zake een door hem gepleegde verduistering van f3458, in de maand Juni van het vorige jaar, ten nadeele van den eersten getuige Vlas, met wien hij omstreeks dien tijd uitoefende een aardappelhandel voor ge- zamentlijke rekening en welk bedrag als zijnde de helft der opbrnest van de gekochte aardappelen, door verdachte in de wacht zou zijn gesleept. In deze zaak waren gedagvaard een tiental ge tuigen, waaronder de heer J. Ott, hoofd der school te Alkmaar, een bekend schriftdeskundige in cri- mineele zaken. Door den verdachte warem zijnerzijdsch een aantal getuigen a decharge, door hem op de zitting opge- gevenn. Volgens verklaring van den veehouder was ge zegde getuige Cornelis Vlas hem f 2500 schuldig, van welke oorzaak dezer schuld hij een langdurig en voor een buitenstaander tamelijk onbegrijpelijk definitie gaf. Het ging hier over aardappelen die gekocht en verkocht waren, terwijl uit de latere opgave van verdachte bleek, dat deze schuld zelfs was opge klommen tot f4288. De brigadier der rijksveldwacht, van Twuyver, verklaarde op verzoek van den president, dat de verdachte volgens uitlatingen van andere perso nen, niet bij uitstek gunstig bekend stond. De Bri gadier kon echter persoonlijk en uit eigen ervaring geen bepaald ongunstige anticedenten releveeren. De verdachte veehouder aardappelen handelaar bestond met zijn compagnon de afspraak, dat die schuld geleidelijk van de opbreaigst der aardappe len van het aan C. Vlas toekomende deel kon wor den afgehouden. De 61-jarige koopman Cornelis Vlas deelde mede dat hij aan verdachte geen cent schuldig was, wel andersom. Hij ontkende beslist bet feit, dat ver dachte f 4288 van hem zou hebben te vorderen met de krachtige woorden: Geen denken aan! Voorts ontkende getuige beslist dien geheelen aard appelen handel met verdachte. Wel had hij aardappelen gekocht in kleine par tijtjes, die hij direct had voldaan. Een feit was dat verdachte nog om f 100 te leen was gekomen toen getuige afweesig was. De vol gende morgen kwam hij reeds vroeg terug om zijn leeningsverzoek te herhalen, die getuige hem ook ter hand stelde. De datum had getuige in zijn boekje genoteerd. Getuige had een partij „piepers" zooals hij ze meermalen amicaal noemde, die niet verkocht wer den en op voorstel van verdachte zou deze partij in Amsterdam aan de markt worden gebracht, ver dachte had een schip besteld en toen dit'"Vaartuig in de haven verscheen, werd de partij ingeladen en opperde verdachte, omdat de partij wat klein was, nog wat aardappelen er bij te koopen, waarin Vlas toestemde. Van verschillende personen kocht Vlas voor zijn rekening nog aardappelen. De verdachte, die ook een partij aardappelen had ingebracht stelde het echter voor dat Vlas een schuld had van f4200 en de aflossing zou geschieden als hiervoren ;is medegedeeld. Getuige Vlas beweerde echter dat van die conditie geen woord aan was. Wel was geconditioneerd en telefonisch bevestigd dat de commissionair Vos in Amsterdam het ont vangen geld in geen geval aan een persoon zou afgeven. Voorts had getuige aan Vos gevraagd om een voorschot opdat hij de leveranciers ook kon voldoen. Van al de verkochte aardappelen kwam echter slechts f 1500 terecht. Verdachte was echter bij getuige aan huis geko men en had gezegd: de centjes benne binne, mijn zuster heeft ze in bewaaring! Waarop de vrouw van getuige zou hebben uitge roepen: Wat doet die d'r met 'r pooten an? Wel wat ongegineerd, meheer, zei getuige verontschuldigend, maar zoo ging het. Getuige had echter maar steeds vergeefs gewacht op het geld, wel had hij van verdachte een brief gekregen in de woning van getuige. Dit briefje bevond zich bij de stukken en werd overlegd, doch verdachte lochende elke bekendheid met dit epistel. Evenmin had hij aan getuige eea briefkaart overhandigd van den heer C. Vos uit Amsterdam. Het schip aardappelen had opgebracht f4542. Hiervoor moest feitelijk worden uitbetaald aan ver dachte f 1082.75 en aan getuige f 895, doch aange zien getuige Vlas al de gekochte aardappelen had voldaan aan de bouwers, had deze te vorderen f3458.70 van den verdachte. Hierop was het verhoor van Vlas verloopig be ëindigd en nam de oude heer in de getuigenbank met zichtbaar genoegen een pruimpje. Mej. Clasina Boom, husvrouw van den heer C. Vlas, die gemoedelijk door den president werd aan gemaand, zich stipt te houden aan de waarheid, terwijl haar echtgenoot gedurende dit verhoor de zaal moest verlaten. Mej. Vos verklaarde dat haar man absoluut geen schuld had aan verdachte en hij haar steeds op de hoogte hield van zijn verbintenissen. Haar man koopt bijna altijd contant, op de insinuatie ver ver dachte, dat tusschen Vlas en diens vrouw een on aangename verstandhouding zou bestaan, ant woordde mej. Vlas dat 4 jaar geleden iets was voor gevallen, wat later in de minne was geschikt. Voorts werd getuige gehoord omtrent verschil lende besprekingen over den handel in aardappelen in tegenwoordigheid van getuige. Door verdachte werd ontkend dat onder den maaltijd ten huize van Vlas was besproken, dat ver dachte niet in staat was de toegezegde 600 mund aardappelen te leveren, om het tekort aan te vullen had haar man voor zijn rekening verschillende partijtjes bij gekocht. Later had haar man aan den heer Vos te Amsterdam telefonisch verzocht om een voorschot. Verdachte ontkende dit alles, ook dat hij gezegd zoou hebben dat men niet naar Amsterdam be- hefde te gaan, omdat zijn zuster het geld onder haar berusting had. Door verdachte werd trouwens zoo ongeveer alles ontkend omtrent hetgeen mej. Vlas verklaarde, ook wat betrof de scène met den brief van de zuster van verdachte en dé briefkaart van den heer Vos. Onwaar: zei de verdachte. De brief of de briefkaart zat in een vuile ver- scheeurde envelop van de Grondcredietbank. Verdachte beweerde alstoen heelemaal niet ten huize van Vlas te zijn geweest. Mej. Vlas verzekerde echter dat de vrachtrijder A. Slegt kon getuigen, dat verdachte dien dag bij hen in huis is geweest. Hij zat op zijn vrachtwagen te wachten. Want ver dachte zou meerijden. Dit gebeurde op 13 Juni. De vrachtrijder zag de klompen van verdachte voor de deur staan. De heer C. Vos, aardappelkoopman te Amsterdam, had in Mei 1931 als commissionair in opdracht van verdachte gehandeld. Hij werd opgebeld van Texel door Vlas en verdachte en alstoen had getuige op verzoek van Vlas f 1500 voorschot aan verdachte uitbetaald. Verdachte had te voren aan getuige gezegd, dat Vlas buiten de zaak stond. Later had de heer Vos het restant pl.m. f 3000 ge zonden aan de bank van den heer Verdoes, met wie verdachte in rekening Courant stond. Mej. Maria Cornelia Wabeke, veehoudster en zuster van verdachte werd in afwijking van de rooster gehoord, als getuige a decharge. Zij ontkende van Vos een bedrag van f 4500 te hebben ontvangen. Dat zij den vermaarden brief zou hebben geschreven werd door haar niet bepaal# ontkend, maar zij had zooveel brieven geschreven. In dien brief had zij echter medegedeeld wel f4500 van Vos te hebben ontvangen Op aandringen van den president verklaarde zij eindelijk na veel omwegen, dat zij, naar zij geloofde, den brief niet te hebben geschreven. De president verlangde een bepaald antwoord. Ja of neen! Nu verklaarde zij dan, den brief niet te hebben geschreven. Voorts verklaarde deze dame, dat Vlas wel eens bij haar broer was geweest en hem toen om geld is gevraagd. De heer Vlas ontkende dit echter pertinent en de conferentie met deze twee getuigen gaf meermalen aanleiding tot opgewonden tooneeltjes en veel hila riteit. De heer Ott, onderwijzer te Alkmaar, gehoord als getuige schrift deskundige, die tot de con clusie was gekomen dat verdachte de schrijver was van de in het proces meermalen genoemden brief, zooals door den schriftkundigen technisch wera aangetoond. Een hypothese die natuurlijk door verdachte met zijn gewone pertinentie werd ontkend. Na de pauze werd de behandeling voortgezet met het hooren van den 64-jarigen koopman Jan Y. Witte te Texel, buurman van Corn. Vlas, verkla rende dat hij voor dezen persoon nimmer groote voorraden aardappelen had zien vervoeren. Hij heeft er ook geen ruimte voor. Vlyas staat bekend als een man, die steeds zijn aankoopen regelmatig voldoet. De 26-jarige arbeider, Pieter Wijngaard, voorma lig knecht van verdachte deeld mede dat in 928 aan Vlas waren geleverd 3 a 400 mud. Een hoeveelheid van 000 H.L. is nooit aan Vlas geleverd en hij heeft er ook geen berging voor. Zijn toenmalige patroon had zich nooit over de onsoliditeit van Vlas beklaagd. Getuige Jos. v. d. Velden, thans wonende te St. Janssteen, had, toen hij nog op Texel vertoefde in dienst van verdachte in 23 cn 29 aardappelen aan Vlas geleverd, geen groote hoeveelheden, b.v. 1000 H.L. Deze verklaring klopte niet met hetgeen hij vroeger vroeger had verklaard en de president wees hem in krachtige bewoordingen op het gewicht van den eed. Voorts werd aan de verklaringen van dezen getui ge, gehoord op verzoek van verdachte, niet veel waarde gehecht. Daarop werd gehoord C. H. Kikkert, vrachtrijder te Texel, deze verklaarde dat verdachte en Vlas ruzie hadden gekregen over aardappelen en toen was er gezegd, dat hun zaken waren afgedaan. Ge tuige bevond zich toen ten huize van verdachte. Tusschen de heeren Kikkert en Vlas ontstond over deze aangelegenheid een scherpe woordenwisseling, waarop de president tusschen beide kwam en de orde herstelde. Volgens verklaring van Kikkert zou Vlas getracht hebben den vader van Kikkert over te halen dat deze zijn zoon zou bewegen niet tegen hem te ge tuigen, welke verklaring de vader van getuige Kik kert schriftelijk bevestigde. De getuige Vlas ontkende zulks pertinent. De bloemkweeker A. Witte, die zich in Augustus of September 1931 in de woonkamer van den ouden heer Kikkert bevond had gehoord dat Vlas den ouden Kikkert wilde bewerken, te willen voorkomen dat de jonge Kikkert niet tegen hem zou getuigen. De getuige Vlas verklaarde dat hij den ouden heer Kikkert waarschuwde dat bij verdachte een plan netje werd ineengezet, tegen hem, waaraan ook zijn zoon Cor deelnam. De jonge Kikkert, die deftig in de advocatenbank was gezeten, begon toen luide te protesteeren, waarop hij tijdelijk uit de zaal werd gezet. Vervolgens werd ook verdachte de deur gewezen, opdat Witte vrijer kon praten. Van der Velde had destijds een boerderij van verdachte bewoond, welke boerderij later is afge brand! Als getuige a decharge werd gehoord de 29-jarige broeder van verdachte, die verklaarde dat Vlas in 1929 duizend mud aardappelen gekocht had, ook had getuige den heer Vlas herhaaldelijk om het geld gemaand. Feitelijk werd met de verklaringen van dezen getuige zoo'n beetje den draak gestoken. Het schrift van zijn broer kende deze getuige niet, ook werd gehoord de koopman Mets, die verklaarde dat Vlas hem had gezegd, dat hij totaal met ver dachte had afgerekend. Later bleek echter dat hier gold vroegere zaken, niet de zaak waar het om ging. Ten slotte werd gehoord mej. v. d. Velde, te St. Janssteen en expres daaruit gearriveerd, waarop de president leuk opmerkte: „Nou, nou, dat zal geld kosten, welke dame verklaarde dat Vlas geregeld aardappelen betrok van verdachte. Vlas had haar met 50 gulden willen omkoopen om haar te doen verklaren dat haar broer betaald was. De heer Vlas tikte op zijn voorhoofd en qualifi- ceerde haar verklaring als fantasie. Hij kende het mensch niet eens. Hierop werd aan den heer officier het woord ver leend tot het houden van zijn requisitoir. Uitvoerig ging de officier daarin het verloop van deze inge wikkelde zaak na, om tot de conclusie te komen dat verdachte zich aan de hem telaste gelegde verduis tering had schuldig gemaakt, van de rechtmatigheid der schuldvergelijking was niets gebleken, zooals de officier nader aantoonde. Absoluut was niet be vestigd, dat Vlas in 1929 een partij van 1000 H.L. aardappelen zou hebben gekocht en niet betaald. Ter zake verduistering van f3458.70 vorderde de officier ten slote 4 maanden gevangenisstraf. Uitspraak 23 Februari.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 4